66 gebeurtenissen in 1 vertaling

'Aangezicht' in de Bijbel

Hun vleugelen waren samengevoegd, de een aan den ander; zij keerden zich niet om, als zij gingen; zij gingen elkeen recht uit voor zijn aangezicht henen.

VersbegrippenNiet Opzij DraaienEngelenvleugelsVoorwaarts GaanHeilige Dingen Aanraken

De gelijkenis nu van hun aangezicht was het aangezicht eens mensen, en het aangezicht eens leeuws hadden zij vier aan de rechterzijde; en ter linkerzijde hadden die vier eens ossen aangezicht; ook hadden die vier eens arends aangezicht.

VersbegrippenHemelse GezichtenJuiste KantArendenWezens Als LeeuwenZoals MannenAan De Linkerkant

En zij gingen elkeen rechtuit voor zijn aangezicht henen; waarhenen de geest was om te gaan, gingen zij; zij keerden zich niet om, als zij gingen.

VersbegrippenVoorwaarts GaanNiet Opzij DraaienVoorwaarts Gaan

Gelijk de gedaante van den boog, die in de wolk is ten dage des plasregens, alzo was de gedaante van den glans rondom; dit was de gedaante van de gelijkenis der heerlijkheid des HEEREN; en als ik het zag, viel ik op mijn aangezicht, en ik hoorde een stem van Een, Die sprak.

VersbegrippenHeerlijkheid, Openbaring VanWolken, Gods TegenwoordigheidBuigingRegenbogenRegenSymbolenGods Glorie In IsraëlGod Is LichtUiterlijkhedenGods StemOptreden VanWolk Van GlorieDe RegenboogKleurRegenboogWolkenAanbiddingOpenbaring

En deze kinderen zijn hard van aangezicht, en stijf van hart; Ik zend u tot hen, en gij zult tot hen zeggen: Zo zegt de Heere HEERE!

VersbegrippenMenselijke En Goddelijke HeerschappijWoord Van GodApathieHet Hart Van De Niet-WedergeborenenKarakter Van Het KwaadSpreken Als Van GodVerdeeldheid

En gij, mensenkind! vrees niet voor hen, en vrees niet voor hun woorden, hoewel wederwilligen en doornen bij u zijn, en gij bij schorpioenen woont; vrees voor hun woorden niet, en ontzet u niet voor hun aangezicht, want zij zijn een wederspannig huis.

VersbegrippenPijpDoornenHoe Predikanten Zich Moeten GedragenOngelovigen Beschreven AlsSchorpioenenWees Niet Bang Van Mensen

En Hij spreidde die voor mijn aangezicht uit; en zij was beschreven voor en achter; en daarin waren geschreven klaagliederen, en zuchting, en wee.

VersbegrippenBoeken In ProfetieVoor- En Achterkant

Ziet, Ik heb uw aangezicht stijf gemaakt tegen hun aangezichten, en uw voorhoofd stijf tegen hun voorhoofd.

VersbegrippenGod Hardt De MensSucces En Hard WerkZenuwachtigheid

Als ook een rechtvaardige zich van zijn gerechtigheid afkeert, en onrecht doet, en Ik een aanstoot voor zijn aangezicht leg, hij zal sterven; omdat gij hem niet gewaarschuwd hebt, zal hij in zijn zonde sterven, en zijn gerechtigheden, die hij gedaan heeft, zullen niet gedacht worden; maar zijn bloed zal Ik van uw hand eisen.

VersbegrippenAfvalligen, StraffenOvertredingDe RechtvaardigenStruikelenVerantwoordingVerantwoordelijk Voor BloedvergietenIndividuen WaarschuwenGod VerhindertAls Je Je Afkeert Van GodVerantwoordelijk Om Te WaarschuwenVerantwoordelijkheid

En ik maakte mij op, en ging uit in de vallei, en ziet, de heerlijkheid des HEEREN stond aldaar, gelijk de heerlijkheid, die ik gezien had bij de rivier Chebar; en ik viel op mijn aangezicht.

VersbegrippenHeerlijkheid, Openbaring VanUitrusting, SpiritueelGods Glorie In Israël

En gij, mensenkind, neem u een tichelsteen, en leg dien voor uw aangezicht, en bewerp daarop de stad Jeruzalem.

