322 gebeurtenissen in 1 vertaling

'Broeder' in de Bijbel

En Hij zeide: Wat hebt gij gedaan? daar is een stem des bloeds van uw broeder, dat tot Mij roept van den aardbodem.

VersbegrippenHuilenMenselijk BloedvergietenKreten Van Ellende Tot GodWat Doe Jij?WraakZaad Op De Grond Verspillen

Voorts zijn Sem zonen geboren; dezelve is ook de vader aller zonen van Heber, broeder van Jafeth, den grootste.

VersbegrippenVoorouders

Ook namen zij Lot, den zoon van Abrams broeder, en zijn have, en trokken weg; want hij woonde in Sodom.

VersbegrippenVoorbeelden Van Ontsnappen

Toen kwam er een, die ontkomen was, en boodschapte het aan Abram, den Hebreer, die woonachtig was aan de eikenbossen van Mamre, den Amoriet, broeder van Eskol, en broeder van Aner, welke Abrams bondgenoten waren.

VersbegrippenBondgenootschappenAbraham, Aard VanTrouwEikenAnderen Die Gevlucht ZijnVertellen Over Gebeurtenissen

Als Abram hoorde, dat zijn broeder gevangen was, zo wapende hij zijn onderwezenen, de ingeborenen van zijn huis, driehonderd en achttien, en hij jaagde hen na tot Dan toe.

VersbegrippenVaardigheidGeweldStrategieën In OorlogsvoeringAbraham, Beproeving En OverwinningLijfwachtenDrie- Tot VierhonderdDriehonderd En MeerThuis Geboren WordenTegenslag OverwinnenTraining

En hij bracht alle have weder, en ook Lot zijn broeder en deszelfs have bracht hij weder, als ook de vrouwen, en het volk.

VersbegrippenDingen HerstellenAndere Mensen Nemen

Heeft hij zelf mij niet gezegd: Zij is mijn zuster? en zij, ook zij heeft gezegd: Hij is mijn broeder. In oprechtheid mijns harten en in reinheid mijner handen, heb ik dit gedaan.

VersbegrippenOnjuiste VoorstellingPleidooi Van Onschuld

En het is geschied, als God mij uit mijns vaders huis deed dwalen, zo sprak ik tot haar: Dit zij uw weldadigheid, die gij bij mij doen zult; aan alle plaatsen waar wij komen zullen, zeg van mij: Hij is mijn broeder!

VersbegrippenTrouwTentenZwervers

En tot Sara zeide hij: Zie, ik heb uw broeder duizend zilverlingen gegeven; zie, hij zij u een deksel der ogen, allen, die met u zijn, ja, bij allen, en wees geleerd.

VersbegrippenBedektZilverDuizend DingenMan RechtvaardigtSpecifieke Sommen GeldMensen Die Andere Dingen Geven

En het geschiedde na deze dingen, dat men Abraham boodschapte, zeggende: Zie, Milka heeft ook Nahor, uw broeder, zonen gebaard:

VersbegrippenAbraham, Beproeving En Overwinning

Uz, zijn eerstgeborene, en Buz, zijn broeder, en Kemuel, de vader van Aram,

VersbegrippenEerstgeboreneEerstgeboren Zonen

(En Bethuel gewon Rebekka) deze acht baarde Milka aan Nahor, den broeder van Abraham.

VersbegrippenAcht Mensen

En het geschiedde, eer hij geeindigd had te spreken, ziet, zo kwam Rebekka uit, welke aan Bethuel geboren was, de zoon van Milka, de huisvrouw van Nahor, de broeder van Abraham; en zij had haar kruik op haar schouder.

VersbegrippenSchoudersUitrusting, FysiekContainer Voor WaterTerwijl We PratenAndere Ladingen Dragen

En Rebekka had een broeder, wiens naam was Laban; en Laban liep tot die man naar buiten tot de fontein.

VersbegrippenIndividuen Die Lopen

En de knecht langde voort zilveren kleinoden, en gouden kleinoden, en klederen, en hij gaf die aan Rebekka; hij gaf ook aan haar broeder en haar moeder kostelijkheden.

VersbegrippenMenselijke VrijgevigheidBruidschatVerlovingGoudGewoonten In Verband Met Het HuwelijkOrnamentenHuwelijk, De BruidCosmeticaGeschenkenMensen Die Kleren GevenJuwelenJuwelen

Toen zeide haar broeder, en haar moeder: Laat de jonge dochter enige dagen, of tien, bij ons blijven; daarna zult gij gaan.

VersbegrippenTien Of Meer DagenMensen Die Vertraagden

En daarna kwam zijn broeder uit, wiens hand Ezau's verzenen hield; daarom noemde men zijn naam Jakob. En Izak was zestig jaren oud, als hij hen gewon.

VersbegrippenHakkenInhaligMensen Met Toepasselijke NamenTweelingbroers

Toen sprak Rebekka tot Jakob, haar zoon, zeggende: Zie, ik heb uw vader tot Ezau, uw broeder, horen spreken, zeggende:

Toen zeide Jakob tot Rebekka, zijn moeder: Zie, mijn broeder Ezau is een harig man, en ik ben een glad man.

VersbegrippenHuidGladheidHarige MensenGlad

En het geschiedde, als Izak voleindigd had Jakob te zegenen, zo geschiedde het, toen Jakob maar even van het aangezicht van zijn vader Izak uitgegaan was, dat Ezau, zijn broeder, van zijn jacht kwam.

VersbegrippenBuitengaan

En hij zeide: Uw broeder is gekomen met bedrog, en heeft uw zegen weggenomen.

VersbegrippenVoorbeelden Van OnrechtMensen Die ZegenenZij Die Bedrogen

En op uw zwaard zult gij leven, en zult uw broeder dienen; doch het zal geschieden, als gij heersen zult, dan zult gij zijn juk van uw hals afrukken.

VersbegrippenNekRusteloosheidJukAfhankelijkheidIndividuen DienenMensen Die Anderen VrijlatenOverheersing

Toen aan Rebekka deze woorden van Ezau, haar grootsten zoon, geboodschapt werden, zo zond zij heen, en ontbood Jakob, haar kleinsten zoon, en zeide tot hem: Zie, uw broeder Ezau troost zich over u, dat hij u doden zal.

VersbegrippenPogingen Om Bepaalde Mensen Te DodenVertellen Over Wat Mensen Gezegd Hebben

Nu dan, mijn zoon! hoor naar mijn stem, en maak u op, vlied gij naar Haran, tot Laban, mijn broeder.

VersbegrippenBesteed Aandacht Aan Mensen!

Maak u op, ga naar Paddan-Aram, ten huize van Bethuel, den vader uwer moeder, en neem u van daar een vrouw, van de dochteren van Laban, uwer moeders broeder.

VersbegrippenMet Familieleden HuwenEen Vrouw NemenVaders En Dochter

Alzo zond Izak Jakob weg, dat hij toog naar Paddan-Aram, tot Laban, den zoon van Bethuel, den Syrier, den broeder van Rebekka, Jakobs en Ezau's moeder.

VersbegrippenLeven En Karakter Van Jacob

En het geschiedde, als Jakob Rachel zag, de dochter van Laban, zijner moeders broeder, en de schapen van Laban, zijner moeders broeder, dat Jakob toetrad, en wentelde den steen van den mond des puts, en drenkte de schapen van Laban, zijner moeders broeder.

VersbegrippenRollenSchapen Bezitten

En Jakob gaf Rachel te kennen, dat hij een broeder van haar vader, en dat hij de zoon van Rebekka was. Toen liep zij heen, en gaf het aan haar vader te kennen.

VersbegrippenRennen Met NieuwsFamilieleden

Daarna zeide Laban tot Jakob: Omdat gij mijn broeder zijt, zoudt gij mij derhalve om niet dienen? verklaar mij, wat zal uw loon zijn?

VersbegrippenEerlijk ZijnOnderhandelingWerkomstandigheden Van DienarenSalarissenGratis

En Jakob zond boden uit voor zijn aangezicht tot Ezau, zijn broeder, naar het land Seir, de landstreek van Edom.

VersbegrippenUitgestuurde BoodschappersBoodschapper

En de boden kwamen weder tot Jakob, zeggende: Wij zijn gekomen tot uw broeder, tot Ezau; en ook trekt hij u tegemoet, en vierhonderd mannen met hem.

VersbegrippenUitgestuurde BoodschappersVier- Tot VijfhonderdMensen OntmoetenVier- En Vijfhonderd

En hij vernachtte aldaar dienzelfden nacht; en hij nam van hetgeen, dat hem in zijn hand kwam, een geschenk voor Ezau zijn broeder;

VersbegrippenGraanofferTijdelijk Blijven

En hij gebood de eerste, zeggende: Wanneer Ezau, mijn broeder, u ontmoeten zal, en u vragen, zeggende: Wiens zijt gij? en waarheen gaat gij? en wiens zijn deze voor uw aangezicht?

VersbegrippenVragenWie Is Dit?Waarheen?

En hij ging voorbij hun aangezicht heen, en hij boog zich zeven malen ter aarde, totdat hij bij zijn broeder kwam.

VersbegrippenBuigenZevenGroetenZeven KeerVooraan

Maar Ezau zeide: Ik heb veel, mijn broeder! het zij het uwe, wat gij hebt!

VersbegrippenNiet Ontvangen

Daarna zeide God tot Jakob: Maak u op, trek op naar Beth-El, en woon aldaar; en maak daar een altaar dien God, Die u verscheen, toen gij vluchttet voor het aangezicht van uw broeder Ezau.

VersbegrippenVluchtelingenOptreden Van God In OTHerdenkingGoddelijke SpraakPlaatsen Van AanbiddingAltaren BouwenGod VerschijntBethel Het Huis Van GodIn Het Land Leven

Ezau nu had genomen zijn vrouwen, en zijn zonen, en zijn dochters, en al de zielen zijns huizes, en zijn vee, en al zijn beesten, en al zijn bezitting, die hij in het land Kanaan geworven had, en was vertrokken naar een ander land, van het aangezicht van zijn broeder Jakob.

VersbegrippenGewichten En Maten, AfstandenMensen Die Afscheid Nemen

Toen zeide Juda tot zijn broederen: Wat gewin zal het zijn, dat wij onzen broeder doodslaan, en zijn bloed verbergen?

VersbegrippenZondes Verbergen

Komt, en laat ons hem aan deze Ismaelieten verkopen, en onze hand zij niet aan hem; want hij is onze broeder, ons vlees, en zijn broederen hoorden hem.

VersbegrippenHandelZelfde Vlees En Bonen

Doch Onan, wetende, dat dit zaad voor hem niet zoude zijn, zo geschiedde het, als hij tot zijns broeders huisvrouw inging, dat hij het verdierf tegen de aarde, om zijn broeder geen zaad te geven.

VersbegrippenBeperkingen Omtrent Het HuwelijkSpermaNiet GevenMensen Met Algemene KennisSexZadenZaad Op De Grond Verspillen

Maar het geschiedde, als hij zijn hand weder intoog, ziet, zo kwam zijn broeder uit; en zij zeide: Hoe zijt gij doorgebroken? op u is de breuke! en men noemde zijn naam Perez.

VersbegrippenDe Daad Van OpenenDe Baarmoeder OpenenMensen Met Toepasselijke Namen

En daarna kwam zijn broeder uit, om wiens hand de scharlaken draad was; en men noemde zijn naam Zera.

VersbegrippenTouwenRode Koorden

Doch Benjamin, Jozefs broeder, zond Jakob niet met zijn broederen; want hij zeide: Opdat hem niet misschien het verderf ontmoete!

VersbegrippenPartijdigheidAngst Voor Andere Dingen

Hierin zult gij beproefd worden: zo waarlijk als Farao leeft! indien gij van hier zult uitgaan, tenzij dan, wanneer uw kleinste broeder herwaarts zal gekomen zijn!

VersbegrippenHet Jongste Kind

Zendt een uit u, die uw broeder hale; maar weest gijlieden gevangen, en uw woorden zullen beproefd worden, of de waarheid bij u zij; en indien niet, zo waarlijk als Farao leeft, zo zijt gij verspieders!

VersbegrippenGevangenenSpionerenMensen Die Mensen Sturen

En brengt uw kleinsten broeder tot mij, zo zullen uw woorden waargemaakt worden; en gij zult niet sterven. En zij deden alzo.

VersbegrippenHet Jongste Kind

Toen zeiden zij de een tot den ander: Voorwaar, wij zijn schuldig aan onzen broeder, wiens benauwdheid der ziele wij zagen, toen hij ons om genade bad; maar wij hoorden niet! daarom komt deze benauwdheid over ons.

VersbegrippenSchuldig GewetenMenselijke Aspecten Van SchuldVoorbeelden Van Getroffen HeiligenSchuldig BevondenMensen Zonder GenadeWaarom Het GebeurdeMenselijk Besef Van Schuld

En brengt uw kleinsten broeder tot mij; zo zal ik weten, dat gij geen verspieders zijt, maar dat gij vroom zijt; uw broeder zal ik u wedergeven, en gij zult in dit land handelen.

VersbegrippenHandelHet Jongste KindSpionerenHerstel Van Mensen

Maar hij zeide: Mijn zoon zal met ulieden niet aftrekken; want zijn broeder is dood, en hij is alleen overgebleven; zo hem een verderf ontmoette op den weg, dien gij zult gaan, zo zoudt gij mijn grauwe haren met droefenis ten grave doen nederdalen.

VersbegrippenMeemaken Van VerliesHet GrafLiefde En De WereldVerdrietOuderlijke LiefdeGetroffen Door De DoodGrijsEnige OverlevendenDood Van Anonieme Individuen

Toen sprak Juda tot hem, zeggende: Die man heeft ons op het hoogste betuigd, zeggende: Gij zult mijn aangezicht niet zien, tenzij dat uw broeder met u is.

VersbegrippenNiet Met Mensen

Indien gij onzen broeder met ons zendt, wij zullen aftrekken, en u spijze kopen;

VersbegrippenSamengaan

Maar indien gij hem niet zendt, wij zullen niet aftrekken; want die man heeft tot ons gezegd: Gij zult mijn aangezicht niet zien, tenzij dat uw broeder met u is.

VersbegrippenNiet Met Mensen

En Israel zeide: Waarom hebt gij zo kwalijk aan mij gedaan, dat gij dien man te kennen gaaft, of gij nog een broeder hadt?

VersbegrippenMensen Die Kwaad Berokkenen

En zij zeiden: Die man vraagde zeer nauw naar ons, en naar onze maagschap, zeggende: Leeft uw vader nog; hebt gij nog een broeder? Zo gaven wij het hem te kennen, volgens diezelfde woorden; hebben wij juist geweten, dat hij zeggen zou: Brengt uw broeder af?

VersbegrippenStellen Van Bepaalde VragenMensen BeantwoordenDe Toekomst Niet KennenVerder Leven

Neemt ook uw broeder mede, en maakt u op, keert weder tot dien man.

VersbegrippenSamengaan

En God, de Almachtige, geve u barmhartigheid voor het aangezicht van dien man, dat hij uw anderen broeder en Benjamin met u late gaan! En mij aangaande, als ik van kinderen beroofd ben, zo ben ik beroofd!

VersbegrippenDe Kracht Van GodVerliesMensen Die Genade TonenMensen Die Anderen Vrijlaten

En hij hief zijn ogen op, en zag Benjamin, zijn broeder, den zoon zijner moeder, en zeide: Is dit uw kleinste broeder, waarvan gij tot mij zeidet? Daarna zeide hij: Mijn zoon! God zij u genadig!

VersbegrippenHoffelijkheidGoddelijke GunstGroetenHet Jongste KindMensen ZienMoeders En Zonen

En Jozef haastte zich; want zijn ingewand ontstak jegens zijn broeder, en hij zocht te wenen; en hij ging in een kamer, en weende aldaar.

VersbegrippenHuizenPrivacyEmotionele Aspecten Van LijdenPartijdigheidIngewandenHaastige ActiePrivé Kamers

Mijn heer vraagde zijn knechten, zeggende: Hebt gijlieden een vader, of broeder?

VersbegrippenStellen Van Bepaalde Vragen

Zo zeiden wij tot mijn heer: Wij hebben een ouden vader, en een jongeling des ouderdoms, den kleinsten, wiens broeder dood is, en hij is alleen van zijn moeder overgebleven, en zijn vader heeft hem lief.

VersbegrippenDe Noden Van KinderenLeven En Karakter Van JacobVooroordeelEnige OverlevendenDood Van Anonieme IndividuenZij Die Liefhadden

Toen zeidet gij tot uw knechten: Indien uw kleinste broeder met u niet afkomt, zo zult gij mijn aangezicht niet meer zien.

VersbegrippenNiet Met Mensen

Zo hebben wij gezegd: Wij zullen niet mogen aftrekken; indien onze kleinste broeder bij ons is, zo zullen wij aftrekken; want wij zullen het aangezicht van dien man niet mogen zien, zo deze onze kleinste broeder niet bij ons is.

VersbegrippenNiet Met Mensen

En Jozef zeide tot zijn broederen: Nadert toch tot mij! En zij naderden. Toen zeide hij: Ik ben Jozef, uw broeder, dien gij naar Egypte verkocht hebt.

VersbegrippenDat Ben IkIdentiteit

En ziet, uw ogen zien het, en de ogen van mijn broeder Benjamin, dat mijn mond tot u spreekt.

VersbegrippenDat Ben IkMensen Zien

En hij viel aan den hals van Benjamin, zijn broeder, en weende; en Benjamin weende aan zijn hals.

VersbegrippenNekGroeten

Maar zijn vader weigerde het, en zeide: Ik weet het, mijn zoon! ik weet het; hij zal ook tot een volk worden, en hij zal ook groot worden; maar nochtans zal zijn kleinste broeder groter worden dan hij, en zijn zaad zal een volle menigte van volkeren worden.

VersbegrippenHet Jongste KindMensen Met Algemene KennisRegels Over Jonge Mensen

Toen ontstak de toorn des HEEREN over Mozes, en Hij zeide: is niet Aaron, de Leviet, uw broeder? Ik weet, dat hij zeer wel spreken zal, en ook, zie, hij zal uitgaan u tegemoet; wanneer hij u ziet, zo zal hij in zijn hart verblijd zijn.

VersbegrippenDe Ezel Van BalaamMenselijke GelegenheidMenselijk HartAaron, KarakterMensen OntmoetenGod Kwaad Op IndividuenVreugde In Gods Werk

Toen zeide de HEERE tot Mozes: Zie, Ik heb u tot een god gezet over Farao; en Aaron, uw broeder, zal uw profeet zijn.

VersbegrippenAaron, Voorouders En GenealogieAaron, PositieGeldig Als GodIndividuele ProfetenMannen Als Goden

Gij zult spreken alles, wat Ik u gebieden zal; en Aaron, uw broeder, zal tot Farao spreken, dat hij de kinderen Israels uit zijn land trekken laat.

VersbegrippenAaron, Positie

Daarna zult gij uw broeder Aaron, en zijn zonen met hem, tot u doen naderen uit het midden der kinderen Israels, om Mij het priesterambt te bedienen: namelijk Aaron, Nadab en Abihu, Eleazar en Ithamar, de zonen van Aaron.

VersbegrippenSpirituele LeidersDe Functie Van Priesters In De Tijd Van OTHet Instituut Priesters In De Tijd Van OTDienstbaarheid En Aanbidding Van GodAaron, Als HogepriesterBeschrijving Van PredikantenTypes Van Christus

Dit nu zijn de klederen, die zij maken zullen: een borstlap, en een efod, en een mantel, en een rok vol oogjes, een hoed en een gordel; zij zullen dan voor uw broeder Aaron heilige klederen maken, en voor zijn zonen, om Mij het priesterambt te bedienen.

VersbegrippenAaron, Als HogepriesterEphodsHoofdbedekkingHogepriesters In OTGewadenJurkVlechtenTulband En Petten

En gij zult die uw broeder Aaron en ook zijn zonen aantrekken; en gij zult hen zalven, en hun hand vullen, en hen heiligen, dat zij Mij het priesterambt bedienen.

VersbegrippenAaron, Als HogepriesterZalven Met OlieHet Doel Van HeiligheidWijdingPriesterschap in OTInwijdingZalving PriestersGod Die Anderen BenoemtMensen Heilig MakenZalving

En hij zeide tot hen: Alzo zegt de HEERE, de God van Israel: Een ieder doe zijn zwaard aan zijn heup; gaat door en keert weder, van poort tot poort in het leger, en een iegelijk dode zijn broeder, en elk zijn vriend, en elk zijn naaste!

VersbegrippenDoodstrafTot De Poorten KomenBroeders Doden

Want Mozes had gezegd: Vult heden uw handen den HEERE; want elk zal zijn tegen zijn zoon, en tegen zijn broeder; en dit, opdat Hij heden een zegen over ulieden geve!

VersbegrippenHeiliging, Aard En BasisInwijdingGod Die Anderen BenoemtMag God Zegenen!

Gij zult de schaamte van den broeder uws vaders niet ontdekken; tot zijn huisvrouw zult gij niet naderen; zij is uw moei.

VersbegrippenVerboden Sexuele RelatiesOnbedekte Naaktheid

Behalve over zijn bloedvriend, die hem ten naaste bestaat, over zijn moeder en over zijn vader, en over zijn zoon, en over zijn dochter, en over zijn broeder.

VersbegrippenDe Ouders Eren

Wanneer uw broeder zal verarmd zijn, en iets van zijn bezitting verkocht zal hebben, zo zal zijn losser, die hem nabestaande is, komen, en zal het verkochte zijns broeders lossen.

VersbegrippenBezittingen GevenSociale EthiekRemedies Tegen ArmoedeVerlossing In Het Dagelijks Leven

En als uw broeder zal verarmd zijn, en zijn hand bij u wankelen zal, zo zult gij hem vasthouden, zelfs een vreemdeling en bijwoner, opdat hij bij u leve.

VersbegrippenOnbekrompenheidSociale EthiekMenselijke VrijgevigheidVrijgevigheid, Gebruikt VoorLiefde Voor Anderen Getoond AlsOnbekendenArme MensenHouden Van Vreemdelingen

Gij zult geen woeker noch overwinst van hem nemen; maar gij zult vrezen voor uw God, opdat uw broeder bij u leve.

VersbegrippenEerbied En Sociaal GedragVrees God!Lente

Desgelijks, wanneer uw broeder bij u zal verarmd zijn, en zich aan u verkocht zal hebben, gij zult hem niet doen dienen den dienst van een slaaf;

VersbegrippenSlavernij In OTArme Mensen

En gij zult u tot bezitters over hen stellen voor uw kinderen na u, opdat zij de bezitting erven; gij zult hen in eeuwigheid doen dienen; maar over uw broeders, de kinderen Israels, een iegelijk over zijn broeder, gij zult over hem geen heerschappij hebben met wreedheid.

