90 gebeurtenissen in 1 vertaling

'Wat' in de Bijbel

En de HEERE God zeide tot de vrouw: Wat is dit, dat gij gedaan hebt? En de vrouw zeide: De slang heeft mij bedrogen, en ik heb gegeten.

VersbegrippenEvaOorzaken Van ZondeVijanden In Spirituele OorlogDe Slang Uit De OudheidWat Doe Jij?Verboden Voedsel EtenAdam en EvaAdam En Eva Die Ongehoorzaam Zijn Aan God

En Hij zeide: Wat hebt gij gedaan? daar is een stem des bloeds van uw broeder, dat tot Mij roept van den aardbodem.

VersbegrippenHuilenMenselijk BloedvergietenKreten Van Ellende Tot GodWat Doe Jij?WraakZaad Op De Grond Verspillen

En gij zult van al wat leeft, van alle vlees, twee van elk, doen in de ark komen, om met u in het leven te behouden: mannetje en wijfje zullen zij zijn;

VersbegrippenBeschrijving Van VleesDe Ark Van NoachDoor De Mens In Leven Gehouden WordenTwee DierenMannelijke En Vrouwelijke Dieren

Want over nog zeven dagen zal Ik doen regenen op de aarde veertig dagen, en veertig nachten; en Ik zal van den aardbodem verdelgen al wat bestaat, dat Ik gemaakt heb.

VersbegrippenDe ZondvloedRegenWekenControle Over De ElementenGoddelijke Kracht Boven NatuurZeven DagenMeer Dan Een MaandGod DodendGod Doodt Alle Mensen

En Noach deed, naar al wat de HEERE hem geboden had.

VersbegrippenDe Ark Van Noach

Van het reine vee, en van het vee, dat niet rein was, en van het gevogelte, en al wat op den aardbodem kruipt,

VersbegrippenTwee DierenRein En Onrein

Al wat een adem des geestes des levens in zijn neusgaten had, van alles wat op het droge was, is gestorven.

VersbegrippenNeuzenDroog LandNeusgatenLevende DingenAdemenLongen

Alzo werd verdelgd al wat bestond, dat op den aardbodem was, van den mens aan tot het vee, tot het kruipend gedierte, en tot het gevogelte des hemels, en zij werden verdelgd van de aarde; doch Noach alleen bleef over, en wat met hem in de ark was.

VersbegrippenDe ZondvloedGods Verbond Met NoachRestDood Van Alle WezensGod DodendEnige OverlevendenDood Van Andere GroepenGod Doodt Alle Mensen

Al het gedierte, al het kruipende, en al het gevogelte, al wat zich op de aarde roert, naar hun geslachten, gingen uit de ark.

En uw vrees, en uw verschrikking zij over al het gedierte der aarde, en over al het gevogelte des hemels; in al wat zich op den aardbodem roert, en in alle vissen der zee; zij zijn in uw hand overgegeven.

VersbegrippenDierenHet DierenrijkAngstVerantwoordelijkheid Voor Gods WereldKenmerken Van VogelsOverwicht Van De MensFunctie Van De MensAngst En DierenGeschenken Van GodAndere Geschenken Van GodDe Relatie Tussen Dier En MensDe RegenboogRegenboog

En Noach ontwaakte van zijn wijn; en hij merkte wat zijn kleinste zoon hem gedaan had.

VersbegrippenDe Feiten KennenDronkenschap

En de HEERE zeide: Ziet, zij zijn enerlei volk, en hebben allen enerlei spraak; en dit is het, dat zij beginnen te maken; maar nu, zoude hun niet afgesneden worden al wat zij bedacht hebben te maken?

VersbegrippenVerbeelding, Intriges Van Het KwaadGoddelijke BeperkingenVerenigde MensenMogelijkheden Voor MensenBegonnen ActiviteitMogelijk Voor MensenVisualisatieTaalSamenwerkenSucces En Hard WerkSamenhorigheidTechnologieVerwezenlijkingVerbeeldingOnmogelijk

Toen riep Farao Abram, en zeide: Wat is dit, dat gij mij gedaan hebt? waarom hebt gij mij niet te kennen gegeven, dat zij uw huisvrouw is?

VersbegrippenWat Doe Jij?Ontbiedende KoningenZij Die Niets Zeggen

En Farao gebood zijn mannen vanwege hem, en zij geleidden hem, en zijn huisvrouw, en alles wat hij had.

VersbegrippenGeboden in OTDe Bevelen Van De Koning

Alzo toog Abram op uit Egypte naar het zuiden, hij en zijn huisvrouw, en al wat hij had, en Lot met hem.

VersbegrippenAbraham, Roeping En LevensloopSamengaan

Het zij buiten mij; alleen wat de jongelingen verteerd hebben, en het deel dezer mannen, die met mij getogen zijn, Aner, Eskol en Mamre, laat die hun deel nemen!

VersbegrippenToegelaten VoedselMateriële Dingen Delen

Toen zeide Abram: Heere, HEERE! wat zult Gij mij geven, daar ik zonder kinderen heenga en de bezorger van mijn huis is deze Damaskener Eliezer?

VersbegrippenAbrahamRentmeesterschap Over GeldWat Geeft God?

En Abram zeide tot Sarai: Zie uw dienstmaagd is in uw hand; doe haar, wat goed is in uw ogen. En Sarai vernederde haar, en zij vluchtte van haar aangezicht.

VersbegrippenMisbruik Van Macht, Voorbeelden VanMeestersDe Aard Van OnderdrukkingOorzaken Van LijdenWerkgevers, Slechte VoorbeeldenIn De Hand GegevenMensen AchterlatenMinnares

Dit is Mijn verbond, dat gijlieden houden zult tussen Mij en tussen u, en tussen uw zaad na u: dat al wat mannelijk is, u besneden worde.

VersbegrippenGebarenPlechtighedenBesnijdenisGods Verbond Met De Patriarchen

Een zoontje dan van acht dagen zal u besneden worden, al wat mannelijk is in uw geslachten: de ingeborene van het huis, en de gekochte met geld van allen vreemde, welke niet is van uw zaad;

VersbegrippenGeneratiesKopen En VerkopenGebruik Van GeldMinder Dan Een Jaar OudThuis Geboren WordenBesnijdenisGroepen Van Slaven

En wat mannelijk is, de voorhuid hebbende, wiens voorhuids vlees niet zal besneden worden, dezelve ziel zal uit haar volken uitgeroeid worden; hij heeft Mijn verbond gebroken.

VersbegrippenVoorhuidenHet Verbond Breken

Toen nam Abraham zijn zoon Ismael, en al de ingeborenen van zijn huis, en alle gekochten met zijn geld, al wat mannelijk was onder de lieden van het huis van Abraham, en hij besneed het vlees hunner voorhuid, even ten zelfden dage, gelijk als God met hem gesproken had.

VersbegrippenVoorhuidenTerzelfdertijdGroepen Van Slaven

Zo geef dan nu dezes mans huisvrouw weder; want hij is een profeet, en hij zal voor u bidden, opdat gij leeft; maar zo gij haar niet wedergeeft, weet, dat gij voorzeker sterven zult, gij, en al wat uwes is!

VersbegrippenBemiddelaarAbraham, De Vriend Van GodDoor De Mens In Leven Gehouden WordenDood Als StrafHerstel Van MensenBidden Voor ZondaarsGenoemde Profeten Van De HeerEchtgenoot En VrouwTeruggeven

En Abimelech riep Abraham, en zeide tot hem: Wat hebt gij ons gedaan? en wat heb ik tegen u gezondigd, dat gij over mij en over mijn koninkrijk een grote zonde gebracht hebt? gij hebt daden met mij gedaan, die niet zouden gedaan worden.

VersbegrippenWat Doe Jij?Ontbiedende KoningenWe Hebben GezondigdWelke Zonde?

Voorts zeide Abimelech tot Abraham: Wat hebt gij gezien, dat gij deze zaak gedaan hebt?

VersbegrippenWat Doe Jij?Kijken En Zien

Maar God zeide tot Abraham: Laat het niet kwaad zijn in uw ogen, over den jongen, en over uw dienstmaagd; al wat Sara tot u zal zeggen, hoor naar haar stem; want in Izak zal uw zaad genoemd worden.

VersbegrippenAbrahamVoorspellingen Over ChristusBesteed Aandacht Aan Mensen!Sarah

En God hoorde de stem van den jongen; en de Engel Gods riep Hagar toe uit den hemel, en zeide tot haar: Wat is u, Hagar? Vrees niet; want God heeft naar des jongens stem gehoord, ter plaatse, waar hij is.

VersbegrippenAbrahamDe Engel Van De HeerHemel En EngelenAngstGod HoortWat Is Er Aan De Hand?God Spreekt Vanuit De HemelWees Niet Bang Want God Zal Helpen

Voorts geschiedde het ter zelfder tijd, dat Abimelech, mitsgaders Pichol, zijn krijgsoverste, tot Abraham sprak, zeggende: God is met u in alles, wat gij doet.

VersbegrippenCommandantAbraham, In GemeenschapAbraham, De Vriend Van GodAbraham, Beproeving En OverwinningGod Met JouGod Met Specifieke MensenDe Reputatie Van Een Man

Zo zeide Abimelech tot Abraham: Wat zullen hier deze zeven ooilammeren, die gij bijzonder gesteld hebt?

VersbegrippenDieren ScheidenWat Is Dit?

Mijn heer! hoor mij; een land van vierhonderd sikkelen zilvers, wat is dat tussen mij en tussen u? begraaf slechts uw dode.

VersbegrippenVastgoedOnbelangrijke Mensen

Zo sprak Abraham tot zijn knecht, den oudste van zijn huis, regerende over alles, wat hij had: Leg toch uw hand onder mijn heup,

VersbegrippenDijenInvesteren

En Sara, de huisvrouw van mijn heer, heeft mijn heer een zoon gebaard, nadat zij oud geworden was; en hij heeft hem gegeven alles, wat hij heeft.

VersbegrippenAan Anderen GevenHoop Voor Oude Mensen

En Abimelech zeide: Wat is dit, dat gij ons gedaan hebt? Lichtelijk had een van dit volk bij uw huisvrouw gelegen, zodat gij een schuld over ons zoudt gebracht hebben.

VersbegrippenWat Doe Jij?

Toen antwoordde Izak, en zeide tot Ezau: Zie, ik heb hem tot een heer over u gezet, en al zijn broeders heb ik hem tot knechten gegeven; en ik heb hem met koorn en most ondersteund; wat zal ik u dan nu doen, mijn zoon?

VersbegrippenMensen DienenWijn Verschaffen

En deze steen, dien ik tot een opgericht teken gezet heb, zal een huis Gods wezen, en van alles, wat Gij mij geven zult, zal ik U voorzeker de tienden geven!

VersbegrippenHuis Van GodTiendenBreuken, Een TiendeGedenkstenenStenen Als MonumentenBethel Het Huis Van GodTienden ProducerenTienden En OffersTeruggeven

Daarna zeide Laban tot Jakob: Omdat gij mijn broeder zijt, zoudt gij mij derhalve om niet dienen? verklaar mij, wat zal uw loon zijn?

VersbegrippenEerlijk ZijnOnderhandelingWerkomstandigheden Van DienarenSalarissenGratis

En het geschiedde des morgens, en ziet, het was Lea. Daarom zeide hij tot Laban: Wat is dit, dat gij mij gedaan hebt; heb ik niet bij u gediend om Rachel? waarom hebt gij mij dan bedrogen?

VersbegrippenOchtendWat Doe Jij?Zij Die Bedrogen

En hij zeide: Wat zal ik u geven? Toen zeide Jakob: Gij zult mij niet met al geven, indien gij mij deze zaak doen zult; ik zal wederom uw kudden weiden, en bewaren.

VersbegrippenDieren VoedenWat Is Dit?Niet OntvangenZij Die Voorraad Hadden

Zo zal mijn gerechtigheid op den dag van morgen met mij getuigen, als gij komen zult over mijn loon, voor uw aangezicht; al wat niet gespikkeld en geplekt is onder de geiten en bruin onder de lammeren, dat zij bij mij gestolen.

VersbegrippenEerlijkheidZwarte DierenOnzuivere WezensZwart En Wit

Toen hoorde hij de woorden der zonen van Laban, zeggende: Jakob heeft genomen alles, wat onzes vaders was, en van hetgeen, dat onzes vaders was, heeft hij al deze heerlijkheid gemaakt.

VersbegrippenVoorbeeld Van AfgunstRijk WordenBezittingen Nemen

En Hij zeide: Hef toch uw ogen op, en zie! alle bokken, die de kudde beklimmen, zijn gesprenkeld, gespikkeld, en hagelvlakkig; want Ik heb gezien alles, wat Laban u doet.

VersbegrippenGod Ziet Hun EllendeOnzuivere WezensZwart En WitGod Stuurde Zijn Zoon

Want al de rijkdom, welke God onze vader heeft ontrukt, die is onze, en van onze zonen; nu dan, doe alles, wat God tot u gezegd heeft.

VersbegrippenRijk WordenBezittingen Nemen

En hij vlood, en al wat het zijne was, en hij maakte zich op, en voer over de rivier, en hij zette zijn aangezicht naar het gebergte Gilead.

VersbegrippenBergenRivier OverstekenRivier Tigris

Toen zeide Laban tot Jakob: Wat hebt gij gedaan, dat gij u aan mijn hart ontstolen hebt, en mijn dochteren ontvoerd hebt, als gevangenen met het zwaard?

VersbegrippenWat Doe Jij?Zij Die Bedrogen

Bij wien gij uw goden vinden zult, laat hem niet leven! Onderken gij voor onze broederen, wat bij mij is, en neem het tot u. Want Jakob wist niet, dat Rachel dezelve gestolen had.

VersbegrippenGoedkeuring Om Te DodenGod OvervallenIn De Tegenwoordigheid Van De Mens

Toen ontstak Jakob, en twistte met Laban; en Jakob antwoordde en zeide tot Laban: Wat is mijn overtreding, wat is mijn zonde, dat gij mij zo hittiglijk hebt nagejaagd?

VersbegrippenJagenGerechtvaardigde Voorbeelden Van WoedeDe Rechtvaardige Woede Van De MensGeschillenGenoemde Personen Die Kwaad Waren Op AnderenWelke Zonde?

Als gij al mijn huisraad betast hebt, wat hebt gij gevonden van al het huisraad uws huizes! Leg het hier voor mijn broederen en uw broederen, en laat hen richten tussen ons beiden.

VersbegrippenNiet VindenIn De Tegenwoordigheid Van De Mens

Toen antwoordde Laban en zeide tot Jakob: Deze dochters zijn mijn dochters, en deze zonen zijn mijn zonen, en deze kudde is mijn kudde, ja, al wat gij ziet, dat is mijn; en wat zoude ik aan deze mijn dochteren heden doen? of aan haar zonen, die zij gebaard hebben?

VersbegrippenMensen Die Andere Dingen Bezitten

Maar Ezau zeide: Ik heb veel, mijn broeder! het zij het uwe, wat gij hebt!

VersbegrippenNiet Ontvangen

En Sichem zeide tot haar vader, en tot haar broederen: Laat mij genade vinden in uw ogen; en wat gij tot mij zeggen zult, zal ik geven.

Doch hierin zullen wij u ter wille zijn, zo gij wordt gelijk als wij, dat onder u besneden worde al wat mannelijk is.

VersbegrippenOvereenkomstAls Mensen WordenInstemmingNoodzaak Van Besnijdenis

Doch hierin zullen deze mannen ons ter wille zijn, dat zij met ons wonen, om tot een volk te zijn; als al wat mannelijk is onder ons besneden wordt, gelijk als zij besneden zijn.

VersbegrippenVerenigde MensenAls Mensen WordenInstemmingIn Het Land LevenNoodzaak Van Besnijdenis

En zij hoorden naar Hemor, en naar Sichem, zijn zoon, allen, die ter zijner stadspoort uitgingen; en zij werden besneden, al wat mannelijk was, allen, die ter zijner stadspoort uitgingen.

VersbegrippenHet Sluiten Van Een OvereenkomstZaken Doen Aan De PoortInstemming

En het geschiedde ten derden dage, toen zij in de smart waren, zo namen de twee zonen van Jakob, Simeon en Levi, broeders van Dina, een iegelijk zijn zwaard, en kwamen stoutelijk in de stad, en doodden al wat mannelijk was.

VersbegrippenDe Derde Dag Van De WeekUitroeiingDood Van Alle MannenLichamelijke PijnTwee ZonenAangenaamheidSlachtingen

En al hun vermogen, en al hun kleine kinderen, en hun vrouwen, voerden zij gevankelijk weg, en plunderden denzelven, en al wat binnenshuis was.

VersbegrippenLijdende KinderenAndere Echtgenotes

En als hij het aan zijn vader en aan zijn broederen verhaalde, bestrafte hem zijn vader, en zeide tot hem: Wat is dit voor een droom, dien gij gedroomd hebt; zullen wij dan ganselijk komen, ik, en uw moeder, en uw broeders, om ons voor u ter aarde te buigen?

VersbegrippenGroetenBuigen Voor JozefWat Is Dit?Immigranten

En een man vond hem (want ziet, hij was dwalende in het veld); zo vraagde hem deze man, zeggende: Wat zoekt gij?

VersbegrippenZwerversZwerven

Nu komt dan, en laat ons hem doodslaan, en hem in een dezer kuilen werpen; en wij zullen zeggen: een boos dier heeft hem opgegeten; zo zullen wij zien, wat van zijn dromen worden zal.

VersbegrippenMensenetende DierenWilde Dieren Die VerslindenPogingen Om Bepaalde Mensen Te DodenOnvervuld Woord

Toen zeide Juda tot zijn broederen: Wat gewin zal het zijn, dat wij onzen broeder doodslaan, en zijn bloed verbergen?

VersbegrippenZondes Verbergen

En het was kwaad in des HEEREN ogen, wat hij deed; daarom doodde Hij hem ook.

VersbegrippenGod DodendGod Doodt IndividuenZaad Op De Grond Verspillen

En hij week tot haar naar den weg, en zeide: Kom toch, laat mij tot u ingaan; want hij wist niet, dat zij zijn schoondochter was. En zij zeide: Wat zult gij mij geven, dat gij tot mij ingaat?

VersbegrippenSchoondochtersGeen Mensen HerkennenSalaris Van Een Prostituee

Toen zeide hij: Wat pand is het, dat ik u geven zal? En zij zeide: Uw zegelring en uw snoer en uw staf, die in uw hand is; hetwelk hij haar gaf, en ging tot haar in; en zij ontving bij hem.

VersbegrippenZegelsPersoneelOpvattingTouwen

Als nu zijn heer zag, dat de HEERE met hem was, en dat de HEERE al wat hij deed, door zijn hand voorspoedig maakte;

VersbegrippenGoede DienarenGod Met Specifieke MensenSituaties ZienDe Rechtvaardigen Varen WelGedijen

Zo vond Jozef genade in zijn ogen, en diende hem; en hij stelde hem over zijn huis; en al wat hij had, gaf hij in zijn hand.

VersbegrippenZorgVoorbeelden Van VerantwoordelijkheidWaardigheidAan Mensen Toegekend GezagGunst

En het geschiedde van toen af, dat hij hem over zijn huis, en over al wat het zijne was, gesteld had, dat de HEERE des Egyptenaars huis zegende, om Jozefs wil; ja, de zegen des HEEREN was in alles, wat hij had, in het huis en in het veld.

VersbegrippenPromotieBinnen En BuitenAan Mensen Toegekend GezagZegen Door Gods Volk

En hij liet alles, wat hij had, in Jozefs hand, zodat hij met hem van geen ding kennis had, behalve van het brood, dat hij at. En Jozef was schoon van gedaante, en schoon van aangezicht.

VersbegrippenTrouwGoede DienarenBetrouwbaarheidEthiek Van Zaken DoenSchoonheid In MannenVoedsel ZoekenAan Mensen Toegekend GezagAantrekkelijke Mannen

Maar hij weigerde het, en zeide tot de huisvrouw zijns heren: Zie, mijn heer heeft geen kennis met mij, wat er in het huis is; en al wat hij heeft, dat heeft hij in mijn hand gegeven.

VersbegrippenAan Mensen Toegekend GezagMinnares

En de overste van het gevangenhuis gaf al de gevangenen, die in het gevangenhuis waren, in Jozefs hand; en al wat zij daar deden, deed hij.

VersbegrippenVoorbeelden Van VerantwoordelijkheidGevangenisbewaardersToevertrouwendZijn/Haar Werk DoenGevangenis

De overste van het gevangenhuis zag gans op geen ding, dat in zijn hand was, overmits dat de HEERE met hem was; en wat hij deed, dat deed de HEERE wel gedijen.

VersbegrippenVindenSuccesGod Met Specifieke MensenSucces Door God

Als nu gans Egypteland hongerde, riep het volk tot Farao om brood; en Farao zeide tot alle Egyptenaren: Gaat tot Jozef, doet wat hij u zegt.

VersbegrippenVoedsel Vragen

Toen zeide Jozef tot hen: Dat is het, wat ik tot u gesproken heb, zeggende: Gij zijt verspieders!

VersbegrippenSpioneren

En hij zeide tot zijn broederen: Mijn geld is wedergekeerd; daartoe ook, ziet, het is in mijn zak! Toen ontging hun het hart, en zij verschrikten, de een tot den ander zeggende: Wat is dit, dat ons God gedaan heeft?

VersbegrippenMenselijk HartMenselijke EmotieIndividuen Die BevenWat Doet God?Onbepaalde Sommen GeldAndere Verdrietige Mensen

Is het deze niet, waaruit mijn heer drinkt? en waarbij hij iets zekerlijk waarnemen zal? Gij hebt kwalijk gedaan, wat gij gedaan hebt.

En Jozef zeide tot hen: Wat daad is dit, die gij gedaan hebt? Weet gij niet, dat zulk een man als ik dat zekerlijk waarnemen zoude?

VersbegrippenWat Doe Jij?

Toen zeide Juda: Wat zullen wij tot mijn heer zeggen, wat zullen wij spreken, en wat zullen wij ons rechtvaardigen? God heeft de ongerechtigheid uwer knechten gevonden; zie, wij zijn mijns heren slaven, zo wij, als hij, in wiens hand de beker gevonden is.

VersbegrippenOntdekt WordenVrijspreken Van De Rechtvaardigen

En gij zult in het land Gosen wonen, en nabij mij wezen, gij en uw zonen, en de zonen uwer zonen, en uw schapen, en uw runderen, en al wat gij hebt.

VersbegrippenKleinkinderenIn Het Land LevenBurenImmigrantenLand

En ik zal u aldaar onderhouden; want er zullen nog vijf jaren des hongers zijn, opdat gij niet verarmt, gij en uw huis, en alles wat gij hebt!

VersbegrippenOorzaken Van ArmoedeVijf JaarMensen Die ZorgenVermijden Armoede

En boodschapt mijn vader al mijn heerlijkheid in Egypte, en alles wat gij gezien hebt; en haast u, en brengt mijn vader herwaarts af.

VersbegrippenAnderen Opjagen

En Israel verreisde met al wat hij had, en hij kwam te Ber-seba, en hij offerde offeranden aan den God van zijn vader Izak.

VersbegrippenVluchtelingenOffer In OT

En die mannen zijn schaapherders; want het zijn mannen, die met vee omgaan; en zij hebben hun schapen, en hun runderen, en al wat zij hebben, medegebracht.

VersbegrippenHerder Als Beroep

Wanneer het nu geschieden zal, dat Farao ulieden zal roepen, en zeggen: Wat is uw hantering?

VersbegrippenStellen Van Bepaalde Vragen

Toen kwam Jozef en boodschapte Farao, en zeide: Mijn vader en mijn broeders, en hun schapen, en hun runderen, met alles wat zij hebben, zijn gekomen uit het land Kanaan, en zie, zij zijn in het land Gosen.

VersbegrippenVertellen Over Bewegingen

Toen zeide Farao tot zijn broederen: Wat is uw hantering? En zij zeiden tot Farao: Uw knechten zijn schaapherders, zo wij als onze vaders.

VersbegrippenBeroepenZij Die Voorraad Hadden

Al deze stammen van Israel zijn twaalf; en dit is het, wat hun vader tot hen sprak, als hij hen zegende; hij zegende hen, een iegelijk naar zijn bijzonderen zegen.

VersbegrippenTwaalf StammenMensen Die Anderen ZegenenIsraël

Public domain