16 gebeurtenissen in 1 vertaling

'Hij' in de Bijbel

Maar Jona maakte zich op om te vluchten naar Tarsis, van het aangezicht des HEEREN; en hij kwam af te Jafo, en vond een schip, gaande naar Tarsis, en hij gaf de vracht daarvan, en ging neder in hetzelve, om met henlieden te gaan naar Tarsis, van het aan gezicht des HEEREN.

VersbegrippenOntsnappenBotenMenselijke VertragingDe Zee BevarenHavensSchepenDe MarineHandelZeereizenVluchten Van GodRichtingZeilenJona

En hij zeide tot hen: Ik ben een Hebreer; en ik vreze den HEERE, den God des hemels, Die de zee en het droge gemaakt heeft.

VersbegrippenNatuurSchepping Van De ZeeënSchepping Van De AardeIndividuen Die God VrezenJona

Toen vreesden die mannen met grote vreze, en zeiden tot hem: Wat hebt gij dit gedaan? Want de mannen wisten, dat hij van des HEEREN aangezicht vlood; want hij had het hun te kennen gegeven.

VersbegrippenLafheidAngst Voor Het OnbekendeVluchten Van GodWat Doe Jij?De Feiten KennenBang ZijnDe Aanwezigheid Van GodZeilenJona

En hij zeide tot hen: Neemt mij op, en werpt mij in de zee, zo zal de zee stil worden van ulieden; want ik weet, dat deze grote storm ulieden om mijnentwil over komt.

VersbegrippenFoutenStilleggenMensen WerpenIn Het Hart Van De ZeeMensen Die Levende Mensen DragenWaarom Het GebeurdeSpringenJona

En hij zeide: Ik riep uit mijn benauwdheid tot den HEERE, en Hij antwoordde mij; uit den buik des grafs schreide ik, en Gij hoordet mijn stem.

VersbegrippenGod AanroepenDe DodenBedelaarsSheolStressNabijheid Van De DoodGod BeantwoordtOm Hulp RoepenDe Dood NadertGod Besteedde Aandacht Aan MijJona

De HEERE nu sprak tot den vis; en hij spuwde Jona uit op het droge.

VersbegrippenGeboden in OTReddingBrakenIndigestieGods BevelenVisJona

En Jona begon in de stad te gaan, een dagreis; en hij predikte, en zeide: Nog veertig dagen, dan zal Nineve worden omgekeerd.

VersbegrippenVoorbodeDe Taak Van MissionarissenDe Rol Van ProfetenNummer VeertigVeertig Dagen1 DagMeer Dan Een Maand

Want dit woord geraakte tot den koning van Nineve, en hij stond op van zijn troon, en deed zijn heerlijk overkleed van zich; en hij bedekte zich met een zak, en zat neder in de as.

VersbegrippenBedektAsGewadenTroonBuitenkledijMensen Die StrippenAs Van VernederingJona

En hij liet uitroepen, en men sprak te Nineve, uit bevel des konings en zijner groten, zeggende: Laat mens noch beest, rund noch schaap, iets smaken, laat ze niet weiden, noch water drinken.

VersbegrippenVoorbodeEdelenSmaakZowel Mens Als Dier GetroffenEten En DrinkenDe Bevelen Van De KoningVasten

Wie weet, God mocht Zich wenden, en berouw hebben; en Hij mocht Zich wenden van de hittigheid Zijns toorns, dat wij niet vergingen!

VersbegrippenNiet StervenGod Verandert Van GedachtenDe Dood AfgewendLaat God Niet Kwaad ZijnWoede En VergiffenisJona

En God zag hun werken, dat zij zich bekeerden van hun bozen weg; en het berouwde God over het kwaad, dat Hij gesproken had hun te zullen doen, en Hij deed het niet.

VersbegrippenOverwinning Op Het KwaadPlannenOntvankelijkheidVerzakingHet Belang Van BerouwGevarenGod Is OnveranderlijkGod Verandert Van GedachtenBerouwGod Zag Ervan Af Hen Kwaad Te DoenTekenen Van BekeringIemands DadenJona

En hij bad tot den HEERE, en zeide: Och HEERE! was dit mijn woord niet, als ik nog in mijn land was? Daarom kwam ik het voor, vluchtende naar Tarsis; want ik wist, dat Gij een genadig en barmhartig God zijt, lankmoedig en groot van goedertierenheid, en berouw hebbende over het kwaad.

VersbegrippenHet Geduld Van GodBekering Van GodDe Aard Van God KennenOntvankelijkheidTerughoudendheidGod Is OnveranderlijkGod Verandert Van GedachtenHaastige ActieDezelfde Dingen ZeggenHerhaaldelijk ZeggenEen Vergevingsgezinde GodGod Zag Ervan Af Hen Kwaad Te DoenGods Aard KennenWoede En VergiffenisJona

Jona nu ging ter stad uit, en zette zich tegen het oosten der stad; en hij maakte zich aldaar een verdek, en zat daaronder in de schaduw, totdat hij zag, wat van de stad zou worden.

VersbegrippenWachtenCabinesMensen Die NeerzittenJona

Maar God beschikte een worm des anderen daags in het opgaan van den dageraad; die stak den wonderboom, dat hij verdorde.

VersbegrippenDageraadMadenDageraadGod Die Anderen BenoemtInsectenWormenJona

En het geschiedde, als de zon oprees, dat God een stillen oostenwind beschikte; en de zon stak op het hoofd van Jona, dat hij amechtig werd; en hij wenste zijner ziel te mogen sterven, en zeide: Het is mij beter te sterven dan te leven.

VersbegrippenFlauw VallenOostVoorbeelden Van WanhoopHitteHopeloosheidDe ZonGods Heerschap Over Het WeerWindCynismeVerlangen Om Te StervenVoordelenVanuit Het OostenGod Verstrekt WindVerlangen Naar De DoodHeet WaterGod Die Anderen BenoemtHet Leven VerachtOntspannenJonaDe Oostenwind

Toen zeide God tot Jona: Is uw toorn billijk ontstoken over den wonderboom? En hij zeide: Billijk is mijn toorn ontstoken ter dood toe.

VersbegrippenOntslag Tot De DoodWoede Tegen God

Public domain