0 gebeurtenissen in 1 vertaling

'De twaalf' in de Bijbel

Mozes nu beschreef al de woorden des HEEREN, en hij maakte zich des morgens vroeg op, en hij bouwde een altaar onder aan den berg, en twaalf kolommen, naar de twaalf stammen van Israel.

VersbegrippenAltarenNummer TwaalfBouwenDe Betekenis Van MozesZuilenVroeg OpstaanGodsvrucht 's OchtendsGedenkstenenZij Die Vroeg OpstondenTwaalf Stammen

En deze stenen zullen zijn met de twaalf namen der zonen van Israel, met hun namen; zij zullen als zegelen gegraveerd worden, elk met zijn naam; voor de twaalf stammen zullen zij zijn.

VersbegrippenZegelsGravureTwaalf StammenTwaalf Dingen

Deze stenen nu, met de namen der zonen van Israel, waren twaalf, met hun namen, met zegelgravering; ieder met zijn naam, naar de twaalf stammen.

VersbegrippenZegelsGravureTwaalf StammenTwaalf Dingen

Daartoe de ene zee; en de twaalf runderen onder die zee.

VersbegrippenTwaalf Dieren

In het een en dertigste jaar van Asa, den koning van Juda, werd Omri koning over Israel, en regeerde twaalf jaren; te Thirza regeerde hij zes jaren.

VersbegrippenZes JaarTien Tot Veertien Jaar

Joram nu, de zoon van Achab, werd koning over Israel te Samaria, in het achttiende jaar van Josafat, den koning van Juda, en hij regeerde twaalf jaren.

VersbegrippenTien Tot Veertien JaarLijst van koningen van IsraëlKoningen Van Juda

Het geschiedde daarna in het zeven en dertigste jaar der wegvoering van Jojachin, den koning van Juda, in de twaalfde maand, op den zeven en twintigsten der maand, dat Evilmerodach, de koning van Babel, in het jaar, als hij koning werd, het hoofd van Jojachin, den koning van Juda, uit het gevangenhuis, verhief.

VersbegrippenMaand 12Hoofden OpheffenMensen Die Bevrijd Worden Door MensenKoningen Van Juda

De twaalfde, in de twaalfde maand, was Heldai, de Nethofathiet, van Othniel; in zijn verdeling waren er ook vier en twintig duizend.

VersbegrippenTwintigduizend En Meer

Een zee, en de twaalf runderen daaronder.

VersbegrippenTwaalf Dieren

Ook van dien dag af, dat hij mij bevolen heeft hun landvoogd te zijn in het land Juda, van het twintigste jaar af, tot het twee en dertigste jaar van den koning Arthahsasta, zijnde twaalf jaren, heb ik, met mijn broederen, het des landvoogds niet gegeten.

VersbegrippenBestuurdersArtaxerxes De KoningTien Tot Veertien Jaar

In de eerste maand (deze is de maand Nisan) in het twaalfde jaar van den koning Ahasveros, wierp men het Pur, dat is, het lot, voor Hamans aangezicht, van dag tot dag, en van maand tot maand, tot de twaalfde maand toe; deze is de maand Adar.

VersbegrippenLoten UitschrijvenPurimfeestMaand 12

In de twaalfde maand nu (dezelve is de maand Adar), op den dertienden dag derzelve, toen des konings woord en zijn wet nabij gekomen was, dat men het doen zou, ten dage, als de vijanden der Joden hoopten over hen te heersen, zo is het omgekeerd, want de Joden heersten over hun haters.

VersbegrippenMaand 12Joden Onder DreigingMensen Haten

De twee pilaren, de ene zee, en de twaalf koperen runderen, die in de plaats der stellingen waren, die de koning Salomo voor het huis des HEEREN gemaakt had; het koper daarvan, te weten van al deze vaten, was zonder gewicht.

VersbegrippenNummer TwaalfSoorten DierenTwee Delen Van ConstructiesTwaalf Dieren

Het geschiedde daarna, in het zeven en dertigste jaar der gevankelijke wegvoering van Jojachin, den koning van Juda, in de twaalfde maand, op den vijf en twintigsten der maand, dat Evilmerodach, de koning van Babel, in het eerste jaar zijns koninkrijks, het hoofd van Jojachin, den koning van Juda, verhief, en hem uit het gevangenhuis uitbracht.

VersbegrippenMaand 12Hoofden OpheffenMensen Die Bevrijd Worden Door Mensen

Het gebeurde ook in het twaalfde jaar, in de twaalfde maand op den eersten der maand, dat het woord des HEEREN tot mij geschiedde, zeggende:

VersbegrippenMaand 12

Alzo zegt de Heere HEERE: Dit zal de landpale zijn, naar dewelke gij het land ten erve zult nemen, naar de twaalf stammen Israels: Jozef twee snoeren.

VersbegrippenDubbele PortieTwaalf StammenGrenzen

En Jezus, opgaande naar Jeruzalem, nam tot Zich de twaalf discipelen alleen op de weg, en zeide tot hen:

VersbegrippenPensioenTwaalf DiscipelenChristus Met Zijn Discipelen

En als de ure gekomen was, zat Hij aan, en de twaalf apostelen met Hem.

VersbegrippenUurEten AfwijzenDe Apostels In ActieDiscipelschap

Opdat gij eet en drinkt aan Mijn tafel in Mijn Koninkrijk, en zit op tronen, oordelende de twaalf geslachten Israels.

VersbegrippenNummer TwaalfHet HofZittenJezus Christus, De RechterGelovigen OordelenTwaalf StammenEten En DrinkenMensen Van Het KoninkrijkBeoordelen

En de twaalf poorten waren twaalf paarlen, een iedere poort was elk uit een paarl; en de straat der stad was zuiver goud; gelijk doorluchtig glas.

VersbegrippenGlasStratenParelsPoorten Van De StadTransparantieBetalingenEen Materiële ZaakTwaalf DingenJuwelen En GodKleurAlleenstaande ZijnBruggenKunstenaars

In het midden van haar straat en op de ene en de andere zijde der rivier was de boom des levens, voortbrengende twaalf vruchten, van maand tot maand gevende zijne vrucht; en de bladeren des booms waren tot genezing der heidenen.

VersbegrippenNummer TwaalfHelenMedicijnWereldsheidJarenOvervloed, MaterieelVoortdurendVoortdurend GoedeStijgend FruitGebladerteMetaforische BomenTwaalf DingenGod GeneestNaties GenezenVoordelen Van HemelRivier Van Het LevenLevensboomRivierenKruidenMaandenGod Die Het Land GeneestDe Helende Liefde Van God

Public domain