Romeinen 11:34
Want wie heeft den zin des Heeren gekend? Of wie is Zijn raadsman geweest?
Jesaja 40:13
Wie heeft den Geest des HEEREN bestierd, en wie heeft Hem als Zijn raadsman onderwezen?
1 Corinthiërs 2:16
Want wie heeft den zin des Heeren gekend, die Hem zou onderrichten? Maar wij hebben den zin van Christus.
Job 15:8
Hebt gij den verborgen raad Gods gehoord, en hebt gij de wijsheid naar u getrokken?
Job 36:22
Zie, God verhoogt door Zijn kracht; wie is een Leraar, gelijk Hij?
Jeremia 23:18
Want wie heeft in des HEEREN raad gestaan, en Zijn woord gezien of gehoord? Wie heeft Zijn woord aangemerkt en gehoord?
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd