Spreuken 19:8
Die verstand bekomt, heeft zijn ziel lief; hij neemt de verstandigheid waar, om het goede te vinden.
Spreuken 16:20
Die op het woord verstandelijk let, zal het goede vinden; en die op den HEERE vertrouwt, is welgelukzalig.
Psalmen 19:11
Ook wordt Uw knecht door dezelve klaarlijk vermaand; in het houden van die is grote loon.
Spreuken 2:1-9
Mijn zoon! zo gij mijn redenen aanneemt, en mijn geboden bij u weglegt;
Spreuken 3:18
Zij is een boom des levens dengenen, die ze aangrijpen, en elkeen, die ze vasthoudt, wordt gelukzalig.
Spreuken 3:21
Mijn zoon! laat ze niet afwijken van uw ogen; bewaar de bestendige wijsheid en bedachtzaamheid.
Spreuken 4:4
Hij nu leerde mij, en zeide tot mij: Uw hart houde mijn woorden vast, onderhoud mijn geboden, en leef.
Spreuken 4:6
Verlaat ze niet, en zij zal u behoeden; heb ze lief, en zij zal u bewaren.
Spreuken 4:21
Laat ze niet wijken van uw ogen, behoud ze in het midden uws harten.
Spreuken 8:35-36
Want die Mij vindt, vindt het leven, en trekt een welgevallen van den HEERE.
Spreuken 17:16
Waarom toch zou in de hand des zots het koopgeld zijn, om wijsheid te kopen, dewijl hij geen verstand heeft?
Spreuken 22:18
Want het is liefelijk, als gij die in uw binnenste bewaart; zij zullen samen op uw lippen gepast worden.
Ezechiël 36:26
En Ik zal u een nieuw hart geven, en zal een nieuwen geest geven in het binnenste van u; en Ik zal het stenen hart uit uw vlees wegnemen, en zal u een vlesen hart geven.
Johannes 12:25
Die zijn leven liefheeft, zal hetzelve verliezen; en die zijn leven haat in deze wereld, zal hetzelve bewaren tot het eeuwige leven.
Johannes 14:21
Die Mijn geboden heeft, en dezelve bewaart, die is het, die Mij liefheeft; en die Mij liefheeft, zal van Mijn Vader geliefd worden; en Ik zal hem liefhebben, en Ik zal Mijzelven aan hem openbaren.
1 Petrus 3:10
Want wie het leven wil liefhebben, en goede dagen zien, die stille zijn tong van het kwaad, en zijn lippen, dat zij geen bedrog spreken;
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd