'Op' in de Bijbel
Maak u op, ga naar de grote stad Nineve, en predik tegen haar; want hunlieder boosheid is opgeklommen voor Mijn aangezicht.
Maar Jona maakte zich op om te vluchten naar Tarsis, van het aangezicht des HEEREN; en hij kwam af te Jafo, en vond een schip, gaande naar Tarsis, en hij gaf de vracht daarvan, en ging neder in hetzelve, om met henlieden te gaan naar Tarsis, van het aan gezicht des HEEREN.
Maar de HEERE wierp een groten wind op de zee; en er werd een grote storm in de zee, zodat het schip dacht te breken.
En de opperschipper naderde tot hem, en zeide tot hem: Wat is u, gij hardslapende? Sta op, roep tot uw God, misschien zal die God aan ons gedenken, dat wij niet vergaan.
Voorts zeiden zij, een ieder tot zijn metgezel: Komt, en laat ons loten werpen, opdat wij mogen weten, om wiens wil ons dit kwaad overkomt. Alzo wierpen zij loten, en het lot viel op Jona.
En hij zeide tot hen: Neemt mij op, en werpt mij in de zee, zo zal de zee stil worden van ulieden; want ik weet, dat deze grote storm ulieden om mijnentwil over komt.
Toen riepen zij tot den HEERE, en zeiden: Och HEERE! laat ons toch niet vergaan om dezes mans ziel, en leg geen onschuldig bloed op ons; want Gij, HEERE! hebt gedaan, gelijk als het U heeft behaagd.
En zij namen Jona op, en wierpen hem in de zee. Toen stond de zee stil van haar verbolgenheid.
De HEERE nu sprak tot den vis; en hij spuwde Jona uit op het droge.
Maak u op, ga naar de grote stad Nineve; en predik tegen haar de prediking, die Ik tot u spreek.
Toen maakte zich Jona op, en ging naar Nineve, naar het woord des HEEREN. Nineve nu was een grote stad Gods, van drie dagreizen.
Want dit woord geraakte tot den koning van Nineve, en hij stond op van zijn troon, en deed zijn heerlijk overkleed van zich; en hij bedekte zich met een zak, en zat neder in de as.
En het geschiedde, als de zon oprees, dat God een stillen oostenwind beschikte; en de zon stak op het hoofd van Jona, dat hij amechtig werd; en hij wenste zijner ziel te mogen sterven, en zeide: Het is mij beter te sterven dan te leven.
Zoekresultaten op Versies
Zoekresultaten op Boek
- Genesis (249)
- Exodus (190)
- Leviticus (194)
- Numberi (180)
- Deuteronomium (130)
- Jozua (118)
- Richteren (144)
- Ruth (20)
- 1 Samuël (155)
- 2 Samuël (118)
- 1 Koningen (179)
- 2 Koningen (156)
- 1 Kronieken (61)
- 2 Kronieken (136)
- Ezra (40)
- Nehemia (55)
- Esther (39)
- Job (114)
- Psalmen (329)
- Spreuken (81)
- Prediker (21)
- Hooglied (20)
- Jesaja (190)
- Jeremia (188)
- Klaagliederen (28)
- Ezechiël (222)
- Daniël (60)
- Hosea (24)
- Joël (12)
- Amos (24)
- Obadja (8)
- Jona (13)
- Micha (17)
- Nahum (13)
- Habakuk (11)
- Zefanja (7)
- Zacharia (28)
- Maleachi (7)
- Mattheüs (121)
- Markus (94)
- Lukas (142)
- Johannes (63)
- Handelingen (144)
- Romeinen (14)
- 1 Corinthiërs (21)
- 2 Corinthiër (8)
- Galaten (4)
- Efeziërs (10)
- Filippenzen (7)
- Colossenzen (5)
- 1 Thessalonicenzen (2)
- 2 Thessalonicenzen (1)
- 1 Timotheüs (6)
- Filémon (1)
- Hebreeën (22)
- Jakobus (5)
- 1 Petrus (8)
- 2 Petrus (4)
- 1 Johannes (2)
- Judas (2)
- Openbaring (99)