Meest Populaire Bijbelverzen in Spreuken 15
Spreuken Rang:
Een zacht antwoord keert de grimmigheid af; maar een smartend woord doet den toorn oprijzen.
Beter is een gerecht van groen moes, waar ook liefde is, dan een gemeste os, en haat daarbij.
De dwaasheid is den verstandeloze blijdschap; maar een man van verstand zal recht wandelen.
Een man heeft blijdschap in het antwoord zijns monds; en hoe goed is een woord op zijn tijd!
Het hart des rechtvaardigen bedenkt zich, om te antwoorden; maar de mond der goddelozen zal overvloediglijk kwade dingen uitstorten.
De HEERE is ver van de goddelozen; maar het gebed der rechtvaardigen zal Hij verhoren.
De weg des levens is den verstandige naar boven; opdat hij afwijke van de hel, beneden.
De weg des luiaards is als een doornheg; maar het pad der oprechten is wel gebaand.
Des bozen gedachten zijn den HEERE een gruwel; maar der reinen zijn liefelijke redenen.
Het oor, dat de bestraffing des levens hoort, zal in het midden der wijzen vernachten.
De gedachten worden vernietigd, als er geen raad is; maar door veelheid der raadslieden zal elkeen bestaan.
Het offer der goddelozen is den HEERE een gruwel; maar het gebed der oprechten is Zijn welgevallen.
Al de dagen des bedrukten zijn kwaad; maar een vrolijk hart is een gedurige maaltijd.
Een vrolijk hart zal het aangezicht blijde maken; maar door de smart des harten wordt de geest verslagen.
De medicijn der tong is een boom des levens; maar de verkeerdheid in dezelve is een breuk in den geest.
De tong der wijzen maakt de wetenschap goed; maar de mond der zotten stort overvloediglijk dwaasheid uit.
Een dwaas zal de tucht zijns vaders versmaden; maar die de bestraffing waarneemt, zal kloekzinniglijk handelen.
Die de tucht verwerpt, die versmaadt zijn ziel; maar die de bestraffing hoort, krijgt verstand.
Het huis der hovaardigen zal de HEERE afrukken; maar de landpale der weduwe zal Hij vastzetten.
De hel en het verderf zijn voor den HEERE; hoeveel te meer de harten van des mensenkinderen?
Een verstandig hart zal de wetenschap opzoeken; maar de mond der zotten zal met dwaasheid gevoed worden.
De spotter zal niet liefhebben, die hem bestraft; hij zal niet gaan tot de wijzen.
De weg der goddelozen is den HEERE een gruwel; maar dien, die de gerechtigheid najaagt, zal Hij liefhebben.
De tucht is onaangenaam voor dengene die het pad verlaat; en die de bestraffing haat, zal sterven.
In het huis des rechtvaardigen is een grote schat; maar in des goddelozen inkomst is beroerte.
De lippen der wijzen zullen de wetenschap uitstrooien; maar het hart der zotten niet alzo.