18 gebeurtenissen in 1 vertaling

'Verkeerde' in de Bijbel

En Abraham reisde van daar naar het land van het zuiden, en woonde tussen Kades en tussen Sur; en hij verkeerde als vreemdeling te Gerar.

Dan zult gij voor het aangezicht des HEEREN, uws Gods, betuigen en zeggen: Mijn vader was een bedorven Syrier, en hij toog af naar Egypte, en verkeerde aldaar als vreemdeling met weinig volks; maar hij werd aldaar tot een groot, machtig en menigvuldig volk.

Nu was er een jongeling van Bethlehem-Juda, van het geslacht van Juda; deze was een Leviet, en verkeerde aldaar als vreemdeling.

En ziet, een oud man kwam van zijn werk van het veld in den avond, welke man ook was van het gebergte van Efraim, doch als vreemdeling verkeerde te Gibea; maar de lieden dezer plaats waren kinderen van Jemini.

Toen ontstak de toorn van Saul tegen Jonathan, en hij zeide tot hem: Gij, zoon der verkeerde in wederspannigheid, weet ik het niet, dat gij den zoon van Isai verkoren hebt tot uw schande, en tot schande van de naaktheid uwer moeder?

Bij den reine houdt Gij U rein; maar bij den verkeerde houdt Gij U verdraaid.

God heeft mij den verkeerde overgegeven, en heeft mij afgewend in de handen der goddelozen.

Mijn vijand zij als de goddeloze, en die zich tegen mij opmaakt, als de verkeerde.

Is niet het verderf voor den verkeerde, ja, wat vreemds voor de werkers der ongerechtigheid?

Daarna kwam Israel in Egypte, en Jakob verkeerde als vreemdeling in het land van Cham.

De boosdoener merkt op de ongerechtige lip; een leugenaar neigt het oor tot de verkeerde tong.

De rechtvaardige HEERE is in het midden van haar, Hij doet geen onrecht; allen morgen geeft Hij Zijn recht in het licht, er ontbreekt niet; doch de verkeerde weet van geen schaamte.

Jezus dan wandelde niet meer vrijelijk onder de Joden; maar ging van daar naar het land bij de woestijn, naar de stad, genaamd Efraim, en verkeerde aldaar met Zijn discipelen.

Public domain