267 gebeurtenissen in 1 vertaling

'Stond' in de Bijbel

En hij nam boter en melk, en het kalf, dat hij toegemaakt had, en hij zette het hun voor, en stond bij hen onder dien boom, en zij aten.

VersbegrippenBoterMelkZuivelKameraadschapEtende MensenRijk Voedsel

En die twee engelen kwamen te Sodom in den avond; en Lot zat in de poort te Sodom; en als Lot hen zag, stond hij op hun tegemoet, en boog zich met het aangezicht ter aarde.

VersbegrippenHoffelijkheidBuigenNiet-geïdentificeerde EngelenNieuwsDiensten Van Engelen Aan OngelovigenGroetenAan De Poort ZittenHet Hoofd Buigen Voor GodTwee EngelsEngelen Die Gods Geboden VolgenGesproken Groet

En zij gaven haar vader ook dien nacht wijn te drinken, en de jongste stond op, en lag bij hem. En hij werd het niet gewaar in haar nederliggen, noch in haar opstaan.

Toen stond Abimelech des morgens vroeg op, en riep al zijn knechten, en sprak al deze woorden voor hun oren. En die mannen vreesden zeer.

VersbegrippenOchtendEmotionele Aspecten Van LijdenInformatie GevenZij Die Vroeg OpstondenAngst Voor Andere Mensen

Toen stond Abraham des morgens vroeg op, en nam brood, en een fles water, en gaf ze aan Hagar, die leggende op haar schouder; ook gaf hij haar het kind, en zond haar weg. En zij ging voort, en dwaalde in de woestijn Ber-seba.

VersbegrippenSchoudersFlessen, GebruikWoestijen, SpecifiekDe DaklozenContainer Voor WaterZwerversZij Die Vroeg OpstondenAndere Ladingen Dragen

Alzo maakten zij een verbond te Ber-seba. Daarna stond Abimelech op, en Pichol, zijn krijgsoverste, en zij keerden wederom naar het land der Filistijnen.

VersbegrippenIndividuen Die Naar Huis Gaan

Toen stond Abraham des morgens vroeg op, en zadelde zijn ezel, en nam twee van zijn jongeren met zich, en Izak zijn zoon; en hij kloofde hout tot het brandoffer, en maakte zich op, en ging naar de plaats, die God hem gezegd had.

VersbegrippenAbrahamEzelsOchtendSoorten DierenVroeg OpstaanHout SplijtenBrandhoutZij Die Vroeg OpstondenReis VoorbereidenEzels ZadelenTwee Andere Mannen

Daarna stond Abraham op van het aangezicht van zijner dode, en hij sprak tot de zonen Heths, zeggende:

VersbegrippenKadavers Van Andere MensenMensen Die Opstaan

Toen stond Abraham op, en boog zich neder voor het volk des lands, voor de zonen Heths;

VersbegrippenGroeten

Alzo werd de akker van Efron, die in Machpela was, dat tegenover Mamre lag, de akker en de spelonk, die daarin was, en al het geboomte, dat op den akker stond, dat rondom in zijn ganse landpale was gevestigd,

VersbegrippenGrotten Als Begraafplaats

En het geschiedde, als hij dat voorhoofdsiersel gezien had, en de armringen aan de handen zijner zuster; en als hij gehoord had de woorden zijner zuster Rebekka, zeggende: Alzo heeft die man tot mij gesproken, zo kwam hij tot dien man, en ziet, hij stond bij de kemelen, bij de fontein.

VersbegrippenJuwelenGenoemde Zusters

En Jakob gaf aan Ezau brood, en het linzenkooksel; en hij at en dronk, en hij stond op en ging heen; alzo verachtte Ezau de eerstgeboorte.

VersbegrippenBrood Als VoedselGroentenZij Die Maaltijden AanbodenLente

En ziet, de HEERE stond op dezelve en zeide: Ik ben de HEERE, de God van uw vader Abraham, en de God van Izak; dit land, waarop gij ligt te slapen, zal Ik aan u geven, en aan uw zaad.

VersbegrippenLand Als Goddelijk GeschenkIk Ben GodGrootvaders

Toen stond Jakob des morgens vroeg op, en hij nam dien steen, dien hij tot zijn hoofdpeluw gelegd had, en zette hem tot een opgericht teken, en goot daar olie boven op.

VersbegrippenObjecten ZalvenZalven Met OlieGodsvrucht 's OchtendsOchtendOlieVroeg OpstaanMonumentenGedenkstenenStenen Als MonumentenZij Die Vroeg OpstondenDingen ZalvenZalfolie

En Laban stond des morgens vroeg op, en kuste zijn zonen, en zijn dochteren, en zegende hen; en Laban trok heen, en keerde weder tot zijn plaats.

VersbegrippenMensen Die KussenKleinkinderenOchtendZij Die Vroeg OpstondenIndividuen Die Naar Huis GaanMensen Die Anderen ZegenenAfscheid Nemen

En hij stond op in dienzelfden nacht, en hij nam zijn twee vrouwen, en zijn twee dienstmaagden, en zijn elf kinderen, en hij toog over het veer van de Jabbok.

VersbegrippenRivieren En StromenGedurende Een NachtTwee VrouwenElfDoorwaadbare Plaats

En ziet, wij waren schoven bindende in het midden des velds; en ziet, mijn schoof stond op, en bleef ook staande; en ziet, uw schoven kwamen rondom, en bogen zich neder voor mijn schoof.

VersbegrippenLandbouw, VoorwaardenMaïs SamenbindenGraanDingen VerbindenBuigen Voor JozefOogstenMensen Die OpstaanKwetsbaarheid

En het geschiedde ten einde van twee volle jaren, dat Farao droomde, en ziet, hij stond aan de rivier.

VersbegrippenFysieke SlaapTwee Jaar

Toen sprak Farao tot Jozef: Zie, in mijn droom stond ik aan den oever der rivier;

VersbegrippenRivieroeversRivier Nijl

Jozef nu was dertig jaren oud, als hij stond voor het aangezicht van Farao, koning van Egypte; en Jozef ging uit van Farao's aangezicht, en hij toog door gans Egypteland.

VersbegrippenDertigReizenAan Mensen Toegekend Gezag

Toen kon zich Jozef niet bedwingen voor allen, die bij hem stonden, en hij riep: Doet alle man van mij uitgaan! En er stond niemand bij hem, als Jozef zich aan zijn broederen bekend maakte.

VersbegrippenAlleen HandelenTroepen Die Weggestuurd WordenMensen Bekend GemaaktIdentiteit

Daarna stond een nieuwe koning op over Egypte, die Jozef niet gekend had;

VersbegrippenHet VerledenGeen Mensenkennis Hebben

Toen kwamen de herders, en zij dreven haar van daar; doch Mozes stond op, en verloste ze, en drenkte haar kudden.

VersbegrippenMenselijke VerdedigingTroepen Die Weggestuurd WordenBijhouden Voorraad

Toen zagen de ambtlieden der kinderen Israels, dat het kwalijk met hen stond, dewijl men zeide: Gij zult niet minderen van uw tichelstenen, van het dagwerk op zijn dag.

VersbegrippenGeen KortingVerontrustende Groepen Van Mensen

Zij zagen de een de ander niet; er stond ook niemand op van zijn plaats, in drie dagen; maar bij al de kinderen Israels was het licht in hun woningen.

VersbegrippenNatuurlijk LichtPlagenDrie DagenLicht In De WereldOngezienNaar Een Nieuwe Plek Gaan

En Farao stond op bij nacht, hij en al zijn knechten, en al de Egyptenaars; en er was een groot geschrei in Egypte; want er was geen huis, waarin niet een dode was.

VersbegrippenEmotionele Aspecten Van LijdenDood Is UniverseelMensen Die Opstaan

Doch het geschiedde des anderen daags, zo zat Mozes om het volk te richten, en het volk stond voor Mozes, van den morgen tot den avond.

VersbegrippenDe Betekenis Van MozesZittenStaanZitten Om Te OnderwijzenMensen Die Betrokken Zijn Bij Het OordeelVan Ochtend Tot Avond

En het volk stond van verre; maar Mozes naderde tot de donkerheid, alwaar God was.

VersbegrippenOp Een Afstand StaanAfstand

En het geschiedde, wanneer Mozes uitging naar de tent, stond al het volk op, en een ieder stelde zich in de deur zijner tent; en zij zagen Mozes na, totdat hij de tent ingegaan was.

VersbegrippenTentenAandachtig Naar Mensen Kijken

Als het volk de wolkkolom zag staan in de deur der tent, zo stond al het volk op, en zij bogen zich, een ieder in de deur zijner tent.

VersbegrippenStaanTent Van OntmoetingPlaatsen Van AanbiddingReden Voor AanbiddingGedenkstenenGod Verschijnt In De DeuropeningGod Aanbidden

Toen hieuw hij twee stenen tafelen, gelijk de eerste; en Mozes stond des morgens vroeg op, en klom op den berg Sinai, gelijk als hem de HEERE geboden had; en hij nam de twee stenen tafelen in zijn hand.

VersbegrippenTablettenVroeg OpstaanSteenkappenIn De Bergen TrekkenItems In SteenZij Die Vroeg OpstondenTwee Stenen Tabletten

Toen namen zij hetgeen Mozes geboden had, brengende dat tot voor aan de tent der samenkomst; en de gehele vergadering naderde, en stond voor het aangezicht des HEEREN.

Toen kwam de HEERE af in de wolkkolom, en stond aan de deur der tent; daarna riep Hij Aaron en Mirjam; en zij beiden kwamen uit.

VersbegrippenGoddelijke ManifestatiesOpenbaring In OTGod Verschijnt In De Deuropening

Toen stond Mozes op, en ging tot Dathan en Abiram; en achter hem gingen de oudsten van Israel.

En hij stond tussen de doden en tussen de levenden; alzo werd de plaag opgehouden.

VersbegrippenBemiddelaarBeëindigingNiet StervenDood VermedenDingen Die Stoppen

Toen stond Bileam des morgens op, en zeide tot de vorsten van Balak: Gaat naar uw land; want de HEERE weigert mij toe te laten met ulieden te gaan.

VersbegrippenVerbiedende God

Toen stond Bileam des morgens op, en zadelde zijn ezelin, en hij trok heen met de vorsten van Moab.

VersbegrippenDe Ezel Van BalaamOchtendVoorbeelden Van HebzuchtSamengaanReis VoorbereidenEzels Zadelen

Maar de Engel des HEEREN stond in een pad der wijngaarden, zijnde een muur aan deze, en een muur aan gene zijde.

VersbegrippenWijngaardenSmalle Dingen

Toen ging de Engel des HEEREN noch verder, en Hij stond in een enge plaats, waar geen weg was om te wijken ter rechterhand noch ter linkerhand.

VersbegrippenSmalle DingenGeen RuimteNaar Links En Rechts Draaien

Als hij nu tot hem wederkeerde, ziet, zo stond hij bij zijn brandoffer, hij en al de vorsten der Moabieten.

Toen hij tot hem kwam, ziet, zo stond hij bij zijn brandoffer, en de vorsten der Moabieten bij hem. Balak nu zeide tot hem: Wat heeft de HEERE gesproken?

Toen stond Bileam op, en ging heen, en keerde weder tot zijn plaats. Balak ging ook zijn weg.

VersbegrippenTerugkeren Naar Hun Land

Toen Pinehas, de zoon van Eleazar, den zoon van Aaron, den priester, dat zag, zo stond hij op uit het midden der vergadering, en nam een spies in zijn hand;

VersbegrippenSperenKoppelsInterraciaal

(Ik stond te dier tijd tussen den HEERE en tussen u, om u des HEEREN woord aan te zeggen; want gij vreesdet voor het vuur en klomt niet op den berg) zeggende:

VersbegrippenBemiddelaarWoord Van GodAngst Veroorzaakt DoorAngst Voor Het OnbekendeVuur Afkomstig Van GodZij Bang Van God

En ik stond op den berg, als de vorige dagen, veertig dagen en veertig nachten; en de HEERE verhoorde mij ook op datzelve maal; de HEERE heeft u niet willen verderven.

VersbegrippenMeer Dan Een MaandOnwillende God

Toen verscheen de HEERE in de tent, in de wolkkolom; en de wolkkolom stond boven de deur der tent.

VersbegrippenGoddelijke ManifestatiesTheofanieGod Verschijnt In De Deuropening

Voorts geschiedde het, als Jozua bij Jericho was, dat hij zijn ogen ophief, en zag toe, en ziet, er stond een Man tegenover hem, Die een uitgetogen zwaard in Zijn hand had. En Jozua ging tot Hem, en zeide tot Hem: Zijt Gij van ons, of van onze vijanden?

VersbegrippenStaanGods Zwaard

Daarna stond Jozua des morgens vroeg op, en de priesters droegen de ark des HEEREN.

VersbegrippenDe Functie Van Priesters In De Tijd Van OTZij Die Vroeg Opstonden

En de zon stond stil, en de maan bleef staan, totdat zich het volk aan zijn vijanden gewroken had. Is dit niet geschreven in het boek des oprechten? De zon nu stond stil in het midden des hemels, en haastte niet onder te gaan omtrent een volkomen dag.

VersbegrippenBoekenNiet Bewaarde BoekenLucht1 DagHistorische BoekenZonZonneschijnDe MaanBeweging

En al datzelve geslacht ook tot zijn vaderen vergaderd was; zo stond er een ander geslacht na hen op, dat den HEERE niet kende, noch ook het werk, dat Hij aan Israel gedaan had.

VersbegrippenEen Volwassenen WordenGeneratiesDe Openbaring Van GodSpirituele OnwetendheidVerzameld Door Zijn VolkDood Van Een VaderRozenGod Kennen

En Ehud kwam tot hem in, daar hij was zittende in een koele opperzaal, die hij voor zich alleen had; zo zeide Ehud: Ik heb een woord Gods aan u. Toen stond hij op van den stoel.

VersbegrippenHuizenIn De Koelte Van De DagMensen Die Opstaan

En het geschiedde alzo; want hij stond des anderen daags vroeg op, en drukte het vlies uit, en hij wrong den dauw uit het vlies, een schaal vol waters.

VersbegrippenGoddelijke ManifestatiesVroeg OpstaanDruk UitoefenenZij Die Vroeg Opstonden

Toen stond Jerubbaal (dewelke is Gideon) vroeg op, en al het volk, dat met hem was; en zij legerden zich aan de fontein van Harod; dat hij het heirleger der Midianieten had tegen het noorden, achter den heuvel More, in het dal.

VersbegrippenZij Die Vroeg OpstondenGideon

Toen zeiden Zebah en Tsalmuna: Sta gij op, en val op ons aan, want naar dat de man is, zo is zijn macht. Zo stond Gideon op, en doodde Zebah en Tsalmuna, en nam de maantjes, die aan de halzen hunner kemelen waren.

VersbegrippenKamelenJuwelen DragenGoedkeuring Voor Zelfdoding

Als zij dit Jotham aanzeiden, zo ging hij heen, en stond op de hoogte des bergs Gerizim, en verhief zijn stem, en riep, en hij zeide tot hen: Hoort naar mij, gij, burgers van Sichem! en God zal naar ulieden horen.

VersbegrippenBesteed Aandacht Aan Mensen!Zal God Aandacht Besteden?

En Gaal, de zoon van Ebed, ging uit, en stond aan de deur van de stadspoort; en Abimelech rees op, en al het volk, dat met hem was, uit de achterlage.

VersbegrippenIn De Poort Staan

Na Abimelech nu stond op, om Israel te behouden, Thola, een zoon van Pua, zoon van Dodo, een man van Issaschar; en hij woonde te Samir, op het gebergte van Efraim.

VersbegrippenVerdedigingReddingStammen Van IsraëlGrootvaders

En na hem stond op Jair, de Gileadiet; en hij richtte Israel twee en twintig jaren.

Versbegrippen20 Tot 30 JaarIsraël Beoordelen

Toen stond Manoach op, en ging zijn huisvrouw na; en hij kwam tot dien Man, en zeide tot Hem: Zijt gij die Man, Dewelke tot deze vrouw gesproken hebt? En Hij zeide: Ik ben het.

VersbegrippenIs Het Echt?

Maar Simson lag tot middernacht toe; toen stond hij op ter middernacht, en hij greep de deuren der stadspoort met de beide posten, en nam ze weg met den grendelboom, en legde ze op zijn schouderen, en droeg ze opwaarts op de hoogte des bergs, die in het gezicht van Hebron is.

VersbegrippenSpirituele KrachtMiddernachtSloten En StavenAndere Ladingen Dragen

Maar de man stond op, om weg te trekken. Toen drong hem zijn schoonvader, dat hij aldaar wederom vernachtte.

VersbegrippenMensen Die Vertraagden

Doch de man wilde niet vernachten, maar stond op, en trok weg, en kwam tot tegenover Jebus (dewelke is Jeruzalem), en met hem het paar gezadelde ezelen; ook was zijn bijwijf met hem.

VersbegrippenOnwillige Mensen

En Pinehas, de zoon van Eleazar, den zoon van Aaron, stond voor Zijn aangezicht, in die dagen, zeggende: Zal ik nog meer uittrekken ten strijde tegen de kinderen van Benjamin, mijn broeder, of zal ik ophouden? en de HEERE zeide: Trekt op, want morgen zal Ik hem in uw hand geven.

VersbegrippenZij Die God In Hun Handen Heeft Gegeven

Alzo lag zij neder aan zijn voetdeksel tot den morgen toe; en zij stond op, eer dat de een den ander kennen kon; want hij zeide: Het worde niet bekend, dat een vrouw op den dorsvloer gekomen is.

VersbegrippenDageraadGeen Mensen HerkennenTot Het DageraadVerklap Niet

Toen stond Hanna op, nadat hij gegeten, en nadat hij gedronken had te Silo. En Eli, de priester, zat op een stoel bij een post van den tempel des HEEREN.

VersbegrippenDeurpostenHogepriesters In OTMensen Die NeerzittenDe Tempel In SiloEindigen

En zij zeide: Och, mijn heer! zo waarachtig als uw ziel leeft, mijn heer! Ik ben die vrouw, die hier bij u stond, om den HEERE te bidden.

VersbegrippenPraktische Zaken Omtrent Het GebedStaanDat Ben Ik

Toen riep de HEERE Samuel wederom; en Samuel stond op; en ging tot Eli, en zeide: Zie, hier ben ik, want gij hebt mij geroepen. Hij dan zeide: Ik heb u niet geroepen, mijn zoon; keer weder, leg u neder.

VersbegrippenDe Roeping Van IndividuenNeerliggen Om Te RustenZie Mij!Anderen Die Oproepen

Toen riep de HEERE Samuel wederom, ten derde maal; en hij stond op, en ging tot Eli, en zeide: Zie, hier ben ik, want gij hebt mij geroepen. Toen verstond Eli, dat de HEERE den jongeling riep.

VersbegrippenGevoeligheidDrie Keer CommunicerenZie Mij!Anderen Die OproepenGods Oproep

Toen nam Samuel den oliehoorn, en hij zalfde hem in het midden zijner broederen. En de Geest des HEEREN werd vaardig over David van dien dag af en voortaan. Daarna stond Samuel op, en hij ging naar Rama.

VersbegrippenDe Vroege Jaren Van DavidDe Opgang Van DavidZalven Met OliePlechtighedenKoningenMenselijk KoningschapOlieMenselijke MachtSymbolenDe Daad Van ZalvingZalving

Alzo kwam David tot Saul, en hij stond voor zijn aangezicht; en hij beminde hem zeer, en hij werd zijn wapendrager.

VersbegrippenHarnasAfvalSchildknaapZij Die LiefhaddenWapenuitrusting

Deze nu stond, en riep tot de slagorden van Israel, en zeide tot hen: Waarom zoudt gijlieden uittrekken, om de slagorde te stellen? Ben ik niet een Filistijn, en gijlieden knechten van Saul? Kiest een man onder u, die tot mij afkome.

VersbegrippenStemmenMensen Kiezen

Daarom liep David, en stond op den Filistijn, en nam zijn zwaard, en hij trok het uit zijn schede, en hij doodde hem, en hij hieuw hem het hoofd daarmede af. Toen de Filistijnen zagen, dat hun geweldigste dood was, zo vluchtten zij.

VersbegrippenZwaardenVervormingKampioenenOnthoofdingIndividuen Die LopenSchedelsMensen Die Gevlucht ZijnHelden

Toen zich de koning gezet had op zijn zitplaats, op dit maal gelijk de andere maal, aan de stede bij den wand, zo stond Jonathan op, en Abner zat aan Sauls zijde, en Davids plaats werd ledig gevonden.

VersbegrippenGewoonteMurenLege DingenMensen Die NeerzittenKant Van Mensen

Daarom stond Jonathan van de tafel op in hittigheid des toorns; en hij at op den tweeden dag der nieuwe maan geen brood, want hij was bekommerd om David, omdat zijn vader hem gesmaad had.

VersbegrippenRedenen Voor VastenZorgenSympathieTafelsDe Rechtvaardige Woede Van De MensOorzaken Van De Woede Van De MensRouwen Met SpijtVasten In RouwGenoemde Personen Die Kwaad Waren Op Anderen

Als de jongen heenging, zo stond David op van de zuidzijde, en hij viel op zijn aangezicht ter aarde, en hij boog zich driemaal; en zij kusten elkander, en weenden met elkander, totdat het David gans veel maakte.

VersbegrippenMensen Die KussenKussendEmotionele Aspecten Van LijdenSympathieHuilenVoorbeelden Van VriendschapKussenTranenDrie Keer HandelenAfscheid Nemen

Toen zeide Jonathan tot David: Ga in vrede; hetgeen wij beiden in den Naam des HEEREN gezworen Hebben, zeggende: De HEERE zij tussen mij en tussen u, en tussen mijn zaad en tussen uw zaad, zij tot in eeuwigheid! [ (I Samuel 20:43) Daarna stond hij op, en ging heen; en Jonathan kwam in de stad. ]

VersbegrippenVerplichtingen Van VerbondTrouwOntrouw Tegenover De MensDe Getuige Van GodIn Vrede Gaan

Toen antwoordde Doeg, de Edomiet, die bij de knechten van Saul stond, en zeide: Ik zag den zoon van Isai, komende te Nob, tot Achimelech, den zoon van Ahitub;

Toen zeiden de mannen van David tot hem: Zie den dag, in welken de HEERE tot u zegt: Zie, Ik geef uw vijand in uw hand, en gij zult hem doen, gelijk als het goed zal zijn in uw ogen. En David stond op, en sneed stilletjes een slip van Sauls mantel.

VersbegrippenIn De Hand GegevenSaul

Toen stond zij op, en neigde zich met het aangezicht ter aarde, en zij zeide: Ziet, uw dienstmaagd zij tot een dienares, om de voeten der knechten mijns heren te wassen.

VersbegrippenVoeten WassenVoetenGastenParaatheidVoetenwassingReine Voeten

Toen David over aan gene zijde gekomen was, zo stond hij op de hoogte des bergs van verre, dat er een grote plaats tussen hen was.

VersbegrippenGewichten En Maten, AfstandenAfstand

Doch hij weigerde het, en zeide: Ik zal niet eten. Maar zijn knechten, en ook de vrouw, hielden bij hem aan. Toen hoorde hij naar hun stem, en hij stond op van de aarde, en zette zich op het bed.

VersbegrippenEetlust VerliezenBedden

Zo stond ik bij hem, en doodde hem; want ik wist, dat hij na zijn val niet leven zou; en ik nam de kroon, die op zijn hoofd was, en het armgesmijde, dat aan zijn arm was, en heb ze hier tot mijn heer gebracht.

VersbegrippenArmbandenHoofdenHoofdbedekkingOrnamentenKoningen Doden

Toen blies Joab met de bazuin; en al het volk stond stil, en zij jaagden Israel niet meer achterna, en voeren niet wijders voort te strijden.

VersbegrippenTrompetBeëindigingHet Vechten StoppenTrompetten Om De Gevechten Te Stoppen

Toen stond David op van de aarde, en wies en zalfde zich, en veranderde zijn kleding, en ging in het huis des HEEREN, en bad aan; daarna kwam hij in zijn huis, en eiste brood; en zij zetten hem brood voor, en hij at.

VersbegrippenReinigingZalvingAanvaardbare Houdingen Van AanbiddingEtende MensenZichzelf ZalvenReine GezichtenReine Kledij

Toen stond de koning op, en scheurde zijn klederen, en legde zich neder ter aarde; desgelijks stonden al zijn knechten met gescheurde klederen.

VersbegrippenRouwenZij Die Kledij Verscheurden

Ook maakte zich Absalom des morgens vroeg op, en stond aan de zijde van den weg der poort. En het geschiedde, dat Absalom allen man, die een geschil had, om tot den koning ten gerichte te komen, tot zich riep, en zeide: Uit welke stad zijt gij? Als hij dan zeide: Uw knecht is uit een der stammen Israels;

VersbegrippenPoortenWegenIn De Poort StaanZij Die Vroeg OpstondenWaar Vandaan?

Toen zeide de koning tot hen: Ik zal doen, wat goed is in uw ogen. De koning nu stond aan de zijde van de poort, en al het volk trok uit bij honderden en bij duizenden.

VersbegrippenIn De Poort Staan

Toen zeide Joab tot den man, die het hem te kennen gaf: Zie toch, gij hebt het gezien, waarom dan hebt gij hem niet aldaar ter aarde geslagen, alzo het aan mij stond om u tien zilverlingen en een gordel te geven?

VersbegrippenHarnasRiemenBeschermend HarnasMensen Die Kleren Geven

Toen stond de koning op, en zette zich in de poort. En zij lieten al het volk weten, zeggende: Ziet, de koning zit in de poort. Toen kwam al het volk voor des konings aangezicht, maar Israel was gevloden, een iegelijk naar zijn tenten.

VersbegrippenZittenConstructie IsraëlAan De Poort ZittenMensen Die NeerzittenIsraël Op De Vlucht

En zij kwamen en belegerden hem in Abel Beth-Maacha, en zij wierpen een wal op tegen de stad, dat hij aan den buitenmuur stond; en al het volk, dat met Joab was, verdorven den muur, om dien neder te vellen.

VersbegrippenStormrammenBelegeringMurenBelegeringsheuvelsMensen Die Hun Eigen Soort Aanvallen

Deze stond op, en sloeg onder de Filistijnen, totdat zijn hand moede werd, ja, zijn hand aan het zwaard kleefde; en de HEERE wrocht een groot heil ten zelven dage; en het volk keerde wederom hem na, alleenlijk om te plunderen.

VersbegrippenDe Grootheid Van GodVermoeidheidZwaardenDingen Die Samen ZittenMensen Strippen MensenMoe Worden Tijdens Actie

En de koning David antwoordde en zeide: Roept mij Bathseba; en zij kwam voor het aangezicht des konings, en stond voor het aangezicht des konings.

VersbegrippenOntbiedende Koningen

Doch Adonia vreesde voor Salomo, en hij stond op, en ging heen, en vatte de hoornen des altaars.

Zo kwam Bathseba tot den koning Salomo, om hem voor Adonia aan te spreken. En de koning stond op, haar tegemoet, en boog zich voor haar; daarna zat hij op zijn troon, en deed een stoel voor de moeder des konings zetten; en zij zat aan zijn rechterhand.

VersbegrippenKoninginnenRespect Voor MensenTroonJuiste Kant

En Salomo waakte op, en ziet, het was een droom. En hij kwam te Jeruzalem, en stond voor de ark des verbonds des HEEREN, en offerde brandofferen, en bereidde dankofferen, en maakte een maaltijd voor al zijn knechten.

VersbegrippenFeestenVoorbeelden Van BankettenVrijetijd En VrijetijdsbestedingDe Ark In De TempelDe Ark Des Verbonds

En zij stond ter middernacht op, en nam mijn zoon van bij mij, als uw dienstmaagd sliep, en legde hem in haar schoot, en haar doden zoon legde zij in mijn schoot.

VersbegrippenBorsten, Zogende MoedersMiddernachtKadavers Van Andere Mensen

En ik stond in de morgen op, om mijn zoon te zogen, en zie, hij was dood; maar ik lette in den morgen op hem, en zie, het was mijn zoon niet, dien ik gebaard had.

VersbegrippenOchtendVerpleegkundigenWie Is Dit?Niet De EneDood Van Een KindZusterschap

Public domain