134 gebeurtenissen in 1 vertaling

'Stonden' in de Bijbel

En hij hief zijn ogen op en zag; en ziet, daar stonden drie mannen tegenover hem; als hij hen zag, zo liep hij hun tegemoet van de deur der tent, en boog zich ter aarde.

VersbegrippenDe Engel Van De HeerBuigenGroetenDrie MannenIndividuen Die LopenDrievuldigheid

Toen stonden die mannen op van daar, en zagen naar Sodom toe; en Abraham ging met hen, om hen te geleiden.

VersbegrippenAbraham, Beproeving En OverwinningSamengaanUitzetten

Toen aten en dronken zij, hij en de mannen, die bij hem waren; en zij vernachtten, en zij stonden des morgens op, en hij zeide: Laat mij trekken tot mijn heer!

VersbegrippenVrijetijd En VrijetijdsbestedingEten En DrinkenMensen Die Mensen Sturen

En zij stonden des morgens vroeg op, en zwoeren de een den ander; daarna liet Izak hen gaan, en zij togen van hem in vrede.

VersbegrippenEen Verbond BezegelenVroeg OpstaanZij Die Vroeg OpstondenIn Vrede Gaan

En ziet, zeven andere koeien kwamen na die op uit de rivier, lelijk van aanzien, en dun van vlees; en zij stonden bij de andere koeien aan den oever der rivier.

VersbegrippenZeven DierenRivieroeversDunne LichamenRivier Nijl

En die mannen namen dat geschenk, en namen dubbel geld in hun hand, en Benjamin; en zij maakten zich op, en togen af naar Egypte, en zij stonden voor Jozefs aangezicht.

VersbegrippenDubbel GeldOnbepaalde Sommen Geld

Toen kon zich Jozef niet bedwingen voor allen, die bij hem stonden, en hij riep: Doet alle man van mij uitgaan! En er stond niemand bij hem, als Jozef zich aan zijn broederen bekend maakte.

VersbegrippenAlleen HandelenTroepen Die Weggestuurd WordenMensen Bekend GemaaktIdentiteit

En zij ontmoetten Mozes en Aaron, die tegen hen over stonden, toen zij van Farao uitgingen.

VersbegrippenWachtenMensen OntmoetenMensen Die Wachten

En zij namen as uit den oven, en stonden voor Farao's aangezicht; en Mozes strooide die naar den hemel; toen werden er zweren, uitbrekende met blaren, aan de mensen en aan het vee;

VersbegrippenSoorten ZiektesRoetOvensZowel Mens Als Dier GetroffenGezwel

En Mozes leidde het volk uit het leger, Gode tegemoet; en zij stonden aan het onderste des bergs.

VersbegrippenGemeenteGod OntmoetenBasis Van Dingen

En zij stonden des anderen daags vroeg op, en offerden brandoffer, en brachten dankoffer daartoe; en het volk zat neder om te eten en te drinken; daarna stonden zij op, om te spelen.

VersbegrippenGulzigheidBroederschap OffertFeestenVermaakVerbrand OfferHeidenenZittenVroeg OpstaanOntspanningFeestvreugdeIn Gemeenschap ZittenZij Die Vroeg OpstondenEten En DrinkenVoedsel Aangeboden Aan AfgodenVroeg OpstaanRozen

Dat de oversten van Israel, de hoofden van het huis hunner vaderen, offerden; deze waren de oversten der stammen, die over de getelden stonden.

VersbegrippenGraad

En zij stonden des morgens vroeg op, en klommen op de hoogte des bergs, zeggende: Ziet, hier zijn wij, en wij zullen optrekken tot de plaats, die de HEERE gezegd heeft; want wij hebben gezondigd!

VersbegrippenVeroordeling Niet Leidend Tot BekeringVroeg OpstaanZij Die Vroeg Opstonden

En zij stonden op voor het aangezicht van Mozes, mitsgaders tweehonderd en vijftig mannen uit de kinderen Israels, oversten der vergadering, de geroepenen der samenkomst, mannen van naam.

VersbegrippenTweehonderd En MeerRozenOpstand

Zo namen zij een ieder zijn wierookvat, en deden vuur daarin, en legden reukwerk daarin; en zij stonden voor de deur van de tent der samenkomst, ook Mozes en Aaron.

VersbegrippenSamenkomen Aan De Ingang

Zo stonden dan de vorsten der Moabieten op, en kwamen tot Balak, en zij zeiden: Bileam heeft geweigerd met ons te gaan.

En zij stonden voor het aangezicht van Mozes, en voor het aangezicht van Eleazar, den priester, en voor het aangezicht van de oversten, en van de ganse vergadering, aan de deur van de tent der samenkomst, zeggende:

Zo stonden de wateren, die van boven afkwamen; zij rezen op een hoop, zeer verre van de stad Adam af, die ter zijde van Sarthan ligt en die naar de zee des vlakken velds, te weten de Zoutzee, afliepen, vergingen, zij werden afgesneden. Toen trok het volk over, tegenover Jericho.

VersbegrippenDode ZeeDe Oversteek Naar Het Beloofde LandRozen

Maar de priesters, die de ark des verbonds des HEEREN droegen, stonden steevast op het droge, in het midden van de Jordaan; en gans Israel ging over op het droge, totdat al het volk geeindigd had door de Jordaan te trekken.

VersbegrippenDroog LandIn De JordaanPriesters In Actie

De priesters nu, die de ark droegen, stonden midden in de Jordaan, totdat alle ding volbracht was, hetwelk de HEERE Jozua geboden had het volk aan te zeggen, naar al wat Mozes Jozua geboden had. En het volk haastte, en het trok over.

VersbegrippenHet MiddenHaastige ActiePriesters In Actie

En gans Israel met zijn oudsten, en ambtlieden, en zijn rechters, stonden aan deze en aan gene zijde der ark, voor de Levietische priesteren, die de ark des verbonds des HEEREN droegen, zo vreemdelingen als inboorlingen, een helft daarvan tegenover den berg Gerizim, en een helft daarvan tegenover den berg Ebal, gelijk als Mozes, de knecht des HEEREN, bevolen had; om het volk van Israel in het eerst te zegenen.

VersbegrippenGebeurtenissen Ark Des VerbondsRechtersBreuken, Een HalfHelft Van GroepenPriesters In Actie

Alleenlijk verbrandden de Israelieten geen steden, die op haar heuvelen stonden, behalve Hazor alleen; dat verbrandde Jozua.

VersbegrippenArcheologieVuurzeeBrandende Steden

Maar hijzelf keerde wederom van de gesneden beelden, die bij Gilgal waren, en zeide: Ik heb een heimelijke zaak aan u, o koning! dewelke zeide: Zwijg! En allen, die om hem stonden, gingen van hem uit.

VersbegrippenVerborgen InformatieIngehouden Betoog

Joas daarentegen zeide tot allen, die bij hem stonden: Zult gij voor den Baal twisten; zult gij hem verlossen? Die voor hem zal twisten, zal nog dezen morgen gedood worden! Indien een hij god is, hij twiste voor zichzelven, omdat men zijn altaar heeft omgeworpen.

En zij stonden, een iegelijk in zijn plaats, rondom het leger. Toen verliep het ganse leger, en zij schreeuwden en vloden.

VersbegrippenMensen Die Gevlucht ZijnLeger

En zij stonden des morgens vroeg op, en zij aanbaden voor het aangezicht des HEEREN, en zij keerden weder, en kwamen tot hun huis te Rama. En Elkana bekende zijn huisvrouw Hanna, en de HEERE gedacht aan haar.

VersbegrippenGodsvrucht 's Ochtends1 LichaamVroeg OpstaanSex Binnen Het HuwelijkGod Onthoudt Zijn MensenHuwelijksseks tussenZij Die Vroeg OpstondenIndividuen Die Naar Huis GaanVroeg Opstaan

(Eli nu was een man van acht en negentig jaren, en zijn ogen stonden stijf, dat hij niet zien kon.)

VersbegrippenHandicapsVisieVerduisterd ZichtLeeftijd Bij Overlijden

En omtrent den tijd van haar sterven, zo spraken de vrouwen, die bij haar stonden: Vrees niet, want gij hebt een zoon gebaard. Doch zij antwoordde niet, en nam het niet ter harte.

VersbegrippenAntwoordAnderen Die Niet AntwoordenDood Van Een KindDood Van Een MoederWanhoopEen Baby VerwachtenVruchtbaar Zijn

En zij stonden vroeg op; en het geschiedde, omtrent den opgang des dageraads, zo riep Samuel Saul op het dak, zeggende: Sta op, en zij beiden gingen uit, hij en Samuel, naar buiten.

VersbegrippenVroeg OpstaanBovenop Het DakZij Die Vroeg OpstondenSta Op!

De Filistijnen nu stonden aan een berg aan gene, en de Israelieten stonden aan een berg aan deze zijde; en de vallei was tussen hen.

Toen zeide David tot de mannen, die bij hem stonden, zeggende: Wat zal men dien man doen, die dezen Filistijn slaat, en den smaad van Israel wendt? Want wie is deze onbesneden Filistijn, dat hij de slagorden van den levenden God zou honen?

VersbegrippenGod, Levend En ZelfvoorzienendBeledigingenLiefde En De WereldNiet Besneden ZijnSchaamte EliminerenAndere Onbelangrijke Mensen

En Saul hoorde, dat David bekend geworden was, en de mannen, die bij hem waren. Saul nu zat op een heuvel onder het geboomte te Rama, en hij had zijn spies in zijn hand, en al zijn knechten stonden bij hem.

VersbegrippenTamarisk

Toen zeide Saul tot zijn knechten, die bij hem stonden: Hoort toch, gij, zonen van Jemini, zal ook de zoon van Isai u altegader akkers en wijnbergen geven? Zal hij u allen tot oversten van duizenden, en oversten van honderden stellen?

VersbegrippenWijngaarden

En de koning zeide tot de trawanten, die bij hem stonden: Wendt u, en doodt de priesters des HEEREN, omdat hun hand ook met David is, en omdat zij geweten hebben, dat hij vluchtte, en hebben het voor mijn oren niet geopenbaard. Doch de knechten des konings wilden hun hand niet uitsteken, om op de priesters des HEEREN aan te vallen.

VersbegrippenVluchtelingenPriesters DodenAnderen Die Gevlucht ZijnOnwillige MensenZij Die Niets Zeggen

En zij bracht ze voor Saul en voor zijn knechten, en zij aten; daarna stonden zij op, en gingen weg in dienzelfden nacht.

VersbegrippenEtende Mensen

En de kinderen van Benjamin verzamelden zich achter Abner, en werden tot een hoop; en zij stonden op de spits van een heuvel.

En Absaloms jongens deden aan Amnon, gelijk als Absalom geboden had. Toen stonden alle zonen des konings op, en reden een iegelijk op zijn muildier, en vloden.

VersbegrippenMuilezelsAchterkantSoorten DierenOp Muilezels Rijden

Toen stond de koning op, en scheurde zijn klederen, en legde zich neder ter aarde; desgelijks stonden al zijn knechten met gescheurde klederen.

VersbegrippenRouwenZij Die Kledij Verscheurden

Jonathan nu en Ahimaaz stonden bij de fontein Rogel; en een dienstmaagd ging henen en zeide het hun aan; en zij gingen henen en zeiden het den koning David aan; want zij mochten zich niet zien laten, dat zij in de stad kwamen.

VersbegrippenSteden BinnengaanRisico

Toen verschrikten en stonden op al de genoden, die bij Adonia waren, en gingen een iegelijk zijns weegs.

VersbegrippenGasten

Toen kwamen er twee vrouwen, die hoeren waren, tot den koning; en zij stonden voor zijn aangezicht.

VersbegrippenProstitutieTwee Vrouwen

Deze troon had zes trappen, en het hoofd van den troon was van achteren rond, en aan beide zijden waren leuningen tot de zitplaats toe, en twee leeuwen stonden bij die leuningen.

VersbegrippenZes DingenStappenTwee Dieren

En twaalf leeuwen stonden daar op de zes trappen aan beide zijden, desgelijks is in geen koninkrijken gemaakt geweest.

VersbegrippenNummer TwaalfLeeuwenZes DingenUnieke DingenTwaalf Dieren

Maar hij verliet den raad der oudsten, dien zij hem geraden hadden; en hij hield raad met de jongelingen, die met hem opgewassen waren, die voor zijn aangezicht stonden.

VersbegrippenAfwijzen Van Goed AdviesOnvolwassenheidDe Ouderen Die BijeenkomenDe Raad Van De MensAfwijzingSlecht Advies

En Jerobeams huisvrouw deed alzo, en maakte zich op, en ging naar Silo, en kwam in het huis van Ahia. Ahia nu kon niet zien, want zijn ogen stonden stijf vanwege zijn ouderdom.

VersbegrippenVisieBeperkingen Van Oude Mensen

En vijftig mannen van de zonen der profeten gingen henen, en stonden tegenover van verre; en die beiden stonden aan de Jordaan.

VersbegrippenDe Jaren VijftigTegengestelde KantenZonen Van De ProfetenAfstandVoetafdrukken

Toen nu al de Moabieten hoorden, dat koningen opgetogen waren, om tegen hen te strijden, zo werden zij samen geroepen, van al degenen af, die den gordel aangordden en daarboven, en zij stonden aan de landpale.

En zij stonden op in de schemering, om in het leger der Syriers te komen. Toen zij aan het uiterste van het leger der Syriers kwamen, ziet, toen was er niemand.

VersbegrippenZonsondergangLege PlaatsenSyrië

En de trawanten stonden, ieder met zijn wapenen in zijn hand, van de rechterzijde van het huis, tot de linkerzijde van het huis, naar het altaar en naar het huis toe, bij den koning rondom.

VersbegrippenWapens

En zijn knechten stonden op, en maakten een verbintenis, en sloegen Joas, in het huis van Millo, dat afgaat naar Silla;

VersbegrippenSamenzweringenMoordSamenzweren

En zij dienden voor den tabernakel van de tent der samenkomst met gezangen, totdat Salomo het huis des HEEREN te Jeruzalem bouwde; en zij stonden naar hun wijze in hun ambt.

VersbegrippenTent Van OntmoetingToedienen

Dezen nu zijn ze, die daar stonden met hun zonen; van de zonen der Kahathieten, Heman de zanger, de zoon van Joel, den zoon van Samuel,

Hunne broeders nu, de kinderen van Merari, stonden aan de linker zijde, namelijk Ethan, de zoon van Kisi, den zoon van Abdi, den zoon van Malluch,

VersbegrippenVrijmetselarij

De vleugelen dezer cherubim spreidden zich uit twintig ellen; en zij stonden op hun voeten, en hun aangezichten waren huiswaarts.

En de Levieten, die zangers waren van hen allen, van Asaf, van Heman, van Jeduthun, en van hun zonen, en van hun broederen, in fijn linnen gekleed, met cimbalen, en met luiten, en harpen, stonden tegen het oosten des altaars, en met hen tot honderd en twintig priesteren toe, trompettende met trompetten.)

VersbegrippenHarpenLinnenLierOrkestenHonderd En Enkelen

Ook stonden de priesters in hun wachten, en de Levieten met de muzikale instrumenten des HEEREN, die de koning David gemaakt had, om den HEERE te loven, dat Zijn weldadigheid is in eeuwigheid, als David door hun dienst Hem prees; en de priesters trompetten tegen hen over, en gans Israel stond.

