128 gebeurtenissen in 1 vertaling

'Oudsten' in de Bijbel

En Jozef toog op, om zijn vader te begraven; en met hem togen op alle Farao's knechten, de oudsten van zijn huis, en al de oudsten des lands van Egypte;

VersbegrippenPlechtighedenHoudingen Van Ouderdom

Ga heen, en verzamel de oudsten van Israel, en zeg tot hen: De HEERE, de God uwer vaderen, is mij verschenen, de God van Abraham, Izak en Jakob, zeggende: Ik heb ulieden getrouwelijk bezocht, en hetgeen ulieden in Egypte is aangedaan;

VersbegrippenOuderen Als GemeenschapsleidersGoddelijke WaakzaamheidSamenkomst LeidersGod VerschijntGod Besteedde Aandacht Aan HenDe Ouderen Die BijeenkomenDe Ouderen

En zij zullen uw stem horen; en gij zult gaan, gij en de oudsten van Israel, tot den koning van Egypte, en gijlieden zult tot hem zeggen: De HEERE, de God der Hebreen, is ons ontmoet; zo laat ons nu toch gaan den weg van drie dagen in de woestijn, opdat wij den HEERE, onzen God, offeren!

VersbegrippenGewichten En Maten, AfstandenDrie DagenBijzondere ReizenEen Feest In De WildernisAandacht Aan Mensen Besteden

Toen ging Mozes en Aaron, en zij verzamelden al de oudsten der kinderen Israels.

VersbegrippenOuderen Als GemeenschapsleidersSamenkomst LeidersDe Ouderen Die Bijeenkomen

Mozes dan riep al de oudsten van Israel, en zeide tot hen: Leest uit, en neemt u lammeren voor uw huisgezinnen, en slacht het pascha.

VersbegrippenPaaslamLammerenDe Betekenis Van MozesOfferingen DodenAnderen Die OproepenSchapen En GeitenDe Ouderen Die Bijeenkomen

Toen zeide de HEERE tot Mozes: Ga heen voor het aangezicht des volks, en neem met u uit de oudsten van Israel; en neem uw staf in uw hand, waarmede gij de rivier sloegt, en ga heen.

VersbegrippenDe Ouderen Die Bijeenkomen

Zie, Ik zal aldaar voor uw aangezicht op den rotssteen in Horeb staan; en gij zult op den rotssteen slaan, zo zal er water uitgaan, dat het volk drinke. Mozes nu deed alzo voor de ogen der oudsten van Israel.

VersbegrippenGod Voorziet WaterDe Aard Van WonderenDe Wonderen Van Mozes En AäronTypes Van ChristusRotsen SplijtenOpvallende RotsenProvisies Van Rotsen

En Mozes kwam en riep de oudsten des volks, en stelde voor hun aangezichten al deze woorden, die de HEERE hem geboden had.

VersbegrippenOuderen Als GemeenschapsleidersPolitieke LeidersHoudingen Van OuderdomAnderen Die OproepenDe Ouderen Die Bijeenkomen

Daarna zeide Hij tot Mozes: Klim op tot den HEERE, gij en Aaron, Nadab en Abihu, en zeventig van de oudsten van Israel; en buigt u neder van verre!

VersbegrippenAaron, PrivilegesOuderen Als GemeenschapsleidersZeventigIn De Bergen TrekkenDe Jaren ZeventigGod AanbiddenAfstand

Mozes nu en Aaron klommen opwaarts, ook Nadab en Abihu, en zeventig van de oudsten van Israel.

VersbegrippenAaron, PrivilegesIn De Bergen TrekkenDe Jaren ZeventigDe Ouderen

En hij zeide tot de oudsten: Blijft gij ons hier, totdat wij weder tot u komen; en ziet, Aaron en Hur zijn bij u; wie enige zaken heeft, zal tot dezelve komen.

VersbegrippenWachtenAaron, PrivilegesOnbeweeglijkheidTerplaatse BlijvenMensen Die WachtenBijbelteksten Wachten Tot Het Huwelijk

En de oudsten der vergadering zullen hun handen op het hoofd van den var leggen, voor het aangezicht des HEEREN; en hij zal den var slachten voor het aangezicht des HEEREN.

VersbegrippenHandopleggingHanden Op HoofdenHandoplegging Voor OffersOfferingen Doden

En het geschiedde op den achtsten dag, dat Mozes riep Aaron en zijn zonen, en de oudsten van Israel;

VersbegrippenAaron, Als HogepriesterDag 8De Ouderen Die Bijeenkomen

En de HEERE zeide tot Mozes: Verzamel Mij zeventig mannen uit de oudsten van Israel, dewelke gij weet, dat zij de oudsten des volks en deszelfs ambtlieden zijn; en gij zult hen brengen voor de tent der samenkomst, en zij zullen zich daar bij u stellen.

VersbegrippenDe Jaren ZeventigLijdersIdentiteitVerantwoordelijkheidDe OuderenOuderenOrganisatieSamenkomst

En Mozes ging uit, en sprak de woorden des HEEREN tot het volk; en hij verzamelde zeventig mannen uit de oudsten des volks, en stelde hen rondom de tent.

VersbegrippenDe Jaren Zeventig

Toen kwam de HEERE af in de wolk, en sprak tot hem, en afzonderende van den Geest, die op hem was, legde Hem op de zeventig mannen, die oudsten; en het geschiedde, als de Geest op hen rustte, dat zij profeteerden, maar daarna niet meer.

VersbegrippenHoudingen Van OuderdomOpenbaring In OTVoorspellenEensMaar 1 KeerOuderen

Daarna verzamelde zich Mozes tot het leger, hij en de oudsten van Israel.

VersbegrippenTroepen Die Naar Huis Gaan

Toen stond Mozes op, en ging tot Dathan en Abiram; en achter hem gingen de oudsten van Israel.

Derhalve zeide Moab tot de oudsten der Midianieten: Nu zal deze gemeente oplikken al wat rondom ons is, gelijk de os de groente des velds oplikt. Te dier tijd nu was Balak, de zoon van Zippor, koning der Moabieten.

VersbegrippenDe Ezel Van BalaamGrasTaalHet Eten Van Dieren

Toen gingen de oudsten der Moabieten, en de oudsten der Midianieten, en hadden het loon der waarzeggingen in hun hand; alzo kwamen zij tot Bileam, en spraken tot hem de woorden van Balak.

VersbegrippenHoudingen Van OuderdomMenselijke BeloningWaarzeggerij

En het geschiedde, als gij die stem uit het midden der duisternis hoordet, en de berg van vuur brandde, zo naderdet gij tot mij, alle hoofden uwer stammen, en uw oudsten,

VersbegrippenVuur Afkomstig Van GodGods Stem Horen

Zo zullen de oudsten zijner stad zenden, en nemen hem van daar, en zij zullen hem in de hand des bloedwrekers geven, dat hij sterve.

VersbegrippenStadMan Die Wraak Neemt

Zo zullen uw oudsten en uw rechters uitgaan, en zij zullen meten naar de steden, die rondom den verslagene zijn.

De stad nu, die de naaste zal zijn aan den verslagene, daar zullen de oudsten derzelver stad een jonge koe van de runderen nemen, met dewelke niet gearbeid is, die aan het juk niet getrokken heeft.

VersbegrippenStadJukVaarzenOngebruikt

En de oudsten derzelver stad zullen de jonge koe afbrengen in een ruw dal, dat niet bearbeid noch bezaaid zal zijn; en zij zullen deze jonge koe aldaar in het dal den nek doorhouwen.

VersbegrippenStromend WaterOntwrichtingOngebruikt

En alle oudsten derzelver stad, die naast aan den verslagene zijn, zullen hun handen wassen over deze jonge koe, die in dat dal de nek doorgehouwen is;

VersbegrippenOntwrichting

Zo zullen zijn vader en zijn moeder hem grijpen, en zij zullen hem uitbrengen tot de oudsten zijner stad, en tot de poorte zijner plaats.

VersbegrippenPoortenTot De Poorten Komen

En zij zullen zeggen tot de oudsten zijner stad: Deze onze zoon is afwijkende en wederspannig, hij is onze stem niet gehoorzaam; hij is een brasser en zuiper.

VersbegrippenAlcoholOuders OnterenOndankbare KinderenKoppige IndividuenBeschuldigd Van DronkenschapOpstandDronkaards

Dan zullen de vader van deze jonge dochter en haar moeder nemen, en tot de oudsten der stad aan de poort uitbrengen, den maagdom dezer jonge vrouw.

VersbegrippenStadTot De Poorten KomenMaagdelijkheid

En de vader van de jonge dochter zal tot de oudsten zeggen: Ik heb mijn dochter aan dezen man gegeven tot een vrouw; maar hij heeft haar gehaat;

VersbegrippenOprechtheidGeven In Het HuwelijkHuwelijk Tussen Man En VrouwHuwelijk KjvVaders En Dochter

En ziet, hij heeft oorzaak van opspraak gegeven, zeggende: Ik heb den maagdom aan uw dochter niet gevonden; dit nu is de maagdom mijner dochter. En zij zullen het kleed voor het aangezicht van de oudsten der stad uitbreiden.

VersbegrippenOnderscheidende KledingBeschuldigingenMaagdelijkheid

Dan zullen de oudsten derzelver stad dien man nemen, en kastijden hem;

VersbegrippenAfranselenRechterlijke Straf

Maar indien dezen man zijns broeders vrouw niet bevallen zal te nemen, zo zal zijn broeders vrouw opgaan naar de poort tot de oudsten, en zeggen: Mijns mans broeder weigert zijn broeder een naam te verwekken in Israel; hij wil mij den plicht van eens mans broeders niet doen.

VersbegrippenHoudingen Van OuderdomStadTot De Poorten KomenOnwillige MensenSchoonbroersHuwelijk Tussen Man En Vrouw

Dan zullen hem de oudsten zijner stad roepen, en tot hem spreken; blijft hij dan daarbij staan, en zegt: Het bevalt mij niet haar te nemen;

VersbegrippenOnwillige Mensen

Zo zal zijns broeders vrouw voor de ogen der oudsten tot hem toetreden, en zijn schoen van zijn voet uittrekken, en spuwen in zijn aangezicht, en zal betuigen en zeggen: Alzo zal dien man gedaan worden, die zijns broeders huis niet zal bouwen.

VersbegrippenGezichtenSpugenSpeeksel

En Mozes, te zamen met de oudsten van Israel, gebood het volk, zeggende: Behoudt al deze geboden, die ik ulieden heden gebiede.

VersbegrippenVolg De Geboden

Gij staat heden allen voor het aangezicht des HEEREN, uws Gods: uw hoofden uwer stammen, uw oudsten, en uw ambtlieden, alle man van Israel;

VersbegrippenStaanVreemdelingen Onder De Mensen

En Mozes schreef deze wet, en gaf ze aan de priesteren, de zonen van Levi, die de ark des verbonds des HEEREN droegen, en aan alle oudsten van Israel.

VersbegrippenBoekenDe Betekenis Van MozesDe Functie Van Priesters In De Tijd Van OTDe Rondreizende ArkHeilige Dingen DragenDe Wet Gegeven Door MozesDe Wet Van Mozes

Vergadert tot mij al de oudsten uwer stammen, en uw ambtlieden; dat ik voor hun oren deze woorden spreke, en tegen hen den hemel en de aarde tot getuigen neme.

VersbegrippenHemel En AardeSamenkomst LeidersDingen Als GetuigenDe Ouderen Die Bijeenkomen

Toen verscheurde Jozua zijn klederen, en viel op zijn aangezicht ter aarde, voor de ark des HEEREN, tot den avond toe, hij en de oudsten van Israel; en zij wierpen stof op hun hoofd.

VersbegrippenScheuren Van KledingFunctie Van De Ark Des VerbondsAvondVerscheuren Van KledingHoofdenBuigingBesprenkelenVoorbeelden Van NederigheidStof Op Het HoofdZij Die Kledij Verscheurden

En Jozua maakte zich des morgens vroeg op, en hij monsterde het volk; en hij trok op, hij en de oudsten van Israel, voor het aangezicht des volks, naar Ai.

VersbegrippenVoorbeelden Van Vroeg OpstaanVerzamelende TroepenZij Die Vroeg Opstonden

En gans Israel met zijn oudsten, en ambtlieden, en zijn rechters, stonden aan deze en aan gene zijde der ark, voor de Levietische priesteren, die de ark des verbonds des HEEREN droegen, zo vreemdelingen als inboorlingen, een helft daarvan tegenover den berg Gerizim, en een helft daarvan tegenover den berg Ebal, gelijk als Mozes, de knecht des HEEREN, bevolen had; om het volk van Israel in het eerst te zegenen.

VersbegrippenGebeurtenissen Ark Des VerbondsRechtersBreuken, Een HalfHelft Van GroepenPriesters In Actie

Daarom spraken tot ons onze oudsten, en al de inwoners onzes lands, zeggende: Neemt reiskost met u in uw handen op de reize, en gaat hun tegemoet, en zegt tot hen: Wij zijn ulieder knechten, zo maakt nu een verbond met ons.

Als hij vlucht tot een van die steden, zo zal hij staan aan de deur der stadspoort, en hij zal zijn woorden spreken voor de oren van de oudsten derzelver stad; dan zullen zij hem tot zich in de stad nemen, en hem plaats geven, dat hij bij hen wone.

VersbegrippenPoortenWachten Aan Poorten

Zo riep Jozua gans Israel, hun oudsten, en hun hoofden, en hun richters, en hun ambtlieden, en hij zeide tot hen: Ik ben oud geworden, en wel bedaagd;

VersbegrippenOuderen Als GemeenschapsleidersGebreken

Daarna verzamelde Jozua al de stammen van Israel te Sichem, en hij riep de oudsten van Israel, en deszelfs hoofden, en deszelfs richters, en deszelfs ambtlieden; en zij stelden zich voor het aangezicht van God.

VersbegrippenOuderen Als GemeenschapsleidersVernieuwing Van De Mensen Van GodConstructie Israël

Israel nu diende den HEERE al de dagen van Jozua, en al de dagen van de oudsten, die lang na Jozua leefden, en die al het werk des HEEREN wisten, hetwelk Hij aan Israel gedaan had.

VersbegrippenGod ErvarenDe OuderenBeweging

En het volk diende den HEERE, al de dagen van Jozua, en al de dagen der oudsten, die lang geleefd hadden na Jozua; die gezien hadden al dat grote werk des HEEREN, dat Hij aan Israel gedaan had.

VersbegrippenDe Grootheid Van God

Zo ving hij een jongen van de lieden te Sukkoth, en ondervraagde hem; die schreef hem op de oversten van Sukkoth, en hun oudsten, zeven en zeventig mannen.

VersbegrippenOuderen Als GemeenschapsleidersOndervragenDe Jaren Zeventig

En hij nam de oudsten dier stad, en doornen der woestijn, en distelen, en deed het den lieden van Sukkoth door dezelve verstaan.

VersbegrippenPijpDoornenMartelenMensen Die Onderwijzen

Zo geschiedde het, als de kinderen Ammons tegen Israel krijgden, dat de oudsten van Gilead heengingen, om Jeftha te halen uit het land van Tob.

Maar Jeftha zeide tot de oudsten van Gilead: Hebt gijlieden mij niet gehaat, en mij uit mijn vaders huis verstoten? waarom zijt gij dan nu tot mij gekomen, terwijl gij in benauwdheid zijt?

VersbegrippenHaatNoodIndividuen HatenHalfbroers

En de oudsten van Gilead zeiden tot Jeftha: Daarom zijn wij nu tot u wedergekomen, dat gij met ons trekt, en tegen de kinderen Ammons strijdt; en gij zult ons tot een hoofd zijn, over alle inwoners van Gilead.

Toen zeide Jeftha tot de oudsten van Gilead: Zo gijlieden mij wederhaalt, om te strijden tegen de kinderen Ammons, en de HEERE hen voor mijn aangezicht geven zal, zal ik u dan tot een hoofd zijn?

En de oudsten van Gilead zeiden tot Jeftha: De HEERE zij toehoorder tussen ons, indien wij niet alzo naar uw woord doen.

VersbegrippenBeroep Doen Op GodDe Getuige Van God

Alzo ging Jeftha met de oudsten van Gilead, en het volk stelde hem tot een hoofd en overste over zich. En Jeftha sprak al zijn woorden voor het aangezicht des HEEREN te Mizpa.

VersbegrippenAan Mensen Toegekend GezagLatere Verbonden Met God

En de oudsten der vergadering zeiden: Wat zullen wij, belangende de vrouwen, doen aan degenen, die overgebleven zijn? Want de vrouwen zijn uit Benjamin verdelgd.

VersbegrippenOuderen Als GemeenschapsleidersVrouwen Voor Benjamin

En hij nam tien mannen van de oudsten der stad, en zeide: Zet u hier; en zij zetten zich.

VersbegrippenStadTien Mensen

En ik heb gezegd: Ik zal het voor uw oor openbaren, zeggende: Aanvaard het in tegenwoordigheid der inwoners, en in tegenwoordigheid der oudsten mijns volks; zo gij het zult lossen, los het; en zo men het ook niet zou lossen, verklaar het mij, dat ik het wete; want er is niemand, behalve gij, die het losse, en ik na u. Toen zeide hij: Ik zal het lossen.

VersbegrippenOnderhandelingDe Feiten Kennen

Toen zeide Boaz tot de oudsten en al het volk: Gijlieden zijt heden getuigen, dat ik aanvaard heb alles, wat van Elimelech geweest is, en alles, wat van Chiljon en Machlon geweest is, van de hand van Naomi.

En al het volk, dat in de poort was, mitsgaders de oudsten zeiden: Wij zijn getuigen; de HEERE make deze vrouw, die in uw huis komt, als Rachel en als Lea, die beiden het huis van Israel gebouwd hebben; en handel kloekelijk in Efratha, en maak uw naam vermaard in Bethlehem!

VersbegrippenBethlehemBouwersZoals Goede MensenRijk Worden

Als het volk wederom in het leger gekomen was, zo zeiden de oudsten van Israel: Waarom heeft ons de HEERE heden geslagen voor het aangezicht der Filistijnen? Laat ons van Silo tot ons nemen de ark des verbonds des HEEREN, en laat die in het midden van ons komen, opdat zij ons verlosse van de hand onzer vijanden.

VersbegrippenWaarom Doet God Dit?

Toen vergaderden zich alle oudsten van Israel, en zij kwamen tot Samuel te Rama;

VersbegrippenDe Ouderen Die Bijeenkomen

Toen zeiden tot hem de oudsten Jabes: Laat zeven dagen van ons af, dat wij boden zenden in al de landpalen van Israel; is er dan niemand, die ons verlost, zo zullen wij tot u uitgaan.

VersbegrippenWekenZeven DagenLaat Ons Met RustOvergave

Hij dan zeide: Ik heb gezondigd; eer mij toch nu voor de oudsten mijns volks, en voor Israel; en keer wederom met mij, dat ik den HEERE, uw God, aanbidde.

VersbegrippenWe Hebben GezondigdDe Ouderen

Samuel nu deed, hetgeen de HEERE gesproken had, en hij kwam te Bethlehem. Toen kwamen de oudsten der stad bevende hem tegemoet, en zeiden: Is uw komst met vrede?

VersbegrippenStadBevenAngst Van Individuen

Als nu David te Ziklag kwam, zo zond hij tot de oudsten van Juda, zijn vrienden, van den buit, zeggende: Ziet, daar is een zegen voor ulieden, van den buit der vijanden des HEEREN.

VersbegrippenGeschenken

Abner nu had woorden met de oudsten van Israel, zeggende: Gij hebt David te voren lang tot een koning over u begeerd.

VersbegrippenKoningen MakenDe Ouderen Die Bijeenkomen

Alzo kwamen alle oudsten van Israel tot den koning te Hebron; en de koning David maakte een verbond met hen te Hebron, voor het aangezicht des HEEREN; en zij zalfden David tot koning over Israel.

