Romeinen 1:29

Vervuld zijnde met alle ongerechtigheid, hoererij, boosheid, gierigheid, kwaadheid, vol van nijdigheid, moord, twist, bedrog, kwaadaardigheid;

2 Corinthiër 12:20

Want ik vrees, dat als ik gekomen zal zijn, ik u niet enigszins zal vinden zodanigen als ik wil, en dat ik van u zal gevonden worden zodanig als gij niet wilt; dat er niet enigszins zijn twisten, nijdigheden, toorn, gekijf, achterklap, oorblazingen, opgeblazenheden, beroerten;

Psalmen 41:7

Al mijn haters mompelen te zamen tegen mij; ze bedenken tegen mij, hetgeen mij kwaad is, zeggende:

Spreuken 16:28

Een verkeerd man zal krakeel inwerpen; en een oorblazer scheidt den voornaamsten vriend.

Spreuken 26:20

Als er geen hout is, gaat het vuur uit; en als er geen oorblazer is, wordt het gekijf gestild.

Romeinen 3:10

Gelijk geschreven is: Er is niemand rechtvaardig, ook niet een;

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain