'Mijns' in de Bijbel
Omdat hij niet toegesloten heeft de deuren mijns buiks, noch verborgen de moeite van mijn ogen.
Toen ging voorbij mijn aangezicht een geest; hij deed het haar mijns vleses te berge rijzen.
Zo zal ik ook mijn mond niet wederhouden, ik zal spreken in benauwdheid mijns geestes; ik zal klagen in bitterheid mijner ziel.
Als een man gestorven is, zal hij weder leven? Ik zou al de dagen mijns strijds hopen, totdat mijn verandering komen zou.
Mijn dagen zijn voorbijgegaan; uitgerukt zijn mijn gedachten, de bezittingen mijns harten.
Mijn eer heeft Hij van mij afgetrokken, en de kroon mijns hoofds heeft Hij weggenomen.
Mijn adem is mijn huisvrouw vreemd; en ik smeek om der kinderen mijns buiks wil.
Alle mensen mijns heimelijken raads hebben een gruwel aan mij; en die ik liefhad, zijn tegen mij gekeerd.
Lachte ik hun toe, zij geloofden het niet; en het licht mijns aangezichts deden zij niet nedervallen.
Door de veelheid der kracht is mijn kleed veranderd; Hij omgordt mij als de kraag mijns roks.
Zo mijn hart verlokt is geweest tot een vrouw, of ik aan mijns naasten deur geloerd heb;
Zo ik versmaad heb het recht mijns knechts, of mijner dienstmaagd, als zij geschil hadden met mij;
Zo ik verblijd ben geweest in de verdrukking mijns haters, en mij opgewekt heb, als het kwaad hem vond;
Want ik ben der woorden vol; de geest mijns buiks benauwt mij.
Mijn redenen zullen de oprechtigheid mijns harten, en de wetenschap mijner lippen, wat zuiver is, uitspreken.
Zoekresultaten op Versies
Zoekresultaten op Boek
- Genesis (34)
- Exodus (7)
- Leviticus (1)
- Numberi (1)
- Deuteronomium (5)
- Jozua (2)
- Richteren (4)
- Ruth (2)
- 1 Samuël (11)
- 2 Samuël (13)
- 1 Koningen (6)
- 2 Koningen (6)
- 1 Kronieken (6)
- 2 Kronieken (2)
- Ezra (2)
- Nehemia (4)
- Esther (1)
- Job (15)
- Psalmen (46)
- Spreuken (8)
- Hooglied (4)
- Jesaja (19)
- Jeremia (17)
- Klaagliederen (5)
- Ezechiël (13)
- Daniël (10)
- Hosea (4)
- Joël (1)
- Amos (1)
- Obadja (1)
- Micha (7)
- Habakuk (1)
- Zefanja (3)
- Maleachi (2)