'Gezien' in de Bijbel
Of als een verborgene misdracht, zou ik niet zijn; als de kinderkens, die het licht niet gezien hebben.
Maar gelijk als ik gezien heb: die ondeugd ploegen, en moeite zaaien, maaien dezelve.
Ik heb gezien een dwaas wortelende; doch terstond vervloekte ik zijn woning.
Voorwaar, alzo zijt gijlieden mij nu niets geworden; gij hebt gezien de ontzetting, en gij hebt gevreesd.
Maar als God hem verslindt uit zijn plaats, zo zal zij hem loochenen, zeggende: Ik heb u niet gezien.
En mijn dagen zijn lichter geweest dan een loper; zij zijn weggevloden, zij hebben het goede niet gezien.
En waarom hebt Gij mij uit de baarmoeder voortgebracht? Och, dat ik den geest gegeven had, en geen oog mij gezien had!
Ziet, dat alles heeft mijn oog gezien, mijn oor gehoord en verstaan.
Ik zal u wijzen, hoor mij aan, en hetgeen ik gezien heb, dat zal ik vertellen;
Zal hij, gelijk zijn drek, in eeuwigheid vergaan; die hem gezien hadden, zullen zeggen: Waar is hij?
Ziet, gij zelve allen hebt het gezien; en waarom wordt gij dus door ijdelheid verijdeld?
De roofvogel heeft het pad niet gekend, en het oog der kraai heeft het niet gezien.
Dat zijn vlees verdwijnt uit het gezicht, en zijn beenderen, die niet gezien werden, uitsteken;
Zijn u de poorten des doods ontdekt, en hebt gij gezien de poorten van de schaduw des doods?
Zijt gij gekomen tot de schatkameren der sneeuw, en hebt gij de schatkameren des hagels gezien?
Zoekresultaten op Versies
Zoekresultaten op Boek
- Genesis (15)
- Exodus (11)
- Leviticus (6)
- Numberi (7)
- Deuteronomium (16)
- Jozua (2)
- Richteren (7)
- 1 Samuël (8)
- 2 Samuël (4)
- 1 Koningen (8)
- 2 Koningen (7)
- 1 Kronieken (1)
- 2 Kronieken (2)
- Ezra (1)
- Esther (1)
- Job (15)
- Psalmen (18)
- Spreuken (5)
- Prediker (15)
- Hooglied (2)
- Jesaja (11)
- Jeremia (9)
- Klaagliederen (6)
- Ezechiël (15)
- Daniël (12)
- Amos (1)
- Obadja (2)
- Micha (1)
- Habakuk (1)