43 gebeurtenissen

'Met' in de Bijbel

En zij zeiden tot mij: De overgeblevenen, die van de gevangenis aldaar in het landschap zijn overgebleven, zijn in grote ellende en in versmaadheid; en Jeruzalems muur is verscheurd, en haar poorten zijn met vuur verbrand.

VersbegrippenVersterkingenStadPoortenStormrammenMurenVernietiging Van JeruzalemVernietiging Van De Muur Van JeruzalemPoorten Van De StadJeruzalem VerbrandenOverlevenden Van Israël

En ik zeide tot de koning: De koning leve in eeuwigheid! Hoe zou mijn aangezicht niet treurig zijn, daar de stad, de plaats der begravenissen mijner vaderen, woest is, en haar poorten met vuur verteerd zijn?

VersbegrippenPoortenArcheologieBurgers, Christelijke PlichtenVernietiging Van JeruzalemPoorten Van De StadJeruzalem Verbranden

Toen kwam ik tot de landvoogden aan gene zijde der rivier, en gaf hun de brieven des konings. En de koning had oversten des heirs en ruiteren met mij gezonden.

VersbegrippenVoorbij De Rivier

Toen nu Sanballat, de Horoniet, en Tobia, de Ammonietische knecht dat hoorden, mishaagde het hun met groot mishagen, dat er een mens gekomen was, om wat goeds te zoeken voor de kinderen Israels.

VersbegrippenVijanden Van Israël En JudaKarakter Van Het KwaadVoorbeeld Van AfgunstVoorbeelden Van BoosaardigheidDe Goddelozen Lijden

Daarna maakte ik mij des nachts op, ik en weinig mannen met mij, en ik gaf geen mens te kennen, wat mijn God in mijn hart gegeven had, om aan Jeruzalem te doen; en er was geen dier met mij, dan het dier, waarop ik reed.

VersbegrippenHart En De Heilige GeestOp Paarden RijdenGedurende Een NachtZij Die Niets Zeggen

En ik trok uit bij nacht door de Dalpoort, en voorbij de Drakenfontein, en naar de Mistpoort, en ik brak aan de muren van Jeruzalem, dewelke verscheurd waren, en haar poorten met vuur verteerd.

VersbegrippenDrek En MestPoorten Van De StadGenoemde PoortenJeruzalem VerbrandenInspecterenGedurende Een Nacht

Toen zeide ik tot hen: Gijlieden ziet de ellende, waarin wij zijn, dat Jeruzalem woest is, en haar poorten met vuur verbrand zijn; komt, en laat ons Jeruzalems muur opbouwen; opdat wij niet meer een versmaadheid zijn.

VersbegrippenMurenNoodVernietiging Van JeruzalemPoorten Van De StadJeruzalem VerbrandenSchaamte EliminerenWederopbouw van JeruzalemWederopbouw

En Eljasib, de hogepriester, maakte zich op met zijn broederen, de priesteren, en zij bouwden de Schaapspoort; zij heiligden ze, en richtten haar deuren op; ja, zij heiligden ze tot aan den toren Mea, tot aan den toren Hananeel.

VersbegrippenPoortenHogepriesters In OTTorensGenoemde Poorten

De Vispoort nu bouwden de kinderen van Senaa; zij zolderden die, en richtten haar deuren op, met haar sloten en haar grendelen.

VersbegrippenPoortenGenoemde Poorten

En de Oude poort verbeterden Jojada, de zoon van Paseah, en Mesullam, de zoon van Besodja; deze zolderden zij, en richtten haar deuren op, met haar sloten en haar grendelen.

VersbegrippenGenoemde Poorten

De Dalpoort verbeterden Hanun, en de inwoners van Zanoah; zij bouwden die, en richtten haar deuren op, met haar sloten en haar grendelen; daartoe duizend ellen aan den muur, tot aan de Mistpoort.

VersbegrippenGenoemde PoortenHomohuwelijk

De Mistpoort nu verbeterde Malchia, de zoon van Rechab, overste van het deel Beth-Cherem; hij bouwde ze, en richtte haar deuren op, met haar sloten en haar grendelen.

VersbegrippenGenoemde Poorten

En de Fonteinpoort verbeterde Sallum, de zoon van Kol-Hoze, overste van het deel van Mizpa; hij bouwde ze, en overdekte ze, en richtte haar deuren op, met haar sloten en haar grendelen; daartoe den muur des vijvers Schelah bij des konings hof, en tot aan de trappen, die afgaan van Davids stad.

VersbegrippenNatuurlijke TuinTuinbouwTrappenPoelenGenoemde PoortenStappenTuinen Aan Paleizen

Daarom zette ik in de benedenste plaatsen achter den muur, en op de hoogten, en ik zette het volk naar de geslachten, met hun zwaarden, hun spiesen en hun bogen.

VersbegrippenFamilie SolidariteitSperenJouw Familie BeschermenKwetsbaarheid

Die aan den muur bouwden, en die den last droegen, en die oplaadden, waren een ieder met zijn ene hand doende aan het werk, en de andere hield het geweer.

VersbegrippenLastenBouwWederopbouw

En de bouwers hadden een iegelijk zijn zwaard aan zijn lenden gegord, en bouwden; maar die met de bazuin blies, was bij mij.

VersbegrippenInstrumentalistenFamilie GeschilKwetsbaarheidWederopbouw

Ook zeide ik te dier tijd tot het volk: Een iegelijk vernachte met zijn jongen binnen Jeruzalem, opdat zij ons des nachts ter wacht zijn, en des daags aan het werk.

En mijn hart beraadslaagde in mij; daarna twistte ik met de edelen, en met de overheden, en zeide tot hen: Gijlieden vordert een last, een iegelijk van zijn broeder. Voorts belegde ik een grote vergadering tegen hen.

VersbegrippenDe Menselijke GeestVoorbeelden Van Hebzucht

Ook van dien dag af, dat hij mij bevolen heeft hun landvoogd te zijn in het land Juda, van het twintigste jaar af, tot het twee en dertigste jaar van den koning Arthahsasta, zijnde twaalf jaren, heb ik, met mijn broederen, het des landvoogds niet gegeten.

VersbegrippenBestuurdersArtaxerxes De KoningTien Tot Veertien Jaar

Toen zond Sanballat tot mij op dezelfde wijze, ten vijfden male, zijn jongen, met een open brief in zijn hand.

VersbegrippenBrievenBreuken, Een VijfdeVijfdeDingen Manifesteren

Dewelke kwamen met Zerubbabel, Jesua, Nehemia, Azaria, Raamja, Nahamani, Mordechai, Bilsan, Mispereth, Bigvai, Nehim en Baena. Dit is het getal der mannen van het volk van Israel.

VersbegrippenSamengaan

En Hattirsatha zeide tot hen, dat zij van de heiligste dingen niet zouden eten, totdat er een priester stond met urim en thummim.

VersbegrippenDe Urim en TummimUrim En Tummin

En Ezra loofde den HEERE, den groten God; en al het volk antwoordde: Amen, amen! met opheffing hunner handen, en neigden zich, en aanbaden den HEERE, met de aangezichten ter aarde.

VersbegrippenEen Vierde Pad

Voorts op den vier en twintigsten dag dezer maand verzamelden zich de kinderen Israels met vasten en met zakken, en aarde was op hen.

VersbegrippenDoekSoorten Van AscetismeVoorbeelden Van BerouwJute En AsVasten, Vergezeld VanMaand 7VastenVasten En Bidden

Jesua nu, en Bani, Kadmiel, Sebanja, Bunni, Serebja, Bani en Chenani, stonden op het hoge gestoelte der Levieten, en riepen met luider stem tot den HEERE, hun God;

VersbegrippenTrappenJuichen Naar De Heer

En Gij hebt zijn hart getrouw gevonden voor Uw aangezicht, en hebt een verbond met hem gemaakt, dat Gij zoudt geven het land der Kanaanieten, der Hethieten, der Amorieten, en der Ferezieten, en der Jebusieten, en der Girgasieten, dat Gij het zijn zade zoudt geven; en Gij hebt Uw woorden bevestigd, omdat Gij rechtvaardig zijt.

VersbegrippenDe Trouw Van GodDe Gerechtigheid Van GodHart En De Heilige GeestVernieuwd HartGod Gaf Het LandGods Verbond Met De Patriarchen

En Gij hebt ze des daags geleid met een wolkkolom, en des nachts met een vuurkolom, om hen te lichten op den weg, waarin zij zouden wandelen.

VersbegrippenGoddelijke ManifestatiesNatuurlijk LichtZuilenGedenkstenenGod Verschijnt In VuurLicht In De WereldGedurende De DagGod heeft GeleidNavigatie

En Gij zijt neergedaald op den berg Sinai, en hebt met hen gesproken uit den hemel; en Gij hebt hun gegeven rechtmatige rechten, en getrouwe wetten, goede inzettingen en geboden.

VersbegrippenUitstekende WetGod Spreekt Vanuit De Hemel

En de poortiers: Akkub, Talmon, met hun broederen, die wacht hielden in de poorten, waren honderd twee en zeventig.

VersbegrippenPoortwachtersPoortenPortiersHonderd En Enkelen

Dit nu zijn de priesters en de Levieten, die met Zerubbabel, den zoon van Sealthiel, en Jesua, optogen: Seraja, Jeremia, Ezra,

In de inwijding nu van Jeruzalems muur, zochten zij de Levieten uit al hun plaatsen, dat zij hen te Jeruzalem brachten, om de inwijding te doen met vreugde, en met dankzeggingen, en met gezang, cimbalen, luiten, en met harpen.

VersbegrippenBaby ToewijdingHarpenVreugde Van IsraëlLierMuziekSoorten MuziekinstrumentenOrkestenCymbalenDe Muren Van Jeruzalem Bouwen

En van de priesters kinderen met trompetten: Zecharja, de zoon van Jonathan, den zoon van Semaja, den zoon van Matthanja, den zoon van Michaja, den zoon van Zakkur, den zoon van Asaf;

VersbegrippenTrompetten Voor De Viering

En zijn broeders, Semaja, en Azareel, Milalai, Gilalai, Maai, Nethaneel, en Juda, Hanani, met muziekinstrumenten van David, den man Gods; en Ezra, de schriftgeleerde, ging voor hun aangezicht heen.

VersbegrippenMan Van God

Het tweede dankkoor nu ging tegenover, en ik achter hetzelve, met de helft des volks, op den muur, van boven den Bakoventoren, tot aan den breden muur;

VersbegrippenOvensOvensAan De Linkerkant

Daarna stonden de beide dankkoren in Gods huis; ook ik en de helft der overheden met mij.

VersbegrippenKorenHelft Van GroepenOude KorenDankbaarheid Tegenover AnderenBedanken

En de priesters, Eljakim, Maaseja, Minjamin, Michaja, Eljoenai, Zacharja, Hananja, met trompetten;

VersbegrippenTrompetten Voor De Viering

Voorts Maaseja, en Semaja, en Eleazar, en Uzzi, en Johanan, en Malchia, en Elam, en Ezer; ook lieten zich de zangers horen, met Jizrahja, den opziener.

VersbegrippenZangers

En zij offerden deszelven daags grote slachtofferen, en waren vrolijk; want God had hen vrolijk gemaakt met grote vrolijkheid; en ook waren de vrouwen en de kinderen vrolijk; zodat de vrolijkheid van Jeruzalem tot van verre gehoord werd.

VersbegrippenDe Vreugde Van GodDe Grootheid Van GodVreugde Als Menselijke ErvaringOpwindingGoede Dingen Van VerafVreugde In Gods Werk

Omdat zij den kinderen Israels niet waren tegengekomen met brood en met water, ja, Bileam tegen hen gehuurd hadden, om hen te vloeken, hoewel onze God den vloek omkeerde in een zegen.

VersbegrippenHurenZegen En VloekIsraël Vervloeken

Voorts gaf ik bevel, en zij reinigden de kameren; en ik bracht daar weder in de vaten van Gods huis, met het spijsoffer en den wierook.

VersbegrippenUitrusting, SpiritueelPlechtighedenHuis Van GodReine Objecten

En ik twistte met de overheden, en zeide: Waarom is het huis Gods verlaten? Doch ik vergaderde hen, en herstelde ze in hun stand.

VersbegrippenAchtergelaten WordenVerzuimGeschillenGods Dingen Verzaken

Zo twistte ik met de edelen van Juda, en zeide tot hen: Wat voor een boos ding is dit, dat gijlieden doet, en ontheiligt den sabbatdag?

VersbegrippenEdelenGodslasteringGerechtvaardigde Voorbeelden Van WoedeGeschillenDe Sabbat Overtreden

Zo twistte ik met hen, en vloekte hen, en sloeg sommige mannen van hen, en plukte hun het haar uit; en ik deed hen zweren bij God: Indien gij uw dochteren hun zonen zult geven, en indien gij van hun dochteren voor uw zonen of voor u zult nemen!

VersbegrippenMenselijke VloekenGeselingHarenGeschillenHaar PlukkenDe Goddeloze VervloekenMensen Die Gebonden Zijn Aan Een EedVloekenInterraciaal

Zoekresultaten op Versies

Zoekresultaten op Boek


Public domain