Galaten 5:18

Maar indien gij door den Geest geleid wordt, zo zijt gij niet onder de wet.

Romeinen 8:14

Want zovelen als er door den Geest Gods geleid worden, die zijn kinderen Gods.

Psalmen 25:4-5

Daleth. HEERE! maak mij Uw wegen bekend, leer mij Uw paden.

Psalmen 25:8-9

Teth. De HEERE is goed en recht; daarom zal Hij de zondaars onderwijzen in den weg.

Psalmen 143:8-10

Doe mij Uw goedertierenheid in den morgenstond horen, want ik betrouw op U; maak mij bekend den weg, dien ik te gaan heb, want ik hef mijn ziel tot U op.

Spreuken 8:20

Ik doe wandelen op den weg der gerechtigheid, in het midden van de paden des rechts;

Jesaja 48:16-18

Nadert gijlieden tot Mij, hoort dit: Ik heb van den beginne niet in het verborgene gesproken, maar van dien tijd af, dat het geschied is, ben Ik daar; en nu, de Heere HEERE, en Zijn Geest heeft Mij gezonden.

Ezechiël 36:27

En Ik zal Mijn Geest geven in het binnenste van u; en Ik zal maken, dat gij in Mijn inzettingen zult wandelen, en Mijn rechten zult bewaren en doen.

Johannes 16:13

Maar wanneer Die zal gekomen zijn, namelijk de Geest der waarheid, Hij zal u in al de waarheid leiden; want Hij zal van Zichzelven niet spreken, maar zo wat Hij zal gehoord hebben, zal Hij spreken, en de toekomende dingen zal Hij u verkondigen.

Romeinen 6:14-15

Want de zonde zal over u niet heersen; want gij zijt niet onder de wet, maar onder de genade.

Romeinen 7:4

Zo dan, mijn broeders, gij zijt ook der wet gedood door het lichaam van Christus, opdat gij zoudt worden eens Anderen, namelijk Desgenen, Die van de doden opgewekt is, opdat wij Gode vruchten dragen zouden.

Romeinen 8:12

Zo dan, broeders, wij zijn schuldenaars niet aan het vlees, om naar het vlees te leven.

Galaten 4:5-6

Opdat Hij degenen, die onder de wet waren, verlossen zou, en opdat wij de aanneming tot kinderen verkrijgen zouden.

Galaten 5:16

En ik zeg: Wandelt door den Geest en volbrengt de begeerlijkheden des vleses niet.

Galaten 5:25

Indien wij door den Geest leven, zo laat ons ook door den Geest wandelen.

1 Timotheüs 1:9

En hij dit weet, dat den rechtvaardigen de wet niet is gezet, maar den onrechtvaardigen en den halsstarrigen, den goddelozen en den zondaren, den onheiligen en den ongoddelijken, den vadermoorders en den moedermoorders, den doodslagers,

2 Timotheüs 1:7

Want God heeft ons niet gegeven een geest der vreesachtigheid, maar der kracht, en der liefde, en der gematigdheid.

1 Johannes 2:20-27

Doch gij hebt de zalving van den Heilige, en gij weet alle dingen.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain