47 gebeurtenissen in 1 vertaling

'Stelden' in de Bijbel

Toen toog de koning van Sodom uit, en de koning van Gomorra, en de koning van Adama, en de koning van Zeboim, en de koning van Bela, dat is Zoar; en zij stelden tegen hen slagorden in het dal Siddim,

VersbegrippenValleien

Maar hij vertoefde; zo grepen dan die mannen zijn hand, en de hand zijner vrouw, en de hand zijner twee dochteren, om de verschoning des HEEREN over hem; en zij brachten hem uit, en stelden hem buiten de stad.

VersbegrippenMenselijke VertragingHandenAarzelingVeiligheidOngeloof Als Antwoord Tot GodVoorbeelden Van Gods GenadeBuiten De StadMensen TrekkenBij De Hand NemenMensen Die VertraagdenMensen Uit Andere Plaatsen HalenGod Toonde Genade

Zo woonde Israel in het land van Egypte, in het land Gosen; en zij stelden zich tot bezitters daarin, en zij werden vruchtbaar en vermeerderden zeer.

VersbegrippenNatuurlijke VruchtbaarheidVermenigvuldigende Mensen

Zij maakten ook schelletjes van louter goud, en zij stelden de schelletjes tussen de granaatappelen, aan de zomen des mantels rondom, tussen de granaatappelen;

VersbegrippenKlokkenGouden Voorwerpen Voor Het Tabernakel

En zij stelden hem in bewaring; want het was niet verklaard, wat hem gedaan zou worden.

VersbegrippenGevangenissen

En de HEERE zeide tot Mozes: Zie, uw dagen zijn genaderd, om te sterven; roep Jozua, en stelt ulieden in de tent der samenkomst, dat Ik hem bevel geve. Zo ging Mozes, en Jozua, en zij stelden zich in de tent der samenkomst.

VersbegrippenNabijheid Van De DoodDood Komt BinnenkortGod Die Anderen BenoemtDoodNaderende Dood

De kinderen Israels nu deden alzo, gelijk als Jozua geboden had; en zij namen twaalf stenen op midden uit de Jordaan, gelijk als de HEERE tot Jozua gesproken had, naar het getal der stammen van de kinderen Israels; en zij brachten ze met zich over naar het nachtleger, en stelden ze aldaar.

VersbegrippenHet MiddenStenen Als MonumentenTwaalf StammenTwaalf DingenIn De Jordaan

Toen gingen de jongelingen, de verspieders, daarin en brachten er Rachab uit, en haar vader, en haar moeder, en haar broeders, en al wat zij had; ook brachten zij uit al haar huisgezinnen, en zij stelden hen buiten het leger van Israel.

VersbegrippenKansen In Het LevenMensen Uit Andere Plaatsen Halen

En zij stelden het volk, het ganse leger, dat aan het noorden der stad was, en zijn lage was aan het westen der stad. En Jozua ging in denzelven nacht in het midden des dals.

VersbegrippenDe Westelijke Kant

Daarna verzamelde Jozua al de stammen van Israel te Sichem, en hij riep de oudsten van Israel, en deszelfs hoofden, en deszelfs richters, en deszelfs ambtlieden; en zij stelden zich voor het aangezicht van God.

VersbegrippenOuderen Als GemeenschapsleidersVernieuwing Van De Mensen Van GodConstructie Israël

En het geschiedde, als Gideon gestorven was, dat de kinderen Israels zich omkeerden, en de Baals nahoereerden; en zij stelden zich Baal-Berith tot een God.

VersbegrippenAanbidding Van Baäl, GeschiedenisGideon

Alzo keerden zij zich, en togen voort; en zij stelden de kinderkens, en het vee, en de bagage voor zich.

VersbegrippenOmgaan Met Jonge Mensen

Alzo stelden zij onder zich het gesneden beeld van Micha, dat hij gemaakt had, al de dagen, dat het huis Gods te Silo was.

VersbegrippenHet huis Van God In SiloDe Tempel In Silo

En uit de hoeken des gansen volks stelden zich al de stammen van Israel in de vergadering van het volk Gods, vierhonderd duizend man te voet, die het zwaard uittrokken.

VersbegrippenBijeenkomstDrie- Tot Negenhonderd Duizend

En de Filistijnen stelden zich in slagorden, om Israel te ontmoeten; en als zich de strijd uitspreidde, zo werd Israel voor der Filistijnen aangezicht geslagen; want zij sloegen in de slagorden in het veld omtrent vier duizend man.

VersbegrippenVierduizendDoden Binnen Israël

En de Filistijnen namen de ark Gods, en zij brachten ze in het huis van Dagon, en stelden ze bij Dagon.

VersbegrippenStandbeelden

Doch Saul en de mannen van Israel verzamelden zich, en legerden zich in het eikendal; en stelden de slagorde tegen de Filistijnen aan.

VersbegrippenConfrontatieBijeenkomstAardse Vijanden

En de Israelieten en Filistijnen stelden slagorde tegen slagorde.

VersbegrippenAardse Vijanden

Toen zij nu de ark des HEEREN inbrachten, stelden zij die in haar plaats, in het midden der tent, die David voor haar gespannen had; en David offerde brandofferen voor des HEEREN aangezicht, en dankofferen.

VersbegrippenGebeurtenissen Ark Des VerbondsTenten

En de kinderen Ammons togen uit, en stelden de slagorde voor de deur der poort; maar de Syriers van Zoba, en Rechob, en de mannen van Tob en Maacha waren bijzonder in het veld.

VersbegrippenAanvallen

Als dat David werd aangezegd, verzamelde hij gans Israel, en toog over de Jordaan, en kwam te Helam, en de Syriers stelden de slagorde tegen David aan, en streden met hem.

VersbegrippenConfrontatie

En zij namen Absalom, en wierpen hem in het woud, in een groten kuil, en stelden op hem een zeer groten steenhoop; en gans Israel vluchtte, een iegelijk naar zijn tent.

VersbegrippenPuttenVergeldingIsraël Op De VluchtSteenhopenGaten In De Grond

Maar elk volk maakte zijn goden; en zij stelden ze in de huizen der hoogten, die de Samaritanen gemaakt hadden, elk volk in hun steden, waarin zij woonachtig waren.

VersbegrippenOfferen Op De Hoge PlaatsenGroepen

En zij stelden zich in het midden van dat stuk, en beschermden het, en zij sloegen de Filistijnen; en de HEERE verloste hen door een grote verlossing.

VersbegrippenRedding

Zo stelden dan de Levieten Heman, den zoon van Joel, en uit zijn broederen Asaf, den zoon van Berechja; en uit de zonen van Merari, hun broederen, Ethan, den zoon van Kusaja;

Toen zij de ark Gods inbrachten, zo stelden zij ze in het midden der tent, welke David voor haar gespannen had; en zij offerden brandofferen en dankofferen voor het aangezicht Gods.

VersbegrippenGebeurtenissen Ark Des VerbondsTentenDe Rondreizende Ark

Als de kinderen Ammons uitgetogen waren, zo stelden zij de slagorde voor de poort der stad; maar de koningen, die gekomen waren, die waren bijzonder in het veld.

VersbegrippenAanvallen

En het overige des volks gaf hij in de hand van zijn broeder Abisai, en zij stelden hen in orde tegen de kinderen Ammons aan.

Daartoe de priesteren en de Levieten, die in het ganse Israel waren, stelden zich bij hem uit al hun landpalen.

Toen toog Asa tegen hem uit; en zij stelden de slagorde in het dal Zefatha bij Maresa.

En de koning gebood, en zij maakten een kist, en stelden die buiten aan de poort van het huis des HEEREN.

VersbegrippenPoortenToegangswegen Tot De Tempel

Zo stelden zij zulks, dat men een stem door gans Israel, van Ber-seba tot Dan, zou laten doorgaan, opdat zij zouden komen om het pascha den HEERE, den God Israels, te houden in Jeruzalem; want zij hadden het in lang niet gehouden, gelijk het geschreven was.

VersbegrippenGrootsheid

In het tweede jaar nu hunner aankomst ten huize Gods te Jeruzalem, in de tweede maand, begonnen Zerubbabel, de zoon van Sealthiel, en Jesua, de zoon van Jozadak, en de overige hunner broederen, de priesters en de Levieten, en allen, die uit de gevangenis te Jeruzalem gekomen waren; en zij stelden de Levieten, van twintig jaren oud en daarboven, om opzicht te nemen over het werk van des HEEREN huis.

VersbegrippenJudaïsmeFysieke MaturiteitMiddelbare LeeftijdTwintigLeeftijdscategorieën Van Levieten

Als nu de bouwlieden den grond van des HEEREN tempel legden, zo stelden zij de priesteren, aangekleed zijnde, met trompetten, en de Levieten, Asafs zonen, met cimbalen, om den HEERE te loven, naar de instelling van David, den koning van Israel.

VersbegrippenBouwenSoorten KledingBouwenSoorten MuziekinstrumentenTrompetOrkestenCymbalenGod PrijzenSaul En DavidDe Eerste Tempel

En zij stelden de priesteren in hun onderscheidingen, en de Levieten in hun verdelingen, tot den dienst Gods, Die te Jeruzalem is, naar het voorschrift des boeks van Mozes.

VersbegrippenBoek Van De WetOnderverdelingen

Als deze nog sprak, zo kwam een ander, en zeide: De Chaldeen stelden drie hopen, en vielen op de kemelen aan, en namen ze, en sloegen de jongeren met de scherpte des zwaards; en ik ben maar alleen ontkomen, om het u aan te zeggen.

VersbegrippenKamelenAlleen HandelenDrie GroepenTerwijl We PratenDieren Nemen

Want zij kwamen alweder, en verzochten God, en stelden den Heilige Israels een perk.

VersbegrippenHet Geduld Van GodHerhaaldelijk ZondigendGod TestenTestenBeperkingenEvangeliseren

En de vorsten werden zeer toornig op Jeremia en sloegen hem; en zij stelden hem in het gevangenhuis, ten huize van Jonathan, den schrijver; want zij hadden dat tot een gevangenhuis gemaakt.

VersbegrippenArresterenVoorbeelden Van WreedheidGeselingMenselijke WoedeHuizenGevangenschapGevangenenDe Legale Aspecten Van BestraffingGevangenis

En zij stelden hem in gesloten bewaring met haken, opdat zij hem brachten tot den koning van Babel; zij brachten hem in vestingen, opdat zijn stem niet meer gehoord wierde op de bergen Israels.

VersbegrippenGevangenenKooienMan Die Vangt

Als zij hun dorpel stelden aan Mijn dorpel, en hun post nevens Mijn post, dat er maar een wand tussen Mij en tussen hen was, en verontreinigden Mijn heiligen Naam met hun gruwelen, die zij deden; waarom Ik ze verteerd heb in Mijn toorn.

VersbegrippenDeurpostenGods Naam Ijdel GebruikenGevaar Als God Nabij Is

Maar Ik heb hen weggestormd onder alle heidenen, welke zij niet kenden; en het land werd achter hen verwoest, zodat er niemand doorging, noch wederkeerde; want zij stelden het gewenste land tot een verwoesting.

VersbegrippenWervelwindenGod Die Israël VerstrooitHet Land Dat Leeg WordtGeen Mensenkennis Hebben

En als Hij dit zeide, werden zij allen beschaamd, die zich tegen Hem stelden; en al de schare verblijdde zich over al de heerlijke dingen, die van Hem geschiedden.

VersbegrippenVerbaasde MenigtesVreugde In Gods Werk

En zij stelden er twee, Jozef, genaamd Barsabas, die toegenaamd was Justus, en Matthias.

VersbegrippenTwee DiscipelenKwaliteiten Van Leiderschap

En als zij hen gebracht hadden, stelden zij hen voor den raad; en de hogepriester vraagde hun, en zeide:

VersbegrippenOndervragen

Welken zij voor de apostelen stelden; en dezen, als zij gebeden hadden, legden hun de handen op.

VersbegrippenHandenWijdingBidden In De KerkHandopleggingHandoplegging Voor De CommissieDe Apostels In Actie

En stelden valse getuigen, die zeiden: Deze mens houdt niet op lasterlijke woorden te spreken tegen deze heilige plaats en de wet.

VersbegrippenMisdadenHeiligheid, Afzonderlijk Voor GodJudaïsme

Public domain