VersbegrippenWijze En Methodes Van LovenTrompetOntdekkingen

En de troon had zes trappen en een voetbank van goud, aan den troon vast zijnde, en leuningen aan beide zijden, tot de zitplaats toe; en twee leeuwen stonden bij de leuningen.

VersbegrippenVoetenbankenTwee Dieren

En twaalf leeuwen stonden daar aan beide zijden, op de zes trappen; desgelijks is in geen koninkrijk gemaakt geweest.

VersbegrippenTwaalf Dieren

Maar hij verliet den raad der oudsten, dien zij hem geraden hadden; en hij hield raad met de jongelingen, die met hem opgewassen waren, die voor zijn aangezicht stonden.

VersbegrippenAfwijzen Van Goed AdviesDe Ouderen

En de Levieten uit de kinderen der Kahathieten, en uit de kinderen der Korahieten, stonden op, om den HEERE, den God Israels, met luider stem ten hoogste te prijzen.

VersbegrippenStemmenGod Prijzen

Want de kinderen Ammons en Moab stonden op tegen de inwoners van het gebergte Seir, om te verbannen en te verdelgen; en als zij met de inwoners van Seir een einde gemaakt hadden, hielpen zij de een den ander ten verderve.

VersbegrippenElkaar Bevechten

De Levieten nu stonden met de instrumenten van David, en de priesters met de trompetten.

VersbegrippenTrompetOntdekkingenInstrumenten

En zij stonden in hun stand, naar hun wijze, naar de wet van Mozes, den man Gods; de priesters sprengden het bloed, dat nemende uit de hand der Levieten.

VersbegrippenBesprenkelen

Toen stonden de Levietische priesteren op, en zegenden het volk; en hun stem werd gehoord; want hun gebed kwam tot Zijn heilige woning in den hemel.

VersbegrippenBeantwoord GebedZegeningenEen Glimps Van De Mens Op De Hemel

Alzo werd de dienst toebereid; en de priesteren stonden in hun standplaats, en de Levieten in hun verdelingen, naar het gebod des konings.

Alleenlijk Jonathan, de zoon van Asahel, en Jehazia, de zoon van Tikva, stonden hierover; en Mesullam, en Sabbethai, de Leviet, hielpen hen.

En het zaad Israels scheidde zich af van alle vreemden. En zij stonden, en deden belijdenis van hun zonden en hunner vaderen ongerechtigheden.

VersbegrippenDe Relatie Van Gelovigen Tegenover OnrechtvaardigheidVreemdelingenElementen Van AanbiddenScheiden Van Slechte MensenVermijden Van VreemdelingenBeleden ZondeBiechten

Jesua nu, en Bani, Kadmiel, Sebanja, Bunni, Serebja, Bani en Chenani, stonden op het hoge gestoelte der Levieten, en riepen met luider stem tot den HEERE, hun God;

VersbegrippenTrappenJuichen Naar De Heer

Daarna stonden de beide dankkoren in Gods huis; ook ik en de helft der overheden met mij.

VersbegrippenKorenHelft Van GroepenOude KorenDankbaarheid Tegenover AnderenBedanken

Ook werden ten zelfden dage mannen gesteld over de kameren, tot de schatten, tot de hefofferen, tot de eerstelingen en tot de tienden, om daarin uit de akkers der steden te verzamelen de delen der wet, voor de priesteren en voor de Levieten; want Juda was vrolijk over de priesteren en over de Levieten, die daar stonden.

VersbegrippenSalarissenMaaltijd DierenoffersTiendenWinkels Voor EtenDe Tiende Inbrengen

De overige Joden nu, die in de landschappen des konings waren, vergaderden, opdat zij stonden voor hun leven, en rust hadden van hun vijanden, en zij doodden onder hun haters vijf en zeventig duizend; maar zij sloegen hun hand niet aan den roof.

