128 gebeurtenissen in 1 vertaling

'Gedierte' in de Bijbel

En God zeide: De aarde brenge levende zielen voort, naar haar aard, vee, en kruipend, en wild gedierte der aarde, naar zijn aard! En het was alzo.

VersbegrippenDierenVolgens Zijn SoortEvolutieVeeProducerend LandKruipenLevende ZielenGod SpreektLevende DingenDe Ziel Van DierenReproductie

En God maakte het wild gedierte der aarde naar zijn aard, en het vee naar zijn aard, en al het kruipend gedierte des aardbodems naar zijn aard. En God zag, dat het goed was.

VersbegrippenVolgens Zijn SoortSoorten DierenKruipenGod Ziet Gans De AardeZoogdierenSoorten Levende DingenHet Perfecte Van De ScheppingScheppingDe AardeGods ScheppingHuisdierenInsectenReproductieVerscheidenheid

Maar aan al het gedierte der aarde, en aan al het gevogelte des hemels, en aan al het kruipende gedierte op de aarde, waarin een levende ziel is, heb Ik al het groene kruid tot spijze gegeven. En het was alzo.

VersbegrippenLevensademKleuren, GroenKruipenLevende ZielenGroenVeel WezensVoedsel BeschrevenGod Geeft VrijelijkDe Ziel Van DierenKruidenDe Aarde Verzorgen

Want als de HEERE God uit de aarde al het gedierte des velds, en al het gevogelte des hemels gemaakt had, zo bracht Hij die tot Adam, om te zien, hoe hij ze noemen zou; en zoals Adam alle levende ziel noemen zoude, dat zou haar naam zijn.

VersbegrippenDe Creatie Van AdamLuchtHet DierenrijkKenmerken Van VogelsSterrren Geschapen Door God

Zo had Adam genoemd de namen van al het vee, en van het gevogelte des hemels, en van al het gedierte des velds; maar voor de mens vond hij geen hulpe, die als tegen hem over ware.

VersbegrippenVeeNiet VindenZoogdierenGeen HulpDe Relatie Tussen Dier En MensDe Ziel Van DierenVogelsHuisdierenEenzaamheid

Toen zeide de HEERE God tot die slang: Dewijl gij dit gedaan hebt, zo zijt gij vervloekt boven al het vee, en boven al het gedierte des velds! Op uw buik zult gij gaan, en stof zult gij eten, al de dagen uws levens.

VersbegrippenSatanischVergeldingSlangenSlangenMagenLevenslangKruipenDe Slang Uit De OudheidVloekende GodNiets Wat Dieren EtenAdam en EvaStrafStraffenKattenLotStof

En de HEERE zeide: Ik zal den mens, die Ik geschapen heb, verdelgen van den aardbodem, van den mens tot het vee, tot het kruipend gedierte, en tot het gevogelte des hemels toe; want het berouwt Mij, dat Ik hen gemaakt heb.

VersbegrippenGod Als RechterDe ZondvloedDe Religiueuse Rol Van DierenLuchtDe ZondvloedVernietiging Van Alle WezensGod DodendZowel Mens Als Dier GedoodGod Doodt Alle MensenDe Relatie Van De Mens Met Zijn SchepperSpijt Hebben

Van het gevogelte naar zijn aard, en van het vee naar zijn aard, van al het kruipend gedierte des aardbodems naar zijn aard, twee van elk zullen tot u komen, om die in het leven te behouden.

VersbegrippenVolgens Zijn SoortDoor De Mens In Leven Gehouden WordenSoorten Levende Dingen

Zij, en al het gedierte naar zijn aard, en al het vee naar zijn aard, en al het kruipend gedierte, dat op de aarde kruipt, naar zijn aard, en al het gevogelte naar zijn aard, alle vogeltjes van allerlei vleugel.

VersbegrippenVleugelsVolgens Zijn SoortSoorten Levende Dingen

En alle vlees, dat zich op de aarde roerde, gaf den geest, van het gevogelte, en van het vee, en van het wild gedierte, en van al het kruipend gedierte, dat op de aarde kroop, en alle mens.

VersbegrippenVoorbeelden Van De Toorn Van God

Alzo werd verdelgd al wat bestond, dat op den aardbodem was, van den mens aan tot het vee, tot het kruipend gedierte, en tot het gevogelte des hemels, en zij werden verdelgd van de aarde; doch Noach alleen bleef over, en wat met hem in de ark was.

VersbegrippenDe ZondvloedGods Verbond Met NoachRestDood Van Alle WezensGod DodendEnige OverlevendenDood Van Andere GroepenGod Doodt Alle Mensen

En God gedacht aan Noach, en aan al het gedierte, en aan al het vee, dat met hem in de ark was; en God deed een wind over de aarde doorgaan, en de wateren werden stil.

VersbegrippenDe ZondvloedGods Verbond Met NoachHerinneringenWindZorg Voor DierenGoddelijke HerinneringGod Verstrekt WindGod Onthoudt Zijn MensenWegtrekkend WaterDe Zondvloed Van Noach

Al het gedierte, dat met u is, van alle vlees, aan gevogelte, en aan vee, en aan al het kruipend gedierte, dat op de aarde kruipt, doe met u uitgaan; en dat zij overvloediglijk voorttelen op de aarde, en vruchtbaar zijn, en vermenigvuldigen op de aarde.

VersbegrippenNatuurlijke VruchtbaarheidVermenigvuldigende Dieren

Al het gedierte, al het kruipende, en al het gevogelte, al wat zich op de aarde roert, naar hun geslachten, gingen uit de ark.

En uw vrees, en uw verschrikking zij over al het gedierte der aarde, en over al het gevogelte des hemels; in al wat zich op den aardbodem roert, en in alle vissen der zee; zij zijn in uw hand overgegeven.

VersbegrippenDierenHet DierenrijkAngstVerantwoordelijkheid Voor Gods WereldKenmerken Van VogelsOverwicht Van De MensFunctie Van De MensAngst En DierenGeschenken Van GodAndere Geschenken Van GodDe Relatie Tussen Dier En MensDe RegenboogRegenboog

En voorwaar, Ik zal uw bloed, het bloed uwer zielen eisen; van de hand van alle gedierte zal Ik het eisen; ook van de hand des mensen, van de hand eens iegelijken zijns broeders zal Ik de ziel des mensen eisen.

VersbegrippenBewaardersDoodstrafVerantwoordelijk Voor BloedvergietenDoodstraf Voor MoordenDe Relatie Tussen Dier En MensDe Ziel Van DierenDe RegenboogHuisdierenBoekhouden

En met alle levende ziel, die met u is, van het gevogelte, van het vee, en van alle gedierte der aarde met u; van allen, die uit de ark gegaan zijn, tot al het gedierte der aarde toe.

VersbegrippenDe Ark Van NoachDe RegenboogRegenboog

En nu, zend heen, vergader uw vee, en alles wat gij op het veld hebt; alle mens en gedierte, dat op het veld gevonden zal worden, en niet in huis verzameld zal zijn, als deze hagel op hen vallen zal, zo zullen zij sterven.

VersbegrippenHoe Dood Onontkoombaar IsZowel Mens Als Dier Gedood

Ik zal hen in een jaar van uw aangezicht niet uitstoten, opdat het land niet woest worde, en het wild gedierte boven u niet vermenigvuldigd worde.

VersbegrippenGroei Van Het KwaadEen JaarHet Land Dat Leeg WordtWilde Beesten OnderworpenDe Heer Zal Hen UitdrijvenAlleenstaande ZijnLand

Of wanneer een mens enig onrein ding zal aangeroerd hebben, hetzij het dode aas van een wild onrein gedierte, of het dode aas van onrein vee, of het dode aas van onrein kruipend gedierte; al is het voor hem verborgen geweest, nochtans is hij onrein en schuldig.

VersbegrippenVeeKarkas, Letterlijk GebruikBesmettingOnwetendheid Van Het KwaadMensen Die Verontreinigd WordenRegels Over LijkenSchuldVarkensvlees

Spreekt tot de kinderen Israels, zeggende: Dit is het gedierte, dat gij eten zult uit alle beesten, die op de aarde zijn.

VersbegrippenVoedsel BeschrevenDe Relatie Tussen Dier En Mens

En al wat op zijn poten gaat onder alle gedierte, op vier voeten gaande, die zullen u onrein zijn; al wie hun dood aas aangeroerd zal hebben, zal onrein zijn tot aan den avond.

VersbegrippenOnreine Zaken AanrakenOnreine GeestenOnrein Tot De AvondVoeten Van WezensRein En OnreinOnreine DierenKatten

Verder zal u dit onder het kruipend gedierte, dat op de aarde kruipt, onrein zijn: het wezeltje, en de muis, en de schildpad, naar haar aard;

VersbegrippenSoorten DierenMuizenVolgens Zijn SoortHagedissenMollenVeel WezensSoorten Levende Dingen

Die zullen u onrein zijn onder alle kruipend gedierte; zo wie die zal aangeroerd hebben, als zij dood zijn, zal onrein zijn tot aan den avond.

VersbegrippenKadavers Van DierenOnrein Tot De Avond

Voorts alle kruipend gedierte, dat op de aarde kruipt, zal een verfoeisel zijn; het zal niet gegeten worden.

VersbegrippenAfkeerVeel WezensVerboden VoedselGod Die Dingen Haat

Al wat op zijn buik gaat, en al wat gaat op zijn vier voeten, of al wat vele voeten heeft, onder alle kruipend gedierte, dat op de aarde kruipt, die zult gij niet eten, want zij zijn een verfoeisel.

VersbegrippenAfkeerKruipenOnreine GeestenVoeten Van WezensRein En OnreinReine DierenVerboden VoedselOnreine DierenVlees EtenInsectenWormen

Maakt uw zielen niet verfoeilijk aan enig kruipend gedierte, dat kruipt; en verontreinigt u niet daaraan, dat gij daaraan verontreinigd zoudt worden.

VersbegrippenMensen Die Zichzelf VerontreinigenOnreinheid HatenHet Milieu

Want Ik ben de HEERE, uw God; daarom zult gij u heiligen, en heilig zijn, dewijl Ik heilig ben; en gij zult uw ziel niet verontreinigen aan enig kruipend gedierte, dat zich op de aarde roert.

VersbegrippenGod, De HeerWet OTDe Aard Van Sexuele ZondeZonde En De Aard Van GodOnreine GeestenMensen Die Zichzelf VerontreinigenDe Heer Is GodWees Heilig Want Ik Ben Heilig!

Om te onderscheiden tussen het onreine en tussen het reine, en tussen het gedierte, dat men eten, en tussen het gedierte, dat men niet eten zal.

VersbegrippenHet DierenrijkMan Die Onderscheidt MaaktRein En OnreinVoedsel Beschreven

Een ieder ook van de kinderen Israels en van de vreemdelingen, die als vreemdelingen in het midden van hen verkeren, die enig wild gedierte, of gevogelte, dat gegeten wordt, in de jacht gevangen zal hebben; die zal deszelfs bloed vergieten, en zal dat met stof bedekken.

VersbegrippenJagenLevensbloedVreemdelingen Inbegrepen In De Wet

Of zo wie aangeroerd zal hebben enig kruipend gedierte, waarvan hij onrein is, of een mens, waarvan hij onrein is, naar al zijn onreinigheid;

VersbegrippenKruipen

Mitsgaders voor het vee, en voor het gedierte, dat in uw land is, zal al de inkomst daarvan tot spijze zijn.

VersbegrippenVlees Eten

Ook zal Ik vrede geven in het land, dat gij zult te slapen liggen, en niemand zij, die verschrikke; en Ik zal het boos gedierte uit het land doen ophouden, en het zwaard zal door uw land niet doorgaan.

VersbegrippenSlapeloosheidWilde Beesten OnderworpenVredeVrede Sluiten Met De VijandVredevolle SlaapGoddelijke Bescherming

Want Ik zal onder u zenden het gedierte des velds, hetwelk u beroven, en uw vee uitroeien, en u verminderen zal; en uw wegen zullen woest worden.

VersbegrippenDierenAantallen Aan Het VerminderenHet Doden Van Dieren

En die steden zullen zij hebben om te bewonen; maar hun voorsteden zullen zijn voor hun beesten, en voor hun have, en voor al hun gedierte,

Toen nam Rizpa, de dochter van Aja, een zak, en spande dien voor zich uit op een rotssteen, van het begin van den oogst, totdat er water op hen drupte van den hemel; en zij liet het gevogelte des hemels op hen niet rusten des daags, noch het gedierte van het veld des nachts.

VersbegrippenMoederliefdeLiefde En De WereldRegenDag En Nacht BeschermingWilde Beesten OnderworpenVogels EtenVogelsTragedie

Maar Joas, de koning van Israel, zond tot Amazia, den koning van Juda, zeggende: De distel, die op den Libanon is, zond tot den ceder, die op den Libanon is, zeggende: Geef uw dochter mijn zoon ter vrouw; maar het gedierte des velds, dat op den Libanon is, ging voorbij, en vertrad den distel.

VersbegrippenCederFabelsDoornenSarcasmeDistelsParabelen Uit Het Oude TestamentGeven In Het Huwelijk

Maar Joas, de koning van Israel, zond tot Amazia, den koning van Juda, om te zeggen: De distel, die op den Libanon is, zond tot den ceder, die op den Libanon is, om te zeggen: Geef uw dochter mijn zoon ter vrouw; maar het gedierte des velds, dat op den Libanon is, ging voorbij, en vertrad de distel.

VersbegrippenCederDoornenTwaalf Wezens

Tegen de verwoesting en tegen den honger zult gij lachen, en voor het gedierte der aarde zult gij niet vrezen.

VersbegrippenGelachAngst Voor Het NatuurlijkeWilde Beesten OnderworpenHulp Bij SchaarsteVrij Van AngstTegenslag Overwinnen

Want met de stenen des velds zal uw verbond zijn, en het gedierte des velds zal met u bevredigd zijn.

VersbegrippenZorg Voor DierenWilde Beesten OnderworpenVredevolle SlaapVerbondPrinsdommen

Scheld het wild gedierte des riets, de vergadering der stieren met de kalveren der volken; en dien, die zich onderwerpt met stukken zilvers; Hij heeft de volken verstrooid, die lust hebben in oorlogen.

VersbegrippenStierenEnkelsUitrekkenAard Van OorlogDe Mensen VerspreidenWilde Beesten Onderworpen

Geef aan het wild gedierte de ziel Uwer tortelduif niet over; vergeet den hoop Uwer ellendigen niet in eeuwigheid.

VersbegrippenDuivenNamen En Titels Voor De KerkMannen Gelijk Aan DierenNiet Vergeten

Hij woog een pad voor Zijn toorn; Hij onttrok hun ziel niet van den dood; en hun gedierte gaf Hij aan de pestilentie over.

VersbegrippenPestHoe Dood Onontkoombaar IsNiet Spaarzaam ZijnDood Van De Goddelozen

Zij hebben de dode lichamen Uwer knechten aan het gevogelte des hemels tot spijs gegeven; het vlees Uwer gunstgenoten aan het gedierte des lands.

VersbegrippenDe DodenOnbegraven LichamenMensenetende DierenLijken EtenVogels

Zij drenken al het gedierte des velds; de woudezels breken er hun dorst mede.

VersbegrippenLessenGods Zorg Over DierenWater DrinkenWilde Ezels

Gij beschikt de duisternis, en het wordt nacht, in denwelken al het gedierte des wouds uittreedt:

VersbegrippenDuisternis Van De NachtProvisie Van Nacht

Deze zee, die groot en wijd van ruimte is, daarin is het wriemelende gedierte, en dat zonder getal, kleine gedierten met grote.

VersbegrippenEen Ontelbaar AantalNatuurZeeWijdsheidVeel WezensDe OceaanDe Zee

Het wild gedierte en alle vee; kruipend gedierte en gevleugeld gevogelte!

VersbegrippenInsecten

Er zal geen leeuw zijn, en geen verscheurend gedierte zal daarop komen, noch aldaar gevonden worden; maar de verlosten zullen daarop wandelen.

VersbegrippenDegenen Die Verlost Zijn Door De HeerVerlost

En de Libanon is niet genoegzaam om te branden, en zijn gedierte is niet genoegzaam ten brandoffer.

VersbegrippenBrandhoutTekort Aan Andere Dingen Dan Voedsel

Het gedierte des velds zal Mij eren, de draken en de jonge struisen; want Ik zal in de woestijn wateren geven, en rivieren in de wildernis, om Mijn volk, Mijn uitverkorenen drinken te geven.

VersbegrippenEerWaterZegen In De WildernisGod Voorziet WaterWilde Beesten OnderworpenStruisvogels

En de dode lichamen dezes volks zullen het gevogelte des hemels, en het gedierte der aarde tot spijze zijn, en niemand zal ze afschrikken.

VersbegrippenDe DodenOnbegraven LichamenMensenetende DierenLijken EtenGebrek Aan Een Juiste BegrafenisVogels

Mijn erfenis is Mij een gesprenkelde vogel; de vogelen zijn rondom tegen haar; komt aan, verzamelt, al gij gedierte des velds, komt om te eten!

VersbegrippenVogels, Figuurlijk GebruikSoorten VogelsMensenetende DierenRoofvogelsOnzuivere WezensVogels

Want Ik zal bezoeking over hen doen met vier geslachten, spreekt de HEERE: met het zwaard, om te doden; en met de honden, om te slepen; en met het gevogelte des hemels, en met het gedierte der aarde, om op te eten en te verderven.

VersbegrippenHondenWilde Dieren Die VerslindenVogels EtenVier Andere DingenHuisdieren

Zij zullen pijnlijke doden sterven, zij zullen niet beklaagd noch begraven worden, zij zullen tot mest op den aardbodem zijn, en zij zullen door het zwaard en door den honger verteerd worden, en hun dode lichamen zullen het gevogelte des hemels en het gedierte der aarde tot spijze zijn.

VersbegrippenDode LichamenVuilnisOnbegraven LichamenMensenetende DierenOntlastingNabijheid Van De DoodLijken EtenGeen BegrafenissenWilde Dieren Die VerslindenHongersnood DoodtDe Dood NadertNiet RouwenGebrek Aan Een Juiste Begrafenis

Want Ik zal den raad van Juda en Jeruzalem in deze plaats verijdelen, en zal hen voor het aangezicht hunner vijanden doen vallen door het zwaard, en door de hand dergenen, die hun ziel zoeken; en Ik zal hun dode lichamen het gevogelte des hemels en het gedierte der aarde tot spijze geven.

VersbegrippenNood Aan Gods BegeleidingPlannenMensenetende DierenLijken EtenIsraëlieten Doden

En nu, Ik heb al deze landen gegeven in de hand van Nebukadnezar, den koning van Babel, Mijn knecht; zelfs ook het gedierte des velds heb Ik hem gegeven, om hem te dienen.

VersbegrippenVerantwoordelijkheden Van VerkiezingBurgerlijke AutoriteitenGezag Van Menselijke InstellingenDe Aard Van BedieningHeersersDienaren Van De HeerWilde Beesten OnderworpenGeschenken Van GodAndere Geschenken Van God

Want zo zegt de HEERE der heirscharen, de God Israels: Ik heb een ijzeren juk gedaan aan den hals van al deze volken, om Nebukadnezar, den koning van Babel, te dienen, en zij zullen hem dienen; ja, Ik heb hem ook het gedierte des velds gegeven.

VersbegrippenWilde Beesten OnderworpenKoningen DienenGods Juk

Ja, Ik zal hen overgeven in de hand hunner vijanden, en in de hand dergenen, die hun ziel zoeken; en hun dode lichamen zullen het gevogelte des hemels en het gedierte der aarde tot spijze zijn.

VersbegrippenOnbegraven LichamenMensenetende DierenLijken EtenGod Zal Nederlaag Veroorzaken

Ja, honger en boos gedierte, die u van kinderen beroven zullen, zal Ik over u zenden; ook zal pestilentie en bloed onder u omgaan; en het zwaard zal Ik over u brengen; Ik, de HEERE, heb het gesproken!

VersbegrippenOorlog Als Gods OordeelHongersnood Komende Van GodVerliesDoden Zal Gebeuren

Zo Ik het boos gedierte make door het land door te gaan, hetwelk dat van kinderen berove, zodat het woest worde, dat er niemand doorga, vanwege het gedierte;

VersbegrippenHet Land Dat Leeg Wordt

Want alzo zegt de Heere HEERE: Hoeveel te meer als Ik mijn vier boze gerichten, het zwaard, en den honger, en het boze gedierte, en de pestilentie gezonden zal hebben tegen Jeruzalem, om daaruit mensen en beesten uit te roeien!

VersbegrippenPlagenPestVernietiging Van Alle WezensHongersnood Komende Van GodVier Andere DingenZowel Mens Als Dier Gedood

En Ik zal u verlaten in de woestijn, u en al den vis uwer rivieren; op het open veld zult gij vallen; gij zult niet verzameld noch vergaderd worden; aan het gedierte der aarde en aan het gevogelte des hemels heb Ik u ter spijze gegeven.

VersbegrippenSamenkomst Van WezensMensenetende DierenGeen BegrafenissenHereniging

Dan zal Ik u laten op het land, Ik zal u henenwerpen op het open veld; en Ik zal al het gevogelte des hemels op u doen wonen, en het gedierte der ganse aarde van u verzadigen.

VersbegrippenMensen WerpenMensenetende DierenWilde Dieren Die Verslinden

Alzo zult gij tot hen zeggen: De Heere HEERE zegt alzo: Zo waarachtig als Ik leef, indien niet, die in die woeste plaatsen zijn, door het zwaard zullen vallen, en zo Ik niet dien, die in het open veld is, het wild gedierte overgeve, dat het hem vrete, en die in de vestingen en in de spelonken zijn, door de pestilentie zullen sterven!

VersbegrippenDe Religiueuse Rol Van DierenGrottenPlagenMensen In GrottenMensenetende DierenGedood Worden Door Het ZwaardWilde Dieren Die VerslindenGrotten Als Schuilplaats

Alzo zijn zij verstrooid, omdat er geen herder is; en zij zijn als het wild gedierte des velds tot spijze geworden, dewijl zij verstrooid waren.

VersbegrippenOntoereikende HerdersVerspreid Zoals SchapenMensenetende Dieren

Zo waarachtig als Ik leef, spreekt de Heere HEERE, zo Ik niet! Omdat Mijn schapen geworden zijn tot een roof, en Mijn schapen al het wild gedierte des velds tot spijze geworden zijn, omdat er geen herder is, en Mijn herders naar Mijn schapen niet vragen; en de herders weiden zichzelven, maar Mijn schapen weiden zij niet;

VersbegrippenEgoïsmeMensenetende DierenDieren VoedenGeen Mensen OpzoekenNiemand Beschikbaar

En Ik zal een verbond des vredes met hen maken, en zal het boos gedierte uit het land doen ophouden; en zij zullen zeker wonen in de woestijn, en slapen in de wouden.

VersbegrippenBossenGods Verbond Met NoachVeiligheidFysieke SlaapDouchesZegen In De WildernisWilde Beesten OnderworpenVredevolle Slaap

En zij zullen den heidenen niet meer ten roof zijn, en het wild gedierte der aarde zal ze niet meer vreten; maar zij zullen zeker wonen, en er zal niemand zijn, die ze verschrikke.

VersbegrippenMensenetende DierenVrij Van AngstGod Zal Veilig Houden

Zodat van Mijn aangezicht beven zullen de vissen der zee, en het gevogelte des hemels, en het gedierte des velds, en al het kruipend gedierte, dat op het aardrijk kruipt, en alle mensen, die op den aardbodem zijn; en de bergen zullen nedergeworpen worden, en de steile plaatsen zullen nedervallen, en alle muren zullen ter aarde nedervallen.

VersbegrippenZeeVerwijderde BergenGod SchudtZowel Mens Als Dier GetroffenDingen NeerzettenVogelsVis

Op de bergen Israels zult gij vallen, gij en al uw benden, en de volken, die met u zijn; Ik heb u aan de roofvogelen, aan het gevogelte van allen vleugel, en aan het gedierte des velds ter spijze gegeven.

VersbegrippenMensenetende DierenMogelijke DoodVogels EtenDe Bergen Van Israël

Gij dan, mensenkind! zo zegt de Heere HEERE: Zeg tot het gevogelte van allen vleugel, en tot al het gedierte des velds: Vergadert u, en komt aan, verzamelt u van rondom, tot Mijn slachtoffer, dat Ik voor u geslacht heb, een groot slachtoffer, op de bergen Israels, en eet vlees, en drink bloed.

VersbegrippenBloed DrinkenLijken EtenWilde Dieren Die VerslindenVogels Eten

Zijn loof was schoon, en zijn vruchten vele, en er was spijze aan denzelve voor allen; onder hem vond het gedierte des velds schaduw, en de vogelen des hemels woonden in haar takken, en alle vlees werd daarvan gevoed.

VersbegrippenOvervloed, MaterieelGebladerteVruchten Dragen

Doch laat den stam met zijn wortelen in de aarde, en met een ijzeren en koperen band in het tedere gras des velds; en laat hem in de dauw des hemels nat gemaakt worden, en zijn deel zij met het gedierte in het kruid der aarde.

VersbegrippenIjzerStronken Van Een BoomIjzeren VoorwerpenDe Relatie Tussen Dier En Mens

En wiens loof schoon, en wiens vruchten vele waren, en waar spijze aan was voor allen, onder wien het gedierte des velds woonde, en in wiens takken de vogelen des hemels nestelden;

VersbegrippenGebladerteVruchten Dragen

Dat nu de koning, een wachter, namelijk een heilige gezien heeft, van den hemel afkomende, die zeide: Houwt dezen boom af, en verderft hem; doch laat den stam met zijn wortelen in de aarde, en met een ijzeren en koperen band in het tedere gras des velds, en in de dauw des hemels nat gemaakt worden, en dat zijn deel zij met het gedierte des velds, totdat er zeven tijden over hem voorbijgaan;

VersbegrippenStronken Van Een BoomBomen VellenZeven JaarIjzeren VoorwerpenDe Relatie Tussen Dier En MensSpecifieke Heilige Individuen

Te weten, men zal u van de mensen verstoten, en met het gedierte des velds zal uw woning zijn, en men zal u het kruid, als den ossen, te smaken geven; en gij zult van den dauw des hemels nat gemaakt worden, en er zullen zeven tijden over u voorbijgaan, totdat gij bekent, dat de Allerhoogste heerschappij heeft over de koninkrijken der mensen, en geeft ze, wien Hij wil.

VersbegrippenVerbanningDauwGrasGeschiedenisZeven JaarMensen VerbannenWeerzinwekkend VoedselMannen Gelijk Aan DierenGezagWeggedreven Van De Mens

En Ik zal verwoesten haar wijnstok en haar vijgeboom, waarvan zij zegt: Deze zijn mij een hoerenloon, dat mij mijn boelen gegeven hebben; maar Ik zal ze stellen tot een woud, en het wild gedierte des velds zal ze vreten.

VersbegrippenNieuwe Maan FestivalDe Sabbat In OTBeëindigingHet Vieren StoppenVeronachtzaamde FeestenGebrek Aan VreugdeDe Sabbat OvertredenViering

En Ik zal te dien dage een verbond voor hen maken met het wild gedierte des velds, en met het gevogelte des hemels, en het kruipend gedierte des aardbodems; en Ik zal den boog, en het zwaard, en den krijg van de aarde verbreken, en zal hen in zekerheid doen nederliggen.

VersbegrippenLippenBeëindigingHet Kwaad StoppenUitgeveegde NamenGeliefden

Daarom zal het land treuren, en een iegelijk, die daarin woont, kwelen, met het gedierte des velds, en met het gevogelte des hemels; ja, ook de vissen der zee zullen weggeraapt worden.

VersbegrippenVervalZeeHerder Als BeroepRouwen Met SpijtStervenVogelsVisDe Zee

Ik ontmoette hen als een beer, die van jongen beroofd is, en scheurde het slot huns harten; en Ik verslond ze aldaar als een oude leeuw; het wild gedierte des velds verscheurde hen.

VersbegrippenMensen Die Verscheurd WordenDe Daad Van OpenenWilde Dieren Die VerslindenGod Als Een LeeuwZoals WezenVerlies

En waarom zoudt Gij de mensen maken, als de vissen der zee, als het kruipend gedierte, dat geen heerser heeft?

VersbegrippenZeeAnarchieGeen KoningDe OceaanVis

En in het midden van haar zullen den kudden legeren, al het gedierte der volken; ook de roerdomp, ook de nachtuil zullen op haar granaatappelen vernachten; een stem zal in het venster zingen, verwoesting zal in den dorpel zijn, als Hij haar cederwerk zal ontbloot hebben.

VersbegrippenSoorten VogelsDingen Die Gestript WordenPelicanenEgelsCederhout

Dit is die stad, die opspringt van vreugde, die zeker woont, die in haar hart zegt: Ik ben het, en buiten mij is geen meer; hoe is zij geworden tot woestheid, een rustplaats van het gedierte! Een ieder, die daardoor trekt, zal ze aanfluiten, hij zal zijn hand bewegen.

VersbegrippenVals VertrouwenVoorbeelden Van TrotsDe Aard Van SpotBestaan Van ArrogantieVernedering, Voorbeelden VanSissendUnieke NatiesWoningen Van WezensAndere Woonplaatsen Van Wezens

Dit is die stad, die opspringt van vreugde, die zeker woont, die in haar hart zegt: Ik ben het, en buiten mij is geen meer; hoe is zij geworden tot woestheid, een rustplaats van het gedierte! Een ieder, die daardoor trekt, zal ze aanfluiten, hij zal zijn hand bewegen.

VersbegrippenBestuurdersMaandGraadMaand 6Genoemde Profeten Van De HeerHomohuwelijk

Dit is die stad, die opspringt van vreugde, die zeker woont, die in haar hart zegt: Ik ben het, en buiten mij is geen meer; hoe is zij geworden tot woestheid, een rustplaats van het gedierte! Een ieder, die daardoor trekt, zal ze aanfluiten, hij zal zijn hand bewegen.

VersbegrippenZelfgenoegzaamheidLauwheidTijdloosheidDe Tweede TempelNiet De TijdWederopbouw

Dit is die stad, die opspringt van vreugde, die zeker woont, die in haar hart zegt: Ik ben het, en buiten mij is geen meer; hoe is zij geworden tot woestheid, een rustplaats van het gedierte! Een ieder, die daardoor trekt, zal ze aanfluiten, hij zal zijn hand bewegen.

Dit is die stad, die opspringt van vreugde, die zeker woont, die in haar hart zegt: Ik ben het, en buiten mij is geen meer; hoe is zij geworden tot woestheid, een rustplaats van het gedierte! Een ieder, die daardoor trekt, zal ze aanfluiten, hij zal zijn hand bewegen.

VersbegrippenEigendom, HuizenZelfingenomenTijdloosheidVernietiging Van De TempelHuizen BouwenJuiste Tijd Voor De MensenNiet De TijdWederopbouw

Dit is die stad, die opspringt van vreugde, die zeker woont, die in haar hart zegt: Ik ben het, en buiten mij is geen meer; hoe is zij geworden tot woestheid, een rustplaats van het gedierte! Een ieder, die daardoor trekt, zal ze aanfluiten, hij zal zijn hand bewegen.

VersbegrippenWegen Van De MensGedachtJuist Denken

Dit is die stad, die opspringt van vreugde, die zeker woont, die in haar hart zegt: Ik ben het, en buiten mij is geen meer; hoe is zij geworden tot woestheid, een rustplaats van het gedierte! Een ieder, die daardoor trekt, zal ze aanfluiten, hij zal zijn hand bewegen.

VersbegrippenTassenPortemonneesHerfstZaaien En OogstenSchatSalarissenGebruik Van AlcoholVeel VerzamelenWeinig VoedselGatenZichzelf KledenKoud WeerGeen VoedselGeldboxGeldmiddelenGeld SparenZaaien

Dit is die stad, die opspringt van vreugde, die zeker woont, die in haar hart zegt: Ik ben het, en buiten mij is geen meer; hoe is zij geworden tot woestheid, een rustplaats van het gedierte! Een ieder, die daardoor trekt, zal ze aanfluiten, hij zal zijn hand bewegen.

VersbegrippenWegen Van De MensGod BehagenJuist Denken

Dit is die stad, die opspringt van vreugde, die zeker woont, die in haar hart zegt: Ik ben het, en buiten mij is geen meer; hoe is zij geworden tot woestheid, een rustplaats van het gedierte! Een ieder, die daardoor trekt, zal ze aanfluiten, hij zal zijn hand bewegen.

VersbegrippenDe Vreugde Van GodBouwenDe Tweede TempelIn De Bergen TrekkenWederopbouw

Dit is die stad, die opspringt van vreugde, die zeker woont, die in haar hart zegt: Ik ben het, en buiten mij is geen meer; hoe is zij geworden tot woestheid, een rustplaats van het gedierte! Een ieder, die daardoor trekt, zal ze aanfluiten, hij zal zijn hand bewegen.

VersbegrippenOorzaken Van ArmoedeWinstOnbetrouwbaarheidVeel VerzamelenWeinig VoedselVernietiging Van De TempelGods WoningHuizen BouwenKatastrofische GebeurtenissenLandbouwGeldmiddelenFamilie Problemen

Dit is die stad, die opspringt van vreugde, die zeker woont, die in haar hart zegt: Ik ben het, en buiten mij is geen meer; hoe is zij geworden tot woestheid, een rustplaats van het gedierte! Een ieder, die daardoor trekt, zal ze aanfluiten, hij zal zijn hand bewegen.

VersbegrippenDauwGebrek Aan Regen

Dit is die stad, die opspringt van vreugde, die zeker woont, die in haar hart zegt: Ik ben het, en buiten mij is geen meer; hoe is zij geworden tot woestheid, een rustplaats van het gedierte! Een ieder, die daardoor trekt, zal ze aanfluiten, hij zal zijn hand bewegen.

VersbegrippenDroogte, FysiekOlieTekort Aan WijnProvisie Van OlieZowel Mens Als Dier GetroffenZijn/Haar Werk Doen

Public domain