De mond des rechtvaardigen is een springader des levens; maar het geweld bedekt den mond der goddelozen.

Zegeningen zijn op het hoofd des rechtvaardigen; maar het geweld bedekt den mond der goddelozen.

Des wijzen leer is een springader des levens, om af te wijken van de strikken des doods.

De woorden van den mond eens mans zijn diepe wateren; en de springader der wijsheid is een uitstortende beek.

Pe. De mond des rechtvaardigen vermeldt wijsheid, en zijn tong spreekt het recht.

De oprechten zien het, en zijn verblijd, maar alle ongerechtigheid stopt haar mond.

De tong des rechtvaardigen is uitgelezen zilver; het hart der goddelozen is weinig waard.

De lippen des rechtvaardigen weten wat welgevallig is; maar de mond der goddelozen enkel verkeerdheid.

De lippen der wijzen zullen de wetenschap uitstrooien; maar het hart der zotten niet alzo.

Het verstand dergenen, die het bezitten, is een springader des levens; maar de tucht der dwazen is dwaasheid.

Goud is er, en menigte van robijnen; maar de lippen de wetenschap zijn een kostelijk kleinood.

De woorden van een wijzen mond zijn aangenaam; maar de lippen van een zot verslinden hemzelve.

Gij adderengebroedsels! hoe kunt gij goede dingen spreken, daar gij boos zijt? want uit den overvloed des harten spreekt de mond.

Geen vuile rede ga uit uw mond, maar zo er enige goede rede is tot nuttige stichting, opdat zij genade geve dien, die dezelve horen.

Alzo is ook de tong een klein lid, en roemt nochtans grote dingen. Ziet, een klein vuur, hoe groten hoop houts het aansteekt.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain

Alle Vertalingen
Dutch Staten Vertaling