Meest Populaire Bijbelverzen in Job 4

Job Rang:

36
VersbegrippenFlauw VallenOorzaken Van ProblemenOntmoediging

Maar nu komt het aan u, en gij zijt verdrietig; het raakt tot u, en gij wordt beroerd.

60
VersbegrippenZelfrespectDe Angst Voor De HeerVroomheidEerbied

Was niet uw vreze Gods uw hoop, en de oprechtheid uwer wegen uw verwachting?

86
VersbegrippenVoorbeelden Van OnschuldLijden Van De OnschuldigenNiet StervenRechtvaardige MensenPleidooi Van Onschuld

Gedenk toch, wie is de onschuldige, die vergaan zij; en waar zijn de oprechten verdelgd?

164
VersbegrippenAdem Van GodDe Gevolgen Van De Toorn Van GodAdemenAdem

Van den adem Gods vergaan zij, en van het geblaas van Zijn neus worden zij verdaan.

227
VersbegrippenTandenTanden Breken

De brulling des leeuws, en de stem des fellen leeuws, en de tanden der jonge leeuwen worden verbroken.

265
VersbegrippenNachtTegenslag OverwinnenWatervallen

Onder de gedachten van de gezichten des nachts, als diepe slaap valt op de mensen;

277
VersbegrippenJagenGeen Voedsel

De oude leeuw vergaat, omdat er geen roof is, en de jongens eens oudachtigen leeuws worden verstrooid.

288
VersbegrippenIndividuen Die BevenSchade Aan Het LichaamZij Bang Van God

Kwam mij schrik en beving over, en verschrikte de veelheid mijner beenderen.

302

Toen antwoordde Elifaz, de Themaniet, en zeide:

325

Voorts is tot mij een woord heimelijk gebracht, en mijn oor heeft een weinigje daarvan gevat;

329
VersbegrippenWantrouwenEngelen Die Tegen God ZijnDe Invloed Van OnvolmaaktheidEngelen, Beschrijving VanFoutAndere VertrouwenVergissingen Maken

Zie, op Zijn knechten zou Hij niet vertrouwen; hoewel Hij in Zijn engelen klaarheid gesteld heeft.

356
VersbegrippenFunderingenInsectenEigendom, HuizenDe Nietigheid Van De MensMottenMetaforische HuizenWezens Van Stof

Hoeveel te min op degenen, die lemen huizen bewonen, welker grondslag in het stof is? Zij worden verbrijzeld voor de motten.

361
VersbegrippenHarenHet Haar Van Het LichaamGeestwezensHaarHet VerledenVerleden

Toen ging voorbij mijn aangezicht een geest; hij deed het haar mijns vleses te berge rijzen.

364
VersbegrippenDood

Van den morgen tot den avond worden zij vermorzeld; zonder dat men er acht op slaat, vergaan zij in eeuwigheid.

370
VersbegrippenTentenDwaasheid Van De Mens

Verreist niet hun uitnemendheid met hen? Zij sterven, maar niet in wijsheid.

371
VersbegrippenStruikelenVriendelijke WoordenKnieën

Uw woorden hebben den struikelende opgericht, en de krommende knieen hebt gij vastgesteld;

381
VersbegrippenStemmen

Hij stond, doch ik kende zijn gedaante niet; een beeltenis was voor mijn ogen; er was stilte, en ik hoorde een stem, zeggende:

390
VersbegrippenMensen Die OnderwijzenAnderen AanmoedigenZwakte

Zie, gij hebt velen onderwezen, en gij hebt slappe handen gesterkt;

402

Zo wij een woord opnemen tegen u, zult gij verdrietig zijn? Nochtans wie zal zich van woorden kunnen onthouden?