3 gebeurtenissen in 1 vertaling

'Hemel' in de Bijbel

Als David zijn ogen ophief, zo zag hij den engel des HEEREN, staande tussen de aarde en tussen den hemel, met zijn uitgetrokken zwaard in zijn hand, uitgestrekt over Jeruzalem; toen viel David, en de oudsten, bedekt met zakken, op hun aangezichten.

VersbegrippenHemel En AardeBuigingJute En AsStaan

Toen bouwde David aldaar den HEERE een altaar, en hij offerde brandofferen en dankofferen. Als hij den HEERE aanriep, zo antwoordde Hij hem door vuur uit den hemel, op het brandofferaltaar.

VersbegrippenBemiddelingAntwoorden Door VuurAltaren Voor De HeerAltaren BouwenVuur Van De HemelOffers VerbrandenGod Beantwoordt

Uw, o HEERE, is de grootheid, en de macht, en de heerlijkheid, en de overwinning, en de majesteit; want alles, wat in den hemel en op aarde is, is Uw: Uw, o HEERE, is het Koninkrijk, en Gij hebt U verhoogd tot een Hoofd boven alles.

VersbegrippenDe Grootheid Van GodDe Glorie Van GodAarde, Behorend Tot GodDe Majesteit Van GodDe Soevereiniteit Van GodDe Uniekheid Van GodDirecteurschapVoorzienigheidGods Glorie OnthuldKrachtGrootsheidBehorenAanbiddingOverheersing

Public domain