296 gebeurtenissen in 1 vertaling

'Gaat' in de Bijbel

En de landpale der Kanaanieten was van Sidon, daar gij gaat naar Gerar tot Gaza toe; daar gij gaat naar Sodom en Gomorra, en Adama, en Zoboim, tot Lasa toe.

VersbegrippenSodom En Gomorra

En hun woning was van Mescha af, daar gij gaat naar Sefar, het gebergte van het oosten.

En hij zeide: Heere! heb ik nu genade gevonden in Uw ogen, zo gaat toch niet aan Uw knecht voorbij.

VersbegrippenHoffelijkheidPasserenGunst

Toen ging Lot uit, en sprak tot zijn schoonzonen, die zijn dochteren nemen zouden, en zeide: Maakt u op, gaat uit deze plaats; want de HEERE gaat deze stad verderven. Maar hij was in de ogen zijner schoonzonen als jokkende.

VersbegrippenVerlovingGewoonten In Verband Met Het HuwelijkGrappenmakerijMachteloosheidScepticismeSchoonzonenGrappen Maken

En zij woonden van Havila tot Sur toe, hetwelk tegenover Egypte is, daar gij gaat naar Assur; hij heeft zich nedergeslagen voor het aangezicht van al zijn broederen.

VersbegrippenTegengestelde Kanten

En hij zeide: Ziet, het is nog hoog dag, het is geen tijd, dat het vee verzameld worde; drenkt de schapen, en gaat heen, weidt dezelve.

VersbegrippenDe ZonSamenkomst Van WezensTijdloosheidDieren VoedenGedurende De DagNiet De Tijd

En zij zeide tot haar vader: Dat de toorn niet ontsteke in mijns heren ogen, omdat ik voor uw aangezicht niet kan opstaan; want het gaat mij naar der vrouwen wijze; en hij doorzocht; maar hij vond de terafim niet.

VersbegrippenMenstruatieBloedenZoeken Voor Concrete DingenNiet VindenNiet Mogelijk Om Op Te StaanHet Vrouw Zijn

En hij gaf die in de hand zijner knechten, elke kudde bijzonder; en hij zeide tot zijn knechten: Gaat gijlieden door, voor mijn aangezicht, en stelt ruimte tussen kudde en tussen kudde.

VersbegrippenSamenkomst Van WezensGatenVooraan

En hij gebood de eerste, zeggende: Wanneer Ezau, mijn broeder, u ontmoeten zal, en u vragen, zeggende: Wiens zijt gij? en waarheen gaat gij? en wiens zijn deze voor uw aangezicht?

VersbegrippenVragenWie Is Dit?Waarheen?

En gij zult ook zeggen: Zie, uw knecht Jakob is achter ons! Want hij zeide: Ik zal zijn aangezicht verzoenen met dit geschenk, dat voor mijn aangezicht gaat, en daarna zal ik zijn aangezicht zien; misschien zal hij mijn aangezicht aannemen.

En men gaf Thamar te kennen, zeggende: Zie, uw schoonvader gaat op naar Timna, om zijn schapen te scheren.

VersbegrippenSchapen ScherenVertellen Over Bewegingen

Als nu gans Egypteland hongerde, riep het volk tot Farao om brood; en Farao zeide tot alle Egyptenaren: Gaat tot Jozef, doet wat hij u zegt.

VersbegrippenVoedsel Vragen

Zo gij vroom zijt, zo zij een uwer broederen gebonden in het huis uwer bewaring; en gaat gij heen, brengt het koren voor den honger uwer huizen.

VersbegrippenGevangenschapMensen Die Zorgen Voor Voedsel

En Farao zeide tot Jozef: Zeg tot uw broederen: Doet dit, laadt uw beesten, en trekt heen, gaat naar het land Kanaan;

Toen zeide de koning van Egypte tot hen: Gij, Mozes en Aaron! waarom trekt gij het volk af van hun werken? Gaat heen tot uw lasten.

VersbegrippenZijn/Haar Werk DoenAfleiding

Gaat gij zelve heen, haalt u stro, waar gij het vindt; doch van uw dienst zal niet verminderd worden.

VersbegrippenGeen Korting

Hij dan zeide: Gijlieden gaat ledig, ledig gaat gij; daarom zegt gij: Laat ons gaan, laat ons den HEERE offeren!

VersbegrippenHumor

Zo gaat nu heen, arbeidt; doch stro zal u niet gegeven worden; evenwel zult gij het getal der tichelstenen leveren.

Toen riep Farao Mozes en Aaron, en zeide: Gaat heen, en offert uwen God in dit land.

VersbegrippenOntbiedende Koningen

Toen werden Mozes en Aaron weder tot Farao gebracht, en hij zeide tot hen: Gaat henen, dient den HEERE, uw God! wie en wie zijn zij, die gaan zullen?

VersbegrippenDienstbaarheid En Aanbidding Van GodWie Is De Doener?God Aanbidden!

Niet alzo gij, mannen, gaat nu heen, en dient den HEERE; want dat hebt gijlieden verzocht! En men dreef hen uit van Farao's aangezicht.

VersbegrippenVerdrijvenMannen Die AanbiddenGod Aanbidden

Toen riep Farao Mozes, en zeide: Gaat heen, dient den HEERE! alleen uw schapen en uw runderen zullen vast blijven; ook zullen uw kinderkens met u gaan.

VersbegrippenOntbiedende KoningenGod Aanbidden!

Toen riep hij Mozes en Aaron in den nacht, en zeide: Maakt u op, trekt uit het midden van mijn volk, zo gijlieden als de kinderen van Israel; en gaat heen, dient den HEERE, gelijk gijlieden gesproken hebt.

VersbegrippenGedurende Een NachtOntbiedende KoningenGod Aanbidden!

Neemt ook met u uw schapen en uw runderen, zoals gijlieden gesproken hebt, en gaat heen, en zegent mij ook.

VersbegrippenKuddesMensen Die Zegenen

Heden gaat gijlieden uit, in de maand Abib.

VersbegrippenMaandMaand 1Maanden

Geen hand zal hem aanroeren, maar hij zal zekerlijk gestenigd, of zekerlijk doorschoten worden; hetzij een beest, hetzij een man, hij zal niet leven. Als de ramshoorn langzaam gaat, zullen zij op den berg klimmen.

VersbegrippenGebroken HorensSoorten MuziekinstrumentenRammenStenen WerpenDood Als StrafNiet AanrakenTrompetten Voor SignaleringZowel Mens Als Dier GedoodInstructies Over Steniging

Indien hij weder opstaat, en op straat gaat bij zijn stok, zo zal hij, die hem sloeg, onschuldig zijn; alleen zal hij geven hetgeen hij verzuimd heeft, en hij zal hem volkomen laten helen.

VersbegrippenKwetsuurVerliesGewoonte Om Op Te StaanOngestraftWandelen Met Een StafHerstel

En hij zeide tot hen: Alzo zegt de HEERE, de God van Israel: Een ieder doe zijn zwaard aan zijn heup; gaat door en keert weder, van poort tot poort in het leger, en een iegelijk dode zijn broeder, en elk zijn vriend, en elk zijn naaste!

VersbegrippenDoodstrafTot De Poorten KomenBroeders Doden

Want waarbij zou nu bekend worden, dat ik genade gevonden heb in Uw ogen, ik en Uw volk? Is het niet daarbij, dat Gij met ons gaat? Alzo zullen wij afgezonderd worden, ik en Uw volk, van alle volk, dat op den aardbodem is.

VersbegrippenZekerheid In Het Leven Van GeloofVaststaande KennisOnderscheidende GodGod Gaat Met JouAnders Zijn

Alle kruipend gevogelte, dat op vier voeten gaat, zal u een verfoeisel zijn.

VersbegrippenAfkeerRein En OnreinGod Die Dingen HaatInsecten

Dit nochtans zult gij eten van al het kruipend gevogelte, dat op vier voeten gaat, hetwelk boven aan zijn voeten schenkelen heeft, om daarmede op de aarde te springen;

VersbegrippenVoeten Van WezensRein Voedsel

En al wat op zijn poten gaat onder alle gedierte, op vier voeten gaande, die zullen u onrein zijn; al wie hun dood aas aangeroerd zal hebben, zal onrein zijn tot aan den avond.

VersbegrippenOnreine Zaken AanrakenOnreine GeestenOnrein Tot De AvondVoeten Van WezensRein En OnreinOnreine DierenKatten

Al wat op zijn buik gaat, en al wat gaat op zijn vier voeten, of al wat vele voeten heeft, onder alle kruipend gedierte, dat op de aarde kruipt, die zult gij niet eten, want zij zijn een verfoeisel.

VersbegrippenAfkeerKruipenOnreine GeestenVoeten Van WezensRein En OnreinReine DierenVerboden VoedselOnreine DierenVlees EtenInsectenWormen

En die in dat huis gaat te enigen dage, als men hetzelve zal toegesloten hebben, zal onrein zijn tot aan den avond.

VersbegrippenDeuren SluitenOnrein Tot De Avond

Alzo trokken zij op, en verspiedden het land, van de woestijn Zin af tot Rechob toe, waar men gaat naar Hamath.

VersbegrippenWoestijen, SpecifiekWildernis Van Zin

En zij zullen zeggen tot de inwoners van dit land, die gehoord hebben, dat Gij, HEERE! in het midden van dit volk zijt; dat Gij HEERE! oog aan oog gezien wordt, dat Uw wolk over hen staat, en Gij in een wolkkolom voor hun aangezicht gaat des daags, en in een vuurkolom des nachts.

VersbegrippenTheofanieDag En Nacht BeschermingOog In Oog Staan Met GodGedenkstenenGod Gaat VoorGod Verschijnt In VuurHoren Over GodInformatie GevenGod Is Onder Jullie

Spreek tot deze vergadering, zeggende: Gaat op van rondom de woning van Korach, Dathan en Abiram.

VersbegrippenScheiden Van Slechte Mensen

Toen stond Bileam des morgens op, en zeide tot de vorsten van Balak: Gaat naar uw land; want de HEERE weigert mij toe te laten met ulieden te gaan.

VersbegrippenVerbiedende God

Spreek tot de kinderen Israels, en zeg tot hen: Wanneer gij over de Jordaan gaat naar het land Kanaan.

VersbegrippenDe Oversteek Naar Het Beloofde Land

Verontreinigt dan het land niet, waarin gij gaat wonen, in welks midden Ik wonen zal; want Ik ben de HEERE, wonende in het midden der kinderen Israels.

VersbegrippenCeremoniële Oorzaken Van BezoedelingGod Leeft Met OnsGod Is Onder JullieBezoedelingOntspanning

Keert u, en vertrekt, en gaat in het gebergte der Amorieten, en tot al hun geburen, in het vlakke veld, op het gebergte, en in de laagte, en in het zuiden, en aan de havens der zee; het land der Kanaanieten, en den Libanon, tot aan die grote rivier, de rivier Frath.

VersbegrippenRivieren En StromenZeepaardjesRivier EufraatZo Ver Als De EufraatDe ShephelahNaar Een Nieuwe Plek Gaan

Ziet, Ik heb dat land gegeven voor uw aangezicht; gaat daarin, en bezit erfelijk het land, dat de HEERE aan uw vaderen, Abraham, Izak en Jakob gegeven heeft, dat Hij het hun en hun zaad na hen geven zou.

VersbegrippenZegeningen Aan AbrahamGod Van De VadersJacob De PatriarchBezittenVooroudersProcesLand

Maakt u op, reist heen, en gaat over de beek Arnon; ziet, Ik heb Sihon, den koning van Hesbon, den Amoriet, en zijn land, in uw hand gegeven; begint te erven, en mengt u met hen in den strijd.

VersbegrippenRivier ArnonVijanden BevechtenZij Die God In Hun Handen Heeft GegevenStrijd

Ziet, ik heb u geleerd de inzettingen en rechten, gelijk als de HEERE, mijn God, mij geboden heeft; opdat gij alzo doet in het midden des lands, waar gij naar toe gaat, om het te erven.

VersbegrippenGod Die LeertVolg De GebodenInspiratie Uit Het Oude Testament

Wanneer u de HEERE, uw God, zal gebracht hebben in het land, waar gij naar toe gaat, om dat te erven; en Hij vele volken voor uw aangezicht zal hebben uitgeworpen, de Hethieten, en de Girgasieten, en de Amorieten, en de Kanaanieten, en de Ferezieten, en de Hevieten, en de Jebusieten, zeven volken, die meerder en machtiger zijn dan gij;

VersbegrippenZevenZeven MensenDe Heer Zal Hen Uitdrijven

Want het land, waar gij naar toe gaat, om dat te erven, is niet als Egypteland, van waar gij uitgegaan zijt, hetwelk gij bezaaidet met uw zaad, en bewaterdet met uw gang, als een kruidhof.

VersbegrippenNatuurlijke TuinWaterirrigatieRivieren En StromenKunstmatigheidNiet Zoals DingenVoeten In ActieTuinenKruidenLand

En het zal geschieden, als u de HEERE, uw God, zal hebben ingebracht in het land, waar gij naar toe gaat, om dat te erven; dan zult gij den zegen uitspreken op den berg Gerizim, en den vloek op den berg Ebal.

VersbegrippenBergenDe Vloek Van De WetZegen En VloekVloeken

Aan den vreemde zult gij woekeren; maar aan uw broeder zult gij niet woekeren; opdat u de HEERE, uw God, zegene, in alles, waaraan gij uw hand slaat, in het land, waar gij naar toe gaat, om dat te erven.

VersbegrippenBankroetVreemdelingenInteresseOnbekendenWetten Die Vreemdelingen Beperken

Wat uit uw lippen gaat, zult gij houden en doen; gelijk als gij den HEERE, uw God, een vrijwillig offer beloofd hebt, dat gij met uw mond gesproken hebt.

VersbegrippenLippenDierenoffers, Vrije WilBeloftes MakenVrije WilBeloftes

De HEERE zal u de pestilentie doen aankleven, totdat Hij u verdoe van het land, waar gij naar toe gaat, om dat te erven.

VersbegrippenPest

En het zal geschieden, gelijk als de HEERE Zich over ulieden verblijdde, u goed doende en u vermenigvuldigende, alzo zal Zich de HEERE over u verblijden, u verdoende en u verdelgende; en gij zult uitgerukt worden uit het land, waar gij naar toe gaat, om dat te erven.

VersbegrippenGedijen

Want ik gebiede u heden, den HEERE, uw God, lief te hebben, in Zijn wegen te wandelen, en te houden Zijn geboden, en Zijn inzettingen, en Zijn rechten, opdat gij levet en vermenigvuldiget, en de HEERE, uw God, u zegene in het land, waar gij naar toe gaat, om dat te erven.

VersbegrippenDe Wil Van GodMenselijk LevenRechtenLeven Door LiefhebbenDe Behoefte Om God Lief Te HebbenVolg De Geboden

De HEERE nu is Degene, Die voor uw aangezicht gaat; Die zal met u zijn; Hij zal u niet begeven, noch u verlaten; vrees niet, en ontzet u niet.

VersbegrippenVerlatenheidBang ZijnDe Aard Van ZekerheidGod Is OveralEenzaamheidGod Gaat VoorGod Die Niet VerzaaktGod Gaat Met JouAlleen ZijnGod Die Met Ons IsGod Is Met Jou

En de HEERE zeide tot Mozes: Zie, gij zult slapen met uw vaderen; en dit volk zal opstaan, en nahoereren de goden der vreemden van dat land, waar het naar toe gaat, in het midden van hetzelve; en het zal Mij verlaten en vernietigen Mijn verbond, dat Ik met hetzelve gemaakt heb.

VersbegrippenProstitutieFysieke RustSlaap En DoodGebrek Aan VertrouwenNabijheid Van De DoodHet Verbond BrekenDood Komt BinnenkortDood

Want dat is geen vergeefs woord voor ulieden; maar het is uw leven; en door ditzelve woord zult gij de dagen verlengen op het land, waar gij over de Jordaan naar toe gaat, om dat te erven.

VersbegrippenHoe Lang Te LevenDe Oversteek Naar Het Beloofde LandNutteloze WoordenLeven Door Zich Aan De Wet Te HoudenGenieten Van Het Leven

Gaat door het midden des legers, en beveelt het volk, zeggende: Bereidt teerkost voor ulieden; want binnen nog drie dagen zult gijlieden over deze Jordaan gaan, dat gij ingaat, om te erven het land, hetwelk de HEERE, uw God, ulieden geeft om te beerven.

VersbegrippenDe Oversteek Naar Het Beloofde LandRivier OverstekenEten Bereiden

Jozua nu, de zoon van Nun, had twee mannen, die heimelijk verspieden zouden, gezonden van Sittim, zeggende: Gaat heen, bezichtigt het land en Jericho. Zij dan gingen, en kwamen ten huize van een vrouw, een hoer, wier naam was Rachab, en zij sliepen daar.

VersbegrippenOverspeligen VoorbeeldenTweeLand Als Goddelijk GeschenkEigendom, HuizenProstitutieGeheimhoudingIn Het Geheim HandelenTwee Andere MannenVerkennen

En zij zeide tot hen: Gaat op het gebergte, opdat niet misschien de vervolgers u ontmoeten, en verbergt u aldaar drie dagen, totdat de vervolgers wedergekeerd zullen zijn; en gaat daarna uw weg.

VersbegrippenBergenDrie DagenOntsnappen Naar De BergenZich Verbergen Voor Mensen

Desgelijks sprak Jozua tot de priesters, zeggende: Neemt de ark des verbonds op, en gaat door voor het aangezicht van dit volk. Zij dan namen de ark des verbonds op, en zij gingen voor het aangezicht des volks.

VersbegrippenDe Beschrijving Van De Ark Des VerbondsDe Rondreizende ArkDe Oversteek Naar Het Beloofde LandRivier OverstekenDingen Die VoorgingenPriesters In ActieDe Ark Des Verbonds

Ziet, de ark des verbonds van den Heere der ganse aarde gaat door voor ulieder aangezicht in de Jordaan.

VersbegrippenDe Rondreizende ArkIn De JordaanDe Aard Van GodDingen Die Voorgingen

En Jozua zeide tot hen: Gaat over voor de ark des HEEREN, uws Gods, midden in de Jordaan; en heft u een ieder een steen op zijn schouder, naar het getal der stammen van de kinderen Israels;

VersbegrippenHet MiddenStenen Als MonumentenTwaalf StammenTwaalf DingenIn De Jordaan

En tot het volk zeide hij: Trekt door en gaat rondom deze stad; en wie toegerust is, die ga door voor de ark des HEEREN.

VersbegrippenVallenVerdergaanSpirituele Oorlog

Jozua nu zeide tot de twee mannen, de verspieders des lands: Gaat in het huis der vrouw, der hoer, en brengt die vrouw van daar uit, met al wat zij heeft, gelijk als gij haar gezworen hebt.

