911 gebeurtenissen

'Man' in de Bijbel

Toen kwam zij, en gaf het den man Gods te kennen; en hij zeide: Ga heen, verkoop de olie, en betaal uw schuldheer; gij dan met uw zonen, leef bij het overige.

VersbegrippenHandelSchuldBeheren Van GeldGeld Sparen

Toen had hij gezegd: Wat is er dan voor haar te doen? En Gehazi had gezegd: Zij heeft toch geen zoon, en haar man is oud.

VersbegrippenHandicaps Van OuderdomBereiken Van Hoge LeeftijdZijn/Haar Werk Doen

En hij zeide: Op dezen gezetten tijd, omtrent dezen tijd des levens zult gij een zoon omhelzen. En zij zeide: Neen, mijn heer, gij, man Gods, lieg tegen uw dienstmaagd niet.

VersbegrippenVoorspellingen Van ElishaVoorspelde GeboorteLiegenTijd Van Het Jaar

En zij ging op, en legde hem op het bed van den man Gods; daarna sloot zij voor hem toe, en ging uit.

VersbegrippenMan Van God

En zij riep om haar man, en zeide: Zend mij toch een van de jongens, en een van de ezelinnen, dat ik tot den man Gods lope, en wederkomen.

VersbegrippenMan Van God

Alzo toog zij heen, en kwam tot den man Gods, tot den berg Karmel. En het geschiedde, als de man Gods haar van tegenover zag, dat hij tot Gehazi, zijn jongen zeide: Zie, daar is de Sunamietische.

VersbegrippenVanop Een Afstand BekijkenMan Van God

Nu loop toch haar tegemoet, en zeg tot haar: Is het wel met u? Is het wel met uw man? Is het wel met uw kind? En zij zeide: Het is wel.

VersbegrippenDood Van Een Kind

Toen zij nu tot den man Gods op den berg kwam, vatte zij zijn voeten. Maar Gehazi trad toe, om haar af te stoten. Doch de man Gods zeide: Laat ze geworden; want haar ziel is in haar bitterlijk bedroefd, en de HEERE heeft het voor mij verborgen, en mij niet verkondigd.

VersbegrippenInhaligLaat Ze Met RustGods Verborgen DingenMan Van God

Daarna schepten zij voor de mannen op om te eten; en het geschiedde, als zij aten van dat moes, dat zij riepen en zeiden: Man Gods, de dood is in den pot! En zij konden het niet eten.

VersbegrippenMogelijke DoodMan Van GodDood Van Een FamilielidWeedKokenKookpot

En er kwam een man van Baal-Salisa, en bracht den man Gods broden der eerstelingen, twintig gerstebroden, en groene aren in haar hulzen; en hij zeide: Geef aan het volk, dat zij eten.

VersbegrippenBakkenTwintigMan Van God

Naaman nu, de krijgsoverste van den koning van Syrie, was een groot man voor het aangezicht zijns heren, en van hoog aanzien; want door hem had de HEERE den Syriers verlossing gegeven; zo was deze man een strijdbaar held, doch melaats.

VersbegrippenCommandantKoninkrijkenLepraBeroepenSoldatenSyriëLeger

En het geschiedde, als de koning van Israel den brief gelezen had, dat hij zijn klederen scheurde, en zeide: Ben ik dan God, om te doden en levend te maken, dat deze tot mij zendt, om een man van zijn melaatsheid te ontledigen? Want voorwaar, merkt toch, en ziet, dat hij oorzaak tegen mij zoekt.

VersbegrippenGeletterdheidGod Geeft LevenGod DodendZij Die Kledij VerscheurdenGod In Relatie Tot De MensGod DoodtDe Relatie Van De Mens Tot God

Maar het geschiedde, als Elisa, de man Gods, gehoord had, dat de koning van Israel zijn klederen gescheurd had, dat hij tot den koning zond, om te zeggen: Waarom hebt gij uw klederen gescheurd? Laat hem nu tot mij komen, zo zal hij weten, dat er een profeet in Israel is.

VersbegrippenScheuren Van KledingMensen KennenZij Die Kledij VerscheurdenMan Van GodGenoemde Profeten Van De Heer

Zo klom hij af, en doopte zich in de Jordaan zevenmaal, naar het woord van den man Gods; en zijn vlees kwam weder, gelijk het vlees van een kleinen jongen; en hij werd rein.

VersbegrippenZeven KeerLeprozen GenezenIn De JordaanVerjonging

Toen keerde hij weder tot den man Gods, hij en zijn ganse heir, en kwam, en stond voor zijn aangezicht en zeide: Zie, nu weet ik, dat er geen God is op de ganse aarde, dan in Israel! Nu dan, neem toch een zegen van uw knecht.

VersbegrippenVoorbeelden Van BekeringNiemand Anders Is GodMan Van God

Gehazi nu, de jongen van Elisa, den man Gods, zeide: Zie, mijn heer heeft Naaman, dien Syrier belet, dat men uit zijn hand niet genomen heeft, wat hij gebracht had; maar zo waarachtig als de HEERE leeft, ik zal hem nalopen, en zal wat van hem nemen!

VersbegrippenMisbruik Van LiefdeIndividuen Die LopenVrijgesteldHebzuchtDienstbaarheid

Maar hij zeide tot hem: Ging niet mijn hart mede, als die man zich omkeerde van op zijn wagen u tegemoet? Was het tijd, om dat zilver te nemen, en om klederen te nemen, en olijfbomen, en wijngaarden, en schapen, en runderen, en knechten, en dienstmaagden?

VersbegrippenWijngaardenTijdloosheidNiet De TijdNiet Ontvangen

En de man Gods zeide: Waar is het gevallen? En toen hij hem de plaats gewezen had, sneed hij een hout af, en wierp het daarhenen, en deed het ijzer boven zwemmen.

VersbegrippenDe Wonderen Van ElishaOpgewektheidWaar Zijn Dingen?

Maar de man Gods zond henen tot den koning van Israel, zeggende: Wacht u, dat gij door die plaats niet trekt, want de Syriers zijn daarhenen afgekomen.

VersbegrippenIndividuen WaarschuwenMan Van God

Daarom zond de koning van Israel henen aan die plaats, waarvan hem de man Gods gezegd en hem gewaarschuwd had, en wachtte zich aldaar, niet eenmaal, noch tweemaal.

VersbegrippenIndividuen Waarschuwen

En de dienaar van den man Gods stond zeer vroeg op, en ging uit; en ziet, een heir omringde de stad met paarden en wagenen. Toen zeide zijn jongen tot hem: Ach, mijn heer, hoe zullen wij doen.

VersbegrippenOchtendOmringende VijandenAanval Met StrijdwagensZij Die Vroeg OpstondenAardse VijandenDienstbaarheidLeger

Toen zeide Elisa tot hen: Dit is de weg niet, en dit is de stad niet; volgt mij na, en ik zal u leiden tot den man, dien gij zoekt; en hij leidde hen naar Samaria.

(Elisa nu zat in zijn huis, en de oudsten zaten bij hem.) En hij zond een man van voor zijn aangezicht; maar eer de bode tot hem gekomen was, had hij gezegd tot de oudsten: Hebt gijlieden gezien, hoe die zoon des moordenaars gezonden heeft, om mijn hoofd af te nemen? Ziet toe, als die bode komt, sluit de deur toe, en dringt hem uit met de deur; is niet het geruis der voeten van zijn heer achter hem?

VersbegrippenBoodschapperOnthoofdenDeuren SluitenProfeten DodenSchedelsGeluidDe Ouderen Die Bijeenkomen

Maar een hoofdman, op wiens hand de koning leunde, antwoordde den man Gods, en zeide: Zie, zo de HEERE vensteren in den hemel maakte, zou die zaak kunnen geschieden? En hij zeide: Zie, gij zult het met uw ogen zien, doch daarvan niet eten.

VersbegrippenVoorspellingen Van ElishaWapensOngeloof Als Antwoord Tot GodOngeloof, Getoond DoorVoorbeelden Van OngeloofScepticismeVensters Van De HemelOnmogelijk Voor GodAndere OndersteuningNaar Gods Wereld KijkenGod BevragenMorgenKoningshuis

De koning nu had den hoofdman, op wiens hand hij leunde, over die poort gesteld; en het volk vertrad hem in de poort, dat hij stierf, gelijk de man Gods gesproken had, die het sprak, als de koning tot hem afgekomen was.

VersbegrippenOorzaken Van LijdenMensen VertrappelenDood Van Anonieme IndividuenAndere Ondersteuning

Want het was geschied, gelijk de man Gods gesproken had tot den koning, zeggende: Morgen omtrent dezen tijd zullen twee maten gerst voor een sikkel, en een maat meelbloem voor een sikkel verkocht worden, in de poort van Samaria.

VersbegrippenHandelingen Van De Mens MorgenGoedkoopAndere InhoudsmatenMorgen

En die hoofdman had den man Gods geantwoord en gezegd: Zie, zo de HEERE vensteren in den hemel maakte, zou het ook naar dit woord geschieden kunnen? En hij had gezegd: Zie, gij zult het met uw ogen zien, doch daarvan niet eten.

VersbegrippenVensters Van De HemelOnmogelijk Voor GodNaar Gods Wereld Kijken

En de vrouw had zich opgemaakt, en had gedaan naar het woord van den man Gods; want zij was gegaan met haar huisgezin, en had als vreemdeling verkeerd in het land der Filistijnen, zeven jaren.

VersbegrippenZeven JaarMan Van God

De koning nu sprak tot Gehazi, den jongen van den man Gods, zeggende: Vertel mij toch al de grote dingen, die Elisa gedaan heeft.

VersbegrippenMan Van God

Daarna kwam Elisa te Damaskus, als Benhadad, de koning van Syrie, krank was; en men boodschapte hem, zeggende: De man Gods is herwaarts gekomen.

VersbegrippenZieke IndividuenMan Van GodSyriëDamascus

Toen zeide de koning tot Hazael: Neem een geschenk in uw hand, en ga den man Gods tegemoet; en vraag door hem den HEERE, zeggende: Zal ik van deze krankheid genezen?

VersbegrippenMan Van GodZiekte

En hij hield zijn gezicht staande, en zette het vast tot schamens toe; en de man Gods weende.

VersbegrippenVerlegenheidHuilen

En als Jehu uitging tot de knechten zijns heren, zeide men tot hem: Is het al wel? Waarom is deze onzinnige tot u gekomen? En hij zeide tot hen: Gij kent den man en zijn spraak.

VersbegrippenMensen KennenGekkenAls Gek Beschouwd Worden

Ook zond Jehu in het ganse Israel; en alle Baalsdienaren kwamen, dat niet een man overbleef, die niet kwam; en zij kwamen in het huis van Baal, dat het huis van Baal vervuld werd van het ene einde tot het andere einde.

VersbegrippenHeidense TempelsHuizen VullenVolgelingen Van Baal

Toen werd de man Gods zeer toornig op hem, en zeide: Gij zoudt vijfmaal of zesmaal geslagen hebben; dan zoudt gij de Syriers tot verdoens toe geslagen hebben; doch nu zult gij de Syriers driemaal slaan.

VersbegrippenHalfhartigDrie Keer HandelenHarde Tijden OverwinnenSyrië

En het geschiedde, als zij een man begroeven, dat zij, ziet, een bende zagen; zo wierpen zij den man in het graf van Elisa; en toen de man daarin kwam, en het gebeente van Elisa aanroerde, werd hij levend, en rees op zijn voeten.

VersbegrippenLichaamDe Aard Van WonderenDe Wonderen Van ElishaBenenEen Andere Zijn BegraafplaatsWederopleving

Menahem nu bracht dit geld op van Israel, van alle geweldigen van vermogen, om den koning van Assyrie te geven, voor elk man vijftig zilveren sikkels; alzo keerde de koning van Assyrie weder, en bleef daar niet in het land.

VersbegrippenBelasting Die Betaald Moet Worden

En zij zeide tot hen: Zo zegt de HEERE, de God Israels: Zegt tot den man, die u tot mij gezonden heeft:

En als Josia zich omkeerde, zag hij de graven, die daar op den berg waren, en zond henen, en nam de beenderen uit de graven, en verbrandde ze op dat altaar, en verontreinigde dat; naar het woord des HEEREN, dat de man Gods uitgeroepen had, die deze woorden uitriep.

VersbegrippenTombesWoord Van GodBenenVerbranden Van Afgoderij

Verder zeide hij: Wat is dat voor een grafteken, dat ik zie? En de lieden der stad zeiden tot hem: Het is het graf van den man Gods, die uit Juda kwam, en deze dingen, die gij tegen dit altaar van Beth-El gedaan hebt, uitgeroepen heeft.

VersbegrippenBegraven Van De Naamlozen

Hij versloeg ook een Egyptischen man, een man van grote lengte, van vijf ellen; en die Egyptenaar had een spies in de hand, als een weversboom; maar hij ging tot hem af met een staf, en rukte de spies uit de hand des Egyptenaars, en hij doodde hem met zijn eigen spies.

VersbegrippenStralenVakluiSperenGewichten En Maten, LineairReuzen

En hij deelde een iegelijk in Israel, van den man tot de vrouw, een iegelijk een bol broods, en een schoon stuk vlees, en een fles wijn.

VersbegrippenFruitVoedselCakes

En David nam hem duizend wagens af, en zeven duizend ruiters, en twintig duizend man te voet; en David ontzenuwde al de wagen paarden; doch hij behield honderd wagens daarvan over.

VersbegrippenStrijdwagensPaardenDierenrechtenHonderdDuizend DingenZevenduizendTwintigduizend En MeerSpieren

En de Syriers van Damaskus kwamen, om Hadar-ezer, den koning van Zoba, te helpen; maar David sloeg van de Syriers twee en twintig duizend man.

VersbegrippenTwintigduizend En Meer

Daarna was er nog een krijg te Gath; en daar was een zeer lang man, en zijn vingeren waren zes en zes, vier en twintig, en hij was ook van Rafa geboren;

VersbegrippenVingersTenenZes DingenReuzenVingers Van Mensen

En Joab gaf David de som van het gestelde volk; en gans Israel was elfhonderd duizend man, die het zwaard uittrokken, en Juda vierhonderd duizend, en zeventig duizend man, die het zwaard uittrokken.

VersbegrippenStammen Van IsraëlDrie- Tot Negenhonderd DuizendEen Miljoen En Meer

De HEERE dan gaf pestilentie in Israel; en er vielen van Israel zeventig duizend man.

VersbegrippenVijftig Tot Negentig DuizendDood Als Straf

Zie, de zoon, die u geboren zal worden, die zal een man der rust zijn, want Ik zal hem rust geven van al zijn vijanden rondom henen; want zijn naam zal Salomo zijn, en Ik zal vrede en stilte over Israel geven in zijn dagen.

VersbegrippenStilteFysieke RustGod Noemt MensenRustVredevolle Slaap

Aangaande nu Mozes, den man Gods, zijn kinderen werden genoemd onder den stam van Levi.

En Jonathan, Davids oom, was raad, een verstandig man; hij was ook schrijver; Jehiel nu, de zoon van Hachmoni, was bij de zonen des konings.

VersbegrippenRaadgeversInzichtSchriftgeleerden

Zo zend mij nu een wijzen man, om te werken in goud, en in zilver, en in koper, en in ijzer, en in purper, en karmozijn, en hemelsblauw, en die weet graveerselen te graveren, met de wijzen, die bij mij zijn in Juda en in Jeruzalem, die mijn vader David beschikt heeft.

VersbegrippenDonkerroodBronsGravureGoudIjzerMetaalwerkersZilverVaardigheidDe Aard Van Menselijke WijsheidGoudsmedenKleuren, BlauwMannen Aan Het WerkKunstenaarsVakmanschap

Zo zend ik nu een wijzen man, kloek van verstand, Huram Abi;

VersbegrippenVakmanschap

Den zoon ener vrouw uit de dochteren van Dan, en wiens vader een man geweest is van Tyrus, die weet te werken in goud, en in zilver, in koper, in ijzer, in stenen, en in hout, in purper, in hemelsblauw, en in fijn linnen, en in karmozijn, en om alle graveersels te graveren, en om te bedenken allen vernuftigen vond, die hem zal voorgesteld worden, met uw wijzen, en de wijzen van mijn heer, uw vader David.

VersbegrippenDonkerroodGravure

Van dien dag af, dat Ik Mijn volk uit Egypteland uitgevoerd heb, heb Ik geen stad verkoren uit alle stammen van Israel, om een huis te bouwen, dat Mijn Naam daar zou wezen; en geen man verkoren om een voorganger te zijn over Mijn volk Israel.

En nu, HEERE, God van Israel, houd Uw knecht, mijn vader David, wat Gij tot hem gesproken hebt, zeggende: Geen man zal u van voor Mijn aangezicht afgesneden worden, die zitte op den troon van Israel; alleenlijk zo uw zonen hun weg bewaren, om te wandelen in Mijn wet, gelijk als gij gewandeld hebt voor Mijn aangezicht.

VersbegrippenTroon

Zo zal Ik den troon uws koninkrijks bevestigen, gelijk als Ik een verbond met uw vader David gemaakt heb, zeggende: Geen man zal u afgesneden worden, die in Israel heerse.

VersbegrippenKoningshuis

Hij stelde ook, naar de wijze zijns vaders Davids, de verdelingen der priesteren over hun dienst, en der Levieten over hun wachten, om God te prijzen, en voor de priesteren te dienen, naar den eis van elken dag; en de poortiers in hun verdelingen, aan elke poort; want alzo was het gebod van David, den man Gods.

VersbegrippenPoortwachtersVerordeningenDagelijkse Plicht

Doch het woord des HEEREN geschiedde tot Semaja, den man Gods, zeggende:

VersbegrippenBuitengaan En Binnenkomen

En al wie den HEERE, den God Israels, niet zou zoeken, zou gedood worden, van den kleine tot den grote, en van den man tot de vrouw toe.

VersbegrippenGod ZoekenKleinheidDoodstraf Voor Ketterij

Toen zeide de koning van Israel tot Josafat: Er is nog een man, om door hem den HEERE te vragen; maar ik haat hem, want hij profeteert over mij niets goeds, maar altijd kwaad; deze is Micha, de zoon van Jimla. En Josafat zeide: de koning zegge niet alzo.

VersbegrippenVormen Van Vervolging

Toen spande een man den boog in zijn eenvoudigheid, en schoot den koning van Israel tussen de gespen en tussen het pantsier. Toen zeide hij tot den voerman: Keer uw hand en voer mij uit het leger, want ik ben verwond.

VersbegrippenBorstplaatGebruik Van Bogen En PijlenHarnas

Maar er kwam een man Gods tot hem, zeggende: O, koning! laat het heir van Israel met u niet gaan; want de HEERE is niet met Israel, met alle kinderen van Efraim.

VersbegrippenTweehonderd En Meer

En Amazia zeide tot den man Gods: Maar wat zal men doen met de honderd talenten, die ik aan de benden van Israel gegeven heb? En de man Gods zeide: De HEERE heeft meer dan dit, om u te geven.

VersbegrippenTalentenDe Aard Van RijkdomTwaalf WezensTwintigtalHet Verliezen Van Een VriendTeruggevenLeger

En Zichri, een geweldig man van Efraim, sloeg Maaseja, den zoon des konings, dood, en Azirkam, den huisoverste, mitsgaders Elkana, den tweede na den koning.

En zij stonden in hun stand, naar hun wijze, naar de wet van Mozes, den man Gods; de priesters sprengden het bloed, dat nemende uit de hand der Levieten.

VersbegrippenBesprenkelen

En zij zeide tot hen: Zo zegt de HEERE, de God Israels: Zegt den man, die ulieden tot mij gezonden heeft:

Toen nu de zevende maand aankwam, en de kinderen Israels in de steden waren, verzamelde zich het volk, als een enig man, te Jeruzalem.

VersbegrippenBijeenkomstDe Geschiedenis Van JeruzalemHerfstVerenigde MensenMaand 7Maanden

En Jesua, de zoon van Jozadak, maakte zich op, en zijn broederen, de priesters en Zerubbabel, de zoon van Sealthiel, en zijn broederen, en zij bouwden het altaar des Gods van Israel, om daarop brandofferen te offeren, gelijk geschreven is in de wet van Mozes, den man Gods.

VersbegrippenDe Betekenis Van MozesDeelname In ChristusAltaren BouwenHet Bronzen Altaar OpzettenGeschreven In De Wet

Toen stond Jesua, zijn zonen en zijn broederen, en Kadmiel met zijn zonen, kinderen van Juda, als een man, om opzicht te hebben over degenen, die het werk deden aan het huis Gods, met de zonen van Henadad, hun zonen en hun broederen, de Levieten.

VersbegrippenOpzichters

Want de priesters en de Levieten hadden zich gereinigd als een enig man; zij waren allen rein; en zij slachtten het pascha voor alle kinderen der gevangenis, en voor hun broederen, de priesteren, en voor zichzelven.

VersbegrippenLammerenZuiveringZichzelf ZuiverenOfferingen Doden

En zij brachten ons, naar de goede hand onzes Gods over ons, een man van verstand, van de kinderen van Mahli, den zoon van Levi, den zoon van Israel; namelijk Serebja, met zijn zonen en broederen, achttien;

VersbegrippenHand Van GodGods HandAchttienGods Handen Op Mensen

Ook schudde ik mijn boezem uit, en zeide: Alzo schudde God uit allen man, die dit woord niet zal bevestigen, uit zijn huis en uit zijn arbeid, en hij zij alzo uitgeschud en ledig. En de ganse gemeente zeide: Amen! En zij prezen de HEERE. En het volk deed naar dit woord.

VersbegrippenAmenLegenMensen SchuddenMensen Die Mensen Verlaten

Ook zijn van de Joden en van de overheden honderd en vijftig man, en die van de heidenen, die rondom ons zijn, tot ons kwamen, aan mijn tafel geweest.

VersbegrippenVoorbeelden Van GastvrijheidGastvrijheidReizigersHonderd En Enkelen

Maar ik zeide: Zou een man, als ik, vlieden? En wie is er, zijnde als ik, die in den tempel zou gaan, dat hij levend bleve? Ik zal er niet ingaan.

VersbegrippenVoorbeelden Van DurfVoorbeelden Van MoedLeven Niet OndersteunenIndringers In De Tempel

En ik gaf bevel aan mijn broeder Hanani, en aan Hananja, den overste van den burg te Jeruzalem, want hij was als een man van getrouwheid, en godvrezende boven velen.

VersbegrippenCommandantCitadelsVoorbeelden Van Angst Van GodIndividuen Die God VrezenVerantwoordelijkheid

Zo verzamelde zich al het volk als een enig man op de straat voor de Waterpoort; en zij zeiden tot Ezra, den schriftgeleerde, dat hij het boek der wet van Mozes zou halen, die de HEERE Israel geboden had.

VersbegrippenHogepriesters In OTHeiligheid, Afzonderlijk Voor GodGeletterdheidMaand 7

De hoofden dan der Levieten waren Hasabja, Serebja, en Jesua, de zoon van Kadmiel, en hun broederen tegen hen over, om te prijzen en te danken, naar het gebod van David, den man Gods, wacht tegen wacht.

VersbegrippenDeelname In ChristusAntwoordLof Moet Aangeboden Worden Voor

En zijn broeders, Semaja, en Azareel, Milalai, Gilalai, Maai, Nethaneel, en Juda, Hanani, met muziekinstrumenten van David, den man Gods; en Ezra, de schriftgeleerde, ging voor hun aangezicht heen.

VersbegrippenMan Van God

En hij zond brieven aan al de landschappen des konings, aan een iegelijk landschap naar zijn schrift, en aan elk volk naar zijn spraak, dat elk man overheer in zijn huis wezen zou, en spreken naar de spraak zijns volks.

VersbegrippenTalenverwarringGezag Van MensenAlfabet

Er was een Joods man op den burg Susan, wiens naam was Mordechai, een zoon van Jair, den zoon van Simei, den zoon van Kis, een man van Jemini;

Alle knechten des konings, en het volk, der landschappen des konings, weten wel dat al wie tot den koning ingaat, in het binnenste voorhof, die niet geroepen is, hij zij man of vrouw, zijn enig vonnis zij, dat men hem dode, tenzij dat de koning den gouden scepter hem toereike, opdat hij levend blijve; ik nu ben deze dertig dagen niet geroepen om tot den koning in te komen.

VersbegrippenEen MaandDoodstraf Voor Geweld

Als Haman ingekomen was, zo zeide de koning tot hem: Wat zal men met dien man doen, tot wiens eer de koning een welbehagen heeft? Toen zeide Haman in zijn hart: Tot wien heeft de koning een welbehagen, om hem eer te doen, meer dan tot mij?

VersbegrippenVoorbeelden Van EgoïsmeSpecifieke Mensen PrijzenZelfliefde

Daarom zeide Haman tot den koning: Den man, tot wiens eer de koning een welbehagen heeft,

VersbegrippenSpecifieke Mensen Prijzen

En men zal dat kleed en dat paard geven in de hand van een uit de vorsten des konings, van de grootste heren, en men zal het dien man aantrekken, tot wiens eer de koning een welbehagen heeft; en men zal hem op dat paard doen rijden door de straten der stad, en men zal voor hem roepen: Alzo zal men dien man doen, tot wiens eer de koning een welbehagen heeft!

En Haman nam dat kleed en dat paard, en trok het kleed Mordechai aan, en deed hem rijden door de straten der stad, en hij riep voor hem: Alzo zal men dien man doen, tot wiens eer de koning een welbehagen heeft!

VersbegrippenPromotieOnderscheidende Kleding

En Esther zeide: De man, de onderdrukker en vijand, is deze boze Haman! Toen verschrikte Haman voor het aangezicht des konings en der koningin.

VersbegrippenAngst Van Individuen

Want Mordechai was groot in het huis des konings, en zijn gerucht ging uit door alle landschappen; want die man, Morde chai, werd doorgaans groter.

VersbegrippenRoemProvincies

Er was een man in het land Uz, zijn naam was Job; en dezelve man was oprecht, en vroom, en godvrezende, en wijkende van het kwaad.

VersbegrippenEerbied En GehoorzaamheidGoddelijke BeloningOorzaken Van LijdenVoorbeelden Van Goddelijke AngstVoorbeelden Van Angst Van GodIndividuen Die God VrezenSchuwen

Daartoe was zijn vee zeven duizend schapen, en drie duizend kemelen, en vijfhonderd juk ossen, en vijfhonderd ezelinnen; ook was zijn dienstvolk zeer veel; zodat deze man groter was dan al die van het oosten.

VersbegrippenVeeOvervloed, MaterieelGrootsheidSchapenHerder Als BeroepJukGod Is ImmanentVier- Tot VijfhonderdDrieduizend En MeerZevenduizendVee HoudenVier- En VijfhonderdBijzondere IndividuenMassa's EzelsSchapen BezittenRijke MensenBezittingen

En de HEERE zeide tot den satan: Hebt gij ook acht geslagen op Mijn knecht Job? Want niemand is op de aarde gelijk hij, een man oprecht en vroom, godvrezende en wijkende van het kwaad.

VersbegrippenGedragGerechtigheid In Het Leven Van GelovigenDienaren Van De HeerNamen En Titels Voor SatanBijvalUnieke IndividuenIndividuen Die God VrezenDienstbaarheidSchuwen

En de HEERE zeide tot den satan: Hebt gij ook acht geslagen op Mijn knecht Job? Want niemand is op de aarde gelijk hij, een man, oprecht en vroom, godvrezende en wijkende van het kwaad; en hij houdt nog vast aan zijn oprechtigheid, hoewel gij Mij tegen hem opgehitst hebt, om hem te verslinden zonder oorzaak.

VersbegrippenZiektesOpruien Tot KwaadDienaren Van De HeerVoorbeelden Van Angst Van GodUnieke IndividuenIndividuen Die God VrezenSchuwen

Aan den man, wiens weg verborgen is, en dien God overdekt heeft?

VersbegrippenBlaam

Zou de veelheid der woorden niet beantwoord worden, en zou een klapachtig man recht hebben?

VersbegrippenWereldse WijsheidIjdele PraatjesTeveel Woorden

Dan zal een verstandeloos man kloekzinnig worden; hoewel de mens als het veulen eens woudezels geboren is.

VersbegrippenJonge HengstenOngelovigen Beschreven AlsWereldse WijsheidWilde EzelsWijze GezegdesWijsheid

Maar een man sterft, als hij verzwakt is, en de mens geeft den geest, waar is hij dan?

VersbegrippenConditie Van De Geest

Als een man gestorven is, zal hij weder leven? Ik zou al de dagen mijns strijds hopen, totdat mijn verandering komen zou.

VersbegrippenDe Eindigheid Van De DoodZijn De Doden Verrezen?Dood Is DefinitiefWorstelingDe Strijd Des LevensLeven Na De DoodWorstelingenVernieuwing

Zal een wijs man winderige wetenschap voor antwoord geven, en zal hij zijn buik vullen met oostenwind?

VersbegrippenOostMagenTeveel WoordenDe Oostenwind

Zoekresultaten op Versies

Zoekresultaten op Boek

Alle Boeken

Public domain