101 gebeurtenissen in 1 vertaling

'Heere zeide' in de Bijbel

Doch de HEERE zeide tot hem: Daarom, al wie Kain doodslaat, zal zevenvoudig gewroken worden! En de HEERE stelde een teken aan Kain; opdat hem niet versloeg al wie hem vond.

VersbegrippenAbel En KaïnBloed Als Symbool Van SchoolDoodstrafWraak En VergeldingHeiligheid Van Het LevenZevenvoudigWeerhouden Van DodenMarkeringen Op MensenDoodstraf Voor MoordenMan Die Wraak NeemtWraak

En de HEERE zeide: Ik zal den mens, die Ik geschapen heb, verdelgen van den aardbodem, van den mens tot het vee, tot het kruipend gedierte, en tot het gevogelte des hemels toe; want het berouwt Mij, dat Ik hen gemaakt heb.

VersbegrippenGod Als RechterDe ZondvloedDe Religiueuse Rol Van DierenLuchtDe ZondvloedVernietiging Van Alle WezensGod DodendZowel Mens Als Dier GedoodGod Doodt Alle MensenDe Relatie Van De Mens Met Zijn SchepperSpijt Hebben

En de HEERE zeide: Ziet, zij zijn enerlei volk, en hebben allen enerlei spraak; en dit is het, dat zij beginnen te maken; maar nu, zoude hun niet afgesneden worden al wat zij bedacht hebben te maken?

VersbegrippenVerbeelding, Intriges Van Het KwaadGoddelijke BeperkingenVerenigde MensenMogelijkheden Voor MensenBegonnen ActiviteitMogelijk Voor MensenVisualisatieTaalSamenwerkenSucces En Hard WerkSamenhorigheidTechnologieVerwezenlijkingVerbeeldingOnmogelijk

En de HEERE zeide tot Abram, nadat Lot van hem gescheiden was: Hef uw ogen op, en zie van de plaats, waar gij zijt noordwaarts en zuidwaarts, en oostwaarts en westwaarts.

VersbegrippenNoordenZuidenWestenKompassenMensen Die Afscheid NemenNoord, Zuid, Oost En WestKijken En ZienToekomstige PlannenRichting

En de HEERE zeide tot Abraham: Waarom heeft Sara gelachen, zeggende: Zou ik ook waarlijk baren, nu ik oud geworden ben?

VersbegrippenWaarom Doen Anderen Dit?De Belofte Van Een BabySarah

En de HEERE zeide tot haar: Twee volken zijn in uw buik, en twee natien zullen zich uit uw ingewand van een scheiden; en het ene volk zal sterker zijn dan het andere volk; en de meerdere zal den mindere dienen.

VersbegrippenBaby's In De BaarmoederFavoritismeJacob De PatriarchAfhankelijkheidTwee GroepenFrisse JeugdBaarmoederMensen DienenSterke NatiesTegenslag Overwinnen

En de HEERE zeide tot Jakob: Keer weder tot het land uwer vaderen, en tot uw maagschap, en Ik zal met u zijn.

VersbegrippenGod Is OveralGoddelijke RichtingGod Zal Met Jou ZijnTerugkeren Naar Hun LandFamilie EerstGrootvadersLand

En de HEERE zeide: Ik heb zeer wel gezien de verdrukking Mijns volks, hetwelk in Egypte is, en heb hun geschrei gehoord, vanwege hun drijvers; want Ik heb hun smarten bekend.

VersbegrippenHet Lijden Van GodHorenOntvankelijkheidGevoeligheidOpzienersAlwetende GodGod Ziet Hun EllendeKreten Van Ellende Tot GodGod Besteedde Aandacht Aan HenGod Stuurde Zijn ZoonKwellingen

En de HEERE zeide tot hem: Wat is er in uw hand? En hij zeide: Een staf.

VersbegrippenKleine Dingen Die God GebruiktWat Is Dit?

En de HEERE zeide verder tot hem: Steek nu uw hand in uw boezem. En hij stak zijn hand in zijn boezem; daarna trok hij ze uit, en ziet, zijn hand was melaats, wit als sneeuw.

VersbegrippenSneeuwDe Wonderen Van Mozes En AäronWitte Vlekken

En de HEERE zeide tot hem: Wie heeft den mens den mond gemaakt, of wie heeft den stomme, of dove, of ziende, of blinde gemaakt? Ben Ik het niet, de HEERE?

VersbegrippenDoofheidHandicapsStomheidNatuurVisieGod VerblindtSprakeloosheidWie Is God?StomMet De Mond SprekenHet Vermogen Tot ZichtBlindheid

En de HEERE zeide tot Mozes: Terwijl gij heentrekt, om weder in Egypte te keren, zie toe, dat gij al de wonderen doet voor Farao, die Ik in uw hand gesteld heb; doch Ik zal zijn hart verstokken, dat hij het volk niet zal laten gaan.

VersbegrippenVrijheid Van De WilGepantserde HartenGod Hardt De MensGevallen En Verlost HartMenselijke MachtAndere Wonderen

De HEERE zeide ook tot Aaron: Ga Mozes tegemoet in de woestijn. En hij ging, en ontmoette hem aan den berg Gods, en hij kuste hem.

VersbegrippenMensen Die KussenKussendKussenIsraël In De WildernisMensen Ontmoeten

Dit is Aaron en Mozes, tot welke de HEERE zeide: Leidt de kinderen Israels uit Egypteland, naar hun heiren.

En de HEERE zeide tot Mozes: Strek uw hand uit over de zee, dat de wateren wederkeren over de Egyptenaars, over hun wagenen en over hun ruiters.

VersbegrippenUitrekkenNaar De Rode Zee Komen

En de HEERE zeide tot Mozes: Zie, Ik zal tot u komen in een dikke wolk, opdat het volk hore, als Ik met u spreek, en dat zij ook eeuwiglijk aan u geloven. Want Mozes had de HEERE de woorden des volks verkondigd.

VersbegrippenTheofanieEeuwige LoyaliteitGods Stem HorenGeloven In ProfetenVertellen Over Wat Mensen Gezegd Hebben

En de HEERE zeide tot Mozes: Ga af, betuig dit volk, dat zij niet doorbreken tot den HEERE, om te zien, en velen van hen vallen.

VersbegrippenGod ZienDood Door De Aanwezigheid Van God

De HEERE zeide verder: Zie, er is een plaats bij Mij; daar zult gij u op de steenrots stellen.

VersbegrippenStaanStenen Voor Bescherming

En de HEERE zeide tot Mozes: Tel alle eerstgeborenen, wat mannelijk is onder de kinderen Israels, van een maand oud en daarboven; en neem het getal hunner namen op.

VersbegrippenVolkstelling

En de HEERE zeide tot Mozes: Elke overste zal, een iegelijk op zijn dag, zijn offerande offeren, ter inwijding des altaars.

VersbegrippenEenmaal Per Dag

En de HEERE zeide tot Mozes: Verzamel Mij zeventig mannen uit de oudsten van Israel, dewelke gij weet, dat zij de oudsten des volks en deszelfs ambtlieden zijn; en gij zult hen brengen voor de tent der samenkomst, en zij zullen zich daar bij u stellen.

VersbegrippenDe Jaren ZeventigLijdersIdentiteitVerantwoordelijkheidDe OuderenOuderenOrganisatieSamenkomst

Doch de HEERE zeide tot Mozes: Zou dan des HEEREN hand verkort zijn? Gij zult nu zien, of Mijn woord u wedervaren zal, of niet.

VersbegrippenGods HandGods Zwakte

En de HEERE zeide tot Mozes: Zo haar vader smadelijk in haar aangezicht gespogen had, zou zij niet zeven dagen beschaamd zijn? Laat haar zeven dagen buiten het leger gesloten, en daarna aangenomen worden!

VersbegrippenSpugenSpeekselMensen Beschaamd Maken

En de HEERE zeide tot Mozes: Hoe lang zal mij dit volk tergen? En hoe lang zullen zij aan Mij niet geloven, door alle tekenen, die Ik in het midden van hen gedaan heb?

VersbegrippenWaarschuwingen Tegen OnboetvaardigheidReacties Op WonderenVragenOngelovigenNiet Geloven In TekenenVoor Mensen HandelenTwijfelen Aan God

En de HEERE zeide: Ik heb hun vergeven naar uw woord.

VersbegrippenGod Vergaf

En de HEERE zeide tot Mozes: Maak u een vurige slang, en stel ze op een stang; en het zal geschieden, dat al wie gebeten is, als hij haar aanziet, zo zal hij leven.

VersbegrippenSlangenbetenLevenBeeld

En de HEERE zeide tot Mozes: Neem alle hoofden des volks, en hang ze den HEERE tegen de zon, zo zal de hittigheid van des HEEREN toorn gekeerd worden van Israel.

VersbegrippenMensen Die Opgehangen WordenActie Opdat God Niet Boos Zou Zijn

En de HEERE zeide tot mij: Zie, Ik heb begonnen Sihon en zijn land voor uw aangezicht te geven; begin dan te erven, om zijn land erfelijk te bezitten.

Doch de HEERE verstoorde zich zeer om uwentwille over mij, en hoorde niet naar mij; maar de HEERE zeide tot mij: Het zij u genoeg; spreek niet meer tot Mij van deze zaak.

VersbegrippenGod Kwaad Op Individuen

Maar de HEERE zeide tot mij: Sta op, ga op de reize, voor het aangezicht des volks, dat zij inkomen, en erven het land, dat Ik hun vaderen gezworen heb, hun te geven.

VersbegrippenBegeleiding Van Goddelijke MensenGod Gaf Het Land

En de HEERE zeide tot Mozes: Zie, uw dagen zijn genaderd, om te sterven; roep Jozua, en stelt ulieden in de tent der samenkomst, dat Ik hem bevel geve. Zo ging Mozes, en Jozua, en zij stelden zich in de tent der samenkomst.

VersbegrippenNabijheid Van De DoodDood Komt BinnenkortGod Die Anderen BenoemtDoodNaderende Dood

En de HEERE zeide tot Mozes: Zie, gij zult slapen met uw vaderen; en dit volk zal opstaan, en nahoereren de goden der vreemden van dat land, waar het naar toe gaat, in het midden van hetzelve; en het zal Mij verlaten en vernietigen Mijn verbond, dat Ik met hetzelve gemaakt heb.

VersbegrippenProstitutieFysieke RustSlaap En DoodGebrek Aan VertrouwenNabijheid Van De DoodHet Verbond BrekenDood Komt BinnenkortDood

En de HEERE zeide tot hem: Dit is het land, dat Ik Abraham, Izak en Jakob gezworen heb, zeggende: Aan uw zaad zal Ik het geven! Ik heb het u met uw ogen doen zien, maar gij zult daarheen niet overgaan.

VersbegrippenHet Leven Van MozesGod Gaf Het Land

En de HEERE zeide tot Jozua: Vrees niet voor hun aangezichten; want morgen omtrent dezen tijd zal Ik hen altegader verslagen geven voor het aangezicht van Israel; hun paarden zult gij verlammen, en hun wagenen met vuur verbranden.

VersbegrippenPaardenGods Actie MorgenVernietigen Van StrijdwagensWees Niet Bang Van MensenZij Die God In Hun Handen Heeft GegevenSpierenHereniging

Jozua nu was oud, wel bedaagd; en de HEERE zeide tot hem: Gij zijt oud geworden, welbedaagd, en er is zeer veel lands overgebleven, om dat erfelijk te bezitten.

VersbegrippenLand Als Goddelijk GeschenkGebrekenGeleidelijke Verovering Van Het Land

En de HEERE zeide: Juda zal optrekken; ziet, Ik heb dat land in zijn hand gegeven.

VersbegrippenMensen Van JudaZij Die God In Hun Handen Heeft Gegeven

En de HEERE zeide tot hem: Omdat Ik met u zal zijn, zo zult gij de Midianieten slaan, als een enigen man.

VersbegrippenAard Van OorlogEnkel 1 PersoonGod Met Specifieke MensenOverwinnenGideon

Doch de HEERE zeide tot hem: Vrede zij u, vrees niet, gij zult niet sterven.

VersbegrippenNiet StervenDe Dood AfgewendWees Niet Bang Want God Zal HelpenGideon

En de HEERE zeide tot Gideon: Des volks is te veel, dat met u is, dan dat Ik de Midianieten in hun hand zou geven; opdat zich Israel niet tegen Mij beroeme, zeggende: Mijn hand heeft mij verlost.

VersbegrippenVeel StrijdersIk NietLegerGideon

En de HEERE zeide tot Gideon: Nog is des volks te veel; doe hen afgaan naar het water, en Ik zal ze u aldaar beproeven; en het zal geschieden, van welken Ik tot u zeggen zal: Deze zal met u trekken, die zal met u trekken; maar al degene, van welken Ik zeggen zal: Deze zal niet met u trekken, die zal niet trekken.