VersbegrippenSlavernij In OTEigendomSlavernij

En wanneer de hand eens vreemdelings en bijwoners, die bij u is, wat bekomen zal hebben, en uw broeder, die bij hem is, verarmd zal zijn, dat hij zich aan den vreemdeling, den bijwoner, die bij u is, of aan den stam van het geslacht des vreemdelings zal verkocht hebben;

VersbegrippenArme Mensen

Om zijn vader of om zijn moeder, om zijn broeder of om zijn zuster, om hen zal hij zich niet verontreinigen, als zij dood zijn; want het Nazireerschap zijns Gods is op zijn hoofd.

VersbegrippenLiefde Tussen FamilieledenOuders Niet Eren

Neem dien staf, en verzamel de vergadering, gij en Aaron, uw broeder, en spreekt gijlieden tot den steenrots voor hun ogen, zo zal zij hun water geven; alzo zult gij hun water voortbrengen uit den steenrots, en gij zult de vergadering en haar beesten drenken.

VersbegrippenVoorbeelden Van OngehoorzaamheidConstructie IsraëlProvisies Van RotsenIemand Aanspreken

Daarna zond Mozes boden uit Kades tot den koning van Edom, welke zeiden: Alzo zegt uw broeder Israel: Gij weet al de moeite, die ons ontmoet is;

VersbegrippenUitgestuurde BoodschappersBoodschapperZware TakenHeersers Van EdomOntbering

Wanneer gij dat gezien zult hebben, dan zult gij tot uw volken verzameld worden, gij ook, gelijk als uw broeder Aaron verzameld geworden is;

VersbegrippenVerzameld Door Zijn Volk

En zeiden: De HEERE heeft mijn heer geboden, dat land door het lot aan de kinderen Israels in erfenis te geven; en mijn heer is door den HEERE geboden, de erfenis van onzen broeder Zelafead te geven aan zijn dochteren.

En ik gebood uw rechters ter zelfder tijd, zeggende: Hoort de verschillen tussen uw broederen, en richt recht tussen den man en tussen zijn broeder, en tussen deszelfs vreemdeling.

VersbegrippenRechtbankenRechtersMagistratenJuist BeoordelenVreemdelingen Inbegrepen In De Wet

Wanneer uw broeder, de zoon uwer moeder, of uw zoon, of uw dochter, of de vrouw van uw schoot, of uw vriend, die als uw ziel is, u zal aanporren in het heimelijke, zeggende: Laat ons gaan, en dienen andere goden, die gij niet gekend hebt, gij noch uw vaderen;

VersbegrippenGeheimhoudingVerlokkingenOnbekende GodenAndere GodenAangemoedigd Om Vreemde Goden Te DienenGeen Genade TonenDe Liefde Van Moeders Voor Haar KinderenBroers En ZussenMoeders En ZonenDood Van Een MoederAtheïsme

Dit nu is de zaak der vrijlating, dat ieder schuldheer, die zijn naaste zal geleend hebben, vrijlate; hij zal zijn naaste of zijn broeder niet manen, dewijl men den HEERE een vrijlating heeft uitgeroepen.

VersbegrippenSchuldLente

Den vreemde zult gij manen; maar wat gij bij uw broeder hebt, zal uw hand vrijlaten;

VersbegrippenVreemdelingenWetten Die Vreemdelingen BeperkenSchuld

Wanneer er onder u een arme zal zijn, een uit uw broederen, in een uwer poorten, in uw land, dat de HEERE, uw God, u geven zal, zo zult gij uw hart niet verstijven, noch uw hand toesluiten voor uw broeder, die arm is;

VersbegrippenAalmoezen Als Goede DadenHardheid Van HartDe Aard Van OnderdrukkingSympathieOnvriendelijkAdvies Geven OverWees Niet GierigMensen Zonder GenadeDe Armen HelpenDegenen In Nood Helpen

Public domain