'Plaats' in de Bijbel
En zij baarde haar eerstgeboren Zoon, en wond Hem in doeken, en legde Hem neder in de kribbe, omdat voor henlieden geen plaats was in de herberg.
En Hem werd gegeven het boek van den profeet Jesaja; en als Hij het boek opengedaan had, vond Hij de plaats, daar geschreven was;
En als het dag werd, ging Hij uit, en trok naar een woeste plaats; en de scharen zochten Hem, en kwamen tot bij Hem, en hielden Hem op, dat Hij van hen niet zou weggaan.
En met hen afgekomen zijnde, stond Hij op een vlakke plaats, en met Hem de schare Zijner discipelen, en een grote menigte des volks van geheel Judea en Jeruzalem, en van den zeekant van Tyrus en Sidon;
En de apostelen, wedergekeerd zijnde, verhaalden Hem al wat zij gedaan hadden. En Hij nam hen mede en vertrok alleen in een woeste plaats der stad, genaamd Bethsaida.
En de dag begon te dalen; en de twaalven, tot Hem komende, zeiden tot Hem: Laat de schare van U, opdat zij, heengaande in de omliggende vlekken en in de dorpen, herberg nemen mogen, en spijze vinden; want wij zijn hier in een woeste plaats.
En na dezen stelde de Heere nog andere zeventig, en zond hen heen voor Zijn aangezicht, twee en twee, in iedere stad en plaats, daar Hij komen zou.
En desgelijks ook een Leviet, als hij was bij die plaats, kwam hij, en zag hem, en ging tegenover hem voorbij.
En het geschiedde, toen Hij in een zekere plaats was biddende, als Hij ophield, dat een van Zijn discipelen tot Hem zeide: Heere, leer ons bidden, gelijk ook Johannes zijn discipelen geleerd heeft.
En hij, komende, die u en hem genood heeft, tot u zegge: Geef dezen plaats; en gij alsdan zoudt beginnen met schaamte de laatste plaats te houden.
Maar wanneer gij genood zult zijn, ga heen en zet u in de laatste plaats; opdat, wanneer hij komt, die u genood heeft, hij tot u zegge: Vriend, ga hoger op. Alsdan zal het u eer zijn voor degenen, die met u aanzitten.
En de dienstknecht zeide: Heer, het is geschied, gelijk gij bevolen hebt, en nog is er plaats.
Want ik heb vijf broeders; dat hij hun dit betuige, opdat ook zij niet komen in deze plaats der pijniging.
En als Jezus aan die plaats kwam, opwaarts ziende, zag Hij hem, en zeide tot hem: Zacheus! haast u, en kom af; want Ik moet heden in uw huis blijven.
En als Hij aan die plaats gekomen was, zeide Hij tot hen: Bidt, dat gij niet in verzoeking komt.
En toen zij kwamen op de plaats genaamd Hoofdschedel plaats, kruisigden zij Hem aldaar, en de kwaaddoeners, den een ter rechter zijde en den ander ter linker zijde.
Zoekresultaten op Versies
Zoekresultaten op Boek
- Genesis (49)
- Exodus (12)
- Leviticus (27)
- Numberi (20)
- Deuteronomium (38)
- Jozua (11)
- Richteren (15)
- Ruth (3)
- 1 Samuël (23)
- 2 Samuël (16)
- 1 Koningen (42)
- 2 Koningen (42)
- 1 Kronieken (20)
- 2 Kronieken (39)
- Ezra (7)
- Nehemia (3)
- Esther (3)
- Job (27)
- Psalmen (10)
- Spreuken (3)
- Prediker (8)
- Hooglied (1)
- Jesaja (26)
- Jeremia (43)
- Ezechiël (27)
- Daniël (4)
- Hosea (1)
- Joël (1)
- Micha (1)
- Nahum (2)
- Habakuk (1)
- Zefanja (3)
- Zacharia (3)
- Maleachi (1)
Verwante onderwerpen
- Afvalplaatsen Hersteld
- Andere Woonplaatsen Van Wezens
- Begraafplaats
- Begraafplaatsen
- Binnenplaats
- Brieven Naar Plaatselijke Kerken
- De Meest Heilige Plaats
- De Plaats Van De Vrouw
- Doorwaadbare Plaats
- Droge Plaatsen
- Een Andere Zijn Begraafplaats
- Elke Plaatselijke Kerk