VersbegrippenVerbondsrelatiesVerbrekers Van VerbondHoudingen Van OuderdomZalving Uitgevoerd OpTrouwKroningenZalving Van Koningen

Toen maakten zich de oudsten van zijn huis op tot hem, om hem te doen opstaan van de aarde; maar hij wilde niet, en at geen brood met hen.

Dit woord nu was recht in Absaloms ogen, en in de ogen van alle oudsten Israels.

En Husai zeide tot Zadok en tot Abjathar, de priesters: Alzo en alzo heeft Achitofel Absalom en den oudsten van Israel geraden, maar alzo en alzo heb ik geraden.

Toen zond de koning David tot Zadok en tot Abjathar, de priesteren, zeggende: Spreekt tot de oudsten van Juda, zeggende: Waarom zoudt gijlieden de laatsten zijn, om den koning weder te halen in zijn huis? (Want de rede van het ganse Israel was tot den koning gekomen in zijn huis.)

VersbegrippenMensen Die VertraagdenMensen Van Juda

Toen vergaderde Salomo de oudsten van Israel, en al de hoofden der stammen, de oversten der vaderen, onder de kinderen Israels, tot den koning Salomo te Jeruzalem, om de ark des verbonds des HEEREN op te brengen uit de stad Davids, dewelke is Sion.

VersbegrippenOuderen Als GemeenschapsleidersDe Geschiedenis Van JeruzalemGraadSamenkomst LeidersDe Ark In De TempelDe Ouderen Die Bijeenkomen

En de koning Rehabeam hield raad met de oudsten, die gestaan hadden voor het aangezicht van zijn vader Salomo, als hij leefde, zeggende: Hoe raadt gijlieden, dat men dit volk antwoorden zal?

VersbegrippenDe Ouderen Die BijeenkomenDe Ouderen

Maar hij verliet den raad der oudsten, dien zij hem geraden hadden; en hij hield raad met de jongelingen, die met hem opgewassen waren, die voor zijn aangezicht stonden.

VersbegrippenAfwijzen Van Goed AdviesOnvolwassenheidDe Ouderen Die BijeenkomenDe Raad Van De MensAfwijzingSlecht Advies

En de koning antwoordde het volk hardelijk; want hij verliet den raad der oudsten, dien zij hem geraden hadden.

VersbegrippenOnbeleefdheidDe Ouderen Die BijeenkomenDe Raad Van De Mens

Toen riep de koning van Israel alle oudsten des lands, en zeide: Merkt toch en ziet, dat deze het kwade zoekt; want hij had tot mij gezonden, om mijn vrouwen, en om mijn kinderen, en om mijn zilver, en om mijn goud, en ik heb het hem niet geweigerd.

VersbegrippenDe Ouderen Die Bijeenkomen

Doch al de oudsten, en het ganse volk, zeiden tot hem: Hoor niet, en bewillig niet.

VersbegrippenMeningsverschillenLuister Niet!

Zij dan schreef brieven in den naam van Achab, en verzegelde ze met zijn signet; en zond de brieven tot de oudsten en tot de edelen, die in zijn stad waren, wonende met Naboth.

VersbegrippenBrievenEdelenZegelsJezebel

En de mannen zijner stad, die oudsten en die edelen, die in zijn stad woonden, deden gelijk als Izebel tot hen gezonden had; gelijk als geschreven was in de brieven, die zij tot hen gezonden had.

VersbegrippenJezebel

(Elisa nu zat in zijn huis, en de oudsten zaten bij hem.) En hij zond een man van voor zijn aangezicht; maar eer de bode tot hem gekomen was, had hij gezegd tot de oudsten: Hebt gijlieden gezien, hoe die zoon des moordenaars gezonden heeft, om mijn hoofd af te nemen? Ziet toe, als die bode komt, sluit de deur toe, en dringt hem uit met de deur; is niet het geruis der voeten van zijn heer achter hem?

VersbegrippenBoodschapperOnthoofdenDeuren SluitenProfeten DodenSchedelsGeluidDe Ouderen Die Bijeenkomen

Achab nu had zeventig zonen te Samaria; en Jehu schreef brieven, dewelke hij zond naar Samaria, tot de oversten van Jizreel, de oudsten, en tot de voedsterheren van Achab, zeggende:

VersbegrippenBestuurdersBewaardersDe Jaren Zeventig

Die dan over het huis was, en die over de stad was, en de oudsten, en de voedsterheren zonden tot Jehu, zeggende: Wij zijn uw knechten, en al wat gij tot ons zeggen zult, zullen wij doen; wij zullen niemand koning maken; doe wat goed is in uw ogen.