VersbegrippenSpionerenMensen Uit Andere Plaatsen HalenTwee Andere Mannen

Daarom spraken tot ons onze oudsten, en al de inwoners onzes lands, zeggende: Neemt reiskost met u in uw handen op de reize, en gaat hun tegemoet, en zegt tot hen: Wij zijn ulieder knechten, zo maakt nu een verbond met ons.

Van den kalen berg, die opwaarts naar Seir gaat, tot Baal-Gad toe, in het dal van den Libanon, onder aan den berg Hermon; al hun koningen nam hij ook, en sloeg hen, en doodde hen.

VersbegrippenKoningen Doden

En zij gaat uit naar het zuiden tot den opgang van Akrabbim, en gaat door naar Zin, en gaat op van het zuiden naar Kades-Barnea, en gaat door Hezron, en gaat op naar Adar, en gaat om Karkaa;

En gaat door naar Azmon, en komt uit aan de beek van Egypte; en de uitgangen dezer landpale zullen naar de zee zijn. Dit zal uw landpale tegen het zuiden zijn.

En het komt van Beth-El uit naar Luz; en het gaat door tot de landpale des Archiets, tot Ataroth toe;

En het gaat af tegen het westen naar de landpale Jafleti, tot aan de landpale van het benedenste Beth-horon, en tot Gezer; en haar uitgangen zijn aan de zee.

En deze landpale gaat uit tegen het westen bij Michmetath, van het noorden, en deze landpale keert zich om tegen het oosten naar Thaanath-Silo, en gaat door dezelve van het oosten naar Janoah;

En komt af van Janoah naar Ataroth en Naharoth, en stoot aan Jericho, en gaat uit aan de Jordaan.

Van Tappuah gaat deze landpale westwaarts naar de beek Kana, en haar uitgangen zijn aan de zee. Dit is het erfdeel van den stam der kinderen van Efraim, naar hun huisgezinnen.

Zodat de landpale van Manasse was van Aser af tot Michmetath, die voor aan Sichem is; en deze landpale gaat ter rechterhand tot aan de inwoners van En-Tappuah.

Toen maakten zich die mannen op, en gingen heen. En Jozua gebood hun, die heengingen om het land te beschrijven, zeggende: Gaat, en doorwandelt het land, en beschrijft het; komt dan weder tot mij, zo zal ik ulieden hier het lot werpen, voor het aangezicht des HEEREN, te Silo.

VersbegrippenVerkennen

En hun landpale was naar den hoek noordwaarts van de Jordaan; en deze landpale gaat opwaarts aan de zijde van Jericho van het noorden, en gaat op door het gebergte westwaarts, en haar uitgangen zijn aan de woestijn van Beth-Aven.

VersbegrippenWoestijen, SpecifiekGrenzen

En van daar gaat de landpale door naar Luz, aan de zijde van Luz, welke is Beth-El, zuidwaarts; en deze landpale gaat af naar Atroth-Addar, aan den berg, die aan de zuidzijde van het benedenste Beth-Horon is.

De hoek nu ten zuiden is aan het uiterste van Kirjath-Jearim; en deze landpale gaat uit ten westen, en zij komt uit aan de fontein der wateren van Neftoah.

VersbegrippenZuidelijke Grens

En deze landpale gaat af tot aan het uiterste des bergs, die tegenover het dal van den zoon van Hinnom is, die in het dat der Refaiten is tegen het noorden; en gaat af door het dal van Hinnom, aan de zijde der Jebusieten zuidwaarts, en gaat af aan de fontein van Rogel;

VersbegrippenValleienHerkenningspuntenReuzen

En strekt zich van het noorden, en gaat uit te En-semes; van daar gaat zij uit naar Geliloth, welke is tegenover den opgang naar Adummim, en zij gaat af aan den steen van Bohan, den zoon van Ruben;

VersbegrippenStenen Als Monumenten

En gaat door ter zijde tegenover Araba naar het noorden, en gaat af te Araba.

Verder gaat deze landpale door aan de zijde van Beth-hogla noordwaarts, en de uitgangen van deze landpale zijn aan de tong der Zoutzee noordwaarts, aan het uiterste van de Jordaan zuidwaarts. Dit is de zuiderlandpale.

VersbegrippenZout

En hun landpale gaat opwaarts naar het westen en Mar-ala, en reikt tot Dabbaseth, en reikt tot aan de beek, die voor aan Jokneam is.

En zij wendt zich van Sarid oostwaarts tegen den opgang der zon, tot de landpale van Chisloth-Thabor, en zij komt uit te Dobrath, en gaat opwaarts naar Jafia.

VersbegrippenOostDe Zon

En van daar gaat zij oostwaarts door naar den opgang, naar Gath-Hefer, te Eth-Kazin, en zij komt uit te Rimmon-Methoar, hetwelk is Nea.

En deze landpale wendt zich westwaarts naar Asnoth-Thabor, en van daar gaat zij voort naar Hukkok, en zij reikt aan Zebulon tegen het zuiden, en aan Aser reikt zij tegen het westen, en aan Juda aan de Jordaan tegen den opgang der zon.

En nu, de HEERE, uw God, heeft uw broederen rust gegeven, gelijk Hij hun toegezegd had; keert dan nu wederom, en gaat gij naar uw tenten, naar het land uwer bezitting, hetwelk u Mozes, de knecht des HEEREN, gegeven heeft op gene zijde van de Jordaan.

VersbegrippenEeuwige RustVoorbij JordaniëTijd Van Vrede

Gaat henen, roept tot de goden, die gij verkoren hebt; laten die u verlossen, ter tijd uwer benauwdheid.

VersbegrippenValse ReligieLeegteSarcasmeVerkeerd BiddenCompetitie

Zo zonden de kinderen van Dan uit hun geslacht vijf mannen uit hun einden, mannen, die strijdbaar waren, van Zora en van Esthaol, om het land te verspieden, en dat te doorzoeken; en zij zeiden tot hen: Gaat, doorzoekt het land. En zij kwamen aan het gebergte van Efraim, tot aan het huis van Micha, en vernachtten aldaar.

VersbegrippenSpionnenVijf MensenSpioneren

En de priester zeide tot hen: Gaat in vrede; uw weg, welke gij zult heentrekken, is voor den HEERE.

VersbegrippenIn Vrede GaanVrede

En zij geboden den kinderen van Benjamin, zeggende: Gaat heen, en loert in de wijngaarden.

VersbegrippenZich Verbergen Voor Mensen

En let er op, en ziet, als de dochters van Silo zullen uitgegaan zijn om met reien te dansen, zo komt gij voort uit de wijngaarden, en schaakt u, een ieder zijn huisvrouw, uit de dochteren van Silo; en gaat heen in het land van Benjamin.

VersbegrippenVrouwen Voor Benjamin

Zo zeide Naomi tot haar twee schoondochters: Gaat heen, keert weder, een iegelijk tot het huis van haar moeder; de HEERE doe bij u weldadigheid, gelijk als gij gedaan hebt bij de doden, en bij mij.

VersbegrippenVriendelijkheidDe Liefde Van Moeders Voor Haar KinderenDood Van Een Moeder

Keert weder, mijn dochters! Gaat heen; want ik ben te oud om een man te hebben. Wanneer ik al zeide: Ik heb hoop, of ik ook in dezen nacht een man had, ja, ook zonen baarde;

VersbegrippenDe Aard Van HoopBeperkingen Van Oude MensenOpvattingNiet HuwenBijbelteksten Wachten Tot Het Huwelijk

De HEERE nu zeide tot Samuel: Hoor naar hun stem, en stel hun een koning. Toen zeide Samuel tot de mannen van Israel: Gaat heen, een iegelijk naar zijn stad.

VersbegrippenBesteed Aandacht Aan Mensen!

Public domain