'Goddeloosheid' in de Bijbel

Want zij eten brood der goddeloosheid, en drinken wijn van enkel geweld.

Want Mijn gehemelte zal de waarheid bedachtelijk uitspreken, en de goddeloosheid is Mijn lippen een gruwel.

Schatten der goddeloosheid doen geen nut; maar de gerechtigheid redt van den dood.

De gerechtigheid des oprechten maakt zijn weg recht; maar de goddeloze valt door zijn goddeloosheid.

De mens zal niet bevestigd worden door goddeloosheid; maar de wortel der rechtvaardigen zal niet bewogen worden.

De gerechtigheid bewaart den oprechte van weg; maar de goddeloosheid zal den zondaar omkeren.

Het is der koningen gruwel goddeloosheid te doen; want door gerechtigheid wordt de troon bevestigd.