VersbegrippenKleiSoorten Van Kunst En AmbachtenTablettenKlei, Gebruik

Verder, neem gij u een ijzeren pan, en stel ze tot een ijzeren muur tussen u en tussen die stad; en richt uw aangezicht tegen haar, dat zij in belegering kome, en gij zult ze belegeren. Dit zij den huize Israels een teken.

VersbegrippenIjzerTekenen Van GodScheiden Van GodBordenIjzeren VoorwerpenVoorspelde Aanvallen Op Jeruzalem

Daarom zult gij uw aangezicht richten tegen de belegering van Jeruzalem, en uw arm zal ontbloot zijn; en gij zult tegen haar profeteren.

VersbegrippenOntblote ArmenVoorspelde Aanvallen Op JeruzalemVoorspelling!

Mensenkind, zet uw aangezicht tegen de bergen Israels, en profeteer tegen dezelve;

VersbegrippenVoorspelling!

Daartoe zullen uw altaren verwoest, en uw zonnebeelden verbroken worden; en Ik zal uw verslagenen nedervellen voor het aangezicht uwer drekgoden.

VersbegrippenVernietiging Van Satans WerkLot Van AfgodendienaarsVooraanPoep

En Ik zal de dode lichamen der kinderen Israels voor het aangezicht hunner drekgoden leggen, en Ik zal uw beenderen rondom uw altaren strooien.

VersbegrippenBenenLot Van AfgodendienaarsVooraan

Ook zal Ik Mijn aangezicht van hen omwenden, en zij zullen Mijn verborgen plaats ontheiligen; want inbrekers zullen daar inkomen en die ontheiligen.

VersbegrippenGezicht Van GodHemelse GezichtenDe Tempel BinnengaanGod Verandert Van GedachtenVerontreinigen Heilige PlaatsenIndringers In De Tempel

Het geschiedde nu in het zesde jaar, in de zesde maand, op den vijfden der maand, als ik in mijn huis zat, en de oudsten van Juda voor mijn aangezicht zaten, dat de hand des Heeren HEEREN daar over mij viel.

VersbegrippenOuderen Als GemeenschapsleidersMaandGods HandMaand 6Aan De Voeten ZittenGods Handen Op MensenDe Ouderen Die BijeenkomenDe Ouderen

Het geschiedde nu, als zij hen geslagen hadden, en ik overgebleven was, dat ik op mijn aangezicht viel, en riep, en zeide: Ach, Heere HEERE, zult Gij al het overblijfsel van Israel verderven, met Uw grimmigheid uit te gieten over Jeruzalem?

VersbegrippenGodslastering Tegen GodBuigingRestOverlevenden Vernietigd

En elkeen had vier aangezichten; het eerste aangezicht was het aangezicht eens cherubs, en het tweede aangezicht was het aangezicht eens mensen, en het derde het aangezicht eens leeuws, en het vierde het aangezicht eens arends.

VersbegrippenHemelse GezichtenArendenWezens Als LeeuwenVier Andere DingenZoals MannenCherubijn

En aangaande de gelijkenis van hun aangezichten, het waren dezelfde aangezichten, die ik gezien had bij de rivier Chebar, hun gedaanten en zij zelven; zij gingen ieder recht uit voor zijn aangezicht henen.

VersbegrippenHemelse GezichtenNiet Opzij Draaien

Het geschiedde nu, als ik profeteerde, dat Pelatja, de zoon van Benaja, stierf. Toen viel ik neder op mijn aangezicht, en riep met luider stem; en zeide: Ach, Heere HEERE! zult Gij gans een voleinding maken met het overblijfsel van Israel?

VersbegrippenRestOverlevenden VernietigdKreten Van Ellende Tot God

Voor hun ogen zult gij het op de schouders dragen, in donker zult gij het uitbrengen; uw aangezicht zult gij bedekken, dat gij het land niet ziet; want Ik heb u den huize Israels tot een wonderteken gegeven.

VersbegrippenDuisternis Van De NachtMensen Als TekenenSituaties ZienAndere Ladingen Dragen

En de vorst, die in het midden van hen is, zal het gereedschap op den schouder dragen in donker, en hij zal uitgaan; zij zullen door den wand graven, om hem daardoor uit te brengen; hij zal zijn aangezicht bedekken, opdat hij met het oog de aarde niet zie.

VersbegrippenDe Daad Van OpenenMuren OpenenBuitengaanDuisternis Van De NachtAndere Ladingen Dragen

En gij, mensenkind, zet uw aangezicht tegen de dochteren uws volks, dewelke profeteren uit haar hart, en profeteer tegen haar;

VersbegrippenDochtersProfetesGedachten Van De OngelovigenAanklagen Van Valse ProfetenMensen Tegen

Daarna kwamen tot mij mannen uit de oudsten van Israel, en zaten neder voor mijn aangezicht.

VersbegrippenOuderen Als GemeenschapsleidersSynagogeAan De Voeten Zitten

Daarom spreek met hen, en zeg tot hen: Alzo zegt de Heere HEERE: Een ieder man uit het huis Israels, die de drekgoden in zijn hart opzet, en den aanstoot zijner ongerechtigheid recht voor zijn aangezicht stelt, en komt tot den profeet, Ik, de HEERE zal hem, als hij komt, antwoorden naar de menigte zijner drekgoden;

VersbegrippenDe Aard Van Het HartGod Zal AntwoordenIdoolaanbiddingGod Tegen AfgoderijVooraanGods Werk Verhinderen

Want ieder man uit het huis Israels, en uit den vreemdeling, die in Israel verkeert, die zich van achter Mij afscheidt, en zet zijn drekgoden op in zijn hart, en stelt den aanstoot zijner ongerechtigheid recht voor zijn aangezicht, en komt tot den profeet, om Mij door hem te vragen; Ik ben de HEERE, hem zal geantwoord worden door Mij;

VersbegrippenVreemdelingenNavraag Doen Bij GodOvertredingScheiden Van GodGod Zal AntwoordenVooraanGods Werk VerhinderenImmigranten

En Ik zal Mijn aangezicht tegen dienzelven man zetten, en zal hem stellen tot een teken en tot spreekwoorden, en zal hem uitroeien uit het midden Mijns volks; en gijlieden zult weten, dat Ik de HEERE ben.

VersbegrippenGezicht Van GodMarkeringen Op MensenGod Tegen

Want Ik zal Mijn aangezicht tegen hen zetten; als zij van het ene vuur uitgaan, zal het andere vuur hen verteren; en gij zult weten, dat Ik de HEERE ben, als Ik Mijn aangezicht tegen hen gesteld zal hebben.

VersbegrippenGezicht Van GodJeruzalem VerbrandenGod Tegen

Desgelijks deed Ik een voorhoofdsiersel aan uw aangezicht, en oorringen aan uw oren, en een kroon der heerlijkheid op uw hoofd.

VersbegrippenOorringenNeuzenOrnamentenRingenJuwelenJuwelenKronenOpmaak

En zij verhieven zich, en deden gruwelijkheid voor Mijn aangezicht; daarom deed Ik ze weg, nadat Ik het gezien had.

VersbegrippenWeggedreven Door GodTrotse Mensen

En het geschiedde in het zevende jaar, in de vijfde maand, op den tienden derzelver maand, dat er mannen uit de oudsten van Israel kwamen, om den HEERE te vragen; en zij zaten neder voor mijn aangezicht.

VersbegrippenSynagogeDag 10Maand 5Aan De Voeten Zitten

Daartoe zal Ik u brengen in de woestijn der volken, en Ik zal met u aldaar rechten, aangezicht aan aangezicht;

VersbegrippenGezicht Van GodOog In Oog Staan Met God

Mensenkind, zet uw aangezicht naar den weg van het zuiden, en drup tegen het zuiden; en profeteer tegen het woud van het veld in het zuiden.

VersbegrippenGericht Naar Het Zuiden

Mensenkind! zet uw aangezicht tegen Jeruzalem, en drup tegen de heiligdommen, en profeteer tegen het land van Israel;

VersbegrippenVoorspelling!

Houd u bijeen, o zwaard! keer u rechtsom, schik u, keer u linksom, waarhenen uw aangezicht gesteld is.

VersbegrippenJuiste Kant

Ik zocht nu een man uit hen, die den muur mocht toemuren, en voor Mijn aangezicht in de bresse staan voor het land, opdat Ik het niet mocht verderven; maar Ik vond niemand.

VersbegrippenZonder GebedMurenGatenFiguurlijke MurenNiemand BeschikbaarMannelijkheidBruggen

Die zullen tegen u komen met karren, wagenen en wielen, en met een vergadering van volken, rondassen, en schilden, en helmen; zij zullen zich rondom tegen u zetten; en Ik zal voor hun aangezicht het gericht stellen, en zij zullen u richten naar hun rechten.

VersbegrippenStrijdwagensWagentjesSchildenWielenWagonsAanval Met StrijdwagensHelmenMensen Tegen

Mensenkind! zet uw aangezicht tegen de kinderen Ammons, en profeteer tegen dezelve;

VersbegrippenDe Rol Van ProfetenConfrontatie

Alle inwoners der eilanden zijn over u ontzet, en hun koningen staan de haren te berge, zij zijn verbaasd van aangezicht.

VersbegrippenVoorbeelden Van AngstMensen Die Versteld Staan

Zult gij dan enigszins, voor het aangezicht uws doodslagers, zeggen: Ik ben God? daar gij een mens zijt en geen God, in de hand desgenen, die u verslaat?

VersbegrippenMannen Als GodenKunstenaars

Uw hart verheft zich over uw schoonheid; gij hebt uw wijsheid bedorven, vanwege uw glans; Ik heb u op de aarde henengeworpen, Ik heb u voor het aangezicht der koningen gesteld, om op u te zien.

VersbegrippenMooiValse WijsheidKenmerken Van Bekende MensenHeidense HeersersMensen Die Eer Hebben

Mensenkind! zet uw aangezicht tegen Sidon, en profeteer tegen haar,

Mensenkind! zet uw aangezicht tegen Farao, den koning van Egypte, en profeteer tegen hem, en tegen het ganse Egypte.

VersbegrippenDe Rol Van Profeten

Te dien dage zullen er boden van voor Mijn aangezicht in schepen uitvaren, om het zorgeloze Morenland te verschrikken; en er zal grote smart bij hen zijn, als in den dag van Egypte; want ziet, het komt aan!

VersbegrippenZelfgenoegzaamheidDe Zee BevarenZeereizen

En Ik zal de armen des konings van Babel sterken, en Mijn zwaard in zijn hand geven; maar Farao's armen zal Ik verbreken, dat hij voor zijn aangezicht zal kermen, gelijk een dodelijk verwonde kermt.

VersbegrippenGebroken BenenGod Versterkt De MensenGods Zwaard

Mensenkind! zet uw aangezicht tegen het gebergte Seir, en profeteer tegen hetzelve,

Mensenkind! het huis Israels, als zij in hun land woonden, toen verontreinigden zij datzelve met hun weg en met hun handelingen; hun weg was voor Mijn aangezicht als de onreinigheid ener afgezonderde vrouw.

VersbegrippenBloedenHet Land Verontreinigen

Mensenkind! zet uw aangezicht tegen Gog, het land van Magog, den hoofdvorst van Mesech en Tubal; en profeteer tegen hem,

VersbegrippenGog En MagogNoordelijke Coalitie

Zodat van Mijn aangezicht beven zullen de vissen der zee, en het gevogelte des hemels, en het gedierte des velds, en al het kruipend gedierte, dat op het aardrijk kruipt, en alle mensen, die op den aardbodem zijn; en de bergen zullen nedergeworpen worden, en de steile plaatsen zullen nedervallen, en alle muren zullen ter aarde nedervallen.

VersbegrippenZeeVerwijderde BergenGod SchudtZowel Mens Als Dier GetroffenDingen NeerzettenVogelsVis

En de heidenen zullen weten, dat die van het huis Israels gevankelijk zijn weggevoerd om hun ongerechtigheid, omdat zij tegen Mij hadden overtreden, en dat Ik Mijn aangezicht voor hen verborgen heb, en heb ze overgegeven in de hand hunner wederpartijders, zodat zij altemaal door het zwaard gevallen zijn;

VersbegrippenDe Openbaring Van GodOntrouw Tegenover GodVerbanning van Israël naar AssyriëGod VerschuiltDe Feiten Kennen

Naar hun onreinigheid en naar hun overtredingen heb Ik met hen gehandeld, en Ik heb Mijn aangezicht voor hen verborgen.

VersbegrippenOvertredingGod VerschuiltVolgens Dingen

Namelijk, eens mensen aangezicht tegen den palmboom van deze, en eens jongen leeuws aangezicht tegen den palmboom van gene zijde; gemaakt in het ganse huis rondom henen.

VersbegrippenWezens Als LeeuwenZoals Mannen

De hoogte des houten altaars was drie ellen, en zijn lengte twee ellen, en het had zijn hoeken; en zijn lengte en zijn wanden waren van hout. En hij sprak tot mij: Dit is de tafel, die voor des HEEREN aangezicht zal zijn.

VersbegrippenTafelsHout

En alzo was de gedaante van het gezicht, dat ik zag, gelijk het gezicht, dat ik gezien had, toen ik kwam, om de stad te verderven; en het waren gezichten, als het gezicht, dat ik gezien had aan de rivier Chebar; en ik viel op mijn aangezicht.

VersbegrippenVernietiging Van JeruzalemVisioenen Van God

En gij zult ze offeren voor het aangezicht des HEEREN; en de priesteren zullen zout daarop werpen, en zullen ze offeren ten brandoffer den HEERE.

VersbegrippenZuurheid

De vorst, de vorst, die zal in dezelve zitten, om brood te eten voor het aangezicht des HEEREN; door den weg van het voorhuis der poort zal hij ingaan, en door den weg van hetzelve zal hij uitgaan.

VersbegrippenPrinsenEten Voor GodKamers Van De Tempel Van Ezechiël

Daarna bracht hij mij den weg der noorderpoort, voor aan het huis; en ik zag, en ziet, de heerlijkheid des HEEREN had het huis des HEEREN vervuld; toen viel ik op mijn aangezicht.

VersbegrippenHeerlijkheid, Openbaring VanGods Glorie In IsraëlHet Heiligdom VullenTot De Poorten KomenNoordelijke PoortenGod heeft GeleidVooraanPlannen Voor Een Nieuwe Tempel

Nochtans zullen zij in Mijn heiligdom bedienaars zijn, in de ambten aan de poorten van het huis, en zij zullen het huis bedienen; zij zullen het brandoffer en het slachtoffer voor het volk slachten, en zullen voor hun aangezicht staan, om hen te dienen;

VersbegrippenPoortenVooraanOfferingen DodenToedienen

Omdat zij henlieden gediend hebben voor het aangezicht hunner drekgoden, en den huize Israels tot een aanstoot der ongerechtigheid geweest zijn, daarom heb Ik Mijn hand tegen hen opgeheven, spreekt de Heere HEERE, dat zij hun ongerechtigheid zullen dragen.

VersbegrippenSchuld OplopenGevolgen

Maar de Levietische priesters, de kinderen van Zadok, die de wacht Mijns heiligdoms hebben waargenomen, als de kinderen Israels van Mij afdwaalden, die zullen tot Mij naderen, om Mij te dienen; en zullen voor Mijn aangezicht staan, om Mij het vette en het bloed te offeren, spreekt de Heere HEERE;

VersbegrippenTrouw Tot GodDichtbij God KomenBloed Van OfferingenDienstbaarheid En Aanbidding Van GodMensen Die AfdwalenVet Van Offers

Ook zal het volk des lands aanbidden voor de deur derzelve poort, op de sabbatten en op de nieuwe manen, voor het aangezicht des HEEREN.

VersbegrippenDe Sabbat In OTTijden Voor AanbiddingOp De Sabbat

Maar als het volk des lands voor het aangezicht des HEEREN komt, op de gezette hoogtijden, die door den weg van de noorderpoort ingaat om te aanbidden, zal door den weg van de zuiderpoort weder uitgaan; en die door den weg van de zuiderpoort ingaat, zal door den weg van de noorderpoort weder uitgaan; hij zal niet wederkeren door den weg der poort, door dewelke hij is ingegaan, maar recht voor zich henen uitgaan.

VersbegrippenPelgrimstochtNiet Opzij DraaienNoordelijke PoortenZuidelijke PoortenGeobserveerde Festivals

Public domain