VersbegrippenVijftig Tot Negentig DuizendJoden Onder DreigingMensen HatenAantal Vreemdelingen Gedood

Gij hadt ze met den afgrond als een kleed overdekt; de wateren stonden boven de bergen.

VersbegrippenDe Aarde KledenDe Oceaan

De serafs stonden boven Hem; een iegelijk had zes vleugelen; met twee bedekte ieder zijn aangezicht, en met twee bedekte hij zijn voeten, en met twee vloog hij.

VersbegrippenBedektLichaamSerafijnenTheofanieVleugelsZes DingenEngelenvleugelsTwee LichaamsdelenZij Die VliegenCherubijnVliegen

Ook stonden er mannen op, van de oudsten des lands, en spraken tot de ganse gemeente des volks, zeggende:

Toen sprak de profeet Jeremia tot den profeet Hananja, voor de ogen der priesteren, en voor de ogen des gansen volks, die in het huis des HEEREN stonden;

VersbegrippenStaanGenoemde Profeten Van De Heer

Toen zond de koning Jehudi, om de rol te halen; en hij haalde ze uit de kamer van Elisama, den schrijver; en Jehudi las ze voor de oren des konings, en voor de oren van al de vorsten, die omtrent den koning stonden.

VersbegrippenStaanHet Schrift LezenPrivé Kamers

Toen antwoordden aan Jeremia al de mannen, die wisten, dat hun vrouwen anderen goden rookten, en al de vrouwen, die daar stonden, zijnde een grote hoop, mitsgaders al het volk, die in Egypteland, in Pathros, woonde, zeggende:

VersbegrippenAndere GodenDe Feiten KennenAndere Echtgenotes

Waarom zijn uw sterken weggeveegd? Zij stonden niet, omdat hen de HEERE voortdreef.

Als die gingen, gingen deze; en als die stonden, stonden zij; en als die van de aarde opgeheven werden, werden de raderen tegenover hen opgeheven; want de geest der dieren was in de raderen.

VersbegrippenOnbeweeglijkheidTot Rust KomenPersonen Met DingenKlimmende WezensAndere Wezens Die Omhoog GaanDe Geest Van Wezens

En als zij gingen, hoorde ik een geruis hunner vleugelen, als het geruis van vele wateren, als de stem des Almachtigen, als de stem eens geroeps, als het gedreun eens heirlegers; als zij stonden, zo lieten zij hun vleugelen neder.

VersbegrippenDe Menselijke Beschrijvingen Van GodLawaaiDe AlmachtigeEngelenvleugelsDingen Zoals WaterGeluidGods StemZoals WaterDingen Neerzetten

En er geschiedde een stem van boven het uitspansel, hetwelk boven hun hoofden was, als zij stonden, en hun vleugelen nedergelaten hadden.

VersbegrippenDe UitgestrektheidEngelenvleugelsGods StemUitspansel [Firmament]Dingen Neerzetten

En zeventig mannen uit de oudsten van het huis Israels, met Jaazanja, den zoon van Safan, staande in het midden van hen, stonden voor hun aangezichten; en een ieder had zijn rookvat in zijn hand, en een overvloedige wolk des reukwerks ging op.

VersbegrippenWierookvatenWierook Tijdens De MisDe Jaren Zeventig

En ziet, zes mannen kwamen van den weg der Hoge poort, die gekeerd is naar het noorden, en elkeen met zijn verpletterend wapen in zijn hand; en een man in het midden van hen was met linnen bekleed, en een schrijvers-inktkoker was aan zijn lenden; en zij kwamen in, en stonden bij het koperen altaar.

VersbegrippenZes MensenTot De Poorten KomenGericht Naar Het NoordenOp Voorwerpen SchrijvenWapens Voor GodHet Bronzen Altaar OpzettenDoodstraf Voor Moorden

De cherubs nu stonden ter rechterzijde van het huis, als die man inging; en een wolk vervulde het binnenste voorhof.

