Spreuken 5:21
Want eens iegelijks wegen zijn voor de ogen des HEEREN, en Hij weegt al zijne gangen.
Hosea 7:2
En zij zeggen niet in hun hart, dat Ik al hunner boosheid gedachtig ben; nu omsingelen hen hun handelingen, zij zijn voor Mijn aangezicht.
Hebreeën 4:13
En er is geen schepsel onzichtbaar voor Hem; maar alle dingen zijn naakt en geopend voor de ogen Desgenen, met Welken wij te doen hebben.
Job 31:4
Ziet Hij niet mijn wegen, en telt Hij niet al mijn treden?
Job 34:21
Want Zijn ogen zijn op ieders wegen, en Hij ziet al zijn treden.
Spreuken 15:3
De ogen des HEEREN zijn in alle plaatsen, beschouwende de kwaden en de goeden.
Jeremia 16:17
Want Mijn ogen zijn op al hun wegen; zij zijn voor Mijn aangezicht niet verborgen, noch hun ongerechtigheid verholen van voor Mijn ogen.
Jeremia 32:19
Groot van raad en machtig van daad; want Uw ogen zijn open over alle wegen der mensenkinderen, om een iegelijk te geven naar zijn wegen, en naar de vrucht zijner handelingen.
Job 14:16
Maar nu telt Gij mijn treden; Gij bewaart mij niet om mijner zonden wil.
Psalmen 11:4
De HEERE is in het paleis Zijner heiligheid, des HEEREN troon is in den hemel; Zijn ogen aanschouwen, Zijn oogleden proeven de mensenkinderen.
Psalmen 119:168
Ik onderhoud Uw bevelen en Uw getuigenissen, want al mijn wegen zijn voor U.
2 Kronieken 16:9
Want den HEERE aangaande, Zijn ogen doorlopen de ganse aarde, om Zich sterk te bewijzen aan degenen, welker hart volkomen is tot Hem; gij hebt hierin zottelijk gedaan; want van nu af zullen oorlogen tegen u zijn.
Psalmen 17:3
Gij hebt mijn hart geproefd, des nachts bezocht, Gij hebt mij getoetst. Gij vindt niets; hetgeen ik gedacht heb, overtreedt mijn mond niet.
Psalmen 139:1-12
Een psalm van David, voor den opperzangmeester. HEERE! Gij doorgrondt en kent mij.
Jeremia 17:10
Ik, de HEERE, doorgrond het hart, en proef de nieren; en dat, om een iegelijk te geven naar zijn wegen, naar de vrucht zijner handelingen.
Jeremia 23:24
Zou zich iemand in verborgene plaatsen kunnen verbergen, dat Ik hem niet zou zien? spreekt de HEERE; vervul Ik niet den hemel en de aarde? spreekt de HEERE.
Openbaring 2:18
En schrijf aan den engel der Gemeente te Thyatire: Dit zegt de Zoon van God, Die Zijn ogen heeft als een vlam vuurs, en Zijn voeten zijn blinkend koper gelijk:
Openbaring 2:23
En haar kinderen zal Ik door den dood ombrengen; en al de Gemeenten zullen weten, dat Ik het ben, Die nieren en harten onderzoek. En Ik zal ulieden geven een iegelijk naar uw werken.
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd