157 gebeurtenissen in 1 vertaling

'Petrus' in de Bijbel

En Jezus, wandelende aan de zee van Galilea, zag twee broeders, namelijk Simon, gezegd Petrus, en Andreas, zijn broeder, het net in de zee werpende (want zij waren vissers);

VersbegrippenVissenNettenVissersWandelenTwee DiscipelenChristus Die ZietVissenLeren Van JezusVisRelaties OpbouwenMeren

En Jezus gekomen zijnde in het huis van Petrus, zag zijn vrouws moeder te bed liggen, hebbende de koorts.

VersbegrippenZiektesSoorten ZiektesPetrus De LeerlingKoortsSchoonmoedersHuizen BinnengaanZiekteGrootmoedersGrootma's

De namen nu der twaalf apostelen zijn deze: de eerste, Simon, gezegd Petrus, en Andreas, zijn broeder; Jakobus, de zoon van Zebedeus, en Johannes, zijn broeder;

VersbegrippenPetrus De ApostelTwaalf DiscipelenDiscipelschapKerstboomWorstelingen In Een RelatieZeloten

En Petrus antwoordde Hem, en zeide: Heere! indien Gij het zijt, zo gebied mij tot U te komen op het water.

VersbegrippenOver Water WandelenTot Christus KomenIs Het Echt?De Bevelen Van ChristusVergissingen MakenImpulsiviteit

En Hij zeide: Kom. En Petrus klom neder van het schip, en wandelde op het water, om tot Jezus te komen.

VersbegrippenMetafysicaDe Wonderen Van ChristusOver Water WandelenTot Christus Komen

En Petrus, antwoordende, zeide tot Hem: Verklaar ons deze gelijkenis.

VersbegrippenPetrus De LeerlingJezus Die Parabels Gebruikt

En Petrus, Hem tot zich genomen hebbende, begon Hem te bestraffen, zeggende: Heere, wees U genadig! dit zal U geenszins geschieden.

VersbegrippenInzichtPetrus De LeerlingTerechtwijzingGebrek Aan InzichtNooitTegensprekenPassieWegversperringenPetrus

En na zes dagen nam Jezus met Zich Petrus, en Jakobus, en Johannes, zijn broeder, en bracht hen op een hoge berg alleen.

VersbegrippenDe Apostelen Tijdens Het Aards Verblijf Van JezusPensioenZes DagenChristus Die Met Mensen GaatRelaties En Dating

En Petrus, antwoordende, zeide tot Jezus: Heere! het is goed, dat wij hier zijn; zo Gij wilt, laat ons hier drie tabernakelen maken, voor U een, en voor Mozes een, en een voor Elias.

VersbegrippenVerwarringPetrus De LeerlingCabinesDrie Andere DingenAls Christus Het BelieftGoede ActiviteitOnderdak

En als zij te Kapernaum ingekomen waren, gingen tot Petrus die de didrachmen ontvingen, en zeiden: Uw Meester, betaalt Hij de didrachmen niet?

VersbegrippenVerzamelingenGebruik Van GeldBelastingDubbel GeldBelasting Die Betaald Moet WordenBelastingenEfficiëntie

Petrus zeide tot Hem: Van de vreemden. Jezus zeide tot hem: Zo zijn dan de zonen vrij.

VersbegrippenGeldGezegende KinderenVrijgesteldBurgersAnderen HelpenBelastingen

Toen antwoordde Petrus, en zeide tot Hem: Zie, wij hebben alles verlaten, en zijn U gevolgd, wat zal ons dan geworden?

VersbegrippenEen Pelgrim ZijnPetrus De LeerlingZelfontkenningHeiligen Als PelgrimsVoorbeelden Van PelgrimsNooit OpgevenVolgen

Doch Petrus, antwoordende, zeide tot Hem: Al werden zij ook allen aan U geergerd, ik zal nimmermeer geergerd worden.

VersbegrippenZelfgenoegzaamheidMensen Die StrompelenNiet StruikelenVeroorzaakt Door GodOntkenning

En met Zich nemende Petrus, en de twee zonen van Zebedeus, begon Hij droevig en zeer beangst te worden.

VersbegrippenChristus Die Met Mensen GaatTwee ZonenDepressie

En Hij kwam tot de discipelen en vond hen slapende, en zeide tot Petrus: Kunt gij dan niet een uur met Mij waken?

VersbegrippenUurPijnZonder GebedFysieke SlaapOnbetrouwbaarheidOvermoed1 UurChristus Met Zijn DiscipelenStress En Moeilijke Tijden

En Petrus volgde Hem van verre tot aan de zaal des hogepriesters, en binnengegaan zijnde, zat hij bij de dienaren, om het einde te zien.

VersbegrippenMensen Die NeerzittenEinde Van ActiviteitenAfstandVoorbereiden

En Petrus zat buiten in de zaal; en een dienstmaagd kwam tot hem, zeggende: Gij waart ook met Jezus, den Galileer.

VersbegrippenBinnenplaatsChristus OntkennenChristus Met Mensen Op AardeOntkenning

En een weinig daarna, die er stonden, bijkomende, zeiden tot Petrus: Waarlijk, gij zijt ook van die, want ook uw spraak maakt u openbaar.

VersbegrippenStaanDingen Die Onthuld WordenZenuwachtigheidToespraak

En terstond kraaide de haan; en Petrus werd indachtig het woord van Jezus, Die tot hem gezegd had: Eer de haan gekraaid zal hebben, zult gij Mij driemaal verloochenen. En naar buiten gaande, weende hij bitterlijk.

VersbegrippenVeroordeling Leidend Tot BekeringEenzaamheidPetrus De LeerlingSpijtGedenkenVoorbeelden Van BerouwZorgenHuilenTranenDrie Keer CommunicerenKippenVogelgeluidChristus GedenkenRouwen Met SpijtAnderen Die RouwdenOntkenning

En Hij liet niemand toe Hem te volgen, dan Petrus, en Jakobus, en Johannes, den broeder van Jakobus;

VersbegrippenPetrus De LeerlingUitsluitingChristus Die Met Mensen Gaat

En dit woord sprak Hij vrij uit; en Petrus, Hem tot zich genomen hebbende, begon Hem te bestraffen;

VersbegrippenInzichtPetrus De LeerlingTerechtwijzingEenvoud

En na zes dagen nam Jezus met Zich Petrus, en Jakobus, en Johannes, en bracht hen op een hogen berg bezijden alleen; en Hij werd voor hen van gedaante veranderd.

VersbegrippenNatuurlijk LichtEenzaamheidPetrus De LeerlingChristus VerheerlijktZes DagenChristus Die Met Mensen Gaat

En Petrus, antwoordende, zeide tot Jezus: Rabbi, het is goed, dat wij hier zijn, en laat ons drie tabernakelen maken, voor U een, en voor Mozes een, en voor Elias een.

VersbegrippenPetrus De LeerlingRabbijnCabinesDrie Andere DingenGoede Activiteit

En Petrus begon tot Hem te zeggen: Zie, wij hebben alles verlaten, en zijn U gevolgd.

VersbegrippenZich OvergevenPetrus De LeerlingVerzakingZelfontkenning

En Petrus, zulks indachtig geworden zijnde, zeide tot Hem: Rabbi, zie, de vijgeboom, dien Gij vervloekt hebt, is verdord.

VersbegrippenRabbijnMensen Die HerinnerenDingen Vervloeken

En als Hij gezeten was op den Olijfberg, tegen de tempel over, vraagden Hem Petrus, en Jakobus, en Johannes, en Andreas, alleen:

VersbegrippenAndrewPrivacyMensen Die NeerzittenChristus Bevragen

En Petrus zeide tot Hem: Of zij ook allen geergerd werden, zo zal ik toch niet geergerd worden.

En Hij nam met Zich Petrus, en Jakobus, en Johannes, en begon verbaasd en zeer beangst te worden;

VersbegrippenDoodsangst Van Het HartChristus Die Met Mensen Gaat

En Hij kwam, en vond hen slapende, en zeide tot Petrus: Simon, slaapt gij? Kunt gij niet een uur waken?

VersbegrippenUurZonder GebedFysieke SlaapOnbetrouwbaarheid1 Uur

En Petrus volgde Hem van verre, tot binnen in de zaal des hogepriesters, en hij was mede zittende met de dienaren, en zich warmende bij het vuur.

VersbegrippenVerwarming

En als Petrus beneden in de zaal was, kwam een van de dienstmaagden des hogepriesters;

VersbegrippenBinnenplaats

En ziende Petrus zich warmende, zag zij hem aan, en zeide: Ook gij waart met Jezus den Nazarener.

VersbegrippenVerwarmingChristus Met Mensen Op Aarde

Maar hij loochende het wederom. En een weinig daarna, die daarbij stonden, zeiden wederom tot Petrus: Waarlijk, gij zijt een van die; want gij zijt ook een Galileer, en uw spraak gelijkt.

VersbegrippenAfwijkendAfsluiten

En de haan kraaide de tweede maal; en Petrus werd indachtig het woord, hetwelk Jezus tot hem gezegd had: Eer de haan tweemaal gekraaid zal hebben, zult gij Mij driemaal verloochenen. En hij, zich van daar makende, weende.

VersbegrippenBeschouwingPetrus De LeerlingSpijtGedenkenVoorbeelden Van BerouwHuilenHerstelde AfvalligheidKraaienVeroordeling Van ZondePijnlijke HerinneringenDrie Keer CommunicerenVogelgeluidRouwen Met SpijtOntkenning

Doch gaat heen, zegt Zijnen discipelen, en Petrus, dat Hij u voorgaat naar Galilea; aldaar zult gij Hem zien, gelijk Hij ulieden gezegd heeft.

VersbegrippenChristus Die VoorgaatDe Herrezen Christus ZienVertellen Over Jezus

Namelijk Simon, welken Hij ook Petrus noemde; en Andreas zijn broeder, Jakobus en Johannes, Filippus en Bartholomeus;

VersbegrippenZeloten

En Jezus zeide: Wie is het, die Mij heeft aangeraakt? En als zij het allen ontkenden, zeide Petrus en die met hem waren: Meester, de scharen drukken en verdringen U, en zegt Gij: Wie is het, die Mij aangeraakt heeft?

VersbegrippenPopulariteit Van ChristusMenigtes Rondom JezusDruk UitoefenenHelende AanrakingTegensprekenWie Is De Doener?

En als Hij in het huis kwam, liet Hij niemand inkomen, dan Petrus, en Jakobus, en Johannes, en den vader en de moeder des kinds.

VersbegrippenPetrus De LeerlingHuizen BinnengaanChristus Die Met Mensen Gaat

En het geschiedde, omtrent acht dagen na deze woorden, dat Hij medenam Petrus, en Johannes, en Jakobus, en klom op den berg, om te bidden.

VersbegrippenAcht DagenChristus Die Met Mensen Gaat

Petrus nu, en die met hem waren, waren met slaap bezwaard; en ontwaakt zijnde, zagen zij Zijn heerlijkheid, en de twee mannen, die bij Hem stonden.

VersbegrippenHeerlijkheid, Openbaring VanFysieke SlaapGods Glorie In Jezus ChristusChristus' Eigen GlorieTwee Andere Mannen

En het geschiedde, als zij van Hem afscheidden, zo zeide Petrus tot Jezus: Meester, het is goed, dat wij hier zijn; en laat ons drie tabernakelen maken, voor U een, en voor Mozes een, en voor Elias een; niet wetende, wat hij zeide.

VersbegrippenPetrus De LeerlingCabinesDrie Andere DingenLet Op Uw SpraakGoede ActiviteitOnwetendheid Van Feiten

En Petrus zeide tot Hem: Heere! zegt Gij deze gelijkenis tot ons, of ook tot allen?

VersbegrippenJezus Die Parabels GebruiktImpulsiviteit

En Petrus zeide: Zie, wij hebben alles verlaten, en zijn U gevolgd.

VersbegrippenPetrus De LeerlingZelfontkenningNooit OpgevenVolgenOnmogelijk

En Hij zond Petrus en Johannes uit, zeggende: Gaat heen, en bereidt ons het pascha, opdat wij het eten mogen.

VersbegrippenKattenVoorbereiden

En zij grepen Hem en leidden Hem weg, en brachten Hem in het huis des hogepriesters. En Petrus volgde van verre.

VersbegrippenArresterenHogepriesters In NTArresteren Van ChristusAfstand

En als zij vuur ontstoken hadden in het midden van de zaal, en zij te zamen nederzaten, zat Petrus in het midden van hen.

VersbegrippenBinnenplaatsMensen Die NeerzittenVerwarming

En kort daarna een ander, hem ziende, zeide: Ook gij zijt van die. Maar Petrus zeide: Mens, ik ben niet.

VersbegrippenAfsluiten

Maar Petrus zeide: Mens, ik weet niet, wat gij zegt. En terstond, als hij nog sprak, kraaide de haan.

VersbegrippenZonder GebedKippenVogelgeluidOnwetendheid Over ChristusTerwijl We Praten

En de Heere, Zich omkerende, zag Petrus aan; en Petrus werd indachtig het woord des Heeren, hoe Hij hem gezegd had: Eer de haan zal gekraaid hebben, zult gij Mij driemaal verloochenen.

VersbegrippenVoorbeelden Van De Liefde Voor JezusSoorten VogelsKraaienDrie Keer CommunicerenOmdraaienKippenVogelgeluidChristus Die ZietChristus GedenkenOntkenning

Doch Petrus opstaande, liep tot het graf, en nederbukkende, zag hij de linnen doeken, liggende alleen, en ging weg, zich verwonderende bij zichzelven van hetgeen geschied was.

VersbegrippenLinnenIndividuen Die LopenHurkenDe Tombe Van Jezus

Andreas, de broeder van Simon Petrus, was een van de twee, die het van Johannes gehoord hadden, en Hem gevolgd waren.

VersbegrippenVindenAanpak Van GetuigenNamen En Titels Voor ChristusDe Namen Voor ChristusMensen VindenEvangelisatieBeweging

En hij leidde hem tot Jezus. En Jezus, hem aanziende, zeide: Gij zijt Simon, de zoon van Jonas; gij zult genaamd worden Cefas, hetwelk overgezet wordt Petrus.

VersbegrippenVerbintenis Tot Jezus ChristusGelijkenis Met ChristusDe Aard Van DiscipelschapInstructies Over Volgen

Een van Zijn discipelen, namelijk Andreas, de broeder van Simon Petrus, zeide tot Hem:

VersbegrippenAndrew

Simon Petrus dan antwoordde Hem: Heere, tot Wien zullen wij heengaan? Gij hebt de woorden des eeuwigen levens.

VersbegrippenPetrus De LeerlingLeven Volgens Gods WoordWie Is De Uitverkorene?Eeuwig LevenEeuwigdurendDe Kracht Van WoordenEeuwigheid

Hij dan kwam tot Simon Petrus; en die zeide tot Hem: Heere, zult Gij mij de voeten wassen?

VersbegrippenReine VoetenZorg Voor VoetenImpulsiviteit

Petrus zeide tot Hem: Gij zult mijn voeten niet wassen in der eeuwigheid! Jezus antwoordde hem: Indien Ik u niet wasse, gij hebt geen deel met Mij.

VersbegrippenDeelname In ChristusOnwaardigheidNooitReine VoetenZorg Voor VoetenNiet Verwante Mensen

Simon Petrus zeide tot Hem: Heere, niet alleen mijn voeten, maar ook de handen en het hoofd.

VersbegrippenHoofdenZorg Voor Voeten

Simon Petrus dan wenkte dezen, dat hij vragen zou, wie hij toch ware, van welken Hij dit zeide.

VersbegrippenWie Is De Uitverkorene?

Simon Petrus zeide tot Hem: Heere, waar gaat Gij heen? Jezus antwoordde hem: Waar Ik heenga, kunt gij Mij nu niet volgen; maar gij zult Mij namaals volgen.

VersbegrippenJezus Christus VolgenInstructies Over VolgenNiet Mogelijk Om Andere Dingen Te DoenWaarheen?

Simon Petrus dan, hebbende een zwaard, trok hetzelve uit, en sloeg des hogepriesters dienstknecht, en hieuw zijn rechteroor af. En de naam van den dienstknecht was Malchus.

VersbegrippenHogepriesters In NTPetrus De LeerlingOnbezonnenheidWraakzuchtScheiden Van LichaamsdelenAndere Juiste DelenRivierenKnippen

Jezus dan zeide tot Petrus: Steek uw zwaard in de schede. Den drinkbeker, dien Mij de Vader gegeven heeft, zal Ik dien niet drinken?

VersbegrippenDrinkenZelfverdedigingDrankjes, FiguurlijkDe Relatie Van Christus Tot GodOntslagEen Kop Vol LijdenGod Gevend Aan De ZoonDe Vader

En Simon Petrus volgde Jezus, en een ander discipel. Deze discipel nu was den hogepriester bekend, en ging met Jezus in des hogepriesters zaal.

VersbegrippenJezus Christus VolgenBinnenplaatsMensen Kennen

En Petrus stond buiten aan de deur. De andere discipel dan, die den hogepriester bekend was, ging uit, en sprak met de deurwaarster, en bracht Petrus in.

VersbegrippenMensen Kennen

De dienstmaagd dan, die de deurwaarster was, zeide tot Petrus: Zijt ook gij niet uit de discipelen van dezen Mens? Hij zeide: Ik ben niet.

VersbegrippenPortiersAndere Verwijzingen Naar Discipelen

En de dienstknechten en de dienaars stonden, hebbende een kolenvuur gemaakt, omdat het koud was, en warmden zich. Petrus stond bij hen, en warmde zich.

VersbegrippenVuurGods Heerschap Over Het WeerGebruik Van SteenkoolKoud, Letterlijk GebruikKoud WeerVerwarmingHoutskoolHet Weer Dat Lijden Veroorzaakt

En Simon Petrus stond en warmde zich. Zij zeiden dan tot hem: Zijt gij ook niet uit Zijn discipelen? Hij loochende het, en zeide: Ik ben niet.

VersbegrippenVerwarmingAndere Verwijzingen Naar DiscipelenOntkenning

Een van de dienstknechten des hogepriesters, die maagschap was van dengene, dien Petrus het oor afgehouwen had, zeide: Heb ik u niet gezien in den hof met Hem?

VersbegrippenConfrontatieScheiden Van LichaamsdelenChristus Met Mensen Op Aarde

Zij liep dan, en kwam tot Simon Petrus en tot den anderen discipel, welken Jezus liefhad, en zeide tot hen: Zij hebben den Heere weggenomen uit het graf, en wij weten niet, waar zij Hem gelegd hebben.

VersbegrippenInzichtGebrek Aan InzichtDe Geliefde LeerlingIndividuen Die LopenNiet Weten WaarDe Liefde Van ChristusAndere Verwijzingen Naar DiscipelenChristus Nemen

Petrus dan ging uit, en de andere discipel, en zij kwamen tot het graf.

VersbegrippenDe Tombe Van Jezus

En deze twee liepen tegelijk; en de andere discipel liep vooruit, sneller dan Petrus, en kwam eerst tot het graf.

VersbegrippenPlechtighedenVoorbijlopenEerste Om Te Handelen

Simon Petrus dan kwam en volgde hem, en ging in het graf, en zag de doeken liggen.

VersbegrippenTombes BinnengaanImpulsiviteit

Er waren te zamen Simon Petrus, en Thomas, gezegd Didymus, en Nathanael, die van Kana in Galilea was, en de zonen van Zebedeus, en twee anderen van Zijn discipelen.

