10 Verklaar hen schuldig, o God; laat hen vervallen van hun raadslagen; drijf hen henen om de veelheid hunner overtredingen, want zij zijn wederspannig tegen U.
10 Hold them guilty, O God;By their own devices let them fall!In the multitude of their transgressions thrust them out,For they are rebellious against You.
11 Maar laat verblijd zijn allen, die op U betrouwen, tot in eeuwigheid; laat hen juichen, omdat Gij hen overdekt; en laat in U van vreugde opspringen, die Uw Naam liefhebben.
11 But let all who take refuge in You be glad,Let them ever sing for joy;And may You shelter them,That those who love Your name may exult in You.