Spreuken 13:15

Goed verstand geeft aangenaamheid; maar de weg der trouwelozen is streng.

Spreuken 3:4

En vind gunst en goed verstand, in de ogen Gods en der mensen.

Lukas 2:52

En Jezus nam toe in wijsheid, en in grootte, en in genade bij God en de mensen.

1 Samuël 18:14-16

En David gedroeg zich voorzichtiglijk op al zijn wegen; en de HEERE was met hem.

Psalmen 95:9-11

Waar Mij uw vaders verzochten, Mij beproefden, ook Mijn werk zagen.

Psalmen 111:10

Resch. De vreze des HEEREN is het beginsel der wijsheid; Schin. allen, die ze doen, hebben goed verstand; Thau. Zijn lof bestaat tot in der eeuwigheid.

Spreuken 4:19

De weg der goddelozen is als donkerheid, zij weten niet, waarover zij struikelen zullen.

Spreuken 14:35

Het welbehagen des konings is over een verstandigen knecht; maar zijn verbolgenheid zal zijn over dengene, die beschaamd maakt.

Spreuken 15:10

De tucht is onaangenaam voor dengene die het pad verlaat; en die de bestraffing haat, zal sterven.

Jeremia 2:19

Uw boosheid zal u kastijden, en uw afkeringen zullen u straffen; weet dan en ziet, dat het kwaad en bitter is, dat gij den HEERE, uw God, verlaat, en Mijn vreze niet bij u is, spreekt de Heere, de HEERE der heirscharen.

Handelingen 7:10

En verloste hem uit al zijn verdrukkingen, en gaf hem genade en wijsheid voor Farao, den koning van Egypteland; en hij stelde hem tot een overste over Egypte, en zijn gehele huis.

Romeinen 6:21

Wat vrucht dan hadt gij toen van die dingen, waarover gij u nu schaamt? Want het einde derzelve is de dood.

Treasury of Scripture Knowledge did not add

Public domain