VersbegrippenOuderen Als GemeenschapsleidersBestuurdersPaleizen

Daarna zond hij Eljakim, den hofmeester, en Sebna, den schrijver, en de oudsten der priesteren, met zakken bedekt, tot Jesaja, den profeet, den zoon van Amoz;

VersbegrippenOfficierenSchriftgeleerdenSecretarisGenoemde Profeten Van De Heer

Toen zond de koning henen, en tot hem verzamelden al de oudsten van Juda en Jeruzalem.

VersbegrippenOuderen Als GemeenschapsleidersSamenkomst LeidersDe Ouderen Die Bijeenkomen

Ook kwamen alle oudsten in Israel tot den koning van Hebron, en David maakte een verbond met hen te Hebron, voor het aangezicht des HEEREN; en zij zalfden David ten koning over Israel, naar het woord des HEEREN, door den dienst van Samuel.

VersbegrippenVerbondsrelatiesKoningenMenselijk KoningschapZalving Van Koningen

Het geschiedde nu, dat David en de oudsten van Israel, en de oversten der duizenden, henengingen, om de ark des verbonds des HEEREN op te halen, uit het huis van Obed-Edom, met vreugde;

VersbegrippenCommandantDe Ark In Jeruzalem

Als David zijn ogen ophief, zo zag hij den engel des HEEREN, staande tussen de aarde en tussen den hemel, met zijn uitgetrokken zwaard in zijn hand, uitgestrekt over Jeruzalem; toen viel David, en de oudsten, bedekt met zakken, op hun aangezichten.

VersbegrippenHemel En AardeBuigingJute En AsStaan

Toen vergaderde Salomo de oudsten van Israel, en al de hoofden der stammen, de oversten der vaderen onder de kinderen Israels, te Jeruzalem, om de ark des verbonds des HEEREN op te brengen uit de stad Davids, dewelke is Sion.

VersbegrippenZion

En al de oudsten van Israel kwamen, en de Levieten namen de ark op.

En de koning Rehabeam hield raad met de oudsten, die gestaan hadden voor het aangezicht van zijn vader Salomo, als hij leefde, zeggende: Hoe raadt gijlieden, dat men dit volk antwoorden zal?

Maar hij verliet den raad der oudsten, dien zij hem geraden hadden; en hij hield raad met de jongelingen, die met hem opgewassen waren, die voor zijn aangezicht stonden.

VersbegrippenAfwijzen Van Goed AdviesDe Ouderen

En de koning antwoordde hun hardelijk; want de koning Rehabeam verliet den raad der oudsten.

Toen zond de koning henen, en verzamelde alle oudsten van Juda en Jeruzalem.

Want Hij deed tegen hen opkomen den koning der Chaldeen, die hun jongelingen met het zwaard in het huis huns heiligdoms doodde, en hij verschoonde de jongelingen niet, noch de maagden, de oudsten noch de stokouden; Hij gaf hen allen in zijn hand.

VersbegrippenKoningenVervulde Voorspelling In OTLegers Tegen IsraëlBrutaliteit

Doch het oog huns Gods was over de oudsten der Joden, dat zij hun niet beletten, totdat de zaak aan Darius kwam, en zij alsdan daarover een brief wederbrachten.

VersbegrippenDe JodenGoddelijke WaakzaamheidGod Ziet De Rechtvaardigen

Toen hebben wij denzelven oudsten gevraagd, en aldus tot hen gezegd: Wie heeft ulieden bevel gegeven dit huis te bouwen, en dezen muur te voltrekken?

VersbegrippenHerstellingDe Bevelen Van De KoningStructuur

Laat hen aan den arbeid van dit huis Gods; dat de landvoogd der Joden en de oudsten der Joden dit huis Gods bouwen aan zijn plaats.

VersbegrippenBouw

Public domain