Job 39:22

Zult gij het paard sterkte geven? Kunt gij zijn hals met donder bekleden?

Job 39:16

Zijn an u de verheugelijke vleugelen der pauwen? Of de vederen des ooievaars, en des struisvogels?

Job 39:18

En vergeet, dat de voet die drukken kan, en de dieren des velds die vertrappen kunnen?

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain