561 gebeurtenissen in 1 vertaling

'Zeiden' in de Bijbel

En zij zeiden een ieder tot zijn naaste: Kom aan, laat ons tichelen strijken, en wel doorbranden! En de tichel was hun voor steen, en het lijm was hun voor leem.

VersbegrippenBakstenenUitrusting, FysiekBakkenBouwen

En ik zal een bete broods langen, dat Gij Uw hart sterkt; daarna zult Gij voortgaan, daarom omdat Gij tot Uw knecht overgekomen zijt. En zij zeiden: Doe zo als gij gesproken hebt.

VersbegrippenBrood Als VoedselDienstbaarheid In Het Leven Van GelovigenVerfriste Mensen

Toen zeiden zij tot hem: Waar is Sara, uw huisvrouw? En hij zeide: Ziet, in de tent.

VersbegrippenWaar Zijn Mensen?Sarah

En hij zeide: Ziet nu, mijne heren! keert toch in ten huize van uw knecht, en vernacht, en wast uw voeten; en gij zult vroeg opstaan, en gaan uws weegs. En zij zeiden: Neen, maar wij zullen op de straat vernachten.

VersbegrippenVoeten WassenGastenOchtendDienstbaarheid In De MaatschappijGroetenGastvrijheidVoetenwassingReizigersStadspleinenReine VoetenZij Die Vroeg OpstondenZorg Voor VoetenTijdelijk Blijven

En zij riepen Lot toe, en zeiden tot hem: Waar zijn die mannen, die deze nacht tot u gekomen zijn? breng hen uit tot ons, opdat wij ze bekennen.

VersbegrippenZelfingenomenGrofheidHomosexualiteitGeplande Sexuele BandWaar Zijn Mensen?Sex

Toen zeiden zij: Kom verder aan! Voorts zeiden zij: Deze ene is gekomen, om als vreemdeling hier te wonen, en zoude hij alleszins rechter zijn? Nu zullen wij u meer kwaads doen, dan hun. En zij drongen zeer op den man, op Lot, en zij traden toe om de deur open te breken.

VersbegrippenVerleidingBedreigingenVerblijvenDruk UitoefenenGebroken DingenHet Lijden Van VreemdelingenErger

Toen zeiden die mannen tot Lot: Wien hebt gij hier nog meer? een schoonzoon, of uw zonen, of uw dochteren, en allen, die gij hebt in deze stad, breng uit deze plaats;

VersbegrippenSchoonzonenFamilieleden Zijn Ook BetrokkenMensen Uit Andere Plaatsen Halen

Toen antwoordde Laban en Bethuel, en zeiden: Van den HEERE is deze zaak voortgekomen; wij kunnen kwaad noch goed tot u spreken.

VersbegrippenGod In Relatie Tot De MensOnmogelijk Te Beschadigen

Toen zeiden zij: Laat ons de jonge dochter roepen, en haar mond vragen.

VersbegrippenVragen

En zij riepen Rebekka, en zeiden tot haar: Zult gij met deze man trekken? En zij antwoordde: Ik zal trekken.

VersbegrippenWelwillende Mensen

En zij zegenden Rebekka, en zeiden tot haar: O, onze zuster! wordt gij tot duizenden millioenen, en uw zaad bezitte de poort zijner haters!

VersbegrippenZegeningenGezegendEen Miljoen En MeerBruggen VeroverenMensen OverwinnenMensen Die Anderen ZegenenKinderen Die Een Zegen Zijn

En zij zeiden: Wij hebben merkelijk gezien, dat de HEERE met u is; daarom hebben wij gezegd: Laat toch een eed tussen ons zijn, tussen ons en tussen u, en laat ons een verbond met u maken:

VersbegrippenGod Met Specifieke Mensen

En het geschiedde ten zelfde dage, dat Izaks knechten kwamen, en boodschapten hem van de zaak des puts, dien zij gegraven hadden, en zij zeiden hem: Wij hebben water gevonden.

VersbegrippenDingen VindenVertellen Wat Mensen Deden

Toen zeide Jakob tot hen: Mijn broeders! van waar zijt gij? En zij zeiden: Wij zijn van Haran.

VersbegrippenWaar Vandaan?

En hij zeide tot hen: Kent gij Laban, den zoon van Nahor? En zij zeiden: Wij kennen hem.

VersbegrippenKleinkinderenMensen KennenImmigranten

Voorts zeide hij tot hen: Is het wel met hem? En zij zeiden: Het is wel; en zie, Rachel, zijn dochter, komt met de schapen.

VersbegrippenZij Die Voorraad Hadden

Toen zeiden zij: Wij kunnen niet, totdat al de kudden samen zullen vergaderd zijn, en dat men den steen van den mond des puts afwentele, opdat wij de schapen drenken.

VersbegrippenSamenkomst Van WezensRollenNiet Mogelijk Om Andere Dingen Te Doen

Toen antwoordden Rachel en Lea, en zeiden tot hem: Is er nog voor ons een deel of erfenis, in het huis onzes vaders?

VersbegrippenNiet Delen

En zij zeiden tot hen: Wij zullen deze zaak niet kunnen doen, dat wij onze zuster aan een man geven zouden, die de voorhuid heeft; want dat ware ons een schande.

VersbegrippenVoorhuidenNiet Besneden ZijnOnmogelijk Voor MensenGenoemde ZustersNiet Mogelijk Om Andere Dingen Te Doen

En zij zeiden: Zou hij dan met onze zuster als met een hoer doen?

VersbegrippenGenoemde Zusters

Toen zeiden zijn broeders tot hem: Zult gij dan ganselijk over ons regeren: zult gij dan ganselijk over ons heersen? Zo haatten zij hem nog te meer, om zijn dromen en om zijn woorden.

VersbegrippenIndividuen HatenOverheersing

En zij zeiden de een tot den ander: Ziet, daar komt die meester-dromer aan!

En zij zonden den veelvervigen rok, en deden hem tot hun vader brengen, en zeiden: Dezen hebben wij gevonden; beken toch, of deze uws zoons rok zij, of niet.

VersbegrippenVeelkleurigOnderscheidendDingen VindenKleur

En hij vraagde de lieden van haar plaats, zeggende: Waar is de hoer, die bij deze twee fonteinen aan den weg was? En zij zeiden: Hier is geen hoer geweest.

VersbegrippenWaar Zijn Mensen?Hoeren

En hij keerde weder tot Juda, en zeide: Ik heb haar niet gevonden; en ook zeiden de lieden van die plaats: Hier is geen hoer geweest.

VersbegrippenNergens Te Vinden

En zij zeiden tot hem: Wij hebben een droom gedroomd, en er is niemand, die hem uitlegge. En Jozef zeide tot hen: Zijn de uitleggingen niet van God? Vertelt ze mij toch.

VersbegrippenDromenNiemand BeschikbaarDromen Vertellen

Als Jozef zijn broederen zag, zo kende hij hen; maar hij hield zich vreemd jegens hen, en sprak hard met hen, en zeide tot hen: Van waar komt gij? En zij zeiden: Uit het land Kanaan; om spijze te kopen.

VersbegrippenVoorwendselBewustzijnEten KopenMensen HerkennenVermommingenWaar Vandaan?

En zij zeiden tot hem: Neen, mijn heer! maar uw knechten zijn gekomen, om spijze te kopen.

VersbegrippenEten KopenKwetsbaarheid

En zij zeiden: Wij, uw knechten, waren twaalf gebroeders, eens mans zonen, in het land Kanaan; en zie, de kleinste is heden bij onzen vader; doch de een is niet meer.

VersbegrippenHet Jongste KindIndividuen Die OverlijdenTwaalf WezensOverlijdenKwetsbaarheid

Toen zeiden zij de een tot den ander: Voorwaar, wij zijn schuldig aan onzen broeder, wiens benauwdheid der ziele wij zagen, toen hij ons om genade bad; maar wij hoorden niet! daarom komt deze benauwdheid over ons.

VersbegrippenSchuldig GewetenMenselijke Aspecten Van SchuldVoorbeelden Van Getroffen HeiligenSchuldig BevondenMensen Zonder GenadeWaarom Het GebeurdeMenselijk Besef Van Schuld

Maar wij zeiden tot hem: Wij zijn vroom; wij zijn geen verspieders.

VersbegrippenSpioneren

En zij zeiden: Die man vraagde zeer nauw naar ons, en naar onze maagschap, zeggende: Leeft uw vader nog; hebt gij nog een broeder? Zo gaven wij het hem te kennen, volgens diezelfde woorden; hebben wij juist geweten, dat hij zeggen zou: Brengt uw broeder af?

VersbegrippenStellen Van Bepaalde VragenMensen BeantwoordenDe Toekomst Niet KennenVerder Leven

Toen vreesden deze mannen, omdat zij in het huis van Jozef gebracht werden, en zeiden: Ter oorzake van het geld, dat in het begin in onze zakken wedergekeerd is, worden wij ingebracht, opdat hij ons overrompele en ons overvalle, en ons tot slaven neme, met onze ezelen.

VersbegrippenOnbepaalde Sommen GeldVerlies Van EzelsWaarom Mensen Dingen DedenAngst Van Individuen

En zij zeiden: Och, mijn heer! wij waren in het begin gewisselijk afgekomen, om spijze te kopen.

VersbegrippenEten Kopen

En zij zeiden: Het is wel met uw knecht, onzen vader, hij leeft nog; en zij neigden het hoofd en bogen zich neder.

VersbegrippenBuigen Voor JozefVerder Leven

En zij zeiden tot hem: Waarom spreekt mijn heer zulke woorden? Het zij verre van uw knechten, dat zij zodanig ding doen zouden.

VersbegrippenVerre Van Dit!

Zo zeiden wij tot mijn heer: Wij hebben een ouden vader, en een jongeling des ouderdoms, den kleinsten, wiens broeder dood is, en hij is alleen van zijn moeder overgebleven, en zijn vader heeft hem lief.

VersbegrippenDe Noden Van KinderenLeven En Karakter Van JacobVooroordeelEnige OverlevendenDood Van Anonieme IndividuenZij Die Liefhadden

En wij zeiden tot mijn heer: Die jongeling zal zijn vader niet kunnen verlaten; indien hij zijn vader verlaat, zo zal hij sterven.

VersbegrippenMogelijke DoodMensen Die Mensen Verlaten

Toen zeide Farao tot zijn broederen: Wat is uw hantering? En zij zeiden tot Farao: Uw knechten zijn schaapherders, zo wij als onze vaders.

VersbegrippenBeroepenZij Die Voorraad Hadden

Voorts zeiden zij tot Farao: Wij zijn gekomen, om als vreemdelingen in dit land te wonen; want er is geen weide voor de schapen, die uw knechten hebben, dewijl de honger zwaar is in het land Kanaan; en nu, laat toch uw knechten in het land Gosen wonen!

VersbegrippenVerblijvenGeen VoedselIn Het Land Leven

Toen datzelve jaar voleind was, zo kwamen zij tot hem in het tweede jaar, en zeiden tot hem: Wij zullen het voor mijn heer niet verbergen, alzo het geld verdaan is, en de bezitting der beesten gekomen aan mijn heer, zo is er niets anders overgebleven voor het aangezichts mijns heren, dan ons lichaam en ons land.

VersbegrippenLichaamKuddesBeperkingen Van Het LichaamOnbepaalde Sommen GeldTekort Aan Andere Dingen Dan VoedselDingen Die Onthuld Worden

En zij zeiden: Gij hebt ons leven behouden; laat ons genade vinden in de ogen mijns heren, en wij zullen Farao's knechten zijn.

VersbegrippenAfhankelijkheidDoor De Mens In Leven Gehouden WordenGroepen Van SlavenIndividuen Die Anderen Redden

Als de inwoners des lands, de Kanaanieten, dien rouw zagen op het plein van het doornbos, zo zeiden zij: Dit is een zware rouw der Egyptenaren; daarom noemde men haar naam Abel-Mizraim, die aan het veer van de Jordaan is.

VersbegrippenRouwenDe Dood BerouwenVoorbij Jordanië

Toen Jozefs broeders zagen, dat hun vader dood was, zo zeiden zij: Misschien zal ons Jozef haten, en hij zal ons gewisselijk vergelden al het kwaad, dat wij hem aangedaan hebben.

VersbegrippenWrokWrok Tegenover MensenAntwoordKwaad Met Kwaad BestrijdenGenoemde Personen Die Kwaad Waren Op Anderen

Daarna kwamen ook zijn broeders, en vielen voor hem neder, en zeiden: Zie, wij zijn u tot knechten!

VersbegrippenBuigen Voor Jozef

En de vroedvrouwen zeiden tot Farao: Omdat de Hebreinnen niet zijn gelijk de Egyptische vrouwen; want zij zijn sterk; eer de vroedvrouw tot haar komt, zo hebben zij gebaard.

VersbegrippenEnergieNiet Zoals MensenGeboorteWerkende VrouwenEen Baby VerwachtenVruchtbaar Zijn

Toen zeiden zij: Een Egyptisch man heeft ons verlost uit de hand der herderen; en hij heeft ook overvloedig voor ons geput, en de kudde gedrenkt.

VersbegrippenIndividuen Die Anderen ReddenBijhouden Voorraad

En daarna gingen Mozes en Aaron heen, en zeiden tot Farao: Alzo zegt de HEERE, de God van Israel: Laat Mijn volk trekken, dat het Mij een feest houde in de woestijn!

VersbegrippenFeestenAaron, MozesEen Feest In De WildernisGeobserveerde Festivals

Zij dan zeiden: De God der Hebreen is ons ontmoet; zo laat ons toch heentrekken, den weg van drie dagen in de woestijn, en den HEERE, onzen God, offeren, dat Hij ons niet overkome met pestilentie, of met het zwaard.

VersbegrippenZwaardenDrie DagenBijzondere ReizenEen Feest In De WildernisGod Zou Zijn Volk Kunnen Doden

En zeiden tot hen: De HEERE zie op u, en richte het, dewijl dat gij onzen reuk hebt stinkende gemaakt voor Farao, en voor zijn knechten, gevende een zwaard in hun handen, om ons te doden.

VersbegrippenNeuzenGeurtjesGoedkeuring Om Te Doden

Toen zeiden de tovenaars tot Farao: Dit is Gods vinger! Doch Farao's hart verstijfde, zodat hij naar hen niet hoorde, gelijk de HEERE gesproken had.

VersbegrippenVinger Van GodHardheid Van HartReacties Op WonderenMissie Van IsraëlDe Kracht Van God UitgedruktStijfkoppige MensenKoppige IndividuenGod Schrijft Met Zijn VingerMagie

Zo gingen Mozes en Aaron tot Farao, en zeiden tot hem: Zo zegt de HEERE, de God der Hebreen: Hoe lang weigert gij u voor Mijn aangezicht te verootmoedigen? Laat Mijn volk trekken, dat zij Mij dienen.

VersbegrippenNederigheidVoor Mensen HandelenGod AanbiddenZich Vernederen

En de knechten van Farao zeiden tot hem: Hoe lang zal ons deze tot een strik zijn, laat de mannen trekken, dat zij den HEERE hun God dienen! weet gij nog niet, dat Egypte verloren is?

VersbegrippenMan Die VangtVoor Mensen HandelenGod Aanbidden

En de Egyptenaars hielden sterk aan bij het volk, haastende, om die uit het land te drijven; want zij zeiden: Wij zijn allen dood!

VersbegrippenDood Door De Aanwezigheid Van GodAnderen Opjagen

Toen nu de koning van Egypte werd geboodschapt, dat het volk vluchtte, zo is het hart van Farao en van zijn knechten veranderd tegen het volk, en zij zeiden: Waarom hebben wij dat gedaan, dat wij Israel hebben laten trekken, dat zij ons niet dienden?

VersbegrippenMensen Die Van Gedacht VeranderenIsraël Op De VluchtVertellen Over Bewegingen

En zij zeiden tot Mozes: Hebt gij ons daarom, omdat er in Egypte gans geen graven waren, weggenomen, opdat wij in deze woestijn sterven zouden? Waarom hebt gij ons dat gedaan, dat gij ons uit Egypte gevoerd hebt?

VersbegrippenOntrouw Aan GodSterven In De WildernisMogelijke DoodWat Doe Jij?

En Hij stiet de raderen hunner wagenen weg, en deed ze zwaarlijk voortvaren. Toen zeiden de Egyptenaars: Laat ons vlieden van het aangezicht van Israel, want de HEERE strijdt voor hen tegen de Egyptenaars.

VersbegrippenWielenRijdenGod VerhindertZware Taken

En de kinderen Israels zeiden tot hen: Och, dat wij in Egypteland gestorven waren door de hand des HEEREN, toen wij bij de vleespotten zaten, toen wij tot verzadiging brood aten! Want gijlieden hebt ons uitgeleid in deze woestijn, om deze ganse gemeente door den honger te doden.

VersbegrippenOndankbaarheidVleesZelfmedelijdenCynismeSterven In De WildernisVerlangen Naar De DoodOvervloed In EgypteGeen VoedselGod Zou Zijn Volk Kunnen DodenPotten Om Te Koken En Te EtenSterven In De WoestijnWeedKlagenHongerKookpot

Toen zeiden Mozes en Aaron tot al de kinderen Israels: Aan den avond, dan zult gij weten, dat u de HEERE uit Egypteland uitgeleid heeft;

VersbegrippenHandelingen Van Vrijheid In OTGod, De HeerKennis Over God

Toen het de kinderen Israels zagen, zo zeiden zij, de een tot den ander: Het is Man, want zij wisten niet wat het was. Mozes dan zeide tot hen: Dit is het brood, hetwelk de HEERE ulieden te eten gegeven heeft.

VersbegrippenOnbekende DingenWat Is Dit?Geschenken Van GodAndere Geschenken Van GodMensen Die Dingen Benoemen

En zij zeiden tot Mozes: Spreek gij met ons, en wij zullen horen; en dat God met ons niet spreke, opdat wij niet sterven!

VersbegrippenDood Door De Aanwezigheid Van GodGod Spreekt

Als Mozes kwam en verhaalde aan het volk al de woorden des HEEREN, en al de rechten, toen antwoordde al het volk met een stem, en zij zeiden: Al deze woorden, die de HEERE gesproken heeft, zullen wij doen.

VersbegrippenOvereenkomst Voor GodVerzoening In OTInstemmen Voor Het GoedeAntwoordTheorcratieStemmenWoord Van GodGoedkeuringVertellen Over Wat Mensen Gezegd HebbenWe GehoorzamenInstemmen Met Elkaar

En hij nam het boek des verbonds, en hij las het voor de oren des volks; en zij zeiden: Al wat de HEERE gesproken heeft, zullen wij doen en gehoorzamen.

VersbegrippenBoek Van Het VerbondLezenAntwoordHet Schrift LezenWe GehoorzamenVoorwaarden Van Het Verbond In De SinaïDe Bijbel Lezen

Toen het volk zag, dat Mozes vertoog van den berg af te komen, zo verzamelde zich het volk tot Aaron, en zij zeiden tot hem: Sta op, maak ons goden, die voor ons aangezicht gaan; want dezen Mozes, dien man, die ons uit Egypteland uitgevoerd heeft, wij weten niet, wat hem geschied zij.

VersbegrippenPrikkelsGevolgen Van TwijfelOngeduldMonotonieAaron, Zonden VanAaron, KarakterGod Gaat VoorMensen Die VertraagdenIsraël uit Egypte halenAnderen Die Israël Uit Egypte HalenWachten Op Gods TimingKatten

Zij dan zeiden tot mij: Maak ons goden, die voor ons aangezicht gaan, want dezen Mozes, dien man, die ons uit Egypteland opgevoerd heeft, wij weten niet, wat hem geschied zij.

VersbegrippenMonotonieOntrouwGod Gaat VoorIsraël uit Egypte halenAnderen Die Israël Uit Egypte Halen

En diezelve lieden zeiden tot hem: Wij zijn onrein over het dode lichaam eens mensen; waarom zouden wij verkort worden, dat wij de offerande des HEEREN op zijn gezetten tijd niet zouden offeren, in het midden van de kinderen Israels?

VersbegrippenRegels Over Lijken

En het gemene volk, dat in het midden van hen was, werd met lust bevangen; daarom zo weenden ook de kinderen Israels wederom, en zeiden: Wie zal ons vlees te eten geven?

VersbegrippenGemengde MenigteWat Doen VreemdelingenRouwen Met SpijtHebzuchtKlagen

En zij zeiden: Heeft dan de HEERE maar alleen door Mozes gesproken? Heeft Hij ook niet door ons gesproken? En de HEERE hoorde het!

VersbegrippenAaron, KarakterVoorbeelden Van Wereldlijke AmbitieVoorbeeld Van Afgunst

En zij vertelden hem, en zeiden: Wij zijn gekomen tot dat land, waarheen gij ons gezonden hebt; en voorwaar, het is van melk en honig vloeiende, en dit is zijn vrucht.

VersbegrippenDe Goedheid Van GodOvervloed, MaterieelVoedselSpirituele Aspecten Van LandMelkMelk En Honing

Maar de mannen, die met hem opgetrokken waren, zeiden: Wij zullen tot dat volk niet kunnen optrekken, want het is sterker dan wij.

VersbegrippenGevolgen Van TwijfelVoorbeelden Van Slechte BeslissingenSterke NatiesOnmogelijk Uit Te Drijven

En zij zeiden de een tot den ander: Laat ons een hoofd opwerpen, en wederkeren naar Egypte!

VersbegrippenVoorbeelden Van De Toorn Van GodAchteruit KijkenMuiterij

En zij vergaderden zich tegen Mozes, en tegen Aaron, en zeiden tot hen: Het is te veel voor u, want deze ganse vergadering, zij allen, zijn heilig, en de HEERE is in het midden van hen; waarom dan verheft gijlieden u over de gemeente des HEEREN?

VersbegrippenVoorbeelden Van Valse BeschuldigingenAaron, LevenswegConfrontatieDe Aard Van ZelfgerechtigheidVoorbeelden Van Wereldlijke AmbitieVoorbeeld Van AfgunstSamenzwerenGod Is Onder JullieEen Heilige NatieEer ZoekenOrganisatie

En Mozes schikte heen, om Dathan en Abiram, de zonen van Eliab, te roepen; maar zij zeiden: Wij zullen niet opkomen!

VersbegrippenAnderen Die Oproepen

Maar zij vielen op hun aangezichten, en zeiden: O God! God der geesten van alle vlees! een enig man zal gezondigd hebben, en zult Gij U over deze ganse vergadering grotelijks vertoornen?

VersbegrippenGeest, Gevallen En VerlostZal God Kwaad Zijn?Luchten

En het ganse Israel, dat rondom hen was, vlood voor hun geschrei; want zij zeiden: Dat ons de aarde misschien niet verslinde!

VersbegrippenSchreeuwenSlikkenIsraël Op De Vlucht

Daarna zond Mozes boden uit Kades tot den koning van Edom, welke zeiden: Alzo zegt uw broeder Israel: Gij weet al de moeite, die ons ontmoet is;

VersbegrippenUitgestuurde BoodschappersBoodschapperZware TakenHeersers Van EdomOntbering

Toen zeiden de kinderen Israels tot hem: Wij zullen door den gebaanden weg optrekken, en indien wij van uw water drinken, ik en mijn vee, zo zal ik deszelfs prijs daarvoor geven; ik zal alleenlijk, zonder iets anders, te voet doortrekken.

VersbegrippenSnelwegMan Die Water SchenktBetalen Voor Goederen

Daarom kwam het volk tot Mozes, en zij zeiden: Wij hebben gezondigd, omdat wij tegen den HEERE en tegen u gesproken hebben; bid den HEERE, dat Hij deze slangen van ons wegneme. Toen bad Mozes voor het volk.

VersbegrippenGod AanroepenDe Betekenis Van MozesVoorbeelden Van BerouwErkennen Van ZondeDe Voordelen Van SmartenBidden Voor ZondaarsWe Hebben GezondigdKlachten

Zo stonden dan de vorsten der Moabieten op, en kwamen tot Balak, en zij zeiden: Bileam heeft geweigerd met ons te gaan.

Die tot Bileam kwamen, en hem zeiden: Alzo zegt Balak, de zoon van Zippor: Laat u toch niet beletten tot mij te komen!

VersbegrippenHet Vermijden Van Tegenwerking

En zij zeiden tot Mozes: Uw knechten hebben opgenomen de som der krijgslieden, die onder onze hand geweest zijn; en uit ons ontbreekt niet een man.

VersbegrippenSoldaten TellenAlle MensenIemand MissenStrijdVerloren Zijn

Voorts zeiden zij: Indien wij genade in uw ogen gevonden hebben, dat ditzelve land aan uw knechten gegeven worde tot een bezitting; en doe ons niet trekken over de Jordaan.

Toen traden zij toe tot hem, en zeiden: Wij zullen hier schaapskooien bouwen voor ons vee, en steden voor onze kinderen.

VersbegrippenGebouwd, LetterlijkSchapestallenBijhouden Voorraad

En zeiden: De HEERE heeft mijn heer geboden, dat land door het lot aan de kinderen Israels in erfenis te geven; en mijn heer is door den HEERE geboden, de erfenis van onzen broeder Zelafead te geven aan zijn dochteren.

En zij namen van de vrucht des lands in hun hand, en brachten ze tot ons af, en zeiden ons bescheid weder, en zeiden: Het land, dat de HEERE, onze God, ons geven zal, is goed.

VersbegrippenProducerend LandGoede Dingen GevenGods Plan Voor OnsTeruggeven

Ook zeiden die mannen tot haar: Wij zullen onschuldig zijn van dezen uw eed, dien gij ons hebt doen zweren;

En zij zeiden tot Jozua: Zekerlijk, de HEERE heeft dat ganse land in onze handen gegeven; want ook zijn al de inwoners des lands voor onze aangezichten gesmolten.

VersbegrippenFlauw VallenMakkelijk Voor MensenDe Moed VerliezenZij Die God In Hun Handen Heeft Gegeven

Daarna keerden zij weder naar Jozua, en zeiden tot hem: Dat het ganse volk niet optrekke, dat er omtrent twee duizend mannen, of omtrent drie duizend mannen optrekken, om Ai te slaan; vermoei daarheen al het volk niet; want zij zijn weinige.

VersbegrippenTweeduizendDrieduizend En MeerOnderschatting

En zij gingen tot Jozua in het leger te Gilgal, en zij zeiden tot hem en tot de mannen van Israel: Wij zijn gekomen uit een ver land, zo maakt nu een verbond met ons.

VersbegrippenOnderhandelingTrouwMensen Van Ver Weg

Toen zeiden de mannen van Israel tot de Hevieten: Misschien woont gijlieden in het midden van ons, hoe zullen wij dan een verbond met u maken?

VersbegrippenAlliantiesTrouw

Zij dan zeiden tot Jozua: Wij zijn uw knechten. Toen zeide Jozua tot hen: Wie zijt gijlieden, en van waar komt gij?

VersbegrippenWie Is Dit?Waar Vandaan?

Zij nu zeiden tot hem: Uw knechten zijn uit een zeer ver land gekomen, om den Naam des HEEREN, uws Gods; want wij hebben Zijn gerucht gehoord, en alles wat Hij in Egypte gedaan heeft;

VersbegrippenRoemMensen Van Ver Weg

Toen zeiden al de oversten tot de ganse vergadering: Wij hebben hun gezworen bij den HEERE, den God Israels; daarom kunnen wij hen niet aantasten.

VersbegrippenVerplichtingen Van VerbondAanrakingOnmogelijk Te Beschadigen

Verder zeiden de oversten tot hen: Laat hen leven, en laat ze houthouwers en waterputters zijn der ganse vergadering, gelijk de oversten tot hen gezegd hebben.

VersbegrippenMan Die Water SchenktDoor De Mens In Leven Gehouden WordenBrandhout

Zij dan antwoordden Jozua, en zeiden: Dewijl het aan uw knechten zekerlijk was te kennen gegeven, dat de HEERE, uw God, Zijn knecht Mozes geboden heeft, dat Hij ulieden al dit land geven, en al de inwoners des lands voor ulieder aangezicht verdelgen zoude, zo vreesden wij onzes levens zeer voor ulieder aangezichten; daarom hebben wij deze zaak gedaan.

VersbegrippenVoorbeelden Van Angst

Toen zeiden de kinderen van Jozef: Dat gebergte zou ons niet genoegzaam zijn; er zijn ook ijzeren wagens bij alle Kanaanieten, die in het land des dals wonen, bij die te Beth-Sean en haar onderhorige plaatsen, en die in het dal van Jizreel zijn.

VersbegrippenVijanden Van Israël En JudaStrijdwagensValleienIjzeren VoorwerpenTekort Aan Andere Dingen Dan Voedsel

Daarom zeiden wij: Laat ons toch voor ons maken, bouwende een altaar, niet ten brandoffer, noch ten offer.

VersbegrippenAltaren Bouwen

Daarom zeiden wij: Wanneer het geschiedt, dat zij morgen alzo tot ons en tot onze geslachten zeggen zullen; zo zullen wij zeggen: Ziet de gedaante van het altaar des HEEREN, hetwelk onze vaderen gemaakt hebben, niet ten brandoffer, noch ten offer; maar het is een getuige tussen ons en tussen ulieden.

VersbegrippenKopieën Van AltarenAltaar Van De HeerRelaties Opbouwen

Public domain