VersbegrippenVeel StrijdersZiftenGideon

En de HEERE zeide tot Gideon: Door deze driehonderd mannen, die gelekt hebben, zal Ik ulieden verlossen, en de Midianieten in uw hand geven; daarom laat al dat volk weggaan, een ieder naar zijn plaats.

VersbegrippenIn De Hand GegevenGroepenLegerGideon

Maar de HEERE zeide tot de kinderen Israels: Heb Ik u niet van de Egyptenaren, en van de Amorieten, en van de kinderen Ammons, en van de Filistijnen,

VersbegrippenCompetitie

En de kinderen Israels maakten zich op, en togen opwaarts ten huize Gods, en vraagden God, en zeiden: Wie zal onder ons vooreerst optrekken ten strijde tegen de kinderen van Benjamin? En de HEERE zeide: Juda vooreerst.

VersbegrippenNavraag Doen Bij GodEerste Om Te VechtenVijanden BevechtenMensen Van Juda

En de kinderen Israels togen op, en weenden voor het aangezicht des HEEREN tot op den avond, en vraagden den HEERE zeggende: Zal ik weder genaken ten strijde tegen de kinderen van Benjamin, mijn broeder? En de HEERE zeide: Trekt tegen hem op.

VersbegrippenActie Tot De Avond

En Pinehas, de zoon van Eleazar, den zoon van Aaron, stond voor Zijn aangezicht, in die dagen, zeggende: Zal ik nog meer uittrekken ten strijde tegen de kinderen van Benjamin, mijn broeder, of zal ik ophouden? en de HEERE zeide: Trekt op, want morgen zal Ik hem in uw hand geven.

VersbegrippenZij Die God In Hun Handen Heeft Gegeven

En de HEERE zeide tot Samuel: Zie, Ik doe een ding in Israel, dat al wie het horen zal, dien zullen zijn beide oren klinken.

VersbegrippenBevende TroepenTwee Lichaamsdelen

Doch de HEERE zeide tot Samuel: Hoor naar de stem des volks in alles, wat zij tot u zeggen zullen; want zij hebben u niet verworpen, maar zij hebben Mij verworpen, dat Ik geen Koning over hen zal zijn.

VersbegrippenHoudingen Van AfwijzingOverheidDe Invloed Van God KennenAfwijzing Van GodTheorcratieOpstand Tegen God Getoond InBesteed Aandacht Aan Mensen!AfwijzingLuisteren Naar God

Toen zond hij heen, en bracht hem in; hij nu was roodachtig, mitsgaders schoon van ogen en schoon van aanzien; en HEERE zeide: Sta op, zalf hem, want deze is het.

VersbegrippenLichaamUiterlijke VerschijningSchoonheid In MannenRode GezichtenGoede OgenOptreden VanHaarAantrekkelijke Mannen

En David vraagde den HEERE, zeggende: Zal ik heengaan en deze Filistijnen slaan? En de HEERE zeide tot David: Ga heen, en gij zult de Filistijnen slaan en Kehila verlossen.

VersbegrippenNavraag Doen Bij GodDe Naties Aangevallen

Daarna zeide David: Zouden de burgers van Kehila mij en mijn mannen overgeven in de hand van Saul? En de HEERE zeide: Zij zouden u overgeven.

En het geschiedde daarna, dat David den HEERE vraagde, zeggende: Zal ik optrekken in een der steden van Juda? En de HEERE zeide tot hem: Trek op. En David zeide: Waarheen zal ik optrekken? En Hij zeide: Naar Hebron.

VersbegrippenOntvangen Van Gods AdviesNavraag Doen Bij GodVragenVoorbeelden Van Gods BegeleidingGebed Als Vraag Voor GodStammen Van IsraëlBeantwoord Gebed

Zo vraagde David den HEERE, zeggende: Zal ik optrekken tegen de Filistijnen? Zult Gij ze in mijn hand geven? En de HEERE zeide tot David: Trek op, want Ik zal de Filistijnen zekerlijk in uw hand geven.

VersbegrippenNavraag Doen Bij GodGoddelijke RichtingDe Naties AangevallenDoor Iemand Bij De Hand Genomen WordenRichting

En er was in Davids dagen een honger, drie jaren, jaar achter jaar; en David zocht het aangezicht des HEEREN. En de HEERE zeide: Het is om Saul en om des bloedhuizes wil, omdat hij de Gibeonieten gedood heeft.

VersbegrippenActiviteit Van GodVoorbeelden Van HongersnoodGezicht Van GodGods Activiteit In IsraëlVoorbeelden Van De Toorn Van GodDrie JaarSchuldig BevondenFamilie ProblemenSaul

Maar de HEERE zeide tot David, mijn vader: Dewijl dat in uw hart geweest is Mijn Naam een huis te bouwen, gij hebt welgedaan, dat het in uw hart geweest is.

VersbegrippenDoelen Van De MensEen Plek Voor Gods Naam

En de HEERE zeide tot hem: Ik heb uw gebed en uw smeking gehoord, die gij voor Mijn aangezicht smekende gedaan hebt; Ik heb dat huis geheiligd, hetwelk gij gebouwd hebt, opdat Ik Mijn Naam aldaar tot in eeuwigheid zette; en Mijn ogen en Mijn hart zullen daar zijn te allen dage.

VersbegrippenGoddelijk HartDe Groei Van Gelovigen In HeiligheidHeiligheid, Afzonderlijk Voor GodHet Doel Van HeiligheidAntwoord Op GebedOntvankelijkheidGoddelijke WaakzaamheidGod Beantwoordde GebedGod Besteedt AandachtEen Plek Voor Gods NaamSmeekbede

Maar de HEERE zeide tot Ahia: Zie, Jerobeams huisvrouw komt, om een zaak van u te vragen, aangaande haar zoon, want hij is krank; zo en zo zult gij tot haar spreken, en het zal zijn, als zij inkomt, dat zij zich vreemd aanstellen zal.

VersbegrippenDoen AlsofVertellen Over Bewegingen

En de HEERE zeide tot hem: Ga, keer weder op uwen weg, naar de woestijn van Damaskus; en ga daar in, en zalf Hazael ten koning over Syrie.

VersbegrippenWoestijen, SpecifiekGoddelijke RichtingZalving Van KoningenKoningen MakenSyriëDamascus

En hij zeide: Ik zag het ganse Israel verstrooid op de bergen, gelijk schapen, die geen herder hebben; en de HEERE zeide: Dezen hebben geen heer; een iegelijk kere weder naar zijn huis in vrede.

VersbegrippenBergenVervulde Voorspelling In OTVoorspelling, Methodes In OTSchapenHerders Als Koningen En LeidersGoddelijke WaakzaamheidOntoereikende HerdersVerspreid Zoals SchapenOntsnappen Naar De BergenLaat Ze Naar Huis GaanGeen Koning

En de HEERE zeide: Wie zal Achab overreden, dat hij optrekke en valle te Ramoth in Gilead? De een nu zeide aldus, en de andere zeide alzo.

VersbegrippenVerleidelijk

Toen ging een geest uit, en stond voor het aangezicht des HEEREN, en zeide: Ik zal hem overreden. En de HEERE zeide tot hem: Waarmede?

VersbegrippenGeestwezensVerleidelijk

En de HEERE zeide: Ik zal Juda ook van Mijn aangezicht wegdoen, gelijk als Ik Israel weggedaan heb; en Ik zal deze stad Jeruzalem verwerpen, die Ik verkoren heb, en het huis, waarvan Ik gezegd heb: Mijn Naam zal daar wezen.

VersbegrippenDe Betekenis Van JeruzalemHet Gevolg Van De Afwijzing Van GodWeggedreven Van Gods AanwezigheidEen Plek Voor Gods Naam

Toen vraagde David God, zeggende: Zal ik optrekken tegen de Filistijnen, en zult Gij hen in mijn hand geven? En de HEERE zeide tot hem: Trek op, want Ik zal hen in uw hand geven.

VersbegrippenNavraag Doen Bij God

En de HEERE zeide tot den engel, dat hij zijn zwaard weder in zijn schede steken zou.

Maar de HEERE zeide tot mijn vader David: Dewijl dat in uw hart geweest is, Mijn Naam een huis te bouwen, gij hebt welgedaan, dat het in uw hart geweest is.

VersbegrippenBezittingen Geven

En hij zeide: Ik zag het ganse Israel verstrooid op de bergen, gelijk schapen, die geen herder hebben; en de HEERE zeide: Dezen hebben geen heer; een iegelijk kere weder naar zijn huis in vrede.

VersbegrippenGoddelijke WaakzaamheidVerspreid Zoals Schapen

En de HEERE zeide: Wie zal Achab, den koning van Israel, overreden, dat hij optrekke, en valle te Ramoth in Gilead? Daarna zeide Hij: Deze zegt aldus, en die zegt alzo.

Toen kwam een geest voort, en stond voor het aangezicht des HEEREN, en zeide: Ik zal hem overreden. En de HEERE zeide tot hem: Waarmede?

En de HEERE zeide tot den satan: Hebt gij ook acht geslagen op Mijn knecht Job? Want niemand is op de aarde gelijk hij, een man oprecht en vroom, godvrezende en wijkende van het kwaad.

VersbegrippenGedragGerechtigheid In Het Leven Van GelovigenDienaren Van De HeerNamen En Titels Voor SatanBijvalUnieke IndividuenIndividuen Die God VrezenDienstbaarheidSchuwen

En de HEERE zeide tot den satan: Hebt gij ook acht geslagen op Mijn knecht Job? Want niemand is op de aarde gelijk hij, een man, oprecht en vroom, godvrezende en wijkende van het kwaad; en hij houdt nog vast aan zijn oprechtigheid, hoewel gij Mij tegen hem opgehitst hebt, om hem te verslinden zonder oorzaak.

VersbegrippenZiektesOpruien Tot KwaadDienaren Van De HeerVoorbeelden Van Angst Van GodUnieke IndividuenIndividuen Die God VrezenSchuwen

En de HEERE zeide tot Jesaja: Ga nu uit, Achaz tegemoet, gij en uw zoon, Schear-Jaschub, aan het einde van den watergang des oppersten vijvers, aan den hogen weg van het veld des vollers;

VersbegrippenBeroepenLevens Van ProfetenPoelenMensen OntmoetenReine KledijWaterkanaalSnelwegen

En ik was tot de profetesse genaderd, die werd zwanger, en baarde een zoon; en de HEERE zeide tot mij: Noem zijn naam MAHER-SCHALAL, CHAZ-BAZ.

VersbegrippenVrouwenAankondigingenProfetesSnelheidGod Noemt Mensen

Maar de HEERE zeide tot mij: Zeg niet: Ik ben jong; want overal, waarhenen Ik u zenden zal, zult gij gaan, en alles, wat Ik u gebieden zal, zult gij spreken.

VersbegrippenGeboden in OTMondenBeperkingen Van De JeugdGod Stuurde ProfetenHet Woord Spreken Dat God Geschonken HeeftPratenTiener

En de HEERE zeide tot mij: Gij hebt wel gezien; want Ik zal wakker zijn over Mijn woord, om dat te doen.

VersbegrippenGod Houdt De WachtGod Besteedt AandachtVervullingUitvoering

En de HEERE zeide tot mij: Van het noorden zal zich dit kwaad opdoen over alle inwoners des lands.

En de HEERE zeide: Omdat zij Mijn wet, die Ik voor hun aangezicht gegeven had, verlaten hebben, en naar Mijn stem niet gehoord, noch daarnaar gewandeld hebben;

VersbegrippenOngehoorzaamheid Tot GodGods Dingen VerzakenGods Wet Breken

En de HEERE zeide tot mij: Roep al deze woorden uit in de steden van Juda, en in de straten van Jeruzalem, zeggende: Hoort de woorden dezes verbonds, en doet dezelve.

VersbegrippenVerbond Gemaakt In De Sinaï

En de HEERE zeide tot mij: Die profeten profeteren vals in Mijn Naam; Ik heb hen niet gezonden, noch hun bevel gegeven, noch tot hen gesproken; zij profeteren ulieden een vals gezicht, en waarzegging, en nietigheid, en bedriegerij huns harten.

VersbegrippenWaarzeggerij Beoefend DoorBedrog Door Valse LerarenVisioenenWaarzeggerijOngelovige ProfetenProfeten Die Niet Gestuurd WerdenValse Apostels, Profeten En Leraars

Maar de HEERE zeide tot mij: Al stond Mozes en Samuel voor Mijn aangezicht, zo zou toch Mijn ziel tot dit volk niet wezen; drijf ze weg van Mijn aangezicht, en laat ze uitgaan.

VersbegrippenGod AanroepenHet Gevolg Van De Afwijzing Van GodVerschoppelingen

De HEERE zeide: Zo niet uw overblijfsel ten goede zal zijn; zo Ik niet, in de tijd des kwaads en in tijd der benauwdheid, bij den vijand voor u tussenkome!

VersbegrippenBescherming Tegen VijandenDoor Moeilijke Tijden Komen

En de HEERE zeide tot mij: Wat ziet gij, Jeremia? En ik zeide: Vijgen; de goede vijgen zijn zeer goed, en de boze zeer boos, die vanwege de boosheid niet kunnen gegeten worden.

VersbegrippenKijken En Zien

En de HEERE zeide: Alzo zullen de kinderen Israels hun brood onrein eten onder de heidenen, waarhenen Ik hen verdrijven zal.

VersbegrippenVerbanning In VoouitzichtOnreine DingenPoep

En de HEERE zeide tot hem: Ga door, door het midden der stad, door het midden van Jeruzalem, en teken een teken op de voorhoofden der lieden, die zuchten en uitroepen over al deze gruwelen, die in het midden derzelve gedaan worden.

VersbegrippenVoorhoofdenZegelsZorgenVerdrietMarkeringen Op MensenBerouw Over WandadenStress En Moeilijke Tijden

En de HEERE zeide tot mij: Mensenkind! zoudt gij Ohola en Oholiba recht geven? Ja, vertoon haar haar gruwelen.

VersbegrippenZonde Bekend Gemaakt

En de HEERE zeide tot mij: Deze poort zal toegesloten zijn, zij zal niet geopend worden, noch iemand door dezelve ingaan, omdat de HEERE, de God Israels, door dezelve is ingegaan; daarom zal zij toegesloten zijn.

VersbegrippenDe Tempel Binnengaan

En de HEERE zeide tot mij: Mensenkind! zet er uw hart op, en zie met uw ogen, en hoor met uw oren alles, wat Ik met u spreken zal, van alle inzettingen van het huis des HEEREN, en van al zijn wetten; en zet uw hart op den ingang van het huis, met alle uitgangen des heiligdoms.

VersbegrippenAndere Mensen VerwelkomenGeen Mensen VerwelkomenPlannen Voor Een Nieuwe TempelNaar Gods Wereld KijkenDe wet Gegeven Aan Israël

En de HEERE zeide tot hem: Noem zijn naam Jizreel, want nog een weinig tijds, zo zal Ik de bloedschulden van Jizreel bezoeken over het huis van Jehu, en zal het koninkrijk van het huis van Israel doen ophouden.

VersbegrippenGod Noemt MensenMensen EindigdenAfzettenVele Mensen Doden

En de HEERE zeide tot mij: Ga wederom henen, bemin een vrouw, die, bemind zijnde van haar vriend, nochtans overspel doet; gelijk de HEERE de kinderen Israels bemint, maar zij zien om, naar andere goden, en beminnen de flessen der druiven.

VersbegrippenMisdadigersVoedselDruivenRozijnenLiefde Voor ElkaarDoelen Van Het HuwelijkMonogamieAfgoderij Bestaat UitGedroogd FruitAndere GodenGods Liefde Voor IsraëlVriendschap En LiefdeVan Je Vrouw HoudenGeliefd ZijnHouden Van KinderenGeliefdenOverspel

En de HEERE zeide tot mij: Wat ziet gij, Amos? En ik zeide: Een paslood. Toen zeide de HEERE: Zie, Ik zal het paslood stellen in het midden van Mijn volk Israel; Ik zal het voortaan niet meer voorbijgaan.

VersbegrippenKijken En ZienNiet Spaarzaam Zijn

Maar de HEERE nam mij van achter de kudde; en de HEERE zeide tot mij: Ga henen, profeteer tot Mijn volk Israel.

VersbegrippenRoeping Van MissionarissenDe Roeping Van IndividuenNooit Meer De Kudde HoedenOnderwijs

En de HEERE zeide: Gij verschoont den wonderboom, aan welken gij niet hebt gearbeid, noch dien groot gemaakt; die in een nacht werd, en in een nacht verging;

VersbegrippenVerdraagzaamheid Van GodNiet ZwoegenMensen Die Genade Tonen

Doch de HEERE zeide tot den satan: De HEERE schelde u, gij satan! ja, de HEERE schelde u, Die Jeruzalem verkiest; is deze niet een vuurbrand uit het vuur gerukt?

VersbegrippenOverwinning Op Het KwaadSatan Als De Vijand Van GodUitpikkenGered Van Het VuurGod, Verzoek Ze!TerechtwijzenBrandmerken

Public domain