'Hulp' in de Bijbel
Hij zende uw hulp uit het heiligdom, en ondersteune u uit Sion.
Maar Gij, HEERE! wees niet verre; mijn Sterkte! haast U tot mijn hulp.
Verberg Uw aangezicht niet voor mij, keer Uw knecht niet af in toorn; Gij zijt mijn Hulp geweest, begeef mij niet, en verlaat mij niet, o God mijns heils!
Onze ziel verbeidt den HEERE: Hij is onze Hulp en ons Schild.
Grijp het schild en de rondas, en sta op tot mijn hulp.
[ (Psalms 38:23) Haast U tot mijn hulp, HEERE, mijn Heil! ]
Het behage U, HEERE! mij te verlossen; HEERE! haast U tot mijn hulp.
[ (Psalms 40:18) Ik ben wel ellendig en nooddruftig, maar de HEERE denkt aan mij; Gij zijt mijn Hulp en mijn Bevrijder; o mijn God! vertoef niet. ]
[ (Psalms 44:27) Sta op, ons ter hulp, en verlos ons om Uwer goedertierenheid wil. ]
Een lied op Alamoth, voor den opperzangmeester, onder de kinderen van Korach. (1a) God is ons een Toevlucht en Sterkte; Hij is krachtelijk bevonden een Hulp in benauwdheden.
[ (Psalms 60:13) Geef Gij ons hulp uit de benauwdheid, want 's mensen heil is ijdelheid. ]
Want Gij zijt mij een hulp geweest; en in de schaduw Uwer vleugelen zal ik vrolijk zingen.
Een psalm van David, voor den opperzangmeester, om te doen gedenken. (1a) Haast U, o God, om mij te verlossen, o HEERE, tot mijn hulp.
[ (Psalms 70:6) Doch ik ben ellendig en nooddruftig; o God, haast U tot mij; Gij zijt mijn Hulp en mijn Bevrijder; HEERE, vertoef niet! ]
O God, wees niet verre van mij; mijn God! haast U tot mijn hulp.
Toen hebt Gij in een gezicht gesproken van Uw heilige, en gezegd: Ik heb hulp besteld bij een held; Ik heb een verkorene uit het volk verhoogd.
Ten ware dat de HEERE mij een Hulp geweest ware, mijn ziel had bijna in de stilte gewoond.
Geef Gij ons hulp uit de benauwdheid; want des mensen heil is ijdelheid.
Israel! vertrouw gij op den HEERE; Hij is hun Hulp en hun Schild.
Gij huis van Aaron! vertrouw op den HEERE; Hij is hun Hulp en hun Schild.
Gijlieden, die den HEERE vreest! vertrouwt op den HEERE; Hij is hun Hulp en hun Schild.
Laat Uw hand mij te hulp komen, want ik heb Uw bevelen verkoren.
Een lied Hammaaloth. Ik hef mijn ogen op naar de bergen, van waar mijn hulp komen zal.
Mijn hulp is van den HEERE, Die hemel en aarde gemaakt heeft.
Onze hulp is in den Naam des HEEREN, Die hemel en aarde gemaakt heeft.
Welgelukzalig is hij, die den God Jakobs tot zijn Hulp heeft, wiens verwachting op den HEERE, zijn God is;