VersbegrippenTweelingenTwee DiscipelenTweelingbroersDiscipelschap

Simon Petrus zeide tot hen: Ik ga vissen. Zij zeiden tot hem: Wij gaan ook met u. Zij gingen uit, en traden terstond in het schip; en in dien nacht vingen zij niets.

VersbegrippenBotenSamengaanNietsVissenDe Hele Nacht ActerenDiscipelschapVisPetrus

De discipel dan, welken Jezus liefhad, zeide tot Petrus: Het is de Heere! Simon Petrus dan, horende, dat het de Heere was, omgordde het opperkleed (want hij was naakt), en wierp zichzelven in de zee.

VersbegrippenDe Geliefde LeerlingZichzelf KledenMensen Die StrippenActie VoorbereidenGezegd De Christus Te ZijnChristus Is De HeerDe Liefde Van ChristusIdentiteitIdentiteit In ChristusSpringen

Simon Petrus ging op, en trok het net op het land, vol grote vissen, tot honderd drie en vijftig; en hoewel er zovele waren, zo scheurde het net niet.

VersbegrippenDingen TrekkenGecheurden NettenHonderd En EnkelenVissenVis

Toen zij dan het middagmaal gehouden hadden, zeide Jezus tot Simon Petrus: Simon, zoon van Jonas, hebt gij Mij liever dan dezen? Hij zeide tot Hem: Ja, Heere! Gij weet, dat ik U liefheb. Hij zeide tot hem: Weid Mijn lammeren.

VersbegrippenVerbintenis Tot GodLammerenDe Aard Van LiefdeHerders Als KerkleiderNamen En Titels Voor De ChristenenOntbijtDieren VoedenDe Kennis Van Christus Over De MensDe Behoefte Om Christus Lief Te HebbenKwetsbaarheid

Hij zeide tot hem ten derden maal: Simon, zoon van Jonas, hebt gij Mij lief? Petrus werd bedroefd, omdat Hij ten derden maal tot hem zeide: Hebt gij Mij lief, en zeide tot Hem: Heere! Gij weet alle dingen, Gij weet, dat ik U liefheb. Jezus zeide tot hem: Weid Mijn schapen.

VersbegrippenDe Eenheid Van GodPetrus, Prediker En LeraarHerders Als KerkleiderDe Alomtegenwoordigheid Van Jezus ChristusDe Kudde VoedenLiefde Voor GodDrie Keer CommunicerenDieren VoedenDe Alleswetende ChristusDe Behoefte Om Christus Lief Te HebbenImpulsiviteit

En Petrus, zich omkerende, zag den discipel volgen, welken Jezus liefhad, die ook in het avondmaal op Zijn borst gevallen was, en gezegd had: Heere! wie is het, die U verraden zal?

VersbegrippenGoddelijk HartDe Geliefde LeerlingJudas Die Christus VerraadtEten AfwijzenWie Is De Doener?De Liefde Van Christus

En als zij ingekomen waren, gingen zij op in de opperzaal, waar zij bleven, namelijk Petrus en Jakobus, en Johannes en Andreas, Filippus en Thomas, Bartholomeus en Mattheus, Jakobus, de zoon van Alfeus, en Simon Zelotes, en Judas, de broeder van Jakobus.

VersbegrippenTrappenIjverAndrewGebedsbijeenkomstenDe Bovenste KamersLogeerkamersZeloten

En in dezelve dagen stond Petrus op in het midden der discipelen, en sprak (er was nu een schare bijeen van omtrent honderd en twintig personen):

VersbegrippenGelovigenHonderd En EnkelenGroepenAfscheid Nemen

Maar Petrus, staande met de elven, verhief zijn stem, en sprak tot hen: Gij Joodse mannen, en gij allen, die te Jeruzalem woont, dit zij u bekend, en laat mijn woorden tot uw oren ingaan.

VersbegrippenToelichtingenMenigtesLuisterenPetrus De ApostelPersoonlijke HeroplevingElfBesteed Aandacht Aan Mensen!Onzekerheid

Public domain