1 En Hij begon door gelijkenissen tot hen te zeggen: Een mens plantte een wijngaard, en zette een tuin daarom, en groef een wijnpersbak, en bouwde een toren, en verhuurde dien aan de landlieden, en reisde buitenslands.
1 And He began to speak to them in parables: “A man planted a vineyard and put a wall around it, and dug a vat under the wine press and built a tower, and rented it out to vine-growers and went on a journey.
12 En zij zochten Hem te vangen, maar zij vreesden de schare; want zij verstonden, dat Hij die gelijkenis op hen sprak; en zij verlieten Hem en gingen weg.
12 And they were seeking to seize Him, and yet they feared the people, for they understood that He spoke the parable against them. And so they left Him and went away.
14 Dezen nu kwamen en zeiden tot Hem: Meester, wij weten, dat Gij waarachtig zijt, en naar niemand vraagt; want Gij ziet den persoon der mensen niet aan, maar Gij leert den weg Gods in der waarheid; is het geoorloofd, den keizer schatting te geven, of niet? Zullen wij geven, of niet geven?
14 They *came and *said to Him, “Teacher, we know that You are truthful and defer to no one; for You are not partial to any, but teach the way of God in truth. Is it lawful to pay a poll-tax to Caesar, or not?
19 Meester! Mozes heeft ons geschreven: Indien iemands broeder sterft, en een vrouw achterlaat, en geen kinderen nalaat, dat zijn broeder deszelfs vrouw nemen zal en zijn broeder zaad verwekken.
19 “Teacher, Moses wrote for us that if a man’s brother dies and leaves behind a wife and leaves no child, his brother should marry the wife and raise up children to his brother.
26 Doch aangaande de doden, dat zij opgewekt zullen worden, hebt gij niet gelezen in het boek van Mozes, hoe God in het doornenbos tot hem gesproken heeft, zeggende: Ik ben de God Abrahams, en de God Izaks, en de God Jakobs?
26 But regarding the fact that the dead rise again, have you not read in the book of Moses, in the passage about the burning bush, how God spoke to him, saying, ‘I am the God of Abraham, and the God of Isaac, and the God of Jacob’?
28 En een der Schriftgeleerden horende, dat zij te zamen in woorden waren, en wetende, dat Hij hun wel geantwoord had, kwam tot Hem, en vraagde Hem: Welk is het eerste gebod van allen?
28 One of the scribes came and heard them arguing, and recognizing that He had answered them well, asked Him, “What commandment is the foremost of all?”
30 En gij zult den Heere, uw God, liefhebben uit geheel uw hart, en uit geheel uw ziel, en uit geheel uw verstand, en uit geheel uw kracht. Dit is het eerste gebod.
30 and you shall love the Lord your God with all your heart, and with all your soul, and with all your mind, and with all your strength.’
33 En Hem lief te hebben uit geheel het hart, en uit geheel het verstand, en uit geheel de ziel, en uit geheel de kracht; en den naaste lief te hebben als zichzelven, is meer dan al de brandofferen en de slachtofferen.
33 and to love Him with all the heart and with all the understanding and with all the strength, and to love one’s neighbor as himself, is much more than all burnt offerings and sacrifices.”
34 En Jezus ziende, dat hij verstandelijk geantwoord had, zeide tot hem: Gij zijt niet verre van het Koninkrijk Gods. En niemand durfde Hem meer vragen.
34 When Jesus saw that he had answered intelligently, He said to him, “You are not far from the kingdom of God.” After that, no one would venture to ask Him any more questions.
36 Want David zelf heeft door den Heiligen Geest gezegd: De Heere heeft gezegd tot mijn Heere: Zit aan Mijn rechter hand, totdat Ik Uw vijanden zal gezet hebben tot een voetbank Uwer voeten.
36 David himself said in the Holy Spirit,‘The Lord said to my Lord,“Sit at My right hand,Until I put Your enemies beneath Your feet.”’
38 En Hij zeide tot hen in Zijn leer: Wacht u voor de schriftgeleerden, die daar gaarne willen wandelen in lange klederen, en gegroet zijn op de markten;
38 In His teaching He was saying: “Beware of the scribes who like to walk around in long robes, and like respectful greetings in the market places,
43 En Jezus, Zijn discipelen tot Zich geroepen hebbende, zeide tot hen: Voorwaar, Ik zeg u, dat deze arme weduwe meer ingeworpen heeft, dan allen, die in de schatkist geworpen hebben.
43 Calling His disciples to Him, He said to them, “Truly I say to you, this poor widow put in more than all the contributors to the treasury;
Public domain
New American Standard Bible Copyright ©1960, 1962, 1963, 1968, 1971, 1972, 1973, 1975, 1977, 1995 by The Lockman Foundation, La Habra, Calif. All rights reserved. For Permission to Quote Information visit http://www.lockman.org