'Wel' in de Bijbel
En tot de engelen zegt Hij wel: Die Zijn engelen maakt geesten, en Zijn dienaars een vlam des vuurs.
En Mozes is wel getrouw geweest in geheel zijn huis, als een dienaar, tot getuiging der dingen, die daarna gesproken zouden worden;
Want de mensen zweren wel bij den meerdere dan zij zijn, en de eed tot bevestiging is denzelven een einde van alle tegenspreken;
En die uit de kinderen van Levi het priesterdom ontvangen, hebben wel bevel om tienden te nemen van het volk, naar de wet, dat is, van hun broederen, hoewel die uit de lenden van Abraham voortgekomen zijn.
En hier nemen wel tienden de mensen, die sterven, maar aldaar neemt ze die, van welken getuigd wordt, dat hij leeft.
En voor zoveel het niet zonder eedzwering is geschied, (want genen zijn wel zonder eedzwering priesters geworden;
En genen zijn wel vele priesters geworden, omdat zij door den dood verhinderd werden altijd te blijven;
Zo had dan wel ook het eerste verbond rechten van de gods dienst, en het wereldlijk heiligdom.
Deze dingen nu, aldus toebereid zijnde, zo gingen wel de priesters in den eersten tabernakel, te allen tijde, om de gods diensten te volbrengen;
Zo was het dan noodzaak, dat wel de voorbeeldingen der dingen, die in de hemelen zijn, door deze dingen gereinigd werden, maar de hemelse dingen zelve door betere offeranden dan deze.
En een iegelijk priester stond wel alle dagen dienende, en dezelfde slachtofferen dikmaals offerende, die de zonden nimmermeer kunnen wegnemen;
Voorts, wij hebben de vaders onzes vleses wel tot kastijders gehad, en wij ontzagen hen; zullen wij dan niet veel meer den Vader der geesten onderworpen zijn, en leven?
Want genen hebben ons wel voor een korten tijd, naar dat het hun goed dacht, gekastijd; maar Deze kastijdt ons tot ons nut, opdat wij Zijner heiligheid zouden deelachtig worden.
Zoekresultaten op Versies
Zoekresultaten op Boek
- Genesis (14)
- Exodus (4)
- Leviticus (4)
- Numberi (2)
- Deuteronomium (12)
- Jozua (4)
- Richteren (3)
- Ruth (2)
- 1 Samuël (9)
- 2 Samuël (8)
- 1 Koningen (3)
- 2 Koningen (12)
- 1 Kronieken (2)
- 2 Kronieken (3)
- Nehemia (4)
- Esther (2)
- Job (2)
- Psalmen (19)
- Spreuken (6)
- Prediker (2)
- Hooglied (1)
- Jesaja (9)
- Jeremia (15)
- Klaagliederen (1)
- Ezechiël (9)
- Daniël (5)
- Hosea (3)
- Amos (1)
- Micha (3)
- Nahum (2)
- Zefanja (1)
- Mattheüs (20)
- Markus (12)
- Lukas (11)
- Johannes (12)
- Handelingen (15)
- Romeinen (16)
- 1 Corinthiërs (17)
- 2 Corinthiër (4)
- Galaten (1)
- Filippenzen (6)
- Colossenzen (1)
- 1 Thessalonicenzen (1)
- 1 Timotheüs (4)
- 2 Timotheüs (1)
- Titus (1)
- Filémon (1)
- Hebreeën (13)
- Jakobus (3)
- 1 Petrus (6)
- 2 Petrus (1)
- Judas (1)