VersbegrippenHet Heiligdom VullenRechtbanken Van De Tempel

Als die stonden, stonden deze, en als die opgeheven werden, hieven zich deze ook op; want de geest der dieren was in hen.

VersbegrippenOnbeweeglijkheidTot Rust KomenKlimmende WezensAndere Wezens Die Omhoog GaanDe Geest Van Wezens

En ik profeteerde, gelijk als Hij mij bevolen had. Toen kwam de geest in hen, en zij werden levend en stonden op hun voeten, een gans zeer groot heir.

VersbegrippenMensen Die OpstaanDe Doden Die Opgestaan ZijnLeger

En de koning sprak met hen; doch er werd uit hen allen niemand gevonden, gelijk Daniel, Hananja, Misael en Azarja; en zij stonden voor het aangezicht des konings.

VersbegrippenGesprekUnieke IndividuenKoningen Dienen

Toen zeide de koning, dat men roepen zou de tovenaars, en de sterrekijkers, en de guichelaars, en de Chaldeen, om den koning zijn dromen te kennen te geven; zij nu kwamen, en stonden voor het aangezicht des konings.

VersbegrippenStaanOorzaken Van De Woede Van De MensAstrologenWaarzeggerijOccultismeMedicatie

Toen verzamelden zich de stadhouders, de overheden, de landvoogden, de wethouders, de schatmeesters, de raadsheren, de ambtlieden, en al de heerschappers der landschappen, tot inwijding van het beeld, hetwelk de koning Nebukadnezar had opgericht; en zij stonden voor het beeld, dat Nebukadnezar had opgericht.

Een vurige rivier vloeide, en ging van voor Hem uit, duizendmaal duizenden dienden Hem, en tien duizendmaal tien duizenden stonden voor Hem; het gericht zette zich, en de boeken werden geopend.

VersbegrippenJubelende EngelenBoeken, Metaforisch GebruikVele Spirituele WezensDienaren Van De HeerEen Miljoen En MeerDe Daad Van OpenenDocumenten OpenenVuur Afkomstig Van GodRechtbanksessiesDuizenden Engelen Aanbidden God

Ik naderde tot een dergenen, die daar stonden, en verzocht van hem de zekerheid over dit alles; en hij zeide ze mij, en gaf mij de uitlegging dezer zaken te kennen.

VersbegrippenToeschouwersGod Die Mysteries Onthult

Dat er nu vier aan zijn plaats stonden, toen hij verbroken was; vier koninkrijken zullen uit dat volk ontstaan, doch niet met zijn kracht.

VersbegrippenVier GroepenVier HorensHorens In AllegorieGebroken HorensHet Koninkrijk Van Anderen

En ik, Daniel, zag, en ziet, er stonden twee anderen, de een aan deze zijde van den oever der rivier, en de ander aan gene zijde van den oever der rivier.

VersbegrippenRivieroeversTwee Andere Mannen

De zon en de maan stonden stil in haar woning; met het licht gingen Uw pijlen daarhenen, met glans Uw bliksemende spies.

VersbegrippenNatuurlijk LichtBliksemTheofanieDe ZonBruisendWapens Voor GodDe Maan En De Sterren ControlerenPijlenDe Maan

Toen antwoordde Hij, en sprak tot degenen, die voor Zijn aangezicht stonden, zeggende: Doet deze vuile klederen van hem weg. Daarna sprak Hij tot hem: Zie, Ik heb uw ongerechtigheid van u weggenomen, en Ik zal u wisselklederen aandoen.

VersbegrippenDe Relatie Van God Tegenover OnrechtvaardigheidEngelen Als Gods DienarenZonde, Bevrijding Van GodDrager Van ZondeRijke KledingBekleed Met GerechtigheidGod Die De Mensen StriptGod VerzoenendKledingstukken

En de Engel antwoordde, en zeide tot mij: Deze zijn de vier winden des hemels, uitgaande van daar zij stonden voor den Heere der ganse aarde.

VersbegrippenGeestenStaanHemel En EngelenVier Winden

Public domain