'Hout' in de Bijbel
En de zonen van Aaron, den priester, zullen vuur maken op het altaar, en zullen het hout op het vuur schikken.
Ook zullen de zonen van Aaron, de priesters, de stukken, het hoofd en het smeer, schikken op het hout, dat op het vuur is, hetwelk op het altaar is.
Daarna zal hij het in zijn stukken delen, mitsgaders zijn hoofd en zijn smeer; en de priester zal die schikken op het hout, dat op het vuur is, hetwelk op het altaar is.
Verder zal hij die met zijn vleugelen klieven, niet afscheiden; en de priester zal die aansteken op het altaar, op het hout, dat op het vuur is; het is een brandoffer, een vuuroffer, tot een liefelijken reuk den HEERE.
En de zonen van Aaron zullen dat aansteken op het altaar, op het brandoffer, hetwelk op het hout zal zijn, dat op het vuur is; het is een vuuroffer, tot een liefelijken reuk den HEERE.
En dien gehele var zal hij tot buiten het leger uitvoeren, aan een reine plaats, waar men de as uitstort, en zal hem met vuur op het hout verbranden; bij de uitgegoten as zal hij verbrand worden.
Het vuur nu op het altaar zal daarop brandende gehouden worden, het zal niet uitgeblust worden; maar de priester zal daar elken morgen hout aansteken, en zal daarop het brandoffer schikken, en het vet der dankofferen daarop aansteken.
Daarom zal men dat huis, zijn stenen, en zijn hout even afbreken, mitsgaders al het leem van het huis, en men zal het tot buiten de stad uitvoeren, aan een onreine plaats.
Zoekresultaten op Versies
Zoekresultaten op Boek
- Genesis (5)
- Exodus (4)
- Leviticus (8)
- Numberi (3)
- Deuteronomium (8)
- Jozua (1)
- Richteren (1)
- 1 Samuël (1)
- 2 Samuël (2)
- 1 Koningen (11)
- 2 Koningen (5)
- 1 Kronieken (4)
- 2 Kronieken (7)
- Ezra (3)
- Nehemia (2)
- Job (2)
- Spreuken (2)
- Prediker (1)
- Hooglied (1)
- Jesaja (5)
- Jeremia (6)
- Klaagliederen (3)
- Ezechiël (13)
- Daniël (1)
- Hosea (1)
- Habakuk (2)
- Zacharia (1)