Spreuken 30:1

De woorden van Agur, den zoon van Jake; een last. De man spreekt tot Ithiel, tot Ithiel en Uchal.

Spreuken 31:1

De woorden van de koning Lemuel; de last, maarmede zijn moeder hem onderwees.

2 Petrus 1:19-21

En wij hebben het profetische woord, dat zeer vast is, en gij doet wel, dat gij daarop acht hebt, als op een licht, schijnende in een duistere plaats, totdat de dag aanlichte, en de morgenster opga in uw harten.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain