Romeinen 7:15

Want hetgeen ik doe, dat ken ik niet; want hetgeen ik wil, dat doe ik niet, maar hetgeen ik haat, dat doe ik.

Galaten 5:17

Want het vlees begeert tegen den Geest, en de Geest tegen het vlees; en deze staan tegen elkander, alzo dat gij niet doet, hetgeen gij wildet.

1 Koningen 8:46

Wanneer zij gezondigd zullen hebben tegen U (want geen mens is er, die niet zondigt), en Gij tegen hen vertoornd zult zijn, en hen leveren zult voor het aangezicht des vijands, dat degenen, die hen gevangen hebben, hen gevankelijk wegvoeren in des vijands land, dat verre of nabij is.

Psalmen 1:6

Want de HEERE kent den weg der rechtvaardigen; maar de weg der goddelozen zal vergaan.

Psalmen 19:12

Wie zou de afdwalingen verstaan? Reinig mij van de verborgene afdwalingen.

Psalmen 36:4

Hij bedenkt onrecht op zijn leger; hij stelt zich op een weg, die niet goed is; het kwaad verwerpt hij niet.

Psalmen 65:3

Ongerechtige dingen hadden de overhand over mij; maar onze overtredingen, die verzoent Gij.

Psalmen 97:10

Gij liefhebbers des HEEREN! haat het kwade; Hij bewaart de zielen Zijner gunstgenoten; Hij redt hen uit der goddelozen hand.

Psalmen 101:3

Ik zal geen Belials-stuk voor mijn ogen stellen; ik haat het doen der afvalligen, het zal mij niet aankleven.

Psalmen 119:1-6

Aleph. Welgelukzalig zijn de oprechten van wandel, die in de wet des HEEREN gaan.

Psalmen 119:32

Ik zal den weg Uwer geboden lopen, als Gij mijn hart verwijd zult hebben.

Psalmen 119:40

Zie, ik heb een begeerte tot Uw bevelen; maak mij levend door Uw gerechtigheid.

Psalmen 119:104

Uit Uw bevelen krijg ik verstand, daarom haat ik alle leugenpaden.

Psalmen 119:113

Samech. Ik haat de kwade ranken, maar heb Uw wet lief.

Psalmen 119:128

Daarom heb ik alle Uw bevelen, van alles, voor recht gehouden; maar alle valse pad heb ik gehaat.

Psalmen 119:163

Ik haat de valsheid, en heb er een gruwel van; maar Uw wet heb ik lief.

Spreuken 8:13

De vreze des HEEREN is, te haten het kwade, de hovaardigheid, en den hoogmoed, en den kwaden weg; Ik haat ook den mond der verkeerdheden.

Spreuken 13:5

De rechtvaardige haat leugentaal; maar de goddeloze maakt zich stinkende, en doet zich schaamte aan.

Prediker 7:20

Voorwaar, er is geen mens rechtvaardig op aarde, die goed doet, en niet zondigt.

Amos 5:15

Haat het boze, en hebt lief het goede, en bestelt het recht in de poort, misschien zal de HEERE, de God der heirscharen, aan Jozefs overblijfsel genadig zijn.

Nahum 1:7

De HEERE is goed, Hij is ter sterkte in den dag der benauwdheid, en Hij kent hen, die op Hem betrouwen.

Lukas 11:48

Zo getuigt gij dan, dat gij mede behagen hebt aan de werken uwer vaderen; want zij hebben ze gedood, en gij bouwt hun graven.

Romeinen 7:16

En indien ik hetgene doe, dat ik niet wil, zo stem ik de wet toe, dat zij goed is.

Romeinen 7:19-20

Want het goede dat ik wil, doe ik niet, maar het kwade, dat ik niet wil, dat doe ik.

Romeinen 12:9

De liefde zij ongeveinsd. Hebt een afkeer van het boze, en hangt het goede aan.

Romeinen 14:22

Hebt gij geloof? hebt dat bij uzelven voor God. Zalig is hij, die zichzelven niet oordeelt in hetgeen hij voor goed houdt.

Filippenzen 3:12-14

Niet dat ik het alrede gekregen heb, of alrede volmaakt ben; maar ik jaag er naar, of ik het ook grijpen mocht, waartoe ik van Christus Jezus ook gegrepen ben.

2 Timotheüs 2:19

Evenwel het vaste fondament Gods staat, hebbende dit zegel: De Heere kent degenen, die de Zijnen zijn; en: Een iegelijk, die den Naam van Christus noemt, sta af van ongerechtigheid.

Hebreeën 1:9

Gij hebt rechtvaardigheid liefgehad, en ongerechtigheid gehaat; daarom heeft U, o God! Uw God gezalfd met olie der vreugde boven Uw medegenoten.

Jakobus 3:2

Want wij struikelen allen in vele. Indien iemand in woorden niet struikelt, die is een volmaakt man, machtig om ook het gehele lichaam in den toom te houden.

1 Johannes 1:7-8

Maar indien wij in het licht wandelen, gelijk Hij in het licht is, zo hebben wij gemeenschap met elkander, en het bloed van Jezus Christus, Zijn Zoon, reinigt ons van alle zonde.

Judas 1:23

Maar behoudt anderen door vreze, en grijpt ze uit het vuur; en haat ook den rok, die van het vlees bevlekt is.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain