727 gebeurtenissen in 1 vertaling

'Ons' in de Bijbel

En zij zeiden een ieder tot zijn naaste: Kom aan, laat ons tichelen strijken, en wel doorbranden! En de tichel was hun voor steen, en het lijm was hun voor leem.

VersbegrippenBakstenenUitrusting, FysiekBakkenBouwen

Kom aan, laat Ons nedervaren, en laat Ons hun spraak aldaar verwarren, opdat iegelijk de spraak zijns naasten niet hore.

VersbegrippenGod, De DrievuldigheidWereldlijke AmbitieTalenverwarringGod Gaat NeerGeen Taal BegrijpenGescheiden TalenTaalDe tongAnders ZijnToespraak

En zij riepen Lot toe, en zeiden tot hem: Waar zijn die mannen, die deze nacht tot u gekomen zijn? breng hen uit tot ons, opdat wij ze bekennen.

VersbegrippenZelfingenomenGrofheidHomosexualiteitGeplande Sexuele BandWaar Zijn Mensen?Sex

Want wij gaan deze plaats verderven, omdat haar geroep groot geworden is voor het aangezicht des HEEREN, en de HEERE ons uitgezonden heeft, om haar te verderven.

VersbegrippenEngelen Als Agenten Van OordeelSodom En GomorraVerschoppelingenGod Stuurde ProfetenSchreeuw

Toen zeide de eerstgeborene tot de jongste: Onze vader is oud, en er is geen man in dit land, om tot ons in te gaan, naar de wijze der ganse aarde.

VersbegrippenAfwezigheid Van SexEerstgeboren DochtersNiemand BeschikbaarNiet VoorbedachtVader En Dochter Relaties

Kom, laat ons onze vader wijn te drinken geven, en bij hem liggen, opdat wij van onze vader zaad in het leven behouden.

VersbegrippenHoffelijkheidGrootvaders

En het geschiedde des anderen daags, dat de eerstgeborene zeide tot de jongste: Zie, ik heb gisteren nacht bij mijn vader gelegen; laat ons ook dezen nacht hem wijn te drinken geven; ga dan in, lig bij hem, opdat wij van onzen vader zaad in het leven behouden.

VersbegrippenEerstgeboren Dochters

En Abimelech riep Abraham, en zeide tot hem: Wat hebt gij ons gedaan? en wat heb ik tegen u gezondigd, dat gij over mij en over mijn koninkrijk een grote zonde gebracht hebt? gij hebt daden met mij gedaan, die niet zouden gedaan worden.

VersbegrippenWat Doe Jij?Ontbiedende KoningenWe Hebben GezondigdWelke Zonde?

Hoor ons, mijn heer! gij zijt een vorst Gods in het midden van ons; begraaf uw dode in de keure onzer graven; niemand van ons zal zijn graf voor u weren, dat gij uw dode niet zoudt begraven.

VersbegrippenPrinsenAbraham, In GemeenschapTombesInstemmingDe Grot Van MachpelaBegraafplaatsen

Want hij had gezegd: Wiens dochter zijt gij? geef het mij toch te kennen; is er ook ten huize uws vaders plaats voor ons, om te vernachten?

VersbegrippenWie Is Dit?Tijdelijk BlijvenVaders En Dochter

Voorts had zij tot hem gezegd: Ook is er stro en veel voeders bij ons, ook plaats om te vernachten.

VersbegrippenKribbesDieren VoedenTijdelijk Blijven

Toen zeide haar broeder, en haar moeder: Laat de jonge dochter enige dagen, of tien, bij ons blijven; daarna zult gij gaan.

VersbegrippenTien Of Meer DagenMensen Die Vertraagden

Toen zeiden zij: Laat ons de jonge dochter roepen, en haar mond vragen.

VersbegrippenVragen

En zij zeide tot den knecht: Wie is die man, die ons in het veld tegemoet wandelt? En de knecht zeide: Dat is mijn heer! Toen nam zij den sluier, en bedekte zich.

VersbegrippenBedektSluiersMensen OntmoetenWie Is Dit?De Jurk Van De Bruid

En Abimelech zeide: Wat is dit, dat gij ons gedaan hebt? Lichtelijk had een van dit volk bij uw huisvrouw gelegen, zodat gij een schuld over ons zoudt gebracht hebben.

VersbegrippenWat Doe Jij?

Ook zeide Abimelech tot Izak: Trek van ons; want gij zijt veel machtiger geworden, dan wij.

En de herders van Gerar twistten met Izaks herders, zeggende: Dit water hoort ons toe! Daarom noemde hij de naam van die put Esek, omdat zij met hem gekeven hadden.

VersbegrippenSlechte DienarenVoorbeelden Van OneerlijkheidMensen Die Andere Dingen BezittenMensen Die Dingen BenoemenBijhouden Voorraad

En hij brak op van daar, en groef een andere put, en zij twistten over dien niet; daarom noemde hij deszelfs naam Rehoboth, en zeide: Want nu heeft ons de HEERE ruimte gemaakt, en wij zijn gewassen in dit land.

VersbegrippenOvervloed, MaterieelUitgravingPotentieel Van FruitRuime PlekMensen Die Dingen BenoemenVrijheidNaar Een Nieuwe Plek GaanRuimteVruchtbaarheidLand

En zij zeiden: Wij hebben merkelijk gezien, dat de HEERE met u is; daarom hebben wij gezegd: Laat toch een eed tussen ons zijn, tussen ons en tussen u, en laat ons een verbond met u maken:

VersbegrippenGod Met Specifieke Mensen

Zo gij bij ons kwaad doet, gelijk als wij u niet aangeroerd hebben, en gelijk als wij bij u alleenlijk goed gedaan hebben, en hebben u in vrede laten trekken! Gij zijt nu de gezegende des HEEREN!

VersbegrippenNamen En Titels Voor De ChristenenNiet AanrakenIn Vrede GaanGezegend Door God

Toen antwoordden Rachel en Lea, en zeiden tot hem: Is er nog voor ons een deel of erfenis, in het huis onzes vaders?

VersbegrippenNiet Delen

Zijn wij niet vreemden van hem geacht? Want hij heeft ons verkocht, en hij heeft ook steeds ons geld verteerd.

VersbegrippenBeschouwenBeschouwd Worden Als Vreemdelingen

Als gij al mijn huisraad betast hebt, wat hebt gij gevonden van al het huisraad uws huizes! Leg het hier voor mijn broederen en uw broederen, en laat hen richten tussen ons beiden.

VersbegrippenNiet VindenIn De Tegenwoordigheid Van De Mens

Nu dan, kom, laat ons een verbond maken, ik en gij, dat het tot een getuigenis zij tussen mij en tussen u!

VersbegrippenVerbondsrelatiesDingen Als GetuigenNiet Mogelijk Om Andere Dingen Te DoenVerbond

Zo gij mijn dochteren beledigt, en zo gij vrouwen neemt boven mijn dochteren, niemand is bij ons; zie toe, God zal getuige zijn tussen mij en tussen u!

VersbegrippenDochtersPolygamieWettelijke GetuigenBeroep Doen Op GodDe Getuige Van GodMensen Die Mogelijk Kwaad Doen

De God van Abraham, en de God van Nahor, de God huns vaders richte tussen ons! En Jakob zwoer bij de Vreze zijn vaders Izaks.

VersbegrippenGod Als RechterGod Moet Gevreesd Worden

Zo zult gij zeggen: Dat is een geschenk van uw knecht Jakob, gezonden tot mijn heer, tot Ezau, en zie, hij zelf is ook achter ons!

En gij zult ook zeggen: Zie, uw knecht Jakob is achter ons! Want hij zeide: Ik zal zijn aangezicht verzoenen met dit geschenk, dat voor mijn aangezicht gaat, en daarna zal ik zijn aangezicht zien; misschien zal hij mijn aangezicht aannemen.

En hij zeide: Laat ons reizen en voorttrekken; en ik zal voor u trekken.

VersbegrippenVooraan

En verzwagert u met ons; geeft ons uw dochteren; en neemt voor u onze dochteren;

En woont met ons; en het land zal voor uw aangezicht zijn; woont, en handelt daarin, en stelt u tot bezitters daarin.

VersbegrippenHandelIn Het Land LevenEigendom

En zij zeiden tot hen: Wij zullen deze zaak niet kunnen doen, dat wij onze zuster aan een man geven zouden, die de voorhuid heeft; want dat ware ons een schande.

VersbegrippenVoorhuidenNiet Besneden ZijnOnmogelijk Voor MensenGenoemde ZustersNiet Mogelijk Om Andere Dingen Te Doen

Dan zullen wij u onze dochteren geven, en uw dochteren zullen wij ons nemen, en wij zullen met u wonen, en wij zullen tot een volk zijn.

VersbegrippenVerenigde MensenIn Het Land Leven

Maar zo gij naar ons niet zult horen, om besneden te worden, zo zullen wij onze dochteren nemen, en wegtrekken.

VersbegrippenUitzetten

Deze mannen zijn vreedzaam met ons; daarom laat hen in dit land wonen, en daarin handelen, en het land (ziet het is wijd van begrip) voor hun aangezicht zijn; wij zullen ons hun dochteren tot vrouwen nemen, en wij zullen onze dochteren aan hen geven.

VersbegrippenRentmeesterschap Over GeldIn Het Land LevenMannen Van Vrede

Doch hierin zullen deze mannen ons ter wille zijn, dat zij met ons wonen, om tot een volk te zijn; als al wat mannelijk is onder ons besneden wordt, gelijk als zij besneden zijn.

VersbegrippenVerenigde MensenAls Mensen WordenInstemmingIn Het Land LevenNoodzaak Van Besnijdenis

Hun vee, en hun bezitting, en al hun beesten, zullen die niet onze zijn? Alleen laat ons hun te wille zijn, en zij zullen met ons wonen.

VersbegrippenIn Het Land LevenBezit Nemen

En laat ons ons opmaken, en optrekken naar Beth-El; en ik zal daar een altaar maken dien God, Die mij antwoordt ten dage mijner benauwdheid, en met mij geweest is op den weg, die ik gewandeld heb.

VersbegrippenNoodGod BeantwoordtGod Was Met JouGod Met Specifieke Mensen

Toen zeiden zijn broeders tot hem: Zult gij dan ganselijk over ons regeren: zult gij dan ganselijk over ons heersen? Zo haatten zij hem nog te meer, om zijn dromen en om zijn woorden.

VersbegrippenIndividuen HatenOverheersing

En als hij het aan zijn vader en aan zijn broederen verhaalde, bestrafte hem zijn vader, en zeide tot hem: Wat is dit voor een droom, dien gij gedroomd hebt; zullen wij dan ganselijk komen, ik, en uw moeder, en uw broeders, om ons voor u ter aarde te buigen?

VersbegrippenGroetenBuigen Voor JozefWat Is Dit?Immigranten

Zo zeide die man: Zij zijn van hier gereisd; want ik hoorde hen zeggen: Laat ons naar Dothan gaan. Jozef dan ging zijn broederen na, en vond hen te Dothan.

VersbegrippenHerder Als Beroep

Nu komt dan, en laat ons hem doodslaan, en hem in een dezer kuilen werpen; en wij zullen zeggen: een boos dier heeft hem opgegeten; zo zullen wij zien, wat van zijn dromen worden zal.

VersbegrippenMensenetende DierenWilde Dieren Die VerslindenPogingen Om Bepaalde Mensen Te DodenOnvervuld Woord

Ruben hoorde dat, en verloste hem uit hun hand; en hij zeide: Laat ons hem niet aan het leven slaan.

VersbegrippenWeerhouden Van DodenIndividuen Die Anderen Redden

Komt, en laat ons hem aan deze Ismaelieten verkopen, en onze hand zij niet aan hem; want hij is onze broeder, ons vlees, en zijn broederen hoorden hem.

VersbegrippenHandelZelfde Vlees En Bonen

Zo riep zij de lieden van haar huis, en sprak tot hen, zeggende: Ziet, hij heeft ons den Hebreeuwsen man ingebracht, om met ons te spotten; hij is tot mij gekomen, om bij mij te liggen, en ik heb geroepen met luider stem;

VersbegrippenGeplande Sexuele BandKinderen Misleiden

Toen sprak zij tot hem naar diezelfde woorden, zeggende: De Hebreeuwse knecht, dien gij ons hebt ingebracht, is tot mij gekomen, om met mij te spotten.

En aldaar was bij ons een Hebreeuws jongeling, een knecht van den overste der trawanten; en wij vertelden ze hem, en hij legde ons onze dromen uit; een ieder legde hij ze uit, naar zijn droom.

VersbegrippenDromen Vertellen

En gelijk hij ons uitlegde, alzo is het geschied; mij heeft hij hersteld in mijn staat, en hem gehangen.

VersbegrippenHerstel Van MensenMensen Die Opgehangen Worden

Voorts zeide hij: Ziet, ik heb gehoord, dat er koren in Egypte is; trekt daarhenen af, en koopt ons koren van daar, opdat wij leven en niet sterven.

VersbegrippenBezoekenDoor De Mens In Leven Gehouden Worden

Toen zeiden zij de een tot den ander: Voorwaar, wij zijn schuldig aan onzen broeder, wiens benauwdheid der ziele wij zagen, toen hij ons om genade bad; maar wij hoorden niet! daarom komt deze benauwdheid over ons.

VersbegrippenSchuldig GewetenMenselijke Aspecten Van SchuldVoorbeelden Van Getroffen HeiligenSchuldig BevondenMensen Zonder GenadeWaarom Het GebeurdeMenselijk Besef Van Schuld

En hij zeide tot zijn broederen: Mijn geld is wedergekeerd; daartoe ook, ziet, het is in mijn zak! Toen ontging hun het hart, en zij verschrikten, de een tot den ander zeggende: Wat is dit, dat ons God gedaan heeft?

VersbegrippenMenselijk HartMenselijke EmotieIndividuen Die BevenWat Doet God?Onbepaalde Sommen GeldAndere Verdrietige Mensen

Die man, de heer van dat land, heeft hard met ons gesproken; en hij heeft ons gehouden voor verspieders des lands.

VersbegrippenSpioneren

En die man, de heer van dat land, zeide tot ons: Hieraan zal ik bekennen, dat gijlieden vroom zijt; laat een uwer broederen bij mij, en neemt voor den honger uwer huizen, en trekt heen.

VersbegrippenMensen Die Mensen Verlaten

Zo geschiedde het, als zij den leeftocht, dien zij uit Egypte gebracht hadden, opgegeten hadden, dat hun vader tot hen zeide: Keert wederom, koopt ons een weinig spijze.

VersbegrippenEten KopenEinde Van Activiteiten

Toen sprak Juda tot hem, zeggende: Die man heeft ons op het hoogste betuigd, zeggende: Gij zult mijn aangezicht niet zien, tenzij dat uw broeder met u is.

VersbegrippenNiet Met Mensen

Indien gij onzen broeder met ons zendt, wij zullen aftrekken, en u spijze kopen;

VersbegrippenSamengaan

Maar indien gij hem niet zendt, wij zullen niet aftrekken; want die man heeft tot ons gezegd: Gij zult mijn aangezicht niet zien, tenzij dat uw broeder met u is.

VersbegrippenNiet Met Mensen

En zij zeiden: Die man vraagde zeer nauw naar ons, en naar onze maagschap, zeggende: Leeft uw vader nog; hebt gij nog een broeder? Zo gaven wij het hem te kennen, volgens diezelfde woorden; hebben wij juist geweten, dat hij zeggen zou: Brengt uw broeder af?

VersbegrippenStellen Van Bepaalde VragenMensen BeantwoordenDe Toekomst Niet KennenVerder Leven

Toen zeide Juda tot Israel, zijn vader: Zend den jongeling met mij, zo zullen wij ons opmaken en reizen, opdat wij leven en niet sterven, noch wij, noch gij, noch onze kinderkens.

VersbegrippenSamengaanDoor De Mens In Leven Gehouden Worden

Toen vreesden deze mannen, omdat zij in het huis van Jozef gebracht werden, en zeiden: Ter oorzake van het geld, dat in het begin in onze zakken wedergekeerd is, worden wij ingebracht, opdat hij ons overrompele en ons overvalle, en ons tot slaven neme, met onze ezelen.

VersbegrippenOnbepaalde Sommen GeldVerlies Van EzelsWaarom Mensen Dingen DedenAngst Van Individuen

Het is nu geschied, als wij in de herberg gekomen waren, en wij onze zakken opendeden, zie, zo was ieders mans geld in den mond van zijn zak, ons geld in zijn gewicht; en wij hebben hetzelve wedergebracht in onze hand.

VersbegrippenHerbergenDe Daad Van OpenenContainers OpenenTijdelijk Blijven

Wij hebben ook ander geld in onze hand afgebracht, om spijze te kopen; wij weten niet, wie ons geld in onze zakken gelegd heeft.

