Genesis 49:20
Van Aser, zijn brood zal vet zijn; en hij zal koninklijke lekkernijen leveren.
Genesis 30:13
Toen zeide Lea: Tot mijn geluk! want de dochters zullen mij gelukkig achten; en zij noemde zijn naam Aser.
Deuteronomium 33:24-25
En van Aser zeide hij: Aser zij gezegend met zonen; hij zij zijn broederen aangenaam, en dope zijn voet in olie.
Genesis 46:17
En de zonen van Aser: Jimna, en Jisva, en Jisvi, en Berija, en Sera, hun zuster; en de zonen van Berija: Heber en Malchiel.
Jozua 19:24-31
Toen ging het vijfde lot voor den stam der kinderen van Aser uit, naar hun huisgezinnen.
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd