Job 6:30

Zou onrecht op mijn tong wezen? Zou mijn gehemelte niet de ellenden te verstaan geven?

Job 12:11

Zal niet het oor de woorden proeven, gelijk het gehemelte voor zich de spijze smaakt?

Job 6:6

Wordt ook het onsmakelijke gegeten zonder zout? Is er smaak in het witte des dooiers?

Job 33:8-12

Zeker, gij hebt gezegd voor mijn oren, en ik heb de stem der woorden gehoord;

Job 34:3

Want het oor proeft de woorden, gelijk het gehemelte de spijze smaakt.

Job 42:3-6

Wie is hij, zegt Gij, die den raad verbergt zonder wetenschap? Zo heb ik dan verhaald, hetgeen ik niet verstond, dingen, die voor mij te wonderbaar waren, die ik niet wist.

Hebreeën 5:14

Maar der volmaakten is de vaste spijze, die door de gewoonheid de zinnen geoefend hebben, tot onderscheiding beide des goeds en des kwaads.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain