42 gebeurtenissen in 1 vertaling

'Doen' in de Bijbel

En allen struik des velds, eer hij in de aarde was, en al het kruid des velds, eer het uitsproot; want de HEERE God had niet doen regenen op de aarde, en er was geen mens geweest, om den aardbodem te bouwen.

VersbegrippenVoor De VloedRegenBeplantingLege PlaatsenPloegerFunctie Van De MensNiemand BeschikbaarKruidenGod Controleert De Regen

En de HEERE God had alle geboomte uit het aardrijk doen spruiten, begeerlijk voor het gezicht, en goed tot spijze; en den boom des levens in het midden van den hof, en de boom der kennis des goeds en des kwaads.

VersbegrippenKennis Over Goed En KwaadOntkiemende PlantenMetaforische BomenWetenOntkiemenSchoonheid Van DingenVoedsel BeschrevenGoed En Slecht KennenNaties GenezenAdam En Eva Die Ongehoorzaam Zijn Aan GodNatuurlijk LevenSchoonheid Van De NatuurDe Schoonheid Van De Natuur

En gij zult van al wat leeft, van alle vlees, twee van elk, doen in de ark komen, om met u in het leven te behouden: mannetje en wijfje zullen zij zijn;

VersbegrippenBeschrijving Van VleesDe Ark Van NoachDoor De Mens In Leven Gehouden WordenTwee DierenMannelijke En Vrouwelijke Dieren

Want over nog zeven dagen zal Ik doen regenen op de aarde veertig dagen, en veertig nachten; en Ik zal van den aardbodem verdelgen al wat bestaat, dat Ik gemaakt heb.

VersbegrippenDe ZondvloedRegenWekenControle Over De ElementenGoddelijke Kracht Boven NatuurZeven DagenMeer Dan Een MaandGod DodendGod Doodt Alle Mensen

En hij voer voort nog tot Hem te spreken, en zeide: Misschien zullen aldaar veertig gevonden worden! En Hij zeide: Ik zal het niet doen om der veertigen wil.

VersbegrippenVeertigAantal Rechtvaardige Mensen

Voorts zeide hij: Dat toch de Heere niet ontsteke, dat ik spreke; misschien zullen aldaar dertig gevonden worden! En Hij zeide: Ik zal het niet doen, zo Ik aldaar dertig zal vinden.

VersbegrippenDertigLaat God Niet Kwaad ZijnAantal Rechtvaardige MensenTot God Spreken

Toen zeiden zij: Kom verder aan! Voorts zeiden zij: Deze ene is gekomen, om als vreemdeling hier te wonen, en zoude hij alleszins rechter zijn? Nu zullen wij u meer kwaads doen, dan hun. En zij drongen zeer op den man, op Lot, en zij traden toe om de deur open te breken.

VersbegrippenVerleidingBedreigingenVerblijvenDruk UitoefenenGebroken DingenHet Lijden Van VreemdelingenErger

Haast, behoud u derwaarts; want Ik zal niets kunnen doen, totdat gij daarhenen ingekomen zijt. Daarom noemde men den naam dezer stad Zoar.

VersbegrippenHaastOnmacht Van GodKleine DingenAnderen Opjagen

En het is geschied, als God mij uit mijns vaders huis deed dwalen, zo sprak ik tot haar: Dit zij uw weldadigheid, die gij bij mij doen zult; aan alle plaatsen waar wij komen zullen, zeg van mij: Hij is mijn broeder!

VersbegrippenTrouwTentenZwervers

Zo zweer mij nu hier bij God: Zo gij mij, of mijn zoon, of mijn neef liegen zult! naar de weldadigheid, die ik bij u gedaan heb, zult gij doen bij mij, en bij het land, waarin gij als vreemdeling verkeert.

VersbegrippenVriendelijkheidOnderhandelingPolitieke Allianties Door EdenVerblijvenValse WegenMensen Die Gebonden Zijn Aan Een EedVloeken

En mijn heer heeft mij doen zweren, zeggende: Gij zult voor mijn zoon geen vrouw nemen van de dochteren der Kanaanieten, in welker land ik wone;

VersbegrippenGemengde Huwelijken

Nu dan, zo gijlieden weldadigheid en trouw aan mijn heer doen zult, geeft het mij te kennen; en zo niet, geeft het mij ook te kennen, opdat ik mij ter rechterhand of ter linkerhand wende.

VersbegrippenVeranderen Van RichtingInformatie GevenNaar Links En Rechts Draaien

Toen zeide Izak tot zijn zoon: Hoe is dit, dat gij het zo haast gevonden hebt, mijn zoon? En hij zeide: Omdat de HEERE uw God dat heeft doen ontmoeten voor mijn aangezicht.

VersbegrippenMensen OverwinnenWerk Is Binnenkort Gedaan

Toen antwoordde Izak, en zeide tot Ezau: Zie, ik heb hem tot een heer over u gezet, en al zijn broeders heb ik hem tot knechten gegeven; en ik heb hem met koorn en most ondersteund; wat zal ik u dan nu doen, mijn zoon?

VersbegrippenMensen DienenWijn Verschaffen

En hij zeide: Wat zal ik u geven? Toen zeide Jakob: Gij zult mij niet met al geven, indien gij mij deze zaak doen zult; ik zal wederom uw kudden weiden, en bewaren.

VersbegrippenDieren VoedenWat Is Dit?Niet OntvangenZij Die Voorraad Hadden

Het ware in de macht mijner hand aan ulieden kwaad te doen; maar de God van ulieder vader heeft tot mij gisteren nacht gesproken, zeggende: Wacht u, van met Jakob te spreken, of goed, of kwaad.

VersbegrippenIndividuen WaarschuwenMensen Die Mogelijk Kwaad DoenKrachtPijnOuders Die Fout ZijnKwetsen

Toen antwoordde Laban en zeide tot Jakob: Deze dochters zijn mijn dochters, en deze zonen zijn mijn zonen, en deze kudde is mijn kudde, ja, al wat gij ziet, dat is mijn; en wat zoude ik aan deze mijn dochteren heden doen? of aan haar zonen, die zij gebaard hebben?

VersbegrippenMensen Die Andere Dingen Bezitten

Voorts zeide Jakob: O, God mijns vaders Abrahams, en God mijns vaders Izaks, o HEERE! Die tot mij gezegd hebt: Keer weder tot uw land, en tot uw maagschap, en Ik zal wel bij u doen!

VersbegrippenGod Doet GoedTerugkeren Naar Hun LandGenoemde Personen Die BadenGrootvaders

En zij zeiden tot hen: Wij zullen deze zaak niet kunnen doen, dat wij onze zuster aan een man geven zouden, die de voorhuid heeft; want dat ware ons een schande.

VersbegrippenVoorhuidenNiet Besneden ZijnOnmogelijk Voor MensenGenoemde ZustersNiet Mogelijk Om Andere Dingen Te Doen

En de jongeling vertoogde niet, deze zaak te doen; want hij had lust in Jakobs dochter; en hij was geeerd boven al zijns vaders huis.

VersbegrippenBlijdschap

En zij zeiden: Zou hij dan met onze zuster als met een hoer doen?

VersbegrippenGenoemde Zusters

Niemand is groter in dit huis dan ik, en hij heeft voor mij niets onthouden, dan u, daarin dat gij zijn huisvrouw zijt; hoe zoude ik dan dit een zo groot kwaad doen, en zondigen tegen God!

VersbegrippenVoorbeelden Van Goddelijke AngstWelke Zonde?

Zo gebeurde het op zulk een dag, dat hij in het huis kwam, om zijn werk te doen; en niemand van de lieden des huizes was daar binnenshuis.

VersbegrippenVoorbeelden Van Zaken DoenHuizen BinnengaanWeggaan

En aangaande, dat die droom aan Farao ten tweeden maal is herhaald, is, omdat de zaak van God vastbesloten is, en dat God haast, om dezelve te doen.

VersbegrippenZaken Twee Keer DoenGod Die Niet UitsteltAlles Gebeurt Voor Een Reden

En Jozef noemde den naam des eerstgeborenen Manasse; want, zeide hij, God heeft mij doen vergeten al mijn moeite, en het ganse huis mijns vaders.

VersbegrippenEerstgeboren ZonenDingen VergetenGod Geneest VerdrietMensen Met Toepasselijke NamenFamilie ProblemenFamilie Eerst

En den naam des tweeden noemde hij Efraim; want, zeide hij, God heeft mij doen wassen in het land mijner verdrukking.

VersbegrippenNatuurlijke VruchtbaarheidDe Bron Van De VruchtGod Geneest VerdrietMensen Met Toepasselijke NamenVruchtbaarheid

Maar hij zeide: Mijn zoon zal met ulieden niet aftrekken; want zijn broeder is dood, en hij is alleen overgebleven; zo hem een verderf ontmoette op den weg, dien gij zult gaan, zo zoudt gij mijn grauwe haren met droefenis ten grave doen nederdalen.

VersbegrippenMeemaken Van VerliesHet GrafLiefde En De WereldVerdrietOuderlijke LiefdeGetroffen Door De DoodGrijsEnige OverlevendenDood Van Anonieme Individuen

En zij zeiden tot hem: Waarom spreekt mijn heer zulke woorden? Het zij verre van uw knechten, dat zij zodanig ding doen zouden.

VersbegrippenVerre Van Dit!

Maar hij zeide: Het zij verre van mij zulks te doen! de man, in wiens hand de beker gevonden is, die zal mijn slaaf zijn; doch trekt gijlieden op in vrede tot uw vader.

VersbegrippenOntdekt WordenVrijgesteldVerre Van Dit!

Indien gij nu deze ook van mijn aangezicht wegneemt, en hem een verderf ontmoette, zo zoudt gij mijn grauwe haren met jammer ten grave doen nederdalen!

VersbegrippenHet GrafSheolGetroffen Door De DoodGrijs

Zo zal het geschieden, als hij ziet, dat de jongeling er niet is, dat hij sterven zal; en uw knechten zullen de grauwe haren van uw knecht, onzen vader, met droefenis ten grave doen nederdalen.

VersbegrippenGetroffen Door De DoodGrijsNergens Te Vinden

Ik zal met u aftrekken naar Egypte en Ik zal u doen weder optrekken, mede optrekkende; en Jozef zal zijn hand op uw ogen leggen.

VersbegrippenVoorbereiding Voor BegrafenisHandoplegging Voor GenezingGod Zal Met Jou ZijnGod Haalt Israël Uit EgypteEfficiëntie

En hij zond Juda voor zijn aangezicht heen tot Jozef, om voor zijn aangezicht aanwijzing te doen naar Gosen; en zij kwamen in het land Gosen.

Maar dat ik bij mijn vaderen ligge; hierom zult gij mij uit Egypte voeren, en mij in hun graf begraven. En hij zeide: Ik zal doen naar uw woord!

VersbegrippenGoede KinderenDode Lichamen DragenDe Grot Van MachpelaVerzameld Door Zijn Volk

En Israel zeide tot Jozef: Ik had niet gemeend uw aangezicht te zien; maar zie, God heeft mij ook uw zaad doen zien!

VersbegrippenBereiken Van Hoge LeeftijdMensen Zien

Juda is een leeuwenwelp! gij zijt van de roof opgeklommen, mijn zoon! Hij kromt zich, hij legt zich neder als een leeuw, en als een oude leeuw; wie zal hem doen opstaan?

VersbegrippenJagenFiguurlijk Gebruik Van LeeuwenLeeuwenJong DierEnergieHurkenZoals Wezen

Mijn vader heeft mij doen zweren, zeggende: Zie, ik sterf; in mijn graf, dat ik mij in het land Kanaan gegraven heb, daar zult gij mij begraven! Nu dan, laat mij toch optrekken, dat ik mijn vader begrave, dan zal ik wederkomen.

VersbegrippenNabijheid Van De DoodDood Komt BinnenkortDe Grot Van Machpela

En Farao zeide: Trek op en begraaf uw vader, gelijk als hij u heeft doen zweren.

En Jozef zeide tot zijn broederen: Ik sterf; maar God zal u gewisselijk bezoeken, en Hij zal u doen optrekken uit dit land, in het land, hetwelk hij aan Abraham, Izak en Jakob gezworen heeft.

VersbegrippenDe Basis Van ZekerheidEigendom, LandHet Beloofde LandGod Die BezoektNabijheid Van De DoodDood Komt BinnenkortNaderende Dood

Public domain