VersbegrippenEten KopenOnbepaalde Sommen Geld

Toen zeide Juda: Wat zullen wij tot mijn heer zeggen, wat zullen wij spreken, en wat zullen wij ons rechtvaardigen? God heeft de ongerechtigheid uwer knechten gevonden; zie, wij zijn mijns heren slaven, zo wij, als hij, in wiens hand de beker gevonden is.

VersbegrippenOntdekt WordenVrijspreken Van De Rechtvaardigen

En dat onze vader gezegd heeft: Keert weder. koopt ons een weinig spijze;

VersbegrippenEten Kopen

Zo hebben wij gezegd: Wij zullen niet mogen aftrekken; indien onze kleinste broeder bij ons is, zo zullen wij aftrekken; want wij zullen het aangezicht van dien man niet mogen zien, zo deze onze kleinste broeder niet bij ons is.

VersbegrippenNiet Met Mensen

Toen zeide uw knecht, mijn vader, tot ons: Gijlieden weet, dat mijn huisvrouw er mij twee gebaard heeft.

VersbegrippenTwee Zonen

Nu dan, als ik tot uw knecht, mijn vader, kome, en de jongeling is niet bij ons (alzo zijn ziel aan de ziel van deze gebonden is),

VersbegrippenNergens Te VindenZij Die Liefhadden

Als nu het geld uit Egypteland en uit het land Kanaan verdaan was, kwamen al de Egyptenaars tot Jozef, zeggende: Geef ons brood; want waarom zouden wij in uw tegenwoordigheid sterven? want het geld ontbreekt;

VersbegrippenVoedsel VragenMogelijke DoodOnbepaalde Sommen GeldTekort Aan Andere Dingen Dan VoedselGeldmiddelenGeld Sparen

Toen datzelve jaar voleind was, zo kwamen zij tot hem in het tweede jaar, en zeiden tot hem: Wij zullen het voor mijn heer niet verbergen, alzo het geld verdaan is, en de bezitting der beesten gekomen aan mijn heer, zo is er niets anders overgebleven voor het aangezichts mijns heren, dan ons lichaam en ons land.

VersbegrippenLichaamKuddesBeperkingen Van Het LichaamOnbepaalde Sommen GeldTekort Aan Andere Dingen Dan VoedselDingen Die Onthuld Worden

Waarom zullen wij voor uw ogen sterven, zo wij als ons land? Koop ons en ons land voor brood; zo zullen wij en ons land Farao dienstbaar zijn; en geef zaad, opdat wij leven en niet sterven, en het land niet woest worde!

VersbegrippenDoor De Mens In Leven Gehouden WordenMogelijke DoodLetterlijk PlantenGroepen Van Slaven

En zij zeiden: Gij hebt ons leven behouden; laat ons genade vinden in de ogen mijns heren, en wij zullen Farao's knechten zijn.

VersbegrippenAfhankelijkheidDoor De Mens In Leven Gehouden WordenGroepen Van SlavenIndividuen Die Anderen Redden

Toen Jozefs broeders zagen, dat hun vader dood was, zo zeiden zij: Misschien zal ons Jozef haten, en hij zal ons gewisselijk vergelden al het kwaad, dat wij hem aangedaan hebben.

VersbegrippenWrokWrok Tegenover MensenAntwoordKwaad Met Kwaad BestrijdenGenoemde Personen Die Kwaad Waren Op Anderen

Komt aan, laat ons wijselijk tegen hetzelve handelen, opdat het niet vermenigvuldige, en het geschiede, als er enige krijg voorvalt, dat het zich ook niet vervoege tot onze vijanden, en tegen ons strijde, en uit het land optrekke.

VersbegrippenDe Aard Van OnderdrukkingVormen Van VervolgingSlimheidValse WijsheidExodusPrincipes Van OorlogNetwerkenImmigranten

Hij dan zeide: Wie heeft u tot een overste en rechter over ons gezet? Zegt gij dit, om mij te doden, gelijk gij den Egyptenaar gedood hebt? Toen vreesde Mozes, en zeide: Voorwaar, deze zaak is bekend geworden!

VersbegrippenHeersersPogingen Om Mij Te DodenDingen Die Onthuld Worden

Toen zeiden zij: Een Egyptisch man heeft ons verlost uit de hand der herderen; en hij heeft ook overvloedig voor ons geput, en de kudde gedrenkt.

VersbegrippenIndividuen Die Anderen ReddenBijhouden Voorraad

En zij zullen uw stem horen; en gij zult gaan, gij en de oudsten van Israel, tot den koning van Egypte, en gijlieden zult tot hem zeggen: De HEERE, de God der Hebreen, is ons ontmoet; zo laat ons nu toch gaan den weg van drie dagen in de woestijn, opdat wij den HEERE, onzen God, offeren!

VersbegrippenGewichten En Maten, AfstandenDrie DagenBijzondere ReizenEen Feest In De WildernisAandacht Aan Mensen Besteden

Zij dan zeiden: De God der Hebreen is ons ontmoet; zo laat ons toch heentrekken, den weg van drie dagen in de woestijn, en den HEERE, onzen God, offeren, dat Hij ons niet overkome met pestilentie, of met het zwaard.

VersbegrippenZwaardenDrie DagenBijzondere ReizenEen Feest In De WildernisGod Zou Zijn Volk Kunnen Doden

En het getal der tichelstenen, die zij gisteren en eergisteren gemaakt hebben, zult gij hun opleggen; gij zult daarvan niet verminderen; want zij gaan ledig; daarom roepen zij, zeggende: Laat ons gaan, laat ons onzen God offeren!

VersbegrippenVoorbeelden Van OnderdrukkingAantallen Aan Het VerminderenGeen Korting

Aan uw knechten wordt geen stro gegeven, en zij zeggen tot ons: Maakt de tichelstenen; en ziet, uw knechten worden geslagen, doch de schuld is uws volks!

VersbegrippenAndere Mensen Kwaad Berokkenen

Hij dan zeide: Gijlieden gaat ledig, ledig gaat gij; daarom zegt gij: Laat ons gaan, laat ons den HEERE offeren!

VersbegrippenHumor

En zeiden tot hen: De HEERE zie op u, en richte het, dewijl dat gij onzen reuk hebt stinkende gemaakt voor Farao, en voor zijn knechten, gevende een zwaard in hun handen, om ons te doden.

VersbegrippenNeuzenGeurtjesGoedkeuring Om Te Doden

Mozes dan zeide: Het is niet recht, dat men alzo doe; want wij zouden der Egyptenaren gruwel den HEERE, onzen God, mogen offeren; zie, indien wij der Egyptenaren gruwel voor hun ogen offerden, zouden zij ons niet stenigen?

VersbegrippenAfkeerAfkeer, PraktijkenAngst Voor StenigingMensen HatenKatten

Laat ons den weg van drie dagen in de woestijn gaan, dat wij den HEERE onzen God offeren, gelijk Hij tot ons zeggen zal.

VersbegrippenDrie DagenBijzondere ReizenEen Feest In De Wildernis

En de knechten van Farao zeiden tot hem: Hoe lang zal ons deze tot een strik zijn, laat de mannen trekken, dat zij den HEERE hun God dienen! weet gij nog niet, dat Egypte verloren is?

VersbegrippenMan Die VangtVoor Mensen HandelenGod Aanbidden

En ons vee zal ook met ons gaan, er zal niet een klauw achterblijven; want van hetzelve zullen wij nemen, om den HEERE, onzen God, te dienen; want wij weten niet, waarmede wij den HEERE, onzen God, dienen zullen, totdat wij daar komen.

VersbegrippenVee HoudenMensen Die Niet VerlatenVoeten Van WezensOnwetendheid Van Feiten

Wanneer het geschieden zal, dat uw zoon u morgen zal vragen, zeggende: Wat is dat? zo zult gij tot hem zeggen: De HEERE heeft ons door een sterke hand uit Egypte, uit het diensthuis, uitgevoerd.

VersbegrippenKracht Van GodVragenWat Is Dit?Groepen Van SlavenKinderen OnderwijzenGod Haalt Israël Uit Egypte

Want het geschiedde, toen Farao zich verhardde ons te laten trekken, zo doodde de HEERE alle eerstgeborenen in Egypteland, van des mensen eerstgeborene af, tot den eerstgeborene der beesten; daarom offer ik den HEERE de mannetjes van alles, wat de baarmoeder opent; doch alle eerstgeborenen mijner zonen los ik.

VersbegrippenDe Gevolgen Van KoppigheidDood Van De EerstgeboreneGod DodendMannelijke DierenZowel Mens Als Dier GedoodGods Werk VerhinderenGod Doodde De MensenHet Reguleren Van Offers

En het zal tot een teken zijn op uw hand, en tot voorhoofdspanselen tussen uw ogen; want de HEERE heeft door een sterke hand ons uit Egypte uitgevoerd.

VersbegrippenVoorhoofdenKracht Van GodMarkeringen Op MensenGod Haalt Israël Uit Egypte

Toen nu de koning van Egypte werd geboodschapt, dat het volk vluchtte, zo is het hart van Farao en van zijn knechten veranderd tegen het volk, en zij zeiden: Waarom hebben wij dat gedaan, dat wij Israel hebben laten trekken, dat zij ons niet dienden?

VersbegrippenMensen Die Van Gedacht VeranderenIsraël Op De VluchtVertellen Over Bewegingen

En zij zeiden tot Mozes: Hebt gij ons daarom, omdat er in Egypte gans geen graven waren, weggenomen, opdat wij in deze woestijn sterven zouden? Waarom hebt gij ons dat gedaan, dat gij ons uit Egypte gevoerd hebt?

VersbegrippenOntrouw Aan GodSterven In De WildernisMogelijke DoodWat Doe Jij?

Is dit niet het woord, dat wij in Egypte tot u spraken, zeggende: Houd af van ons, en laat ons de Egyptenaren dienen? Want het ware ons beter geweest de Egyptenaren te dienen, dan in deze woestijn te sterven.

VersbegrippenSterven In De WildernisMogelijke DoodLaat Ons Met RustGroepen DienenSterven In De WoestijnSlavernijNiet Alleen Zijn

En Hij stiet de raderen hunner wagenen weg, en deed ze zwaarlijk voortvaren. Toen zeiden de Egyptenaars: Laat ons vlieden van het aangezicht van Israel, want de HEERE strijdt voor hen tegen de Egyptenaars.

VersbegrippenWielenRijdenGod VerhindertZware Taken

En de kinderen Israels zeiden tot hen: Och, dat wij in Egypteland gestorven waren door de hand des HEEREN, toen wij bij de vleespotten zaten, toen wij tot verzadiging brood aten! Want gijlieden hebt ons uitgeleid in deze woestijn, om deze ganse gemeente door den honger te doden.

VersbegrippenOndankbaarheidVleesZelfmedelijdenCynismeSterven In De WildernisVerlangen Naar De DoodOvervloed In EgypteGeen VoedselGod Zou Zijn Volk Kunnen DodenPotten Om Te Koken En Te EtenSterven In De WoestijnWeedKlagenHongerKookpot

En morgen, dan zult gij des HEEREN heerlijkheid zien, dewijl Hij uw murmureringen tegen den HEERE gehoord heeft; want wat zijn wij, dat gij tegen ons murmureert?

VersbegrippenHeerlijkheid, Openbaring VanFoutenGod HoortMopperen Tegen MensenIk Ben OnbelangrijkKlagen

Voorts zeide Mozes: Als de HEERE ulieden aan den avond vlees te eten zal geven, en aan den morgen brood tot verzadiging, het zal zijn, omdat de HEERE uw murmureringen gehoord heeft, die gij tegen Hem murmureert; want wat zijn wij? Uw murmureringen zijn niet tegen ons, maar tegen den HEERE.

VersbegrippenKennis Over GodKlachtenGod HoortIn De OchtendGod Besteedde Aandacht Aan HenMopperen Tegen MensenIk Ben OnbelangrijkKlagen

Toen twistte het volk met Mozes, en zeide: Geeft gijlieden ons water, dat wij drinken! Mozes dan zeide tot hen: Wat twist gij met mij? Waarom verzoekt gij den HEERE?

VersbegrippenTestenGeschillenGod TestenEten En Drinken GevenMensen Met ProblemenKlagen

Toen nu het volk aldaar dorstte naar water, zo murmureerde het volk tegen Mozes, en het zeide: Waartoe hebt gij ons nu uit Egypte doen optrekken, opdat gij mij, en mijn kinderen, en mijn vee, van dorst deed sterven?

VersbegrippenKritiek Over GelovigenFoutenKlachtenReacties Op WonderenWrok Tegenover GodZelfmedelijdenWaterOntevredenheidMopperen Tegen MensenKlagen

Public domain