Meest Populaire Bijbelverzen in Ezechiël 9

Ezechiël Rang:

38
VersbegrippenHoofdenGoddelijke BeloningDe Beloning Van De GoddelozenGod Draait Het Kwaad TerugGod Zonder GenadeNiet Spaarzaam ZijnMedelijden

Daarom ook, wat Mij aangaat, Mijn oog zal niet verschonen, en Ik zal niet sparen; Ik zal hun weg op hun hoofd geven.

44
VersbegrippenSchrijvenWe Gehoorzamen

En ziet, de man, die met linnen bekleed was, aan wiens lenden de inktkoker was, bracht bescheid weder, zeggende: Ik heb gedaan, gelijk als Gij mij geboden hadt.

288
VersbegrippenBeulenZij Die VernietigenGods StemGod Zal Zijn Mensen Doden

Daarna riep Hij voor mijn oren met luider stem, zeggende: Doet de opzieners der stad naderen, en elkeen met zijn verdervend wapen in zijn hand.

310
VersbegrippenGod Zal Zijn Mensen DodenNiet Spaarzaam ZijnMensen Die Mensen VolgenGeen Genade TonenMedelijden

Maar tot die anderen zeide Hij voor mijn oren: Gaat door, door de stad achter hem, en slaat, ulieder oog verschone niet, en spaart niet!

313
VersbegrippenZes MensenTot De Poorten KomenGericht Naar Het NoordenOp Voorwerpen SchrijvenWapens Voor GodHet Bronzen Altaar OpzettenDoodstraf Voor Moorden

En ziet, zes mannen kwamen van den weg der Hoge poort, die gekeerd is naar het noorden, en elkeen met zijn verpletterend wapen in zijn hand; en een man in het midden van hen was met linnen bekleed, en een schrijvers-inktkoker was aan zijn lenden; en zij kwamen in, en stonden bij het koperen altaar.

329
VersbegrippenAanrakingBegonnen ActiviteitGod Zal Zijn Mensen DodenKindermishandelingDe Ouderen

Doodt ouden, jongelingen en maagden, en kinderkens en vrouwen, tot verdervens toe; maar genaakt aan niemand, op denwelken het teken is, en begint van Mijn heiligdom. En zij begonnen van de oude mannen, die voor het huis waren.

331
VersbegrippenDe Glorie Van GodHeerlijkheid, Openbaring VanGoddelijke ManifestatiesFuncties Van CherubijnGods Glorie In IsraëlDe Glorie Van Gods ShekinaGod Verschijnt In De DeuropeningCherubijn

En de heerlijkheid des Gods van Israel hief zich op van den cherub, waarop Hij was, tot den dorpel van het huis; en Hij riep tot den man, die met linnen bekleed was, die de schrijvers-inktkoker aan zijn lenden had.

336
VersbegrippenOorzaken Van LijdenVerdorvenheidAlwetende GodGod Die Niet ZietVele Mensen DodenGods Volk ZondigdeSpotters

Toen zeide Hij tot mij: De ongerechtigheid van het huis van Israel en van Juda is gans zeer groot, en het land is met bloed vervuld, en de stad is vol van afwijking; want zij zeggen: De HEERE heeft het land verlaten, en de HEERE ziet niet.

339
VersbegrippenGodslastering Tegen GodBuigingRestOverlevenden Vernietigd

Het geschiedde nu, als zij hen geslagen hadden, en ik overgebleven was, dat ik op mijn aangezicht viel, en riep, en zeide: Ach, Heere HEERE, zult Gij al het overblijfsel van Israel verderven, met Uw grimmigheid uit te gieten over Jeruzalem?

366
VersbegrippenHet Heiligdom VullenBuitengaanGod DodendGod Doodde Zijn MensenRechtbanken Van De Tempel

En Hij zeide tot hen: Verontreinigt het huis, en vervult de voorhoven met verslagenen; gaat henen uit. En zij gingen henen uit, en zij sloegen in de stad.

379
VersbegrippenVoorhoofdenZegelsZorgenVerdrietMarkeringen Op MensenBerouw Over WandadenStress En Moeilijke Tijden

En de HEERE zeide tot hem: Ga door, door het midden der stad, door het midden van Jeruzalem, en teken een teken op de voorhoofden der lieden, die zuchten en uitroepen over al deze gruwelen, die in het midden derzelve gedaan worden.