Waarom verbergt Gij Uw aangezicht, en houdt mij voor Uw vijand?

Daartoe heeft Hij Zijn toorn tegen mij ontstoken, en mij bij Zich geacht als Zijn vijanden.

He. De Heere is geworden als een vijand; Hij heeft Israel verslonden, Hij heeft al haar paleizen verslonden. Hij heeft deszelfs vastigheden verdorven; en Hij heeft bij de dochter van Juda het klagen en kermen vermenigvuldigd.

En Hij zeide: Ik zal Mijn aangezicht van hen verbergen; Ik zal zien, welk hunlieder einde zal wezen; want zij zijn een gans verkeerd geslacht, kinderen, in welke geen trouw is.

Zie, Hij vindt oorzaken tegen mij, Hij houdt mij voor Zijn vijand.

Een psalm van David, voor den opperzangmeester.

Daarom zal ik den Heere verbeiden, Die Zijn aangezicht verbergt voor het huis van Jakob, en ik zal Hem verwachten.

Waarom zoudt Gij Uw aangezicht verbergen, onze ellende en onze onderdrukking vergeten?

HEERE! waarom verstoot Gij mijn ziel, en verbergt Uw aanschijn voor mij?

Toen zeide Samuel: Waarom vraagt gij mij toch, dewijl de HEERE van u geweken en uw vijand geworden is?

Ik zal tot God zeggen: Verdoem mij niet; doe mij weten, waarover Gij met mij twist.

Zijn toorn verscheurt, en Hij haat mij; Hij knerst over mij met Zijn tanden; mijn wederpartijder scherpt zijn ogen tegen mij.

Och, of ik ware, gelijk in de vorige maanden, gelijk in de dagen, toen God mij bewaarde!

Gij zijt veranderd in een wrede tegen mij; door de sterkte Uwer hand wederstaat Gij mij hatelijk.

Och, of ik een hadde, die mij hoorde! Zie, mijn oogmerk is, dat de Almachtige mij antwoorde, en dat mijn tegenpartij een boek schrijve.

O HEERE! waarom staat Gij van verre? waarom verbergt Gij U in tijden van benauwdheid?

Ik dacht aan mijn snarenspel; in den nacht overlegde ik in mijn hart, en mijn geest onderzocht:

En houdt hem niet als een vijand, maar vermaant hem als een broeder.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain

Alle Vertalingen
Dutch Staten Vertaling