Spreuken 13:1
Een wijs zoon hoort de tucht des vaders; maar een spotter hoort de bestraffing niet.
Spreuken 10:1
De spreuken van Salomo. Een wijs zoon verblijdt den vader; maar een zot zoon is zijner moeder droefheid.
Spreuken 15:20
Een wijs zoon zal den vader verblijden; maar een zot mens veracht zijn moeder.
Spreuken 9:7-8
Wie den spotter tuchtigt, behaalt zich schande; en die den goddeloze bestraft, zijn schandvlek.
1 Samuël 2:25
Wanneer een mens tegen een mens zondigt, zo zullen de goden hem oordelen; maar wanneer een mens tegen den HEERE zondigt, wie zal voor hem bidden? Doch zij hoorden de stem huns vaders niet, want de HEERE wilde hen doden.
Spreuken 4:1-14
Hoort, gij kinderen! de tucht des vaders, en merkt op, om verstand te weten.
Spreuken 4:20-22
Mijn zoon! merk op mijn woorden, neig uw oor tot mijn redenen.
Spreuken 14:6
De spotter zoekt wijsheid, en er is gene; maar de wetenschap is voor den verstandige licht.
Spreuken 15:5
Een dwaas zal de tucht zijns vaders versmaden; maar die de bestraffing waarneemt, zal kloekzinniglijk handelen.
Jesaja 28:14-15
Daarom, hoort des HEEREN woord, gij bespotters, gij heersers over dit volk, dat te Jeruzalem is!
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd