15 gebeurtenissen in 1 vertaling

'Hunlieden' in de Bijbel

Toen antwoordde Mirjam hunlieden: Zingt den HEERE; want Hij is hogelijk verheven! Hij heeft het paard met zijn ruiter in de zee gestort!

VersbegrippenMensen WerpenZij Die Lof ZingenOude Koren

Dit zal hunlieden zijn tot een eeuwige inzetting. En die het water der afzondering sprengt, zal zijn klederen wassen; ook wie het water der afzondering aanroert, die zal onrein zijn tot aan den avond.

VersbegrippenRitueel WassenEeuwigdurende StatutenWater SprenkelenReine KledijOnrein Tot De Avond

Alzo gaf Mozes hunlieden, den kinderen van Gad, en de kinderen van Ruben, en den halven stam van Manasse, den zoon van Jozef, het koninkrijk van Sihon, koning der Amorieten, en het koninkrijk van Og, koning van Bazan; het land met de steden van hetzelve in de landpalen, de steden des lands rondom.

VersbegrippenLand Als Goddelijke VerantwoordelijkheidBreuken, Een HalfReuben Gad en Half Manasse

Hij zeide dan: De HEERE is van Sinai gekomen, en is hunlieden opgegaan van Seir; Hij is blinkende verschenen van het gebergte Paran, en is aangekomen met tien duizenden der heiligen; tot Zijn rechterhand was een vurige wet aan hen.

VersbegrippenZuidenTienduizendenDuizenden Engelen Aanbidden God

Met denwelken de Rubenieten en Gadieten hun erfenis ontvangen hebben; dewelke Mozes hunlieden gaf aan gene zijde van de Jordaan tegen het oosten, gelijk als Mozes, de knecht des HEEREN, hun gegeven had:

VersbegrippenLand Als Goddelijke VerantwoordelijkheidVoorbij JordaniëReuben Gad en Half Manasse

Ook zond Gideon boden in het ganse gebergte van Efraim, zeggende: Komt af de Midianieten tegemoet, en beneemt hunlieden de wateren, tot aan Beth-bara, te weten de Jordaan; alzo werd alle man van Efraim bijeengeroepen, en zij benamen hun de wateren tot aan Beth-bara, en de Jordaan.

Toen kwamen drie duizend mannen af uit Juda tot het hol der rots Etam, en zeiden tot Simson: Wist gij niet, dat de Filistijnen over ons heersen? Waarom hebt gij ons dan dit gedaan? En hij zeide tot hen: Gelijk als zij mij gedaan hebben, alzo heb ik hunlieden gedaan.

VersbegrippenLand Als Goddelijk GeschenkHeersersDrieduizend En MeerKwaad Met Kwaad Bestrijden

De wachter nu stond op den toren te Jizreel, en zag den hoop van Jehu, als hij aankwam, en zeide: Ik zie een hoop. Toen zeide Joram: Neem een ruiter, en zend dien hunlieden tegemoet, en dat hij zegge: Is het vrede?

VersbegrippenVersterkingenWachter

En Ik zal hunlieden het vlees hunner zonen en het vlees hunner dochteren doen eten, en zij zullen eten, een iegelijk het vlees zijns naasten, in de belegering en in de benauwing, waarmede hen hun vijanden, en die hun ziel zoeken, benauwen zullen.

VersbegrippenSlechte KinderenKannibalismeVoorspelde Aanvallen Op Jeruzalem

Dit nu zal hun tot een erfenis zijn: Ik ben hun Erfenis; daarom zult gij hunlieden geen bezitting geven in Israel; Ik ben hun Bezitting.

VersbegrippenDe Functie Van Priesters In De Tijd Van OTGod Is Mijn DeelGeen Aardse Erfenis

Voorts zullen de Levieten, die dienaars des huizes, ook de lengte hebben van vijf en twintig duizend, en de breedte van tien duizend, hunlieden tot een bezitting, voor twintig kameren.

VersbegrippenDienstbaarheid En Aanbidding Van GodSteden in Israël

En het geofferde van het hefoffer des lands zal hunlieden een heiligheid der heiligheden zijn, aan de landpale der Levieten.

En Ik zal ze in hun land planten; en zij zullen niet meer worden uitgerukt uit hun land, dat Ik hunlieden gegeven heb, zegt de HEERE, uw God.

VersbegrippenNooitUitpikkenGod Gaf Het LandGods Volk PlantteIsraëlLand

En Hij gebood hunlieden, dat zij het niemand zeggen zouden; maar wat Hij hun ook gebood, zo verkondigden zij het des te meer.

VersbegrippenOnverstandige GeestdriftGroei In ProclamatieChristus Die Dingen VerbergtVerhalen VerspreidenDe Bevelen Van Christus

Public domain