36 gebeurtenissen in 1 vertaling

'Toch' in de Bijbel

Ik had u toch geplant, een edelen wijnstok, een geheel getrouw zaad; hoe zijt gij Mij dan veranderd in verbasterde ranken van een vreemden wijnstok?

VersbegrippenLosbandigheidHet Gevolg Van De Afwijzing Van GodWijnstokken

O geslacht, aanmerkt toch gijlieden des HEEREN woord! Ben Ik Israel een woestijn geweest, of een land der uiterste donkerheid? Waarom zegt dan Mijn volk: Wij zijn heren, wij zullen niet meer tot U komen?

VersbegrippenGeneratiesOntrouw Aan GodTot God KomenWoestijen, Figuurlijk gebruikGod Niet Zoeken

Wat zult gij dan doen, gij verwoeste? Al kleeddet gij u met scharlaken, al versierdet gij u met gouden sieraad, al schuurdet gij uw ogen met blanketsel, zo zoudt gij u toch tevergeefs oppronken; de boelen versmaden u, zij zullen uw ziel zoeken.

VersbegrippenDonkerroodVersiering Van VrouwenGoudCosmeticaRode KledijNutteloze ArbeidPoging Tot DodenJuwelen DragenGeliefdenOpmaak

En of zij al zeggen: Zo waarachtig als de HEERE leeft! zo zweren zij toch valselijk.

VersbegrippenMeineedValse Eed Afzweren

Zult gijlieden Mij niet vrezen? spreekt de HEERE; zult gij voor Mijn aangezicht niet beven? Die der zee het zand tot een paal gesteld heb, met een eeuwige inzetting, dat zij daarover niet zal gaan; ofschoon haar golven zich bewegen, zo zullen zij toch niet vermogen, ofschoon zij bruisen, zo zullen zij toch daarover niet gaan.

VersbegrippenGrenzenZandZeeHoudingen Van RespectOceanenOntzagGolvenGoddelijke Kracht Boven NatuurBelemmeringenEeuwige WereldBeperkingen Voor De ZeeZand En GrindVrees God!

Zo zegt de HEERE: Staat op de wegen, en ziet toe, en vraagt naar de oude paden, waar toch de goede weg zij, en wandelt daarin; zo zult gij rust vinden voor uw ziel; maar zij zeggen: Wij zullen daarin niet wandelen.

VersbegrippenVereisten Van Het EvangelieNood Aan Gods BegeleidingGods WegenSpirituele RustRusteloosheidAfwijzing Van Gods RoepObsceniteit Tegen GodPaden Van GerechtigheidOude DingenOp de Juiste Wijze LerenGod Geeft RustSnelwegenPaden

Wie zou U niet vrezen, Gij Koning der heidenen? Want het komt U toe; omdat toch onder alle wijzen der heidenen, en in hun ganse koninkrijk, niemand U gelijk is.

VersbegrippenDe Soevereiniteit Van GodDe Wijsheid Van GodEerbied En Gods AardAlwetende GodNiemand Is Zoals GodGod Is Het WaardGod Moet Gevreesd WordenKoningshuis

Waarom zoudt Gij zijn als een versaagd man, als een held, die niet kan verlossen? Gij zijt toch in het midden van ons, o HEERE! en wij zijn naar Uw Naam genoemd, verlaat ons niet.

VersbegrippenVerlatenheidGod, De HeerMacht, God VerlostGevoelens Van Afwijzing Door GodVerbazingHet Onvermogen Van Mensen Om Te ReddenVerlaat Ons Niet!Onmogelijk Te ReddenGeroepen In Gods NaamVerrassingen

Maar de HEERE zeide tot mij: Al stond Mozes en Samuel voor Mijn aangezicht, zo zou toch Mijn ziel tot dit volk niet wezen; drijf ze weg van Mijn aangezicht, en laat ze uitgaan.

VersbegrippenGod AanroepenHet Gevolg Van De Afwijzing Van GodVerschoppelingen

O HEERE! Gij zijt mijn Sterkte, en mijn Sterkheid, en mijn Toevlucht ten dage der benauwdheid; tot U zullen de heidenen komen van de einden der aarde, en zeggen: Immers hebben onze vaders leugen erfelijk bezeten, en ijdelheid, waarin toch niets was, dat nut deed.

VersbegrippenFultiliteitGetroffen HeiligenVoorbeelden Van BekeringValse GodenGod, De RotsBezwaren Tegen AfgoderijNutteloze DingenMissie Van IsraëlVluchtelingenGod Is Onze ToevluchtIjdelheidGod Onze KrachtHet Evangelie Voor De NatiesFamilie Kracht

Zal een mens zich goden maken? Zij zijn toch geen goden.

VersbegrippenValse ReligieMensen

Ik heb toch niet aangedrongen, meer dan een herder achter U betaamde; ook heb ik den dodelijken dag niet begeerd, Gij weet het; wat uit mijn lippen is gegaan, is voor Uw aangezicht geweest.

VersbegrippenLippenWanhoop

Waarom ben ik toch uit de baarmoeder voortgekomen, om moeite en droefenis te zien, en dat mijn dagen in beschaamdheid vergaan?

VersbegrippenZorgenGeboorte BetreurenSchaamte Zal AankomenWaarom Gebeurt Dit?

Vraag toch den HEERE voor ons, want Nebukadrezar, de koning van Babel, strijdt tegen ons; misschien zal de HEERE met ons doen naar al Zijn wonderen, dat hij van ons optrekke.

Zo waarachtig als Ik leef, spreekt de HEERE, ofschoon Chonia, de zoon van Jojakim, den koning van Juda, een zegelring ware aan Mijn rechterhand, zo zal Ik u toch van daar wegrukken.

VersbegrippenRingenZegelsKwaad Voor De RechterhandAndere Mensen Nemen

Zeggende: Bekeert u toch, een iegelijk van zijn bozen weg, en van de boosheid uwer handelingen, en woont in het land, dat de HEERE u en uw vaderen gegeven heeft, van eeuw tot eeuw;

VersbegrippenDe Aard Van BekeringEeuwig BezitAfkeren Van Het KwaadWeigeren Om Te HorenGod Gaf Het LandVooruitgang

Vraagt toch en ziet, of een manspersoon baart? Waarom zie Ik dan eens iegelijken mans handen op zijn lenden, als van een barende vrouw, en alle aangezichten veranderd in bleekheid?

VersbegrippenWeeënOnmogelijke GeboorteEen Baby VerwachtenBaby

En hij zal Zedekia naar Babel voeren, en aldaar zal hij zijn, totdat Ik hem bezoek, spreekt de HEERE; ofschoon gijlieden tegen de Chaldeen strijdt, gij zult toch geen geluk hebben.)

VersbegrippenBabylon, Israël Verbannen NaarVerbannen Koningen

Alzo kwam Hanameel, mijns ooms zoon, naar des HEEREN woord, tot mij, in het voorhof der bewaring, en zeide tot mij: Koop toch mijn veld, hetwelk is bij Anathoth, dat in het land van Benjamin is; want gij hebt het erfrecht, en gij hebt de lossing, koop het voor u. Toen merkte ik, dat het des HEEREN woord was.

VersbegrippenOnderhandelingVerlossing In Het Dagelijks Leven

En Ik heb tot u gezonden al Mijn knechten, de profeten, vroeg op zijnde en zendende, om te zeggen: Bekeert u toch, een iegelijk van zijn bozen weg, en maakt uw handelingen goed, en wandelt andere goden niet na, om hen te dienen, zo zult gij in het land blijven, dat Ik u en uw vaderen gegeven heb; maar gij hebt uw oor niet geneigd, en naar Mij niet gehoord.

VersbegrippenOvertuigenGods Eis Tot BekeringOnverschilligheidLuisterenMonotheïsmeDe Rol Van ProfetenHervormingVerzakingHet Belang Van BerouwGods Remedie Tegen ZondeDe Roep Van GodZij Die Vroeg OpstondenAndere GodenHerhalenVereer Geen Andere Goden

En zij zeiden tot hem: Zit toch neder, en lees ze voor onze oren; en Baruch las voor hun oren.

VersbegrippenHet Schrift Lezen

En zij vraagden Baruch, zeggende: Verklaar ons toch, hoe hebt gij al deze woorden uit zijn mond geschreven?

Nochtans zond de koning Zedekia Juchal, den zoon van Selemja, en Sefanja, den zoon van Maaseja, den priester, tot den profeet Jeremia, om te zeggen: Bid toch voor ons tot den HEERE, onzen God!

VersbegrippenBid Voor Ons

Nu dan, hoor toch, o mijn heer koning! laat toch mijn smeking voor uw aangezicht nedervallen, en breng mij niet weder in het huis van Jonathan, den schrijver, opdat ik aldaar niet sterve.

VersbegrippenMogelijke Dood

Zo zeiden de vorsten tot den koning: Laat toch dezen man gedood worden; want aldus maakt hij de handen der krijgslieden, die in deze stad zijn overgebleven, en de handen des gansen volks slap, alzulke woorden tot hen sprekende; want deze man zoekt den vrede dezes volks niet, maar het kwaad.

VersbegrippenLafheidBlaamProfeten DodenOp Zoek Zijn Naar Welzijn

Mijn heer koning! deze mannen hebben kwalijk gehandeld in alles, wat zij gedaan hebben aan den profeet Jeremia, dien zij in den kuil geworpen hebben; daar hij toch in zijn plaats zou gestorven zijn vanwege den honger, dewijl geen brood meer in de stad is.

VersbegrippenVoorbeelden Van HongerKerkersGetroffen Door De DoodHongersnood Doodt

En Jeremia zeide tot Zedekia: Als ik het u verklaren zal, zult gij mij niet zekerlijk doden? En als ik u raad zal geven, gij zult toch naar mij niet horen.

VersbegrippenLuisterenAfwijzen Van Goed Advies

En Jeremia zeide: Zij zullen u niet overgeven; wees toch gehoorzaam aan de stem des HEEREN, naar dewelke ik tot u spreek; zo zal het u welgaan, en uw ziel zal leven.

VersbegrippenVerbintenis Tot GodGehoorzaamheid Aan God

Johanan nochtans, de zoon van Kareah, sprak tot Gedalia, in het verborgene, te Mizpa, zeggende: Laat mij toch henengaan, en Ismael, den zoon van Nethanja, slaan, en niemand zal het weten; waarom zou hij u aan het leven slaan, en gans Juda, die tot u vergaderd zijn, verstrooid worden, en het overblijfsel van Juda verloren gaan?

VersbegrippenDe JodenPrivacyOverlevenden VernietigdVerborgen Informatie

En zij zeiden tot den profeet Jeremia: Laat toch onze smeking voor uw aangezicht nedervallen, en bid voor ons tot den HEERE, uw God, voor dit ganse overblijfsel; want wij zijn weinigen van velen overgelaten, gelijk als uw ogen ons zien;

VersbegrippenRestEnkele MensenBid Voor OnsSmeekbedePetitie

En Ik heb tot u gezonden al Mijn knechten, de profeten, vroeg op zijnde en zendende, om te zeggen: Doet toch deze gruwelijke zaak niet, die Ik haat.

VersbegrippenDe Rol Van ProfetenAfkeer, Zonde IsZij Die Vroeg OpstondenHerhalen

Zo spreekt de HEERE der heirscharen, de God Israels, zeggende: Aangaande u en uw vrouwen, zij hebben toch met uw mond gesproken, en gij hebt het met uw handen vervuld, zeggende: Wij zullen onze geloften, die wij beloofd hebben, ganselijk houden, rokende aan Melecheth des hemels, en haar drankofferen offerende; nu, zij hebben uw geloften volkomenlijk bevestigd en uw geloften volkomenlijk gehouden.

VersbegrippenAsherah Dienen

Hoe zoudt gij stil houden? De HEERE heeft toch aan het zwaard bevel gegeven; tegen Askelon en tegen de zeehaven, aldaar heeft Hij het besteld.

VersbegrippenNiet Stil ZijnNiet StilGods Bevelen

Al klom Babel ten hemel op, en al maakte zij vast de hoogte harer sterkte, zo zullen haar toch verstoorders van Mij overkomen, spreekt de HEERE.

VersbegrippenBabylonVestingenLuchtZij Die VernietigenNaar De Hemel GaanLucht, Figuurlijk GebruikHaar Kracht

Public domain